a
KNLC K0MMENTAAR
De akkerbouw staat voor een financieel dieptepunt
N u het erop lijkt dat de kabinetsformatie eindelijk in een
eindstadium is gekomen, zijn enige kanttekeningen bij het
CDA-VVD regeerakkoord op zijn plaats. Wij doen dat vanuit
een zakelijke beoordeling. Vanuit het belang voor boer en
tuinder dus. En niet met politieke oogkleppen op' zoals we
helaas reacties van sommige belangengroeperingen moeten er
varen. Het meest in het oog springt dat er zeer snel gewerkt is.
Naar mijn mening terecht, als we zien hoe Nederland om een
nieuwe regering zit te springen.
I n de kleigebieden zijn de kg-opbrengsten van granen en sui
kerbieten lager, en van konsumptieaardappelen en uien hoger
dan vorig jaar. De prijzen van de belangrijkste vrije akker-
bouwprodukten, zoals pootaardappelen, konsumptieaardappe
len en uien, zullen in vergelijking met vorig jaar, zeer aanzienlijk
lager zijn. De prijzen van marktordeningsprodukten zullen wat
granen betreft lager zijn en van suikerbieten op ongeveer het
zelfde niveau blijven. Als gevolg van deze ontwikkelingen zullen
de geldopbrengsten per ha 30 a 40% lager zijn dan in het uit
zonderlijk gunstige voorgaande jaar. Daar staat een stijging van
de kosten per ha met 12,5 tot 15% tegenover. Deze wordt
hoofdzakelijk veroorzaakt door een prijsstijging van de pro-
duktiemiddelen met ca. 9'5% en is voor het overige een gevolg
van een verdere intensivering van het bouwplan.
D e arbeidsopbrengst per ondernemer vormt de beloning voor
de verrichte handenarbeid van de ondernemer op zijn bedrijf en
voor bedrijfsleiding en ondernemersrisiko. Behalve deze ar-
H et Landbouwschap wil richting geven aan de kontraktprij
zen voor 1978. Bij het centrale overleg voor het teeltjaar 1977
ging het Landbouwschap uit van een rentabiliteit van de teelt
van konservenpeulvruchten, die ongeveer vergelijkbaar moet
zijn met die van de teelt van wintertarwe. Van afnemerszijde is
een dergelijk uitgangspunt aanvaard. Gebaseerd op de rentabi-
liteitsvergelijking (konservenpeulvruchten en wintertarwe) van
1976 mondde het centraal overleg voor het teeltjaar uit in een
gemiddelde prijsverhoging van 17%. In feite werd hiermede
de rentabiliteitsachterstand van konservenpeulvruchten ten op
zichte van die van wintertarwe ingehaald. De prijsverhoging
H et Landbouwschap is van mening dat de voorgestelde kon-
traktprijsverhoging geen onrechtvaardigheid of overvragen be
tekent. De akkerbouwers weten dat de kostenstijgingen bij lange
na niet gedekt worden; in het komende jaar wordt dat nog
duidelijker. De kontraktprijsverhoging voor^-konservenpeul-
vruchten loopt bovendien nog een jaar achter op de prijsvast
stelling voor wintertarwe. Het Landbouwschap meent, dat het
akkoord voor 1977 eveneens voor 1978 van kracht dient te zijn,
met begrip voor de positie van de industrie en gebaseerd op het
reële saldo-evenwicht met wintertarwe. De genoemde 4%-
stijging dient in 1978 zeker een feit te worden, wil de teelt van
konservenpeulvruchten in Nederland voortgezet worden.
D e landbouwparagraaf is uiterst beperkt en algemeen. Al is
het op zich verheugend dat de economische betekenis nog eens
wordt onderstreept en daaruit voortvloeiend de wens om een
goed uitgerust agrarisch produktie-apparaat in stand te houden.
Voorts mogen we vanuit dit regeerakkoord toch zeker een ver
betering van het fiscaal beleid voor de zelfstandigen, waaronder
de boer en tuinder, verwachten. Wij missen in het akkoord wel
een passage over de relatie landbouw-landschap. En dat terwijl
ook in de komende regeerperiode in het kader van deze relatie
weer belangrijke beleidsbeslissingen genomen zullen moeten
De te verwachten bedrijfsuitkomsten in akkerbouw
en rundveehouderij in 1977/78
Met de veehouderij gaat het iets beter
H et LEI heeft prognoses opgesteld 1) van de in het lopende boekjaar (mei 1977 t/m april 1978) in de landbouw te
verwachten bedrijfsuitkomsten. Op de akkerbouwbedrijven in de kleigebieden wordt als gevolg van de lage opbrengst-
prijzen van o.a. konsumptieaardappelen en uien een sedert jaren ongekend laag niveau van bedrijfsuitkomsten verwacht.
Voor de weidebedrijven wordt gerekend op een aanmerkelijke verbetering ten opzichte van het voorgaande jaar toen de
uitkomsten zeer nadelig werden beïnvloed door de droge zomer.
Kontraktprijzen
konservenpeulvruchten 1978
D e Konservenpeulvruchtenkommissie van het Landbouw
schap heeft pogingen aangewend om met de organisatie van
afnemers van konserveüpeulvruchten te overleggen over de kon
traktprijzen voor 1978. Van de zijde van de afnemersorganisatie
blijkt geen behoefte aan centraal overleg te bestaan. Nu er dus
geen centrale afspraken voor het prijsniveau 1978 gemaakt wor
den, zuilen de telers (respektievelijk telersgroeperingen) en af
nemers van konservenpeulvruchten rechtstreeks onderhandelen.
Gunstige resultaten en
vooruitzichten bij Coöperatie
Z.O.N. Eindhoven
De akkerbouw
Tenzij de prijzen van de vrije akkerbouwprodukten zich in de
komende maanden herstellen zal de arbeidsopbrengst per on
dernemer in de akkerbouw op kleigrond op een, in vergelijking
met voorgaande jaren, zeer laag niveau komen. In het Zuid
westelijk kleigebied wordt zelfs een negatieve arbeidsopbrengst
verwacht en zal ook het ondernemersinkomen, dat mede de
beloning voor het eigen vermogen omvat, waarschijnlijk nog
negatief uitvallen.
In de Veenkoloniën worden hogere kg-opbrengsten verwacht en
zullen ook de geldopbrengsten per ha op een iets hoger niveau
komen. Hoewel de kostenstijging per ha beperkt blijft tot ca. 7%,
zullen ook in dit gebied de bedrijfsuitkomsten t.o.v. het voor
gaande jaar achteruitgaan.
De rundveehouderij
I n vergelijking met het zeer ongunstige jaar 1976/77 zullen de
bedrijfsuitkomsten van de weidebedrijven in 1977/78 aanmer
kelijk beter zijn. Door een kleine stijging van de melkproduktie
per koe en een ca. 5% hogere melkprijs, zal het melkgeld per ha
stijgen. Door de gunstige groeiomstandigheden zijn voorts goe
de wintervoorraden ruwvoer gewonnen. Ook de rundveeprijzen
zijn aangetrokken. Als gevolg hiervan zal de geldopbrengst per
ha ca. 10% hoger zijn dan in 1976/77.
Bovendien zullen de kosten per ha nauwelijks stijgen. Deze
gunstige ontwikkeling is vooral te danken aan lagere kracht-
voerprijzen (- 9%) en een geringer krachtvoerverbruik per koe,
waardoor de kostenstijging van de overige produktiemiddelen
kan worden opgevangen. De arbeidsopbrengst per ondernemer
zal dientengevolge aanmerkelijk hoger liggen dan in 1976/77.
Overigens blijft het nettooverschot van de melkveehouderijbe
drijven nog sterk negatief.
Arbeidsopbrengst en ondernemersinkomen
In de akkerbouw is het dit jaar geen schatgraverij
Konserventeelt in relatie tot tarweteelt
beidsopbrengst verkrijgt de ondernemer ook nog inkomen uit
zijn bedrijf als vergoeding voor geïnvesteerd eigen vermogen
(berekende rente en pacht na aftrek van eigenaarslasten).
Daarnaast zijn er veelal nog incidentele bedrijfsopbrengsten als
onderdeel van het ondernemersinkomen. Gemiddeld variëren
deze vergoedingen voor eigen vermogen en incidentele bedrijfs
„opbrengsten die ter vaststelling van het ondernemersinkomen
nog bij de arbeidsopbrengst per ondernemer (zie tabel) moeten
worden geteld, voor de grotere bedrijven tussen 9.000 en 16.000
gulden en voor de kleinere bedrijven tussen 6.000 en 8.000
gulden.
Gemiddelde arbeidsopbrengst in gld. per ondeniemer op pacht-
basis 4)
Akkerbouw
Grotere bedrijven
Kleinere
bedrijven
Noordelijk
Droogmak
Zuidwest
Veen
Klei
Veen
klei
IJsselm.
klei
koloniën
gebieden
koloniën
gebied
polders
gebied
gem.opp.vl.
57 ha
41 ha
50 ha
42 ha
21 ha
.18 ha
1972/73
44600
69.000
68.900
34400
22.000
16.000
1973/74
63.400
75.100
43.500
33.700
16.400
15.100
J974/75
62.300
63.700
23.500
51.100
17800
19.400
1975/76
76.000
107.700
81100
36.400
30.800
16.700
1976/77 1)
180.000
210.000
70.000
32000
48.000
12.000
1977/78 2) 3)
44.000
20.000
-15.000
26.000
1.000
12.000
Rundveehouderij
Grotere
bedri iven
Kleinere
bedri iven
Nrd.klei
Westelijk
Weide-
Gemengde
Weide
Gemengde
en veen-
weide
bedr
bedr.
bedrij
bedrij
weide-
gebied
zandge
zandge
ven
ven
bieden
bieden
gem.opp.vl.
31 ha
25 ha
24 ha
21 ha
14 ha
11 ha
1972/73
37000
30.700
30.500
25.900
16.900
12.700
1973/74
29600
22.400
21.700
23.700
14.100
9.6L0
1974/75
23.600
13.900
14.800
8.800
9.000
1.400
1975/76
28.700
26.000
26.900
25.100
14.400
7.700
1976/77 1)
20.000
12.000
4.000
3.000
5.000
-5.000
1977/78 2)
39.000
30.000
33.000
21.000
16.000
3.000
1) Voorlopige resultaten. 2) Prognose. 3) Opbrengstprijzen van vrije
produkten zoals konsumptieaardappelen, pootaardappelen, uien e.d.
vastgesteld op basis van de aktuele prijzen in augustus t/m oktober 1977.
Uitgaande van genormaliseerde opbrengstprijzen op basis van gemiddel
den in de afgelopen jaren zou de arbeidsopbrengst berekend zijn op:
grotere bedrijven N.kleigebied 38.000,- Droogmak. en IJsselm.p.
50.000,— Zuidw.kleigebied 28.000,— Veenkoloniën 27.000,—
kleinere bedrijven kleigebieden 21.000,- en Veenkoloniën
13.000,— 4) Op eigenaarsbasis zijn de kosten aanmerkelijk hoger. In
1977/78 wordt d tj verschil op de grotere bedrijven geraamd op ca.
750,- per ha.
1) Deze publikatie kan uitsluitend worden besteld door overschrijving van
8,— op girorekening no. 41.2235 t.n.v. het Landbouw-Economisch
Instituut te Den Haag. Vermeld dient te worden: "Zend Inlichting No.
159".
voor tarwe 1977 was in dit centraal overleg niet meegenomen en
berekend, omdat de verhoging in het najaar 1976 nog niet be
kend was.
Het Landbouwschap houdt vast aan de rentabiliteitsvergelijk-
baarheid. Daarom dient de verhoging van de richtprijs voor
tarwe, zoals die in 1977 tot stand is gekomen, meegenomen te
worden in de kontraktprijs 1978 van konservenpeulvruchten.
Bij gelijkblijvende secundaire voorwaarden (zoals zaaizaad-
prijs, enz.) zullen de kontraktprijzen voor konservenpeul
vruchten in 1978 met 4% moeten stijgen. Wanneer afnemers de
secondaire voorwaarden wijzigen en daarmede de kosten voor
de telers opvoeren, dient deze kostenstijging in de kontrakt-
prijsstijging tot uitdrukking te worden gebracht.
Geen overvraging
Regeerakkoord
Natuurlij k kan daardoor het gesloten akkoord niet op alle
punten even gedetailleerd zijn dan bij de formatie Den Uyl het
geval was. Wij vinden dat gezien de situatie aanvaardbaar, mits
de nieuwe regeringsploeg zo snel mogelijk met uitgewerkte
voorstellen ten aanzien van met name het sociaal, economische
en financieel beleid komt.
Overigens wijkt de koers op dit gebied, zoals die in grote lijnen is
uitgezet, niet ver af van wat wij als onze gedachten bij de alge
mene vergadering van het K.N.L.C. naar voren hebben ge
bracht.
Bestrijding dus van de werkeloosheid en verzekeren dat ook in
de toekomst onze zo waardevolle collectieve voorzieningen in
stand gehouden kunnen worden door met name de concurren
tiepositie van het bedrijfsleven te versterken. Immers daar moet
het nu eenmaal verdiend worden. Dat daarbij het gedeelte van
ons nationale inkomen dat de overheid naar zich toehaalt, niet
of nauwelijks meer toeneemt' spreekt de meeste zelfstandigen
zonder twijfel aan.
Wel zijn wij van mening dat beperking van de groei van de
kosten der sociale en collectieve voorzieningen zeer zorgvuldig
dient plaats te vinden. Het gaat er immers juist om degenen die
het werkelijk nodig hebben te kunnen blijven helpen, terwijl
bovendien de overheid vandaag de dag een aantal zeer wezen
lijke taken vervult die zeker niet aangetast mogen worden. Denk
maar aan onderwijs, volkshuisvesting e.d.
Landbouw en grondbeleid
worden.
Uiteraard gaat onze belangstelling in het bijzonder ook uit naar
de 3 blzn. van het ontwerp-akkoord die aan de grondpolitiek
zijn gewijd.
Zowel met betrekking tot de onteigeningswaarde, het voor
keursrecht voor de gemeente als de agrarische grondpolitiek
sluit dit akkoord duidelijk nauwer bij de K.N.L.C.-opvattingen
aan dan het akkoord-Den Uyl. Het zal nu vooral zaak zijn om zo
snel mogelijk de normen die aan de landbouwkundige toetsing
ten grondslag liggen in te vullen. Terecht wordt als uitgangspunt
genomen dat getracht moet worden de stijging van de prijzen
van landbouwgrond in belangrijke mate af te remmen. Overi
gens mag dat de eerste tijd ook best een stabilisatie van het
prijsniveau betekenen, gezien de veel te forse stijging die we het
laatste jaar hebben moeten konstateren.
Tenslotte is het voor land- en tuinbouw van belang dat in de
ministersploeg voor landbouw een bewindsman wordt opgeno
men die enigermate bekend is met de problematiek. Zeker met
de Brusselse prijzenronde voor de deur. LUTEIJN.
Onlangs hield de Coöperatie Zuid-OostNederland (Z.O.N.)
haar jaarvergadering. Dit gebeurde in het grote nipuwe kan
toorgebouw dat enige tijd geleden gebouwd is.
Na een openingswoord- en welkomstwoord van de voorzitter
Dhr. G.v.Veldhuizen, waarin hij konstateert dat het een zeer
gunstig jaar is geweest voor de coöperatie, worden de door
sekretaris D. Aarden samengestelde notulen voorgelezen en
goedgekeurd.
De jaarstukken worden door de direktie, dhm. D. Engelen en D.
Kommer nader toegelicht en vragen daaromtrent beantwoord.
De exploitatierekening vertoont een batig saldo van ruim
100.000,— Deze Coöperatie heeft zich in haar 30 jarig
bestaan opgewerkt tot de 20e plaats op de lijst van 120
aangesloten coöperaties bij CebecoHandelsraad.
De omzet heeft in dit jaar 76-77 ruim 33 miljoen bedragen. Dit
betekent t.o.v. 75-76 een stijgióg van 50% en t.o.v. 74-75 een
stijging van 100%..
Mede door deze groei en expansie is men in dit boekjaar over
gegaan tot de aankoop van het naastliggende terrein van 2800
mr met kantoorruimte. Verkiezing van bestuursleden en leden
van de Raad van Toezicht geschiedt geheel volgens de voor
drachten.
Tot slot dankt de voorzitter de leden voor hun afname en niet in
't minst ook het personeel voor hun akkuratesse en toewijding.
Dank zij leden en personeel is deze spektaculaire groei mogelijk
gemaakt.
Het Z.O.N.netje schijnt fel in Brabant.
4