Subsidie
op energiebesparing
in de tuinbouw
Het Zeeuwse wijnmakersgilde groeit in ledental
I n verband met een nieuwe subsidieregeling op energie
besparing geven wij hieronder een overzicht van de huidige
subsidiemogelijkheden op energiebesparing in de tuin
bouw.
Eerste trekkerrijbewijs
jeugdigen uitgereikt
M isschien wilt u na het lezen van dit artikel direkt aan de
OUDE REGELING VAN HET MINISTERIE
VAN VOLKSHUISVESTING
NIEUWE REGELING VAN HET
MINISTERIE VAN ECONOMISCHE
ZAKEN
De aanvragen moeten vóór 15 december
a.s. worden ingediend!
In september 1977 belangrijk meer sla
aangeplant
Een leuke hobby, die veel veld wint
Ing. L. Mulder
hoofdafdeling Tuinbouw van het Landbouwschap
Welke investeringen komen in aanmerking?
- warmte-isolatie van daken, wanden, ramen en vloeren in
bedrijfsgebouwen
- dubbel glas en voorzetramen in bedrijfsgebouwen
- voorzieningen voor de automatisering van klimaatregeling
in kassen
- weersafhankelijke en tijdsafhankelijke regelinstallaties in
bedrijfsgebouwen
- beweegbare schermen van kunststof voor energiebesparing
eventueel gekombineerd met verduistering, in kassen
- rookgaskondensors, zowel enkele als kombi-kondensors.
N.B. Alleen de kondensor komt in aanmerking; niet de hierop
aangesloten grond- of ruimteverwarming.
De hiergenoemde investeringen komen alleen voor subsidie in
aanmerking, wanneer deze worden aangebracht in bedrijfsge
bouwen en kassen, die vóór 1 mei 1975 zijn gebouwd.
Investeringen in nieuwe gebouwen en kassen komen dus voor
de regeling van Volkshuisvesting niet in aanmerking!
Hoogte van de subsidie
De hoogte van de subsidie bedraagt 2/9 deel van de investe
ringskosten (ruim 22%). De investeringskosten moeten tenmin
ste 3.000.— bedragen. Er is geen maximum gesteld aan de
subsidie.
Waar subsidie aanvragen?
Direktie Bouwnijverheid van het ministerie van Volkshuisves
ting, van Alkemadelaan 85 in Den Haag. Men kan de aan
vraagformulieren ook telefonisch bestellen: telefoon 070 -
264201. toestel 2963.
Procedure
De behandeling van de aanvraag kan wel 4 a 5 weken duren. In
veel gevallen komt er een ambtenaar van het Bureau BTE (TNO
en Bouwcentrum) de zaak ter plaatse bekijken, omdat dit bu
reau technisch advies uitbrengt over de subsidieaanvragen.
Men mag voor eigen risiko (risiko dat de subsidie wordt afge
wezen) de materialen en dergelijke wel bestellen, maar men mag
met de eigenlijke bouw niet beginnen voordat men bericht van
goedkeuring van Volkshuisvesting heeft gekregen.
Advies:
Eventuele plannen voor energiebesparing eerst bespreken met
de tuinbouwvoorlichtingsdiensten. Deze zijn met de regeling op
de hoogte.
Deze regeling heeft een veel bredere strekking dan de regeling
van Volkshuisvesting.
Welke investeringen komen in aanmerking?
Met name worden genoemd:
- inrichtingen voor het nuttig gebruiken van afvalwarmte
- inrichtingen voor het gelijktijdig uit energie produceren van
warmte en licht (bijv. Total Energy-projekten)
met de voorgaande investeringen samengaande aan- en af-
voerleidingen en regelapparatuur.
Belangrijk is dat in de regeling een soort "kapstokartikel" is
opgenomen waaraan vrijwel alles kan worden opgehangen. Er
staat namelijk: "Andere bedrijfsmiddelen die dienen tot bespa
ring op het energieverbruik".
Het is niet mogelijk om in een uitputtende lijst aan te geven wat
er precies allemaal onder de regeling kan vallen. Het advies van
Economische Zaken is: wanneer er tuinders zijn die bepaalde
ideeën hebben, laat men deze dan konkreet uitwerken en in
dienen! Het allerbelangrijkste is dat men globaal in kubieke
meters gas kan aangeven hoe groot de energiebesparing is. Dit
vraagt dus enig rekenwerk. Het is daarom verstandig om kon-
takt op te nemen met de tuinbouwvoorlichtingsdiensten, omdat
deze vaak al over allerlei energiebesparende voorzieningen be
rekeningen hebben gemaakt en dus over cijfers beschikken.
Vast staat dat alle investeringen, die voor de regeling van
Volkshuisvesting in aanmerking komen, niet onder de regeling
van Economische Zaken kunnen vallen. Het heeft dus geen zin
om aanvragen voor isolatie, schermprojekten, klimaatregeling
en rookgaskondensors bij Economische Zaken in te dienen.
Op dit laatste is één uitzondering: de klimaatregeling en rook
gaskondensors in nieuwe gebouwen en kassen van na mei 1975.
Deze kunnen wel bij Economische Zaken worden ingediend,
omdat deze namelijk niet onder Volkshuisvesting vallen.
Isolatie- en schermprojekten komen nooit voor subsidie van
Economische Zaken in aanmerking, dus ook niet in gebouwen
en kassen van na mei 1975.
De op rookgaskondensors aansluitende grondverwarming en
ruimteverwarming komen niet voor de regeling van Volkshuis
vesting in aanmerking. Volgens de tekst van de subsidiebe
schikking kunnen deze wel onder de regeling van Economische
Zaken vallen.
Hoogte van de subsidie
De hoogte van de subsidie bedraagt 25%. De investering moet
tenminste 10.000.— bedragen. Er is een maximum subsidie
van 1.000.000,— doch dit zal in de tuinbouw niet gauw wor
den gehaald.
Waar subsidie aanvragen?
Direktie van de Energievoorziening van het ministerie van
Economische Zaken, Bezuidenhoutseweg 30 te Den Haag. Men
kan zich ook telefonisch melden: telefoon 070 - 814011
Men ontvangt bij aanmelding een exemplaar van de iekst van de
subsidiebeschikking plus een lijstje met vragen die men moet
beantwoorden en weer opsturen.
De belangrijkste vragen zijn:
konkreet aangeven wat men wil gaan doen (gedetailleerde
omschrijving maken)
- raming van de investeringskosten (zo mogelijk offerte op
sturen)
- energiebesparing ten opzichte van het huidige energiever
bruik (berekening maken).
Voor het rustig kunnen overwegen van de plannen is dit veel te
kort, maar Economische Zaken schijnt niet anders te kunnen
vanwege budgettaire redenen. Er is namelijk door het kabinet
alleen voor dit jaar geld beschikbaar gesteld 20 miljoen).
Voor de bouw of het aanbrengen van de eigenlijke investering
zelf, heeft men nog alle tijd. Hierover mag men namelijk nog
een jaar doen.
Mocht men konkrete plannen hebben, werk deze dan uit en dien
deze zo spoedig mogelijk in. Ook hier is ons advies: pleeg over
leg met de tuinbouwvoorlichtingsdiensten.
Vaardigheid verhoogt veiligheid
"Onbekwame mensen, die gebruik maken van techniek, zijn een
gevaar voor zichzelf en voor anderen. Want wat zijn verkeers- en
bedrijfsongevallen anders dan het uit de hand gelopen gebruik
van technische hulpmiddelen. Daarom wordt er op agrarische
scholen veel aandacht besteed aan hand- en vakvaardigheid, als
mede aan beroepsgerichte technieken. Werd enkele jaren gele
den wel bezwaar gemaakt tegen een te grote beroepsgerichtheid
van het agrarisch vakvaardigheidsonderwijs, tegenwoordig wordt
weer veel nadruk gelegd op de maatschappelijke betrokkenheid
van het onderwijs. En als er één vorm van onderwijs gericht is op
de ontwikkelingen van de persoonlijkheid zoals die in een mo
derne samenleving moet zijn, dan is dat het vakvaardigheidson
derwijs. Bij dit onderwijs wordt hij de leerstofomschrijvingen in
algemene en beroepsgerichte technieken van de aanvang af spe
ciale aandacht besteed aan de veiligheidsaspekten."
Dit o.m. zei de direkteur van het Landbouwonderwijs, i'r. P. van
der Schans, in zijn rede gehouden op 1 november jl. in de lagere
agrarische school te Nijkerk t.g.v. de uitreiking van het eerste
trekkerrijbewijs voor jeugdigen aan Peter Pauwels (geboren 1
november 1961).
De teelt van tomaten werd in september 1977 beëindigd op 536
ha. Dit is bijna 50 ha of 10% meer dan in september 1976
Op 1 oktober 1977 was de "stand" 912 ha tegen 883 ha vorig jaar.
Dit o.m. blijkt uit een door het C.B.S. gehouden steekproef
"Tuinbouwgewassen onder glas" per 1 oktober 1977.
Zoals bekend mogen 16- en 17-jarigen vanaf 1 november geen
trekkers meer besturen zonder dit rijbewijs, dat de Stichting
Examens voor de Georganiseerde Landbouw afgeeft.
Ter regeling van de afgifte van het trekkerrijbewijs heeft de
minister van Landbouw een commissie ingesteld. Hierin zijn
overheid en bedrijfsleven gebundeld. Zij stelt de exameneisen
vast, verzorgt de opleiding en begeleiding van docent-examina
toren en ziet toe op het verloop van de examens. Zij heeft tevens
de richtlijnen voor de kursussen voor de opleiding tot het trek
kerrijbewijs voorbereid.
De heer van der Schans deelde mede dat het streven erop is
gericht aan elke agrarische school een examinator te verbinden.
Momenteel zijn reeds 80 docenten bevoegd dit examen af te
nemen, terwijl er nog 30 in opleiding zijn.
Jeugdigen die geïnteresseerd zijn in deze (korte) opleidingskur-
sus, kunnen reeds vanaf drie maanden voor hun 16e verjaardag
hieraan deelnemen. Het trekkerrijbewijs wordt direkt na het
met goedgevolg afleggen van het examen uitgereikt.
Komkommers
Ook de geruimde oppervlakte komkommers was in september
1977 groter dan vorig jaar (319 resp. 226 ha). De nog aanwezige
oppervlakte per 1 oktober 1977 bedroeg 506 ha. Deze opper
vlakte is ieté kleiner dan die op dezelfde datum in 1976 (516 ha).
Sla
De aanplant van sla bedroeg in september 1977 603 ha. Dit is 75
ha of 14% meer dan de aanplant in september vorig jaar. De
geoogste oppervlakte was kleiner dan vorig jaar (23 resp. 48 ha).
Op 1 oktober 1977 was aanwezig 632 ha. In vergelijking met
vorig jaar betekent dat een toeneming met ongeveer 50 ha of 9%.
is iedereen welkom, ook al weet u van wijn weinig af. Voor
nadere inlichtingen omtrent de wedstrijd kunt u zich wenden tot
de heer R. Voermans, Hooghout 32b te Breda. Wilt U eventueel
toetreden tot de Zeeuwse wijnmakersklub dan kunt u bellen
naar de heer Luteyn, tel. 01180-25711, en voor Brabant naar de
heer van de Heuvel, tel. 01835 - 1616.
Wijn maken is voor onze land- en tuinbouw eigenlijk een randgebied, niettemin is het een liefhebberij die snel aan
belangstelling wint. Ook onder onze fruittelers zijn er wel die van hun eigen fruit wijn maken. Volgens de huidige wetgeving
is het eigenlijk een verboden hobby, maar zolang men de eigen gemaakte wijn niet verkoopt, wordt een vervolging door de
justitie geseponeerd. Landelijk wordt deze hobby momenteel georganiseerd in een nationaal verenigingsverband en de
wijnmakers in Zeeland zijn hierin erg aktief.
De mensen die in klubverband deze hobby bedrijven zijn in vergelijking met degene die nergens bij zijn aangesloten maar
een kleine groep. Schattingen komen neer op 10.000 personen die zelf wijn maken. Hierbij is dan 750.000 hectoliter wijn
en 225.000 kg suiker betrokken. De schatting is aan de lage kant. In Zeeland en Brabant b. v. zijn er wijnmakers die per jaar
al 400 liter zelf brouwen. De meeste vruchtenwijn echter wordt industrieel gemaakt, o.a. de goedkope vermouth.
Kruisbessenwijs smaakt naar Rijnwijn
T
1 n Zeeland zijn de wijnmakers verenigd onder de naam van
"Zeeuws Amateur Wijngilde" met als spreuk Luctor et Fer-
mento. De voorzitter is de heer M. Luteyn, en de sekretaris J.
van Schaik. In Brabant is de voorzitter de heer J. van den
Heuvel. Al het Zuid-Westelijke fruit is geschikt om wijn van te
maken. Appels, peren, pruimen, maar vooral ook kleinfruit,
zoals bessen en bramen voldoen goed. Een goede kruisbessen-
wijn doet veel denken aan een Rijn- of Moezelwijn. Er zijn zelfs
liefhebbers die trachten de Champagne te imiteren, daarvoor
worden niet al te rijpe kruisbessen gebruikt. Ook in het wild
groeiend fruit kan worden gebruikt, zoals wilde bramen, vlier
bes, vogelkers en duindoorn.
Wedstrijd wijnmaken in Breda
O p 26 november zal te Breda in het Euromotel voor de derde
keer een nationale wedstrijd wijnmaken worden georganiseerd.
Overigens zullen er nu ook Belgen wijn inzenden ter vergelij
king met het eigen produkt. Een internationale jury zal de in
gezonden wijnen keuren en beoordelen. Iedereen kan er aan
meedoen. Wanneer u toevallig thuis een goed eigengemaakt
wijntje heeft staan, stuur het dan maar op. Op deze wedstrijddag
Recept Wienpeeënwien
gang, welnu we kregen van de heer Luteyn het volgende recept
voor Wienpeeënwien
winterwortels 3 kg
suiker 1.3 kg
rozijnen 0,2 kg
citroenen 2 stuks of 10 gram citroenzuur
vijf liter water (verder nog wat gist).
Was de wortels en snij ze Fijn, breng ze daarna zachtjes aan de
kook en laat ze zachtjes sudderen, vooral niet tot prut laten
koken. De kooktijd bedraagt ongeveer 20 minuten.
Het kookvocht moet door een doek worden gezeefd, vooral niet
persen of wringen anders wordt later de wijn niet helder. Nu het
totale volume op 5 liter brengen en dan na het afkoelen 5 gram
gist toevoegen. Vervolgens dit mengsel op een warme plaats
zetten, niet warmer dan 28 graden C. Wel moet u dagelijks de
fles schudden. Het gistproces duurt vier tot zes weken. Wanneer
de wijn helder gaat worden, moet u het vocht met een slangetje
overhevelen in een andere fles en daarna koel wegzetten. Laat
het maar een jaar staan, en ga dan eens proeven, volgens de
wijnmakers in Zeeland zult u er dan versteld van staan.
12
