wintertarwe
duphar
Drukkerij Vink b.v.
Postbus 16 - Axel
zeker in het bouwplan
zeer produktief
wintervast
mooie korrel
goede bakkwaliteit
Uw advertentie opdrachten voor het
bestrijdt u direct na het zaaien met
uitstekende bestrijding van duist, straatgras,
windhalm, kamille, ereprijs en muur.
Onovertroffen in zijn werking op kleefkruid
optimale vochtonafhankelijkheid. Zelfs in het
droge najaar 1975 was de werking goed
effect vrijwel onafhankelijk van de grondsoort
kan op alle tarwerassen worden toegepast
onderteelt van veldbeemd of rood zwenkgras
reeds in het najaar mogelijk.
In het voorjaar kan iedere onderteelt worden
ingezaaid
25-jarig bestaan Federatie
"Het Landbouwwerktuig"
A
3Cz.l.m. Land- en Tuinbouwblad dient U te sturen naar:
Ir. J. Crucq: Landbouwmechanisatie tot 1990 niet
groter, wél beter
Graanoogst EEG overtreft gemiddelde van afgelopen
vijf jaar
Wonderplant voor Derde Wereld
OKAPI
j
onkruid in
wintertarwe
tok - ultra
«loeiliaar
PHILIPS DUPHAR NEDERLAND B.V.
AMSTERDAM POSTBUS 7133 TELEFOON 440911
Tok '-Ultra is een produkt van Rohm and Haas France S.A.
fgelopen week vierde de Federatie "Het Landbouwwerktuig" haar vijf en
twintigjarig bestaan o.a. met een symposium op de Flevohof met als onderwerp
"Landbouwmechanisatie tussen nu en 1990". Een van de sprekers was Ir. J.
Crucq, konsulent landbouwwerktuigen. Hij wees er op dat in de toekomst geen
nog grotere machines verwacht moeten worden, maar wel betere. Dit betekent
ook betere benutting van arbeid en machines. Op dat gebied is nog wel wat te
verbeteren. Uit een struktuurenquette blijkt dat
- driekwart van de maaidorsers minder dan 50 hektare per jaar oogst;
- tweederde van de tweerijige aardappelrooiers minder dan 25 hektare per jaar
oogst;
- driekwart van de zesrijige bietenrooiers minder dan 50 hektare per jaar oogst.
De benutting, vooral van de grote, dure oogstmachines, is en blijft een moeilijk
punt. Deze machines zullen ook in de toekomst op het individuele akkerbouwbe
drijf nauwelijks rendabel gemaakt kunnen worden. Wachtwoorden zijn hier:
loonwerk en samenwerking.
Tot nu toe is het aandeel van het loonwerk in de akkerbouw nog steeds toegeno
men. De voordelen zijn dan ook duidelijk: geen investeringen, de nieuwste ma
chines en vakkundige bediening. Ook de extra arbeid die men via het loonwerk in
topperioden aantrekt is belangrijk.
Maar daar staat tegenover dat het inschakelen van de loonwerker ten koste kan
gaan van de benutting van eigen arbeid en het is op akkerbouwbedrijven toch al zo
moeilijk de beschikbare arbeid nuttig aan te wenden. Aan dit punt zal in de
komende periode dan ook meer aandacht worden besteed en dat betekent:
- meer samenwerking in de vorm van kombinaties. Het sukses van de drierijige
bietenrooiers is daarvan al een teken;
- meer loonwerkkombinaties, waarbij de loonwerker voor de oogstmachine zorgt
en de boeren het transport verrichten.
Voor de loonwerkers blijft er werk, maar uitbreiding is er nauwelijks te verwach
ten, behalve misschien in het gespecialiseerde werk (grondverbetering, slooton-
derhoud, de oogst van bijzondere gewassen, e.d.).
Vooral het loonwerk heeft een belangrijk aandeel in het werk op akkerbouwbe
drijven. Volgens het LEI heeft ongeveer 25 pet. van de bewerkingskosten in de
akkerbouw betrekking op loonwerk. Uit de Struktuurenquête Akkerbouwbedrij
ven 1975-1976 blijkt, dat bijna de helft van het graan met machines van loonwer
kers wordt geoogst en dat deze ook ongeveer een derde van de aardappeloogst en
bijna driekwart van de bietenoogst voor hun rekening nemen. Het gekombineerd
gebruik van deze oogstmachines blijft daar nog sterk bij achter. Bij de graanoogst
wordt ongeveer 20 pet. met gezamenlijk gebruikte machines geoogst, bij de aar
dappeloogst is dat ongeveer 28 pet. en bij de bietenoogst ongeveer 14 pet.
Tenzij zich geheel onvoorziene omstandigheden voordoen, zal de mechanisatie
van de akkerbouw doorgaan. Er zal daarbij wel een accentverschuiving optreden
van groter naar beter. De Nederlandse akkerbouw heeft ook in de komende 15 jaar
behoefte aan machines. Wat dat betreft is er een blijvende taak voor de leden van
de bij de jubilerende Federatie Het Landbouwwerktuig aangesloten organisaties.
Maar ook van hen zal steeds meer kennis en vakkundigheid worden geëist, aldus
ir. Crucq. (Fries Landblad).
De graanoogst van de EEG heeft dit jaar naar schatting 102,7 miljoen ton
bedragen. Vorig jaar bedroeg de oogst 90,5 miljoen ton. Het gemiddelde van de
afgelopen vijf jaar (1972 t/m 1976) bedraagt 100,9 miljoen ton. Dat heeft de
Europese Commissie, het "dagelijks bestuur" van de EEG, meegedeeld. De
commissie zegt dat de oogst betrekkelijk groot is als gevolg van een hoge op
brengst per hectare. De kwaliteit is echter niet al te best: er is veel schot en het
graan bevat veel vocht.
Het aandeel van tarwe zal dit jaar tussen 39 en 39,5 miljoen bedragen. De
tarwe-oogst van 1976 bedroeg 39,2 miljoen ton en het gemiddelde van 1972/76
beloopt 41 miljoen ton. De commissie raamt de gerstoogst op 36,5 a 37 miljoen
ton (1976: 29,9 miljoen ton en gemiddeld 1972/76: 33,1 miljoen ton). Als alles
goed gaat zal de EEG dit jaar 14,5 a 15 miljoen ton maïs oogsten, zo zegt de
commissie. Vorig jaar werd 11,1 miljoen ton geoogst. De gemiddelde oogst van
1972/76 bedroeg 13,9 miljoen ton.
Het graanareaal van de EEG bedroeg dit jaar naar schatting 25,89 miljoen
hectare, vergeleken met een areaal van 26,17 miljoen hectare in 1976 en een
gemiddelde van 26,58 miljoen de afgelopen vijf jaar. Het tarwe-areaal van de
gemeenschap heeft dit jaar naar schatting 10,18 miljoen hectare bedragen. Vorig
jaar was op 11,23 miljoen hectare tarwe ingezaaid en de afgelopen vijf jaar
gemiddeld op 10,97 miljoen hectare. Voor gerst luiden de cijfers respektievelijk
9,31 miljoen, 8,89 miljoen en 8,83 miljoen, voor maïs 2,79 miljoen, 2,33 miljoen
en 2,81 miljoen.
(ANP-Graanbulletin)
Een wonderplant die veel in Mexico voorkomt, de leucaena, kan in de komende
jaren de voedselproblemen van de ontwikkelingslanden oplossen. Aldus een
zojuist verschenen studie van de Amerikaanse nationale raad voor wetenschap
pelijk onderzoek (National Research Council).
De leucaena, familie van de mimosa, komt voor in de vorm van struiken of
bomen en kan worden gekweekt in klimaten die niet geschikt zijn voor traditio
nele gewassen.
Volgens de studie van de National Research Council hebben de experimenten in
Hawaï, Australië en in de Philippijnen uitgewezen dat de leucaenaverbouw
behalve veevoeder ook mest, brandhout en papierpulp oplevert.
De leucaena groeit goed op stikstofarme grond en in zeer droge streken. Hij heeft
weinig verzorging nodig. Als struik verspreidt hij zich even snel als onkruid. Als
boom kan hij in 6 a 8 jaar bijna 20 meter hoog worden.
(Economisch Dagblad, 19-9-1977)