HET LANDBOUWBELEID BLIJFT
AFGESTEMD OP CONTINUÏTEIT EN GROEI
Zaai een goede veilige
tarwe - zaai NAUTICA
Landbouwbegroting 1978
D
D eze Memorie van Toelichting is ge
schreven tijdens de kabinetsformatie.
Daarmede zijn haar beperkingen aangege
ven.
"Nieuw" beleid blijft voorshands in de
schoot der goden verborgen. Dit stuk heeft
dan ook meer een beschrijvend dan een
plannend karakter. Het is een weergave van
de lopende zaken, opvattingen en beleid.
Het bevat geen politiek testament. Wie dat
wil lezen behoeft slechts de kort geleden
gepubliceerde structuurvisies op verschil
lende beleidsterreinen van mijn departe
ment op te slaan. Vorig jaar heb ik in de
toelichting op mijn begroting al een aantal
meer persoonlijk getinte woorden neerge
schreven. Deze woorden zijn nog steeds,
onverkort, van kracht. Zij kunnen slechts
worden onderstreept."
Funkties van de cultuurgrond
Beheer van de grond
Stand van de wetgeving
Versterkte aandacht voor kwaliteitsbeleid
O,
O
H,
vervolg op pag. io
Advertentie IM
Aldus schrijft minister mr. A. van der Stee (land
bouw en visserij) ter inleiding van de Memorie van
Toelichting op de begroting van zijn departement
voor het dienstjaar 1977/1978.
ultuurgrond vervult voor onze samenleving de tweeledige
funktie van produktiemiddel en van "drager" van natuur en
landschap.
Slechts bij een efficiënt en rationeel producerende land- en
tuinbouw zal de bijdrage aan de nationale economie het grootst
zijn. Daarom blijft het beleid afgestemd op continuïteit en groei.
Deze groei moet selektief zijn en plaatsvinden binnen de rand
voorwaarden, gesteld door andere belangen en (mede)gebruikers
van het landelijke gebied. Het beleid voor onze land- en tuinbouw
houdt dan ook duidelijk rekening met de belangen van milieu,
natuur- en landschapsbehoud, bosbouw, rekreatie en uitbouw van
kleine woonkernen.
Daarnaast wordt het beleid gericht op het zuinige gebruik van
grondstoffen en energie alsmede op het gebeuren elders, met
name in de ontwikkelingslanden.
oor het overgrote deel van onze cultuurgrond zal de produk-
let belai
gestreefd wordt naar een funktionele kombinatie van produktie
en beheer t.b.v. natuur- en landschapsbehoud.
De Nota betreffende de relatie tussen landbouw en natuur en
landschapsbehoud (Relatienota) geeft een duidelijk kader voor
deze integratie van landbouw en natuur en landschap.
In dit verband is het noodzakelijk, het huidige landinrichtings-
beleid voort te zetten en waar nodig te vernieuwen. Om het
hoofd te kunnen bieden aan de steeds ingewikkelder wordende
problemen is het van belang zo spoedig mogelijk tot een land
inrichtingswet te komen. Daarnaast is ook een verder opera
tioneel maken van de beheersregelingen van duidelijke beteke
nis.
Tussen landinrichting - waarmede ook landschapsbouw en na-
tuur- en landschapsbescherming verbonden zijn - en bosbouw
bestaat een onverbrekelijke samenhang, omdat bos. naast de
produktiefunktie. tevens funkties ten aanzien van natuur- en
landschap vervult. De kern van het bosbouwbeleid is dan ook
gericht zowel op instandhouding en verbetering van het be
staande areaal als op uitbreiding. Hoewel daarbij - afhankelijk
van de lokatie - nu eens de ene, dan weer de andere funktie
bijzondere aandacht zal vragen, zal het beleid gericht moeten
zijn op een houtproduktie die rentabiliteitsbasis biedt voor
duurzame instandhouding van het bos met al zijn funkties. Dit
levert dan tegelijkertijd een zo goed mogelijke bijdrage aan de
verlichting van de moeilijke situatie op het gebied van de hout
voorziening.
Ter ondersteuning van het landbouwstructuurbeleid in de
breedste zin des woords is een slagvaardig grond- en pachtbeleid
nodig. Doelstelling daarvan dient te zijn een verantwoorde toe
wijzing van gronden te bevorderen, alsmede de prijzen van
landbouwgronden te stabiliseren. De bijstelling van het pacht
normenstelsel en een wijziging van de Pachtwet zijn evenzeer
yan belang om de mobiliteit van de pachtgrond te vergroten en
in te spelen op verschillende beheerssituaties.
aar de uitoefening van land- en tuinbouw plaatsvindt in een
marktekonomie., zal het agrarische inkomen in de eerste plaats
uit de markt moeten komen. Hierdoor is blijvend aandacht nodig
voor het markt- en prijsbeleid, dat primair gericht is op markte
venwicht en daardoor op stabilisatie van de prijsvorming. Meer
dan de helft van onze agrarische produktie wordt uitgevoerd naar
de E.G.-markt. Voor de inkomensvorming in de land- en tuin
bouw dient dan ook gezocht te worden naar mogelijkheden, het
gemeenschappelijk landbouwbeleid te versterken. De behoefte
hieraan zal temeer optreden als de Gemeenschap wordt uitge
breid. Hierbij zal gewaakt moeten worden tegen een verdere
achteruitgang in de samenhang binnen de Gemeenschap.
Een marktevenwicht, samen met stabiele prijzen, zal de conti
nuïteit van de efficiënt werkende bedrijven kunnen verzekeren.
De grenzen van het markt- en prijsbeleid zijn echter zodanig,
dat niet steeds voor alle, voor de produktie noodzakelijk be
drijven een aanvaardbaar inkomen uit de markt kan worden
bereikt. Om tegemoet teken in tijdelijke inkomensproblemen, is
- in het kader van het sociaal beleid - de Rijksgroepsregeling
Zelfstandigen werkzaam. Bij toepassing van deze regeling zal
ook in de toekomst rekening gehouden moeten worden met de
specifieke situatie van het vermogen voor de inkomensvorming
in land- en tuinbouw.
Bij blijvende inkomensproblemen zal bedrijfsbeëindiging
onontkoombaar zijn. In dit stadium is het regeringsstandpunt
van belang over het advies van de Sociaal Economische Raad
met betrekking tot de eventuele opstelling van de Wet Werke
loosheidsvoorziening voor ex-zelfstandigen. Voor de oudere
ondernemers is de Rijksgroepsregeling Oudere Zelfstandigen
van betekenis.
Hoe noodzakelijk het voeren van een inkomensbeleid is, blijkt
nogeens uit.de in deze Memorie van toelichting gegeven (voor
lopige) cijfers voor de arbeidsopbrengsten. Een blijvend pro
bleem vormen hier de steeds doorgaande kostenstijgingen, die
niet volledig goedgemaakt worden in de prijzen. Weliswaar is in
1976, door de bijzondere weersomstandigheden en de daarmee
samenhangende marktontwikkeling, voor een beperkt aantal
categorieën deze negatieve tendens niet opéetreden. maar voor
het geheel van onze landbouw blijft zorg bestaan over de inko
mensontwikkeling.
tiefunktie het belangrijkst hlijven. Bij reservaten daarentegen zal
de nadruk liggen op natuur- en landschapsbeheer. Tussen deze
beide categorieën liggen de gronden in beheersgebieden waar
Landbouwwet
Aanpassing aan de gewijzigde Comptabiliteitswet en verster
king van controlebevoegdheden bij de produktschappen. In
diening 1977/1978.
Uitvoering Landhouwkwaliteitswet
Totstandkoming 1977/1978 van besluiten inzake boter, kaas.
scharreleieren, bloembollen.
Veewet
O.a. wijziging schadevergoedingsregeling en bevoegdheden tot
het stellen van eisen aan de bedrijven, op het gebied van ge
zondheid en welzijn van dieren. Indiening 1977/1978.
Diergeneesmiddelenwet
Nieuwe regeling voor diergeneesmiddelen. Indiening
1977/1978.
Kanalisatie, diergeneesmiddelen
Herziening regeling voor kanalisatie van zgn. sterkwerkende
diergeneesmiddelen.
Wetsontwerp in behandeling bij de Tweede Kamer.
Uitoefeningswet diergeneeskunst
Regeling tuchtrecht: herziening regeling beperkte bevoegd
heid van veeverloskundigen en castreurs. Indiening 1977/1978.
Wet op de sera en entstoffen
Nieuwe regeling voor een keuring van veterinaire sera en ent
stoffen. Indiening 1977/1978.
Uitvoering van de Wet dierenvervoer
Regelingen voor het vervoer over de weg en per schip en vlieg
tuig. Totstandkoming 1977/1978.
Meststoffenwet
Herziening wegens veroudering: aan banden leggen van ge
bruik van ongewenste meststoffen. In voorbereiding.
Zaaizaad- en Plantgoed wet
Herziening in verband met de E.G.-regeling rassenlijsten. Ir.
voorbereiding.
Landinrichtingswet
Nieuwe regeling ter vervanging van de Ruilverkavelingswet.
Indiening 1977/1978.
Pachtwet (le ondertekenaar justitie)
Herziening ter beperking van het continuatierecht na de 85-
jarige leeftijd ter vervroeging van de wettelijke overdrachts
leeftijd en om inbreng van pacht in een maatschappij mogelijk
te maken. In voorbereiding.
Borgwet
Herziening in verband met de strooiselroof. In voorbereiding.
p diverse terreinen krijgt het kwaliteitsbeleid een steeds groeiende aandacht. Deze ontwikkeling, die zich ook in de
toekomst zal voortzetten, houdt mede - en niet in de laatste plaats - verband met de toenemende interesse van de afnemers
voor de kwaliteit van levensmiddelen. De "gezondheidsaspekten" en de voedingswaarde der produkten zijn hieronder te
begrijpen. Deze toenemende interesse houdt ook in dat er meer dan voorheen behoefte is aan voorlichting omtrent de
produkten, op het etiket of anderszins. Het beleid richt zich erop, aan goed geïnformeerde consumenten, tegen een
redelijke prijs, een breed scala van betrouwbare produkten - in verschillende kwaliteitsklassen - aan te bieden.
Dit beleid bevat alle fasen van produktie, verwerling en handel, tot en met de afzet aan de consument, omdat zij
onlosmakelijk verbonden zijn met de uiteindelijke kwaliteit van het aan de consument aangeboden produkt. Bij het
kwaliteitsbeleid komen o.a. aan de orde: het toezicht op het gebruik van bestrijdingsmiddelen en op de aanwezigheid van
residuen van deze bestrijdingsmiddelen in de eindprodukten, het vaststellen van de kriteria verbonden aan bepaalde
kwaliteitsklassen en de produktinformatie, met name de "informatieve etikettering" voor de voorverpakte voedings
middelen.
Landhouwkwaliteitswet
nverminderd de bescherming van de volksgezondheid en de
bevordering van de eerlijkheid in de handel krachtens de Wa
renwet vormt de Landhouwkwaliteitswet in nationaal verband
een passend wettelijk kader voor het kwaliteitsbeleid. De afge
lopen periode zijn belangrijke vorderingen gemaakt met name
op het gebied van de tuinbouw. Op 1 oktober zal hef Land-
bouwkwaliteitsbesluit voor verse groenten en fruit in werking
treden. De organisatie en de structuur van het Kwaliteits Con
trole Bureau, een voortzetting van het Uitvoer Controle Bureau,
zijn zodanig aangepast dat de controle, die voorheen beperkt
was tot de export, zich nu kan richten zowel op de afzet binnen
Nederland als daarbuiten. Het brengen van zoveel mogelijk
kwaliteitsregels voor groenten en fruit, zowel bestaande als toe
komstige, onder één landbouwkwaliteitsbesluit is van groot be
lang om de slagvaardigheid van het beleid op dit terrein te
8
vergroten.
Ook voor de sektor geconserveerde groenten en fruit wordt
gewerkt aan een geleidelijke verdere uitbouw van de huidige
kwaliteitswetgeving. Een ontwerpbesluit voor deze produkten is
gereed en interdepartementaal overleg zal binnenkort plaats
vinden.
Op het gebied van de vleeswaren zal dit jaar het Baconbesluit
van kracht worden. De Stichting Nederlandse Baconcöntrole zal
worden belast met de keuring van zowel bacon voor de bin
nenlandse markt als voor export. Voor de sektor vleeswaren in
het algemeen staat een besluit op stapel, dat een aantal mini
mumeisen zal omvatten. Het Produktschap voor Vee en Vlees
zal. in medebewind, specifieke eisen aan de afzonderlijke pro
dukten gaan stellen.
In de zuivelsektor bevindt het ontwerp-Boterbesluit zich in het
stadium van interdepartementaal overleg. Het ontwerp-Kaas-
besluit zal deze fase binnenkort ingaan. De met deze besluiten
samenhangende reorganisatie van de controle-instellingen ver
loopt voorspoedig.
De voorbereiding van de integratie van het Rijkszuivelstation te
Leiden met het Rijkslandbouwproefstation in Maastricht tot het
Rijks-Kwaliteitsinstituut voor Land- en Tuinbouwprodukten te
Wageningen maakt goede vorderingen. Dit instituut zal worden
ingeschakeld bij het rijkstoezicht waarin de Landhouwkwali
teitswet voorziet, terwijl het daarnaast monsteronderzoek zal
verrichten.
"Alternatieve produkten"
.oewel het nog steeds een kleine markt betreft, valt er een
toenemende belangstelling te constateren voor op "alternatieve
wijze" voortgebrachte produkten. Ter bescherming van de con
sumenten en in het belang van de bonafide producenten dient te
worden voorkomen dat produkten. die als "alternatief' of
"biologisch" worden verkocht, niet zijn geteeld overeenkomstig
één der bedoelde methoden. Dit is los te zien van de objektieve
merites van de betreffende methoden: consumenten die - vanuit
hun overwegingen - een meerprijs over hebben voor dergelijke
produkten behoren voor bedrog behoed te worden. In overleg
met alternatieve telers en consumenten wordt gestreefd naar een
regeling in het kader van de Landhouwkwaliteitswet. Bij wijze
van begin zijn ontwerp-besluiten opgesteld t.a.v. "scharreleie
ren" en "alternatief fruit". Deze ontwerpen zullen op korte
termijn nader worden uitgewerkt. Hierbij zal met name de uit
werking van een betrouwbaar - en betaalbaar - controlesysteem
grote aandacht behoeven.
In dit verband valt tevens te vermelden de steun die gegeven zal
worden aan de Proeftuin "De kleine Aarde" te Boxtel in de
vorm van detachering van een deskundige.