D e aanleiding van dit artikel is u te wijzen op de mogelijkheid
van het sluiten van een kapitaalsverzekering met lijfrenteclau
sule. U kunt deze sluiten tegen jaarlijke premiebetaling dan wel
tegen een eenmalige koopsom. Deze fiskale aftrek is voor 1977
bepaald op 11.000.- Bij een hoog belastbaar inkomen wordt
een hoog percentage van deze premie dan wel koopsom door de
fiskus betaald. Helaas zijn echter de uitkeringen bij expiratie
volledig belastbaar. Dat betekent dat de fiskus dan weer een
groot stuk van de belastingbesparing terughaalt. Het is daarom
niet allemaal goud wat er blinkt. Niettemin wilden wij u wijzen
op deze mogelijkheid om met gespaarde belastingcenten een
"oudedags" voorziening op te bouwen. Indien u jaarlijks een
vrij hoog belastbaar inkomen geniet kan deze vorm aantrekke
lijk zijn. Laat u zich echter bij dezen objektief voorlichten,
temeer daar hoge inkomens in het agrarisch bedrijf veelal uit
schieters zijn. Hoe het ook zijn mag. deze mogelijkheid is er.
D e ouderen onder ons hebben in de naoorlogse jaren veelal
een polis van levensverzekering afgesloten met het oog op een
belastingvoordeeltje. De risikodekking, uitkering bij overlijden
kwam toen nog op de tweede plaats. De investeringen op de
bedrijven waren in lie tijd nog niet zo hoog. Een wezenlijk
verschil met de hoge investeringen van vandaag. Een polis slui
ten en aftrek voor de inkomstenbelasting hebben klonk aardig
en verkocht gemakkelijk. Deze lijfrenteclausule op de polis be
tekende echter zoveel dat later de uitkering bij in leven zijn
aangewend moest worden tot het kopen van een lijfrente op ëén
of meerdere levens. Indien u geen lijfrente koopt dan wordt het
verzekerde bedrag uitgekeerd en is volledig belastbaar. Polissen
gesloten voor 1 juli 1964 kunnen belast worden ingevolge het
bizonder belastingtarief dat afhankelijk is van het inkomen in
dat jaar en varieert van 20-50%. Polissen afgesloten na deze
datum worden progressief belast. De fiskus neemt dan een zeer
groot deel van het genoten belastingvoordeel terug. Mocht uw
D e wet Fiskale Oudedagsreserve biedt u de mogelijkheid een
deel van uw bedrijfsvermogen voorlopig belastingvrij te be
N ogmaais willen wij u er op wijzen dat er bij bedrijfsbeëin
diging afgerekend moet worden met de fiskus over de gevormde
reserve er moet dan geld op tafel komen of voor het betalen van
belasting of het gereserveerde moet betaald worden voor het
kopen van een lijfrente. Bij afrekening met de fiskus moet u
rekening houden met een belastingheffing van 20-50% van de
gevormde reserve. Een ondernemer die 5 jaar de maximale
toevoeging heeft kunnen doen en 1 januari 1978 zijn bedrijf
beëindigd moet dus 20-50% belasting betalen van 34.766,-
Al met al nog geen reden tot paniek dachten wij. Voor jongere
ondernemers met een hoog inkomen mogelijk een reden om in
de toekomst een spaarvoorziening te treffen middels een verze
kering. Alvorens dat te doen is objektieve voorlichting gewenst.
U ziet het, nog vele vraagtekens rondom de "lijfrente" en de
"F.O.R.". Mocht u hierover meer willen weten, vraagt dan een
gesprek aan met de eigen organisatie, de Stichting Z.V.V. te
Goes, Postbus 70.
H et beleidsvoornemen dat naar wij menen een eerste
voorwaarde is voor het herstel van de economie, het rendabel
maken van ondernemingen wordt node gemist.
I n mijn vorig artikel mocht ik tot de konklusie komen dat polissen geen aantrekkelijke leesstof vormen. Dat was de
reden u te adviseren het kistje met polissen te openen en ze te laten doorlichten via uw eigen organisatie de ZLM. In
genoemd artikel mochten öij de twee belangrijkste vormen van levensverzekering voor gezin en bedrijf uiteenzetten.
Thans willen wij nader ingaan op de spaarverzekering die in bepaalde gevallen toch belangrijk kan zijn.
Ook het C.O.P.A. protesteert
tegen melkheffing
MELKHEFFING MET TEGENZIN
Polis met lijfrenteclausule
Door de hoogste "top" van uw inkomen te halen kunt u belas
ting besparen en daarmede uw "oudedag" financieel veilig
stellen en uw gezin bij vroegtijdig overlijden financieel be
schermen.
Later al of niet een lijfrente
polis met lijfrenteclausule tot uitkering komen vraagt dan eerst
ons advies. Het al of niet kopen van een lijfrente is dan afhan
kelijk van enkele belangrijke faktoren o.a. de hoogte van het
inkomen op dat moment, het al of niet gehuwd zijn. de ge
zondheidstoestand en het al of niet hebben van kinderen. Mocht
u zonder meer kiezen voor een periodieke uitkering in de vorm
van een lijfrenté, dan doet u er verstandig aan de tarieven van
meerdere maatschappijen te vergelijken. U bent niet verplicht
bij dezelfde maatschappij die het kapitaal moet uitkeren de
lijfrenteverzekering te sluiten. U mag die maatschappij kiezen
die het voordeligst uit de bus komt. U dient echter wel te weten
dat het kapitaal rechtstreeks van de ene naar de andere verze
keringsmaatschappij moet worden overgemaakt. Dit laatste om
fiskale redenen.
De fiskus is er als de kippen bij.
Spaarverzekering en F.O.R.
stemmen. Voor een oudedags, weduwenvoorziening. Aanne
mende dat u van deze regeling gebruik maakt spaart u als het
ware in uw bedrijf voor de "oude dag". U kunt dank zij deze
FOR-regeling meer investeren omdat een deel van de winst
voorlopig geen belasting vergt. Speciale nadruk leggen wij op
het woordje "voorlopig", omdat u bij beëindiging van het be
drijf toch weer van het gereserveerde belasting moet betalen,
dan wel voor het gereserveerde bedrag een lijfrente moet kopen.
U moet met dit laatste beslist rekening houden. De fiskus zal u
echt niet vergeten.
De FOR dateert van 1 januari 1973. Het deel van uw bedrijfs
vermogen, dat als reserve is aangemerkt is in vrijwel alle geval
len thans nog te laag voor een verantwoorde weduwen- en
wezenvoorziening. De wet werkt immers nog maar 5 jaar en
bood aanvankelijk nog maar geringe opbouwmogelijkheden.
De maximale toevoeging per 31 december 1977 kan hooguit
34.766.— zijn. opgebouwd als volgt:
In 1973 5% van de winst met een maximum van 3.750,—
In 1974 8,75% van de winst met een maximum van 4.186,—
In 1975 10% van de winst met een maximum van 6.000.—
In 1976 10/11.5% met een maximum van 9.933,—
In 1977 10/11,5% met een maximum van 10.897.—
34.766.-
Vooral wat de jaren 1976 en 1977 betreft zal het aantal zelf
standigen dat de maximale toevoeging aan de fiskale oude
dagsreserve kan doen zeer gering zijn. Winsten van omstreeks
100.000.— komen in eenmanszaken niet zo veelvuldig voor.
De kleine zelfstandigen, die vanaf 1973 steeds de mininale toe
voeging aan de reserves hebben gedaan en jaarlijks een deel van
de reserve onbelast hebben mogen afboeken, zullen per ultimo
1977 een oudedagsreserve hebben van per saldo 1162,—
Het is daarom dat wij opmerkten dat de FOR-reserves nog te
laag zijn voor een verantwoorde voorziening bij overlijden van
de ondernemer. De weduwe kan dan eventueel afrekenen met
de fiskus en kan verdere uitkeringen gebruiken om het bedrijf
vêort te zetten. Deze verzekering behoeft niet duur te zijn. Zij
geeft wel zekerheid, en daar gaat het om!
Afrekening fiskus volgt
Cevaal
Het Presidium van C.O.P.A., op 2 september 1977 bijeen onder
voorzitterschap van de heer G. de Caffarelli; heeft een bespreking
gewijd aan de vraagstukken inzake de toepassing per 16 septem
ber 1977 van een medeverantwoordelijkheidsheffing in de sektor
zuivel.
Het Presidium heeft herhaald dat het C.O.P.A. zich vanaf het
begin op het standpunt heeft gesteld dat zijn aanvaarding van
een stelsel van financiële medeverantwoordelijkheid van de
melkproducenten afhankelijk was van een pakket van voor
waarden waaraan dient te worden voldaan, met name de in
voering van een globaal vettenbeleid bestaande uit de instelling
van 'n vettenbelasting. Aangezien de Raad uiteindelijk niet aan
dit pakket van voorwaarden heeft voldaan, protesteert het Pre
sidium van C.O.P.A. nogmaals met kracht tegen de invoering
van de medeverantwoordelijkheidsheffing die aan de melkpro
ducenten zal worden opgelegd.
Het Presidium heeft, hoe het ook zij, de E.G.- Raad verzocht op
zeer korte termijn te komen tot een verlaging van de ondergrens
van de heffing zoals voorzien in de betrokken E.G.-verordening,
die volgens C.O.P.A. op 0 dient te kunnen worden gebracht.
Het lijkt er op dat wij nog deze maand een nieuwe rege
ring zullen krijgen.
Over de politieke situatie willen wij niet schrijven. Niet dat
dit niet belangrijk is, maar wij schrijven nu eenmaal over
geld en goed. En van dit gezichtspunt uit is er weinig reden
tot juichen, dachten wij.
De zo broodnodige maatregelen tot herstel van de economie
missen wij in het gepubliceerde deel van het program. De
Het Presidium heeft onderstreept dat de melkproducenten in de
E.G. kunnen begrijpen noch aanvaarden dat op het moment
waarop zij een medeverantwoordelijkheidsheffing dienen te
betalen, de E.G. besluit de invoer van aanzienlijke hoeveelhe
den zuivelprodukten afkomstig uit derde landen voort te zetten,
en wel op voorwaarden die in strijd zijn met de communautaire
preferentie.
Druk op veehoudersinkomen voor Landbouwschap
onaanvaardbaar
Het besluit van de EG-raad van landbouwministers om per
16 september a.s. de medeverantwoordelijkheidsheffing
voor melkveehouders in de Gemeenschap in te voeren, is
voorbijgegaan aan de bezwaren van het georganiseerd be
drijfsleven tegen de zogenaamde melkheffing. Van meet af
aan heeft het Landbouwschap verzet aangetekend tegen de
melkheffing. Deze was in beginsel alleen aanvaardbaar als
aan een aantal voorwaarden werd voldaan.
Als de melkheffing in de EG op 16 september inge. voerd wordt,
zal het Landbouwschap zijn aktiviteiten erop richten om de
nadelige gevolgen voor de inkomens in de veehouderij op te
invloed van de vakbeweging is groot. Dat komt duidelijk tot
uiting. Het blijkt ook moeilijk maat te houden. De grenzen
van wat economisch verantwoord is, zijn, naar uit de feiten
en omstandigheden blijkt, overschreden, maar beperkingen
wil men zich niet getroosten, althans niet in voldoende mate.
Wensen en idealen genieten voorkeur boven harde econo
mische mogelijkheden en wetmatigheden.
Kollektieve voorzieningen zijn heilige koeien die in leven
moeten blijven, ook al gaat de maatschappij er aan ten
onder. Het redelijke in de vragen van ondernemers wordt
veelal terzijde geschreven.
Het politieke akkoord over het na de formatie te voeren
financieel en economisch beleid biedt de ondernemers wei
nig hoopvolle perspektieven.
De hoofdpunten zijn:
1. werkeloosheid terugbrengen tot 150.000
2. Inflatie terugbrengen met 1% per jaar
3. selektieve groei van de economie
De middelen die in hoofdzaak hiervoor worden genoemd
zijn:
a. Matiging van inkomens (vooral van anderen)
b. geen loonstijging
c. vermindering van noodzakelijke verzwaring van belas
tingen
d. beperking van de groei van kollektieve uitgaven.
vangen. Het bestuur van het Landbouwschap denkt daarbij aan
de volgende mogelijkheden:
- het minimum-tarief van de melkheffing. dat voor de komende
drie jaren op 1,5% vastgesteld is, dient op nul vastgesteld te
worden
- het beheer en de bestemming van de gei'nde heffingsgelden
zullen zeer konkreet bepaald moeten worden. De gelden mogen
niet in een bodemloze EG-put verdwijnen.
- het georganiseerd bedrijfsleven zal de melkheffing als een kos-
tenfaktor inbrengen bij de eerstvolgende prijsronde in EG-ver-
band. Het Landbouwschap blijft van mening, dat de gemeen
schappelijke landbouwprijzen de algemene kostenontwikkeling
moeten volgen.
- de extra druk op het veehoudersinkomen tengevolge van de
melkheffing is een nieuw en duidelijk argument om lastenver
lichtingen en een voortzetting van de reeds toegezegde lasten
verlichtingen te bepleiten.
Het bestuur van het Landbouwschap benadrukt, dat een herstel
van de uit balans geraakte Europese zuivelmarkt voor de Ne
derlandse veehouderij van bijzonder grote betekenis is. Vanuit
Nederland is al jarenlang aangedrongen op het wegnemen van
de druk op de EG-zuivelmarkt. Wanneer nu de melkheffing op
16 september ingevoerd wordt, zal het bedrijfsleven alles doen
om de aldus verkregen gelden te bestemmen voor een grotere
afzet van zuivelprodukten.
Zolang dat niet het geval is, blijft het overige lapwerk.
Rendabele ondernemingen zorgen voor werkgelegenheid,
doen investeringen en trekken investeringen aan.
Dit, gepaard gaande met beperking van de kollektieve uit
gaven, heel plausibel uitgedrukt; niet meer verleven dan de
portemonnaie toelaat, moet tot het gewenste resultaat lei
den.
Dat daarbij aan het zwakke element in onze samenleving
prioriteiten worden verleend is de eerste voorwaarde voor
een verantwoord sociaal beleid. Hierover is iedereen het
eens: vriend en vijand om met Wim Kan te spreken.
Het geprojekteerde beleid voldoet niet aan de voorwaarde
van herstel van de winstkapaciteit van de ondernemingen en
biedt om deze reden naar wij menen geen oplossing voor
inflatie en werkeloosheid.
Wij vinden dit een somber perspektief en denken wel eens
dat van regeringszijde wordt geprobeerd een kunsttoer uit te
halen. Zoals'onze Vlamingen het zo karakteristiek kunnen
zeggen: "Hijprobeert tegelijk warm en koud te blazen" en
dat zal niet gaan.
Paauwe.
3