TOTALE OPBRENGST VAN
TARWE 8% LAGER
D e opbrengst per ha tarwe wordt geraamd op 5.100 kg, 6%
lager dan in 1976 en gelijk aan het gemiddelde van afgelopen
vijfjaar. Dit blijkt uit de voorlopige oogstraming van het C.B.S.
Wat is de beste verkoop politiek
Uitslag puzzel in de
Landbouwveiligheidskrant
De graanoogst één maand later klaar dan
in 1976
KORTE WENKEN
De oogstwerkzaamheden zijn in de week van eind augustus
begin september goed gevorderd. Bij aanhoudend gunstig weer
zal de oogst van de granen, erwten en blauwmaanzaad op Wal
cheren vrijwel geheel klaargekomen zijn, wanneer u deze regels
leest. Vooral in de eerder genoemde week is er op veel bedrijven
en zeker ook bij de loonwerker met hun medewerkers onder
hoogspanning gewerkt. Velen hiervan hebben hun nachtrust
opgeofferd om van de gunstige omstandigheden te profiteren.
Werd aanvankelijk begonnen met vochtpercentages van boven
de 20%, geleidelijk aan werden ze lager tot 17-18% bij de tarwe.
Bij de gerst werden nog aanzienlijk lagere vochtpercentages
bereikt. Ook de percentages schot vallen in de meeste partijen
niet tegen.
De kg-opbrengsten van de tarwe en gerst lopen van perceel tot
perceel nogal uiteen. Een gemiddelde van 5500 kg/ha voor de
wintertarwe en 4700 kg/ha voor de zomergerst zit er toch wel in.
Voor blauwmaanzaad een kg-opbrengst van 1500/ha. De
meeste erwten staan nog in de ruiter, opbrengsten zijn er nog
weinig bekend.
De oogst van de rooigewassen is ook tamelijk verlaat. De meeste
percelen uien zijn nog niet toe aan rooien. Voor sommige kan
het wel eens eind september worden. Met het doodspuiten van
de aardappelen is een begin gemaakt. Het rooien van dit gewas
zal meestal tweede helft september zijn. Ook de bruine bonen
zullen gemiddeld pas omstreeks half september oogstrijp zijn.
Al met al ziet het er naar uit dat het werk wat achter blijft t.o.z.
van normaal. Bij gunstige weersomstandigheden hoeft dit echter
geen probleem te zijn. De stoppelbewerking en het strooien van
schuimaarde vraagt de komende weken ook nog de nodige tijd.
Vanwege de lage prijzen voor aardappelen en uien is er mo
menteel weinig animo voor-verkoop vanaf het land. Wanneer
niet over bewaarruimte kan worden beschikt is men soms toch
gedwongen zijn produkt te verkopen. Pas na afloop van het
verkoopseizoen is te beoordelen welke verkoop "politiek" de
beste is geweest voor dit oogstjaar. Er zijn kollega's die hiervoor
een vaste gedragslijn volgen en gemiddeld over een aantal jaren
een goed resultaat boeken. Doorgaans komen ze verder dan de
z.g.n. "gokkers".
De produktieomstandigheden op de rundveehouderijbedrijven
zijn momenteel gunstig, de grasgroei is goed en de ruwvoeder-
voorraad voor de a.s. stalperiode is ruim voldoende. De snijmais
geeft ook een geweldig gewas, maar de knolontwikkeling lijkt
toch wel zodanig dat het oogsttijdstip sterk verlaat wordt.
Mogelijk dat de akkerbouwer, gezien de prijsontwikkeling van
zijn gewassen, weer eens een jaloerse blik werpt, op zijn kollega
melkveehouder. De melkheffing zet echter ook een domper op
deze bedrijfstak. Ook hier dus problemen wat betreft de prijs
voor een produkt, waardoor ook in ons gebied een aanzienlijk
aantal producenten worden getroffen, uitgedrukt in geld
270.000.- totaal.
De volgende inzenders in Brabant en Zeeland werden voor hun
inspanning beloond met een boekenbon van 20,— die zij
inmiddels toegestuurd kregen:
N. Boots, Schayk (N.-B.), J. voor den Dag, Werkendam, J.
Schellekens, Berkel-Enschot (N.-B A. Monden, Etten-Leur,
J.C. Quist-De Jager, Arnemuiden, L. Salomo, Zuidzande, Anja
van Boxtel, Gassel (N.-B Mej. M. de Winter, Zaamslag (Zld.),
Mevr. J. v. Lakwijk-Uitdewilligen, Woensdrecht, A. de Leeuw
van Weenen, Nederwetten (N.-B.).
In de week van 22 tot en met 28 augustus hebben we zo'n 50 a 60
mm neerslag gehad in Zuid-Beveland. In deze week is er zeer
weinig gepresteerd. Wel gelukkig is het zoals het in de afgelopen
week van 29 augustus tot 3 september is gebleken dat met de
aanwezige maaidorsers zo'n grote kapaciteit bereikt kan worden
dat de problemen toch in zo'n dag of 4 a 5 zijn opgelost. Nu is
vrijwel alles al van het land verdwenen. Daarbij was ook al de
zomertarwe. Maar al bij al komt het er wel op neer dat we
precies een maand later klaar zijn als vorig jaar.
Hoe het moet aflopen met de laatste nog uitstaande percelen
zomergerst, erwten en Eng. Raaigras is moeilijk te zeggen. Dik
wijls gaan kijken, een aantal malen proberen, stukken rijden
met de machines en dan nog een minderwaardig slecht produkt
binnen halen. Het worden de percelen waar duidelijk een aan
merkelijke financiële schade aanwezig is.
De kwaliteit van de wintertarwe en zomergerst is door de lang
durige regenperiode sterk achteruitgegaan. Op een groot aantal
percelen kwam al flink wat schot voor. Verder was het gewoon
noodzakelijk om alles te drogen. De ergste partijen kwamen met
een vochtgehalte van tegen de 30%. Dit is zinloos en veel te duur.
Dan blijft er zeker maar weinig over van de tarweprijs. Bij het
begin van de oogst kreeg men hoge opbrengsten te horen, nu
later blijkt dat het aantal percelen met een lagere opbrengst
geleidelijk aan wat groter is geworden. Verder heeft men overal
met wat grotere verliezen op het veld te maken gekregen.
De opbrengsten van de aardappelen lijken toch nog vrij goed te
zijn. Nu rond 1 sept. zijn nog maar enkele percelen dood ges
poten. In het algemeen is men op dit moment nog niet zo haastig
om te gaan doodspuiten. Algemeen wil men toch wel een flinke
opbrengst van het veld halen, zeker nu de prijs het zo volledig
laat zitten. Bij proefrooiingen blijkt dat de aardappelen niet zo
diep in de ruggen zitten - op enkele percelen zijn ze door de
stortbuien zelfs blootgespoeld -. Ondanks de minder goede
struktuur van het afgelopen voorjaar lijkt de grond toch wel
goed bewerkbaar en ook goed zeefbaar te zullen zijn. Toch zal
getracht moeten worden om zo weinig mogelijk tussen de aar
dappelruggen te rijden en wanneer dit toch noodzakelijk is, dit
dan toch met smalle banden te doen om zo weinig mogelijk
zijdelingse druk op de rijen uit te oefenen.
Er is al een begin gemaakt met het uien rooien. Vrijwel allemaal
voor de direkte aflevering. De laatste weken is de groei nog
aanmerkelijk beter geweest als enkele weken terug verwacht
werd. Jammer dat zo'n teelt, waar al heel wat kosten voor zijn
gemaakt, nu zo'n slechte prijs bij de aflevering te zien geeft. Dit
is niet in het belang van de vaste regelmatige ufentelers. Zeker
ook-niet voor de gelegenheidstelers die nu van een koude kermis
thuiskomen.
De eerste percelen blauwmaanzaad zijn geoogst. Over de op
brengst is nog niet zoveel te zeggen. Hier en daar komt wel
Bonytis in de zaadbollen voor, waardoor het zaad onvoldoende
ontwikkeld is en dan ook nog moeilijk uitgedorsen wordt. Bij de
oogst waren er hier en daar nog problemen met het onkruid,
veelal alleen melde.
De periode om nog wat aan de stoppel- en grondbewerking te
doen is vrijwel nihil geworden. Er moet nogal wat schuimaarde
gestrooid worden. Goed inwerken en goed doorwerken in een
dikke laag is toch wel gewenst, hoewel het jammer genoeg, voor
een goede werking, wel eens overgeslagen wordt.
Er is veel graan van slechte kwaliteit gedorsen.
VOORLOPIGE 00GSTRAMING 1977
Van de wintertarwe daalde de gemiddelde opbrengst tot 5.300
kg (-7%) ten opzichte van 1976 en van de zomertarwe nam de
gemiddelde opbrengst iets toe tot 4.400 kg 2%). Zowel de
opbrengst van winter- als van zomertarwe was gelijk aan het
gemiddelde van de laatste vijfjaar. Een daling ten opzichte van
verleden jaar van zowel de oppervlakte winter- als zomertarwe
met resp. 450 en 3.200 ha geeft een totale opbrengstverwachting
van 571,5 min. kg voor de wintertarwe (-7%) en 78,3 min kg voor
de zomertarwe (-15%).
De daling van de totale brengst van tarwe bedraagt 8% ten
opzichte van het voorafgaande jaar.
De geraamde opbrengst zomergerst per ha nam toe met 2% tot
4.300 kg, 5% boven het gemiddelde van de laatste vijf jaar.
Gezien de uitbreiding van het areaal met 3.850 ha wordt een
totale opbrengst verwacht van 240,1 min kg. 11% meer dan in
1976.
Voor haver bedroeg de geraamde opbrengst 4.600 kg per ha,
12% hoger dan het vorig jaar en 2% hoger dan het gemiddelde
van de afgelopen vijf jaar. De inkrimping van het areaal met
4.450 ha heeft als gevolg dat de raming van de totale opbrengst
uitkomt op 95,8 min kg. Dat is 7% lager dan in 1976.
Bij de peulvruchten steeg de gemiddelde opbrengst per ha van
droog geoogste groene erwten en de schokkers ten opzichte van
1976 tot resp. 3.650 ha 1%) en 3.550 kg 9%), dit is ten
opzichte van het gemiddelde in de laatste vijf jaar een stijging
van resp. 9 en 16%. Door een daling van de oppervlakte groene
erwten met 1.200 ha tot 1.650 ha bedraagt de totale raming
hiervan 6,0 min kg, 41% minder dan in 1976. Aangezien het
areaal schokkers iets is toegenomen steeg de totale opbrengst
met 12% tot 2,9 min kg.
De gemiddelde opbrengst van kapucijners en grauwe erwten
bleef gelijk op 3.600 kg per ha. Door een uitbreiding van de
oppervlakte met 200 ha. wordt een totale opbrengst verwacht
van ongeveer 3,9 min kg, 24% meer dan in 1976.
C.A.R.-Zevenbergen
AKKERBOUW
ER BESTAAT MAAR een reden, om land na de aardap
peloogst niet direkt diep los te rijden met een kultivator en
wel als het te nat is om op het land te komen. Is het aard
appelland berijdbaar, maak dan de grond met de vaste -
tandkultivator goed en diep los. Bij veel regen kan het water
dan vlot weg.
VEEL GELEGENHEID OM EEN GOEDE stoppelbe
werking uit te voeren is er dit jaar niet geweest. Nu is zo
langzamerhand de tijd voorbij. Vooral als het nat is, kunt u
beter thuis blijven. U kunt dan meer bederven dan dat u
goedmaakt.
HA LF SEPTEMBER KUNT U op de zwaardere gronden
beginnen met het wintervoorploegen. Vroeg beginnen geeft
soms wel eens ekstra onkruid, maar laat ploegen geeft dik-
6
wij Is struktuurbederf. Onkruid is wel weer te bestrijden,
maar struktuurbederf gaat ten koste van uw opbrengst in
1978.
EEN JUISTE RASSEN KEUZE bij wintertarwe is wel
belangrijk, maar is niet alleen de basis voor een goede
opbrengst. Voordat u op zaaivoor gaat ploegen of eventueel
gaat kultivateren, moeten de slootkanten wel schoon zijn en
de perceelkanten onkruidvrij. Om topopbrengsten te beha
len, moeten de gewassen er wel van hoek tot kant goed bij
staan.
ER KOMT A.S. WINTER WEER EEN kursus voor jonge
akkerbouwers in West-Brabant. Deze pittige kursus Eko-
nomische Vorming voor Toekomstige Ondernemers, kort
weg E. V. T. O. genoemd, wordt gehouden in Breda. U kunt
zich opgeven bij het K.P*J. sekretariaat Spoor laan 350,
Tilburg, tel. 013 - 420080 of bij uw bedrijfsvoorlichter.
RUNDVEEHOUDERIJ
DE HEREN RUTGERS EN SCHAFTENAAR, studen
ten in de diergeneeskunde, hebben dit voorjaar een onder
zoek gedaan in de provincie Utrecht naar het voorkomen
van melkzuigers. Het bleek, dat 2% melk zuigen bij andere
koeien. Tegenmiddelen als stekels, ringen etc. zijn lapmid
delen. Het is meestal een erfelijkheidskwestie, zodat vooral
door selektie het melkzuigen voorkomen zal moeten wor
den.
ONKRUIDEN IN GRASLAND moeten vooral in de na
zomer worden bestreden. U vernietigt dan niet alleen de
oude, maar ook de pas gekiemde onkruidplanten. Boven
dien krijgt u geen opbrengstderving t.g.v. de gebruikte mid
delen of van holle plekken door het wegvallen van onkrui
den. Tijdens een zachte winter en zeker in het vroege voor
jaar zullen de graspollen meer uitstoelen en een dichte
kwaliteitszode vormen.
DE NACHTEN WORDEN LANGER, kouder en ook
vochtiger. Het is geen pretje voor melkkoeien in goede pro-
duktie om dergelijke nachten in het weiland te moeten
doorbrengen. Zeker wanneer de grasvoorraad klein wordt,
zodat op stal toch ruwvoer moet worden bijgevoerd, is het
gunstig om de melkkoeien 's nachts maar op stal te laten.