E r zijn ook vertrekken of hoekjes in het mu- S teeds weer brengt deze of gene wat mee. We hebben hier b.v. oude kaarten, tekeningen van boerderijen. Onlangs bracht iemand nog een aflevering oude landbouwgidsen. Zo krijgen we koopaktes en officiële stukken. We hebben er erg veel plezier aan. Eén ding valt me wel wat tegen zegt de heer van der Zande, n.l. dat de jongeren niet enthousiaster zijn bij het uit bouwen van dit museum. Misschien voelen ze zich té jong om met die verleden tijd bezig te zijn? E r gaan hier en daat stemmen op die fluiste ren. waarom brengen we alles wat er nu ten- tóonstaat in Zeeland niet bijelkaar op één cen trale plaats, bijvoorbeeld in Goes, zodat we werkelijk als Zeeland één volwassen museum aan kunnen bieden. D at zijn dan de landbouwmusea in Zeeland. Typisch is dat er in het hart van de provincie Zuid-Beveland en Walcheren helemaal niets is. Juist daar waar het gros van de toeristen neer strijkt. Het zou een goede gedachte zijn wan neer ook hier een Stichting werd gevormd en dat men dan tot initiatieven zou komen. Mis schien niet eens zo'n gek idee om de plaats dan zo te kiezen dat niet perse weer twee musea opgericht moeten worden. H oe het ook zij. voorlopig moeten we al heel erg blij zij met hetgeen wat we al hebben. On langs is de Stichting Historische Landbouw techniek opgericht. Deze Stichting wil landelijk tot een verzameling van oude werktuigen ko men, en eventueel later tentoonstellen. Overigens was er tot 1962 in Wageningen een landbouwmuseum dat werd geëxploiteerd door de vereniging Het Nederlandse Land bouwmuseum. Hierin werd ook een collectie oude landbouwwerktuigen geëxposeerd, waar van een belangrijk deel door de landbouwho geschool was afgestaan in bruikleen. Door omstandigheden raakte het landbouwmuseum zijn gebouw kwijt en sindsdien is de verzame ling landbouwwerktuigen opgeslagen. De col lectie is niet toegankelijk en is ook lange tijd niet meer aangevuld. Prima accommodatie in Dreischor Tholen is ook begonnen Niets in Walcheren en Zuid-Beveland Alles naar één plaats brengen? Er is ook een landelijke collectie De heer van de Zande (rechts) maakt een praatje met de toegewijde medewerker van het museum. V ervolgens zijn we naar Schouwen- Duive- land gegaan. Ook daar is er een Stichting aktief geweest en dit resulteerde in de oprichting van een streekmuseum dat nu gevestigd is in het plaatsje Dreischor. Dat stadje is op zich zelf al een bezoek waard. Vooral de ring met de oude kerk en de fraaie huizen vertellen van een rijk verleden. Een van de promotors van dit museum is de heer H.J. van der Zande landbouwer te Nieuwer- kerk. Hij is een enthousiast medewerker en bouwer aan dit museum. De heer van der Zande weet van het bestaan van Heille, en hij vindt het idee van die schuur erg aardig, maar waar vindt je zo'n gebouw in de buurt. Na de watersnood is al het oude vernield. En zo je het al vindt wat seum speciaal ingericht op een bepaalde teelt. Zo is er een vlaskamer en een meekrap zolder. In de vlaskamer is van alles te zien wat vroeger met vlas had te maken. Met behulp van poppen is suggestief nagebootst hoe vroeger het repe len toeging. Op de meekrapzolder is van alles te zien wat vroeger met die teelt had te maken. Er is heel erg veel van bewaard gebleven. Zo iets is werkelijk belangrijke historie voor Zeeland, het was immers een teelt die destijds moest zorgen voor de boter op het brood. Er is een liedje dat heet "Er hangt een paardenhoofdstel aan de muur". Nou ze hebben er heel wat van. Precies opgehangen aan een stellage die vroe ger ook ergens op een boerderij in een gareel kot moet hebben gehangen. Maar er hangen daarnaast ook zulke simpele voorwerpen als b.v. een paardekam en een bullepees. Het zou veel te ver voeren om het allemaal te noemen. Veel en veel beter is het om er zelf eens een kijkje te gaan nemen. Het verdoent werkelijk onze oprechte belangstelling. Het Thoolse museum is gevestigd in dit schuurtje. De gareel en hoofdstel hoek. vragen ze er dan niet voor. Mlaar gelukkig diende er zich een andere oplossing aan. Het schoolgebouw in Dreischor kwam vrij en bood een goede accommodatie. Het voordeel van zo'n onderkomen is dat je er overzichtelijk en schoon tewerk kunt gaan. De voorwerpen staan ook niet allemaal in één ruimte, maar in di verse toonkamers als we dat mooie woord wil len gebruiken. Je kunt er overal van de vloer eten als je dat zou willen. Ze hebben er ook van alles. Je kunt het zo gek niet opnoemen of het is er te vinden. Maar toch is het uiteraard nog lang niet volledig. We krijgen nog regelmatig dingen bij. Meestal wordt het in bruikleen af gestaan. Soms valt er veel aan op te knappen aak krijg je dingen binnen die van onder tot boven door de houtworm zijn aangetast. Daar valt heel wat aan op te knappen. Maar gelukkig beschikt het museum nu over een toegewijde kracht die plezier heeft in dit werk. Tijdens de morgenuren is het museum niet toegangkelijk voor publiek. Dan kan hij rustig werken aan de re stauratie van de museumstukken. De gemeente van wie de Stichting het gebouw huurt heeft namelijk bedongen dat er strikt op de bestrij ding van houtworm moet worden toegezien. Er zijn nu heel wat museum stukken die in zeer goede staat verkeren. Zo staat er een koets waarmee indien men dat wilde zo weer gereden zou kunnen worden. Nog niet zo lang geleden is het ding nog eens van stal gehaald en trouw de er een echtpaar in. Vlas en meekrap De bedstee en de spin e hebben in Dreischor ook een echte hoe renkamer, inklusief de bedsteden waar heel aandoenlijk een popje in ligt. Allemaal erg aansprekelijk, met de pot voor de nachtelijke sanitaire uitstap erbij. De kinderkribbe aan het voeteind en natuurlijk niet te vergeten de spinkast in het midden. In hoeveel woningen zijn de bedsteden inmiddels niet uit de huizen gebroken waardoor er ineens een stuk aan de kamer bijkwam, waar dan nog de zware bal- Ruimtcgebrek vormt een De jongeren zijn minder enthousiast O ok op het eiland Tholen is er een Stichting gevormd die aktief bezig is om een landbouw museum op te richten. In St. Annaland heeft men in het voormalig gemeentehuis onderdak gevonden. Dit Thoolse streekmuseum heeft echter in dat gebouw nauwelijks plaats voor een landbouwmuseum. In het gebouw is een keur aan oude voorwerpen te bekijken, die natuurlijk vaak ook raakvlakken hebben met de landbouw. Hoe zou het ook anders kunnen in een pure agrarische streek. Maar voor de grote stukken heeft men toch geen plaats. Nu heeft de ge meente echter voorlopig uitkomst geboden, want achter het streekmuseum is een "oude probleem in 1 holen. Er zit wel iets in. Toch krijgen we de indruk dat b.v. in Heille en op Schouwen, waar men nu al zelf zo ver is niet staat te trappelen om alles weer op te heffen. Ofschoon de heer van der Zande zegt; Je weet natuurlijk nooit wat het in de toekomst gaat worden. Nu gaan we gewoon door. met verzamelen en bewaren, wat er dan later komt dan zien we dan wel weer. In Heille zegt men. we hebben een ty pisch streekgericht museum, waarom zouden we dat dan verhuizen?.... Als we dat dan zo bekijken dan zijn we in Zeeland met drie landbouwmusea nog niet zo slecht af. kenlaag werd weggewerkt met een laagje prul lerig zachtboard. Hier kunt U nog even ruiken aan het verleden. Loopje nog wat verder door dan kom je nog van alles tegen, waarvan jezelf ineens weer zegt "Verdraaid dat is waar, dat gebruikten wij thuis ook." Een leuke ervaring is dat. U zult het toe moeten geven, wacht maar af tot U zelf de verzameling aanschouwt. komt. Je hebt met deze dingen nu eenmaal vrij snel ruimte tekort. boerenschuur" gebouwd. Typisch in de Thool se stijl. Heel erg goed bedoeld, maar helaas voor de toekomst als men werkelijk dit mu seum verder uit wil bouwen toch te klein. Als men er alleen maar handgereedschappen in zou willen hebben zou het nog te doen zijn, maar nu er ook grotere dingen zoals zaagma chines, wagens en eggen in zijn gezet is het te krap. Toch is het idee van het schuurtje wel leuk, kompleet met een echt klinket. Wel ko men er heel veel bezoekers naar dit streekmu seum. Soms komen ze zelfs uit België, Breda of Eindhoven. Er zijn mensen die gaan graag naar een wat kleiner museum, zegt mevr. van Gorsel die er die middag de bezoekers ontvangt. Er is ook mevrouw Hanse uit Tholen die met plezier meehelpt bij het reilen zeilen van het museum. Je zou je af kunnen vragen of de grotere werk tuigen in de zomer niet buiten kunnen staan, wanneer ze goed onder de verf worden gehou den. Op die manier heb je natuurlijk wel een stuk grond nodig, maar dat komt dan de echt heid toch wel ten goede. Toch zullen ze ook in Tholen er het beste van maken. Er is daar ook vast en zeker nog heel veel materiaal bij de mensen aanwezig dat beschikbaar kan worden gesteld aan de gemeenschap. Houdt U het eens in gedachten of kijk eens rond. Ze zijn er daar in Sint-Annaland vast heel erg blij mee. In Zierikzee krijg je meer bezoek 't I s eigenlijk jammer dat we met dit museum niet in Zierikzee kunnen gaan zitten. We zou den dan natuurlijk veel meer bezoekers trek ken. Geen overdreven gedachte, blijkt later, als we door Zierikzee "schuifelen" Hartje vakan- tietijd, marktdag, en zeer vele toeristen, die als ze eenmaal in de stad zijn gemakkelijk even een museum binnenlopen. Maar 't is moeilijk om hier aan een geschikte ruimte te komen. Door meer bezoekers zou je natuurlijk heel wat meer revenuen vangen. Wanneer er nu een te kort aan financiële middelen is wordt dit om geslagen per gemeente op Schouwen Duive- land gerelateerd aan het aantal inwoners per plaats. Dit is een goed systeem met een eerlijke verdeelsleutel. Toch zoals het nu is kan het zaakje zich zelf grotendeels bedruipen. Zelfs denkt men ook nog aan uitbreiding. Naast de in gebruik zijnde ruimtes is er ook nog een gymlokaal dat later misschien beschikbaar

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1977 | | pagina 13