De maand september op het
Zuidwestelijk landbouwbedrijf
G aat het produkt direkt op het bedrijf in de
bewaarplaats, dan is één regel altijd waar, na
melijk: vochtverlies is gewichts- en vaak ook
U ien vragen, evenals de aardappelen, een
voorzichtige behandeling.
D e graanoogst is voor het grootste deel, zo niet geheel geborgen en het is nu organiseren
geblazen voor de oogst van de aardappelen, uien en het begin van de suikerbieten.
September is de maand van het drukste jaargetijde op het akkerbouwbedrijf, namelijk de
herfst. Dan komt het "transportbedrijf' zoals het akkerbouwbedrijf dan is, op gang. 35-40
ton aardappelen per ha en meer en 48-60 ton suikerbieten per ha moeten vervoerd worden
naar de schuur, het erf of de fabriek. Alleen al voor Zeeland betekent dat een verplaatsing
van globaal 600 miljoen kg aardappelen, 1000 miljoen kg suikerbieten en 150 miljoen kg
zaaiuien. Het rollend materiaal moet dan wel goed in orde zijn, dit zowel de constructie als
het verkeerstechnische deel. Bij gebreken t.a.v. het eerste doe je je zelf schade, maar bij
het tweede kan aan derden schade berokkend worden. De stoppel kan benut worden voor
bestrijding van wortelonkruiden door een bespuiting of een mechanische bewerking. Hier
en daar wordt op zaaivoor geploegd en wintertarwe gezaaid. Ook is september de meest
geschikte tijd voor grondontsmetting.
Akkerbouw
D e graanoogst is dit jaar later dan normaal.
Hierdoor schuift ook het doodspuiten van de
aardappelen op. Misschien is het dan ook goed
er nog even op te wijzen dat in het augustus-
artikel een foutje geslopen is. Onder de doods-
D e eerste levering eind september-begin ok
tober is in zicht. Op welk tijdstip er het beste
gerooid kan worden moet berekend worden.
Premie voor vroege levering, premie voor late
levering, suikergehalte, weersomstandigheden
op dat moment en te verwachten, met daaraan
verbonden risiko's, het moet in de overweging
meegenomen worden. De netto opbrengsten
(financieel) moeten tegen elkaar afgewogen
worden. Spreiding van het rooien over de be
drijven is evenwel nodig om een regelmatige
aanvoer bij de fabrieken te verzekeren. Bedenk
daarbij ook eens hoe de wintertarwe na die
bieten zal groeien, bijvoorbeeld als de bouw-
voor (en vaak meer) door minder gunstig weer
"verkneed" is. De indruk bestaat dat dit vaak
veel kg tarwe kost t.o.v. tijdig gezaaid op een
goede struktuur. De stortplaatsen zijn natuur
lijk in orde, zodat er geen extra grond en/of
puin mee naar de fabriek vervoerd wordt, met
alle negatieve gevolgen van dien.
H et rooien moet wel met de nodige snelheid
gebeuren om, door het rooien van meer ha per
machine, het gei'nvesteerde kapitaal zijn kosten
op te kunnen laten brengen. Maar dit mag niet
de oorzaak zijn van minder goed of zelfs slecht
werk. Verlies aan punten en brokken en zelfs
hele bieten is bepaald niet denkbeeldig. Uit
onderzoek is gebleken dat dit soms vele tonnen
per ha kan zijn. Reken maar uit wat verlies van
een ton per ha betekent.
H et bewerken van grond, buiten het ploegen
of spitten (voor meer waterberging) is meestal
een noodzakelijk kwaad. De enige reden is om
de onkruidbezetting in toom te houden.
Een kale graanstoppel wordt "gestoppeld" om
de stroresten beter te kunnen laten verteren en
eventuele sporen te effenen. Maar de grond
met rust te laten en de stoppel in een groenbe-
mester te laten verteren is een meer natuurlijke
gang van zaken. Na aardappelen wordt wel
gecultivaterd om de verloren kriel boven te
houden. Naast de slempige gronden, en die
komen meer voor dan men zou denken, gaat
dat wel alhoewel zelfs op deze gronden over de
resultaten de meningen verdeeld zijn. Aardap
pelopslag bestrijden is effektiever door goed
rooiwerk dan door "eenvoudig" te cultiveren
met hoop op vorst.
I n september worden voorbereidingen ge
maakt voor de tarweoogst 1978. We zijn dit jaar
De aardappeloogst
De bewaarplaatsen
Aardappelopslag voorkomen
De suikerbieten
Rooiverliezen
Uien
Grondbewerking
Wintertarwe
kan, bij voldoende vermogen - desge st met
een iets lager aftakastoerental - worden ge
werkt. Tegelijkertijd kan de rijsnelheid dan la
ger zijn; de capaciteit wordt in principe lager en
de kans op beschadiging neemt af.
De aardappelrooitijd is weer aangebroken. Let op 't juist afstellen van de rooimachine en houdt de
rijsnelheid in de gaten. Het gaat om "kwaliteit".
M.A. de Hond.
O ver dat laatste wordt vaak gemopperd,
omdat dit al gauw een paar uur tot een halve
dag tijd in beslag neemt. Maar heeft U er wel
eens aan gedacht wat het kost als al die verloren
kriel het volgende jaar, of liever gezegd de
volgende jaren als onkruid in andere gewassen
voorkomen? Deze opslag kost dagen extra
wiedwerk, met nog enig verlies van het dan
aldaar groeiende gewas als bijvoorbeeld uien
en suikerbieten. In uien kapje nooit een aar
dappelplant alleen, maar gaat er vaak een uitje
mee. En wat dacht U van de aardappelopslag
in graan als besmettingsbron van phytophthora
voor aardappelpercelen in de omgeving?
Daarom, het volgende; De Kettingsnelheid is
meestal een gegeven en de variatiemogelijkhe
den zijn dikwijls (te) beperkt. Bij verschillende
West-Duitse eenrijige bakrooiers bedraagt de
kettingsnelheid 90-120 m/min. bij 540 toeren/
min. van de aftakas. Dit zou dan leiden tot
gewenste rijsnelheden van ruim 5-7 km/uur.
Enkele Nederlandse rooimachines zoals Amac
en Mrakei beginnen - bij een zelfde aftakass-
nelheid - bij veel lagere kettingsnelheden van
60-70 m/min. en hebben bovendien vier tot zes
bruikbare snelheidsvariaties. Bij 540 toeren/
minuut van de aftakas kan met de laatstge
noemde machines 3,5-4 km/uur worden gere
den om dezelfde snelheid van zeefkettingen en
voortbeweging te bereiken. In alle gevallen
12
puitmiddelen wordt ook Gramoxone ge
noemd, dit is echter alleen goedgekeurd voor
toepassing in pootaardappelen en niet in con
sumptieaardappelen. Denk om de kwaliteit van
het produkt. Wanneer het landklaarmaken
vóór het poten en de rugopbouw goed geweest
is, zal het aantal kluiten grond, wat mee op de
wagen komt, bij het rooien wel meevallen. De
hoeveelheid meekomende gron hetzij los,
hetzij aan het produkt klevend, is o.a. afhan
kelijk van de zeefwijdte, van de afstand tussen
de spijlen, van de rooiketting van de rooier. Is
het nat, vochtig, dan kan er goed gewerkt wor
den met de "steek" 36. De spijlen worden dan
automatisch voorzien van "stootbrekers" en
wordt "de steek" kleiner. Er wordt dan prak
tisch zonder beschadiging gewerkt en veel kriel
gaat van het land af. Is het echter droog, dan is
het verhaal anders. Om beschadiging van het
produkt door de spijlen van de rooiketting en
verder bij het transport op de rooier (rooier
slag) te voorkomen is "langzaam" een eerste
vereiste, met name het langzaam draaien van
de rooiketting. Ten tweede kan een bekleding
met rubber van de spijlen zeer goed werken.
Om echter ook de kriel mee naar de wagen te
krijgen, moet de ruimte tussen de spijlen nau
wer gemaakt worden. Dit wordt reeds bereikt
door het reeds genoemde "bekleden met rub
ber". Maar dat kan ook door er een rooiketting
met geringere spijlafstand in te leggen.
kwaliteitsverlies. Gedurende de "heelperiode",
direkt na het inbrengen van gezonde partijen
aardappelen, moet zo weinig mogelijk geven
tileerd worden (bewaarplaatstemperatuur
15-18 C, met een relatieve luchtvochtigheid
van 90-100). Enige ventilatie is nodig voor het
uitwendig drogen van het produkt. Zodra dit
bereikt is moet zo snel mogelijk de uiteindelijke
bewaartemperatuur bereikt worden, namelijk
voor;
- consumptieaardappelen 4- 6 gr. C
- aardappelen voor de chipsindustrie 7-10 gr. C
- aardappelen voor de frites- en droogindustrie
5- 8 gr. C
Het ventileren heeft de volgende funkties;
1drogen van natte aardappelen
2. afvoer van warmte
3. afvoer van gevormd koolzuur
4. toevoer van zuurstof
5. verspreiding van toegepaste kiemremmings-
middelen
6. afvoer van overtollig vocht
Het toevoegen van Lirotect/Flowable als fusa-
riumbestrijdingsmiddelen kan plaatsvinden
door middel van een paar spuitdoppen boven
aan de transporteur/boxenvuller. Het is echter
een vrij dure toepassing, vraagt speciale appa
ratuur en vereist zorgvuldig werken. Het is be
paald geen routine maatregel.
Kiemremmingsmiddelen kunnen in poeder-
vorm met een verdeelapparaat op de trans
portband toegediend worden. Echter ook, en
zelfs beter, is via een vernevelapparaat voor
toepassing in vloeibare vorm. Al met al is het
zaak om een kwaliteitsprodukt binnen te halen
door voorzichtig te rooien en te transporteren.
Het zijn geen eierkolen en de aardappel komt
nog steeds als eindprodukt op tafel. Daar vindt
de presentatie van het eindprodukt plaats.
Daarnaast heeft de industrie graag een produkt
waar weinig uitval afgaat. Dat komt in de prijs
tot uitdrukking. Geen halve cent minder dan
nodig is, is niet verantwoord;!! Met een minder
goede partij moet men bij de verkoop maar
afwachten wat de "handel" er voor over heeft.
Het zijn geen partijen om mee te vechten voor
een goede prijs. En U weet wat ze gekost heb
ben!
Het tijdstip van oogsten wordt vastgesteld aan de hardheid van de korrels.
In de bewaarplaats vergen ze 1 Vi x zoveel lucht
als aardappelen (aardappelen 300 m3 lucht/
m2 vloeroppervlak bij 3 m storthoogte en een
tegendruk van 15 mm waterkolom, wat een
normaal gerooide partij is. Uien vergen 450 m3
echter bij een maximale storthoogte van 3m).
Door een goede verzorging kan een goed
marktbaar produkt bewaard worden.
Let wel: De prijzen van aardappelen en uien
liggen niet vaak op het niveau van vorig jaar.