Bladramenas als
groenbemester
Graslandvernieuwing geeft ideale
bekalkingsmogelijkheden
O
H et is zonder meer een duidelijke zaak dat
het verbeteren van de pH op grasland het al
lerbeste kan geschieden in combinatie met
graslandvernieuwing. De mogelijkheid is dan
aanwezig om de toe te passen kalkmeststof
goed door de teeltlaag te werken zodat een
gelijke kalktoestand in de volledig bewerkte
laag (beworteling!) wordt verkregen. Wanneer
graslandvernieuwing wordt uitgevoerd door
toepassing van ploegen dan is de meest ideale
kalkbemesting door voor het ploegen een ge
deelte kalk voor de oude zode te strooien,
daarna iets inwerken met een gewone frees,
dan ploegen en over de geploegde voor de rest
van de kalk strooien en inwerken. Bij het frezen
kan men de totale hoeveelheid kalk over de
oude zode strooien terwijl daarna de frees wel
zorg draagt voor een goede menging.
H
Is er een te groot aardappelareaal
uitgepoot?
Goed begin van het nieuwe fruitseizoen
Nog steeds staat in ons Thoolse distrikt, de aardappelafzet en
prijs, in het middelpunt van de belangstelling. De in juni ge
starte afzet kon zich toen nog verheugen in een goed lonende
prijs, maar is reeds in de loop van juli zo danig naar beneden
gegaan, dat voor de latere beginners, de room er wel af was. Dit
klemt voor dit oogstjaar temeer, omdat gestart moest worden
met peperduur pootgoed, en de weersomstandigheden in het
afgelopen groeiseizoen niet zo ideaal was. In ons gewest moet
men nog steeds zeggen dat, ondanks het gevorderde jaargetijde
de kg opbrengst nog steeds onder het gemiddelde van andere
jaren ligt. Bij de vroege soorten was meestal een te kleine aan
slag, de oorzaak hiervan. Bovendien heeft het tekort aan vocht
in de afgelopen twee maanden hier ook een rol in meegespeeld.
In de vakbladen kan men nu lezen dat ook het buitenland is
voorzien van voldoende aardappelen, zo dat er voor Nederland
nog weinig kans is voor export. Ondanks de prijsval in deaard-
appelsektor gaat de teler geregeld döor met rooien en de afzet
van zijn produkt. Dit lijkt ons voor ons gebied, ook wel de
Kon. Kweekbedrijf en Zaadhandel
D. J. van der Have B.V.
Kapelle
Vooral onder de huidige omstandigheden stelt de moderne ak
kerbouw hoge eisen aan de grond. Een zeer belangrijk kenmerk
van de vruchtbaarheid van de grond is het humusgehalte, ook
wel organische stofgehalte genoemd. Voor de akkerbouwer is
het zeer belangrijk te trachten het organische stofgehalte van de
grond op peil te houden of die te verhogen.
Eén van de mogelijkheden om organische stof aan de grond toe
te voegen is het toepassen van groenbemesting. Hierdoor wordt
niet alleen het opbrengend vermogen van de grond verhoogd,
maar wordt ook de structuur van de grond en de hiermee gep
aard gaande bewerkbaarheid ervan verbeterd.
Voordelen van groenbemesting
- Groenbemestingsgewassen hebben ten opzichte van andere
vormen van organische bemesting het voordeel dat de wor
tels. ook na het ondcrploegen, de gronddeeltjes nog geruime
tijd binden.
Op Zuid-Beveland brengen de vroege appelrassen op de veilin
gen hoge prijzen op. Ruim twee gulden per kg voor Yellow,
Stark Earliest en Mantel betekent een enorm verschil met vorig
jaar. Wel moet er uiteraard bij aangetekend worden dat ge
noemde prijs voor de beste kwaliteiten en grotere maten geldt.
Maar ook het mindere kan goed mee in geldelijke waardering.
Nog groter is het verschil met restanten van de oude Golden
oogst. Vorig jaar om deze tijd 30 ct per kg, nu ook royaal boven
de twee gulden. Schaarste en overvloed liggen dicht bij elkaar
als het over kwantum gaat, maar de gevolgen voor het prijs
verloop zijn onevenredig groot.
De handel blijft aktief wat betreft het kopen van fruit op 't hout.
Na een tijdelijke onderbreking, waarschijnlijk omdat de eerste
oogstramingen gunstiger uitvielen dan was verwacht, is men
toch weer op 't oorlogspad getogen. Begrijpelijk omdat inmid
dels Frankrijk, Italië en W.-Duitsland hun eerste ramingen
hebben herzien en tot aanzienlijk lagere cijfers komen.
Er is nu ook een stijgende belangstelling voor peren. We hoor
den al van 75 ct voor Conference; tot nu toe het hoogste dat we
vernamen. Ook die toenemende vraag naar peren is verklaar-
aangewezen weg, omdat in het bijzonder de vroege aardappel
teler is aangewezen op direkt leveren na rooien daar zijn gehele
teelt daarop is afgestemd. Toch worden er door de pootgoed-
handelaren weer kontrakten afgesloten^voor te leveren poot
goed 1978. Wat de prijs betreft kan gesteld worden dat er minder
geinvesteerd moet worden dan in 1976. Om nog op de afzet
terug te komen we kunnen op de aardappelveilingen terdege
opmerken, dat voor de betere kwaliteit, reeds ^neer betaald
wordt, dan voor de afwijkende. Gezien de nog steeds groeiende
groep van handelaren in de veilingbanken, kan men wel aan
nemen dat het Thoolse produkt alom in den lande grote be
kendheid geniet. Dit is te méér een reden, dat de telers steeds
zullen dienen té zorgen, dat er een flink, en goed gesorteeal
produkt beschikbaar is, om de consument van dienst te kunnen
zijn. Het verschil in prijzen laat duidelijk zien, dat de consument
Met een groenbemestingsgewas wordt een hoeveelheid verse or
ganische stof aan de grond toegevoegd, waaruit tijdens de verte
ring gronddeeltjes bindende en plantenvoedende stoffen mij ko
men.
- Gronden met een hoger organisch stofgehalte zijn doorgaans
rijker aan stikstof. Tevens bevatten ze een grotere hoeveel
heid voor de plant beschikbaar water. Op deze gronden
hebben de planten minder gauw last van droogte.
- Op kleigronden verhoogt de organische stof het poriënvolu
me, wat belangrijk is voor de lichtvoorziening. Tevens ver
betert het de verkruimelbaarheid van de grond.
- De bovengrondse delen van een groenbemestingsgewas
houden in de nazomer en herfst slagregens en felle zonnes
tralen tegen.
In de praktijk is dan ook duidelijk gebleken dat op bedrijven
waar regelmatig groenbemesting wordt toegepast aanmerkelijk
hogere opbrengsten worden verkregen dan op bedrijven die
weinig of geen organische bemesting toepassen. Door het toe
passen van groenbemesting kunnen dus de bedrijfsresultaten
worden verbeterd. Toch wordt de teelt op veel akkerbouwbe
drijven in het algemeen nog te weinig toegepast.
Bladramenas als groenbemester
Bladramenas is een niet of weinig knoldragende vorm van ra-
menas, en heeft een snelle begH|antwikkeling. Ook bij wat late
zaai geeft het gewas nog een goeae grondbedekking. Voor wat
latere zaai - tweede helft augustus tot begin september - kan
bladramenas dan ook als een goede groenbemester worden ge
kwalificeerd. In de kuststreken dient echter voor een goed re
sultaat vóór september te worden gezaaid.
baar, want de perenoogst in de EEG schijnt eveneens abnor
maal klein te zijn. Speciaal de late rassen (o.a. Passé Crassane)
schijnen een slechte oogst te geven.
Er zijn nogal wat telers die voorheen nooit op stam verkochten,
doch nu gezwicht zijn voor een aantrekkelijk bod van tussen de
60 en 70 ct per kg voor appels en peren. Niet verwonderlijk, want
65 ct op 't hout betekent dat men inklusief bewaarkosten voor
een flink deel van de oogst bijna een gulden per kg via de veiling
moet maken. En toch blijft het de vraag of men op zo'n bod
moet toehappen. Wie elk jaar verkoopt op 't hout en wellicht
min of meer een vaste relatie met een bepaalde koper heeft, kan
moeilijk dit jaar zijn koper in de steek laten. Maar bij uitzon
dering één keer op stam verkopen bij schaarste, heeft in 't
verleden menigeen berouwd Hoewel het verleidelijk is om de
zekerheid van een goede prijs te kiezen boven de onzekerheid
van een nog hogere prijs.
We zullen afwachten hoe alles verder verloopt. Voorlopig blijft
het aanbod beperkt. Er worden appels en peren ingevoerd maar
ook tegen hoge prijzen. Normaal gesproken zullen de Benoni en
James Grieve vlot hun weg vinden, daarna komt de matig ver
tegenwoordigde Cox's Orange en pas vrij laat neemt het aanbod
toe als de Golden aan de markt komt. En ook de Golden oogst is
aanmerkelijk kleiner dan vorige jaren.
niet op een dubbeltje ziet, wanneer hij er van verzekerd is, dat
hij waar voor zijn geld krijgt. Hierop voortbouwend, kan de
vakkundige toch, óók weer voor het bouwplan 1978 de aardap
pelteelt met vertrouwen tegemoetgaan. Ondertussen valt het ons
dit jaar op, dat er tot nu toe op de leeggekomen percelen, nog
weinig groenbemesters zijn ingezaaid, dit in tegenstelling tot het
droge 1976. Vooral nu het voldoende heeft geregend, is het nu
toch de hóógste tijd, de middelen te gebruiken om de struktuur
van de grond op peil te houden. Vanzelfsprekend zullen nu, of
binnenkort weer de percelen ingezaaid en of gepoot worden,
voor de overjarige bloemzaadteelt en winterbloemkool. Nog
steeds geldt dat een goede grondbewerking ruim vóór planten
en zaaien, de beste resultaten geeft, want iedere grond moet
weer herstellen en tot rust komen, vóór een nieuwe teelt er
ingaat!
dan is het in ieder geval wenselijk voor alle
zekerheid een gift van 2000 kg kalkmeststof per
ha te strooien.
Tijdstip van strooien.
Hoge prioriteit.
B ij alle maatregelen die getroffen moetèn
worden voor graslandvernieuwing heeft met
name de bekalking een hoge prioriteit. Een
goede pH van de grond bevordert een inten
sieve wortelontwikkeling en verhoogt het ren
dement van verschillende plantenvoeclende
stoffen. De goede, kalkminnende grasssen (o.a.
Engels raaigras) zullen er wel bij varen. Een
uitstekende kalktoestand van het grasland is op
ideale wijze te realiseren door een aangepaste
bekalking in combinatie met graslandvernieu
wing.
De drogestofopbrengst kan vooral bij een ruime stikstofbemes
ting hoog zijn; wat hoger dan die van bladkool en zomerkool-
zaad. Een goed geslaagd gewas kan ca. 3800 kg drogestof leve
ren, welke dus bij het onderploegen van het totale gewas aan de
grond wordt toegevoegd. In de Rassenlijst voor Landbouwge
wassen worden in de rubriek A de rassen Siletina, Siletta en
Rauola vermeld en bij de nieuwe rassen Levana. Siletina bloeit
midden vroeg terwijl alle andere rassen vroeg bloeien.
Bietencystenaaltje/onkruidbestrijding
Gebleken is dat bladramenas, als groenbemestingsgewas toe
gepast, in het algemeen het aantal bietencystenaaltjes weinig of
niet bei'nvloedt en een goede onkruidbestrijder is. Door de snelle
beginontwikkeling krijgt het onkruid weinig of geen kans zich te
ontwikkelen. Overigens kan e.e.a. op percelen met kweek, in
kombinatie met een bespuiting met TCA, heel goed bestreden
worden. Voor kweekbestrijding op bouwland is het advies: 50 k
75 kg TCA per ha.
Na de bespuiting dient de TCA 7 tot maximaal 10 cm diep te
worden ingefreesd om de TCA zo goed mogelijk met de
kweekdraden in kontakt te brengen. Bladramenas is nauwelijks
gevoelig voor de TCA.
Zaaiwijze en zaaizaadhoeveelheid
Bladramenas kan breedwerpig worden gezaaid en ingeëgd. Een
betere en gelijkmatiger stand wordt doorgaans verkregen met
rijenzaai. De rijenafstand moet dan echter niet groter zijn dan
ca. 20 cm, omdat dan het gewas voor een snelle grondbedekking
kan zorgen. De zaaizaadhoeveelheid moet, vooral als het zaai-
bed niet optimaal is, wat ruim worden genomen.
In de Rassenlijst wordt 12-20 kg zaaizaad per ha aanbevolen.
Veelal zal 20 kg echter de voorkeur hebben. Voor het verkrijgen
van een goed gewas verdient een bemesting met ca. 300 kg kas
per ha aanbeveling.
Stichting Nederlands Landbouw Kalk Bureau De Bilt.
ok deze nazomer en herfst zullen weer vele
hectares minder produktief grasland worden
aangepakt om, in wat voor vorm dan ook, te
worden verbeterd. De verschillende oorzaken
die de graslandverbruiker leiden tot deze in
greep werden reeds in verschillende arikelen
uitvoerig belicht. Toch willen wij een belang
rijk onderdeel in deze materie "de kalkbemes
ting" nog even extra onder de aandacht van de
praktijk brengen. De inzage in de analyserap
porten van het grondonderzoek leert ons na
melijk dat zo langzamerhand een steeds groter
percentage grasland weer kalkbehoeftig gaat
worden. De toepassing van verzurende- en het
verminderde gebruik van basische kunstmest
stoffen met daarnaast de jaarlijkse uitspoe-
lingsverliezen zijn hieraan zeker niet vreemd.
Grondonderzoek en advies.
et goede kalktoestandstraject voor
grasland ligt van pH 4.8 tot pH 5,5,. Er zijn
aanwijzingen dat men bij het bekalkingsbeleid
meer moet streven naar een pH dichter bij 5,5,
dan bij 4.8. Het rendement van de hoge H-
giften zou in die omstandigheid gunstigzr kun
nen zijn. Geeft het laatste grondonderzoek van
het te verbeteren grhslandperceel aan dat de
pH van de bovenste vijf centimeter goed is dat
wil dat neg niet zeggen dat de laag onder de
zode. die door ploegen of frezen naar boven
komt en het nieuwe zaaibed gaat vormen ook
een goede kalktoestand heeft. In de meeste ge
vallen is het tegendeel waar. Daarom moet
men vooraf grondmonsters laten nemen tot op
de bewerkingsdiepte. Aan de hand van de op
deze wijze verkregen gegevens kan voor gras
landverbetering een ideale bekalking worden
geadviseerd, t.w. tot een pH van 5,2. Wil men
meteen de zgn. onderhoudsbekalking erbij be
trekken dan is het aan te bevelen tot pH 5,5 te
bekalken. Is geen grondonderzoek toegepast
14