D it voorjaar hebben pootgoedtelers op de beide Bevelanden
een vondst gedaan waarmede zij, misschien wel onbewust, een
geweldige bijdrage hebben geleverd aan de toekomst van de
pootgoedteelt. Vanwege het groot aantal zieke planten was het
voor de selekteurs onmogelijk om hun areaal tijdig op te zuive
ren en daarom moest naar andere wegen worden gezocht. In het
verleden had men schijnbaar ook al eens met dat bijltje gehakt,
want toen werden door de selekteurs bamboe stokjes bij de zieke
planten geplaatst en daarna konden de gemerkte planten door
"leken" worden verwijderd. De capaciteit van de selektie stijgt
bij deze methode enorm, maar het later verzamelen van de
M omenteel blijken de grondwaterstanden in ons gebied lager
te zijn dan vorig jaar. We hebben nu echter het voordeel, dat het
niet zo heet is. Overal zien we weer scheuren in de grond en op
de droogtegevoelige gronden laten de gewassen het weer zitten.
Ook het drinkwater in de putten in de weiden wordt al schraal
en tevens van slechte kwaliteit. Doorlopend heeft het vee daar
van diarrhee wat met verstrekking van goed drinkwater spoedig
is te verhelpen. Hazen, konijnen en fazanten hebben ook dorst
en trachten deze nog steeds te lessen door de kleine hartblaadjes
van de jongste bieten te consumeren. Hierdoor sneuvelen nog
dagelijks vele bietenplanten en dat is niet ingecalculeerd bij het
op eindafstand zaaien der bieten. Treffend was, dat we vorige
week op 20 juli op Sinte-Margrietsdag geen regen hebben ge
had. Regen op Sinte-Margriet is zes weken boerenverdriet is een
oud gezegde waar toch een zekere mate van waarheid in schuilt.
Nu het op die dag niet heeft geregend lopen we misschien wel de
kans, dat het nu zes weken droog blijft en dan zullen we het ook
weer daarmee moeten doen.
k- rf- vv*
Te droog voor de aardappelen
Op Zuid-Beveland groter areaal
aardappelen dan verwacht.
"Weekendprijs" voor vroege aardappelen
leder heeft zo zijn problemen en zorgen
geplukt en staat in hok of al in de schelf. Over prijzen verneemt
men op dit moment niet veel. Verleden jaar was de zomergerst
de 28e juli al geheel geoogst. Nu ziet het er naar uit dat we zeker
voor 1 augustus niet daaraan zullen beginnen. Ondanks pro
blemen en klachten over een wat te armoedige stand in het
begin van de groeiperiode is de gerst goed uitgegroeid. Door de
laatste regens rond 18, 19 en 20 juli is hier en daar toch nog al
wat gelegerd. Geleidelijk aan hebben vele telers hun op
brengstverwachtingen dan ook wat hoger gesteld.
De wintertarwe - daar zou heel wat over te schrijven, maar ook
nog heel wat over te vragen zijn - zal ook niet vroeg geoogst
kunnen worden. Vorig jaar was ze rond 1 augustus geheel ge
oogst. Nu ziet het er naar uit dat we hooguit in de week van 5 tot
10 augustus met een zeer vroeg perceel kunnen beginnen. De
problemen die we op eigen bedrijf, bij de buren of op de Proef-
boerderij "De Rusthoeve" kunnen zien, geven ons wel te den
ken. Welke rassen zullen we moeten kiezen? Welke in ieder
geval niet? Zijn er eventueel nieuwe rassen waar we op kunnen
stokjes vraagt wat extra tijd. Om die redenen is men nu van deze
methode afgestapt en zijn de selekteurs uitgerust met 'n verf
spuit. Met een druk op de knop markeren ze daarmee de zieke
planten. Waarom men op Noord-Beveland rode vert toepast en
op Zuid-Beveland witte is ons een raadsel. Wellicht zit er in deze
kieurenverschillen toch wel iets in voor de toekomst. Rode verf
keuren we zonder meer af, want dat komt overeen met de kleur
van lieveheersbeestjes, van de larven van de coloradokever en
van de klaproos. Witte verf is te nauw verwant aan de kleur van
de gewasbeschermingsmiddelen. En gele verf heeft weer typisch
de kleur van de bloemen van de aardappelen en van die van
diverse onkruiden.
P ersoonlijk geven we de voorkeur aan blauwe verf, want
hierin zit misschien het "ei van Columbus". In deze tijd van
techniek moet het toch mogelijk zijn om ook de pootgoedteelt
meer te gaan mechaniseren. Wanneer er een machine ontwik
keld zou worden met daarop elektrische ogen die gevoelig zijn
voor de blauwe kleur, zou dit de basis kunnen zijn öm een
methode te vinden om secundair zieke planten met knol en al
mechanisch te verwijderen. In de pootgoedteelt is het van be
lang, dat op het tijdstip dat de bladluizen in het gewas komen de
selektie reeds zo grondig heeft plaats gehad, dat er zich geen
zieke planten meer in het gewas bevinden. Men moet de luizen
vóór zijn en dat lukt met een zak op de rug in deze tijd niet altijd
even gemakkelijk meer. Het wordt daarom tijd, dat er eens een
prijsvraag wordt uitgeschreven voor de beste uitvinding op dit
gebied. Proeven met enkele chemische middelen op schieters en
hopen? Moeten we duidelijk wat later gaan zaaien en wat min
der zaaizaad gaan gebruiken? We zullen maar even af moeten
wachten. De periode tussen het bekend worden van de proef
veldresultaten en de uitzaai zal betrekkelijk kort zijn. Pas als we
de opbrengsten per ras weten kunnen we een keuze maken, wel
dienen we daarbij nog te bedenken dat het éne ras wel extra
kosten zal vragen voor de ziektebestrijding en dat dit bij een
ander ras niet het geval behoeft te zijn. Zulke kosten dienen we
eerst van de opbrengst af te trekken om de rassen duidelijk met
elkaar te kunnen vergelijken. Niet alleen wij maar alle tarwete-
lers, de kwekers en de handel zijn benieuwd naar de op
brengstresultaten. Hier en daar zullen we toch wel met tegen
vallers te maken krijgen, hoewel algemeen een gemiddeld goed
opbrengst wordt verwacht. Bij de cijfers van de 1 mei invertari-
satie valt het wel op dat we op Zuid-Beveland toch nog een
vergroting van de oppervlakte aardappelen hebben gekregen,
ook de oppervlakte uien is toegenomen. De oppervlakte sui
kerbieten is vrij aanzienlijk, nl. met ruim 8% gedaald.
het echter meer op het koude weer. Een boon heeft graag
warmte!
Zo heeft een ieder zijn problemen en zijn zorgen. Ook in Den
Haag schijnt het niet van een leien dakje te gaan. Het lijkt, dat ze
daar helemaal nog niet aan "oogsten" toe zijn. Onze indruk is,
dat het "gewas" behoorlijk ziek is en dat er flink zal moeten
worden "gespoten". De zaken zijn de laatste jaren helemaal uit
zijn verband geraakt en met name de agrariërs weten wat het
betekent wanneer het evenwicht verstoord is. Hopelijk kunnen
ook hier de "milieudeskundigen" een remedie vinden, die voor
allen aanvaardbaar is!
Voor de boer zijn gewassen is het redelijk goed weer, voor de
rekreant op Walcheren is het maar zeer matig strandweer. Na de
zonnige warme week begin juli, heeft de daaropvolgende weken
de zon nogal dikwijls verstek laten gaan. De regen is echter ook
schaars, zodat we ook niet verlegen zijn om erg warm weer.
Verschillende dagen donker weer met soms een licht regenbuitje
doet de gewassen redelijk goed groeien. Voor een gewas als
aardappelen is het echter te droog. Deze zouden meer gebaat
zijn met enkele natte dagen. Bij de bieten is dat anders, die
vangen met hun omvangrijk bladapparaat van enkele mm
neerslag al een flinke portie water rondom de wortel. Door wat
waarnemingen in een aantal bietenpercelen vonden we dat de
wortels meestal een goede vorm hebben. Daar waar de structuur
in de ondergrond wat minder goed is, komt meer vertakking
voor. Bij de aardappelen is de knolaanzet hoog. Het aantal is
overdadig aanwezig of ze ook groot zullen worden hangt zoals
reeds geschreven van de regenhoeveelheid af.
In tegenstelling tot vorig jaar zal de oogst van de zomergewassen
aanmerkelijk later vallen dan vorig jaar, toen begin augustus de
oogst geruimd was. Dit jaar zitten we 2 a 3 weken later. Som
mige percelen tarwe en vroeggezaaide gerst beginnen nu afrij-
pingsverschijnselen te vertonen. Bij dit weertype gaat de afrij
ping echter traag.
Ook voor het grasland is het te droog. Vooral op de laatge-
maaide percelen is de hergroei maar zeer matig. De grasvoor-
raad is op veel bedrijven niet groot meer. Gelukkig zijn de
omstandigheden veel gunstiger dan vorig jaar wat betreft de
voedselvoorziening.
Het blauwmaanzaad heeft een goede bloeiperiode gehad. De
bollen groeien goed uit en lijken goed gevuld. De verwachtingen
zijn niet ongunstig wat betreft de kg-opbrenst. Eén en ander is
ook al merkbaar aan de huidige prijsstelling.
Bij de bruine bonen zien we nogal wat verschil in stand. Som
mige percelen vertonen maar een zeer matige bladontwikkeling.
Ze bloeien een.beetje teveel op 't zicht. De reacties op de ge
volgen van de zomertijd zijn verdeeld zo lazen we in ons dag
blad. De landbouw kijkt er nog steeds negatief tegenaan. Voor
zover ons bekend is dit inderdaad zo. Vele collega's vinden dat
ze ongemerkt nog langere arbeidsdagen dan normaal maken.
Men gaat later naar bed, omdat het lang licht is, terwijl het 's
morgens toch weer op tijd werken is. Het gevaar bestaat dat men
te weinig nachtrust geniet. Hij is geen recreant die 's morgens
langer op bed kan blijven! Hoe één en ander straks verloopt bij
de oogst moeten we nog afwachten, maar dat het extra geld gaat
kosten door overwerk is niet ondenkbaar. Er zijn niet veel reac
ties vanuit de landbouw zo wordt gesteld. Wanneer er deze
zomer een opiniepeiling zou worden gehouden over de invoe
ring van de zomertijd zijn we er heilig van overtuigd dat 99% van
de agrariërs zich tegen de zomertijd zou uitspreken. Maar het
belang ervan zal wel niet groot genoeg zijn om een opiniepeiling
te houden. Alhoewel, het heeft tenslotte toch ook nog wel iets
met grond te maken!
op aardappelopslag in de bieten zijn al in een vergevorderd
stadium en ook dit leek destijds een onoplosbare zaak. Oplos
singen moeten ook uit de praktijk komen, want we zitten er zelf
met de neus bovenop!
"De boer zijn portemonnaie lig immer buiten,
in het slik of soms wel in de kluiten.
Den Bilt en Ukkel voorspellen zeer vernuft,
doch de boer kijkt enkel naar de lucht".
We hebben "wat" regen gehad. Op zo'n moment als er 8 a 10
mm gevallen is lijkt het heel "wat". Maar na één of twee dagen
blijkt het alleen maar een opfrissertje te zijn geweest. Zo'n 30 a
40 mm binnen een dag of 4 zou voor vele gewassen, zeker voor
aardappelen en suikerbieten bijzonder welkom zijn. Ondanks
het feit dat we niet kunnen zeggen dat we tot op dit moment zo'n
heel droge of warme zomer hebben gehdad viel het wel op dat
zovele percelen wintertarwe, zomergerst en haver alsook sui
kerbieten zo onregelmatig zijn. Of dit nu alleen gevolgen zijn
van verschillen in bodemprofielen of van slechte struktuur-
plekken of dat dit nog gevolgen zijn van de droogte van 1976
valt moeilijk na te gaan. Het is hier en daar echter wel een bont
beeld.
Een groot deel van het graszaad is thans geoogst, hetzij stam
gemaaidorst of vanuit het zwad gedorsen. De brutoopbrengsten
zijn zeer aantrekkelijk. Vrij algemeen komt men 25 a 50% van
het brutogewicht hoger uit dan het vorig jaar. Laten we hopen
dat de netto-opbrengst ook dit beeld te zien geeft. Ook de
hoeveelheden graszaadhooi zijn groot.
Het vlas is ondanks de late zaai en de wat trage begingroei toch
nog tot een behoorlijk gewas uitgegroeid. Het meeste is nu
Ook op "Tholen en St. Philipsland" heeft het in 't weekend zo'n
mm of 4 a 5 geregend. En al is het niet veel, toch is het van harte
welkom want in veel percelen gaan we toch weer droogtever-
schijnsèlen zien. Gelukkig hebben we de laatste tijd vrij koel
weer gehad, zodat de gewassen niet in een snel tempo noodrijp
zijn geworden zoals dat vorig jaar het geval was. De oogst van de
vroege graszaden, zoals Roodzwenk, dat in onze streek nogal
veel voorkomt, is vlot verlopen. De opbrengsten lijken redelijk
tot goed te zijn. De graszaadhooiprijs is echter aan de lage kant,
wat dan weer een meevaller voor onze veehouder is. Het zij hun
van harte gegund na een jaar als '76!
Ook de oogst van de conservenerwten verloopt vlot. Zag het er
dit voorjaar naar uit dat er een opeenhoping zou komen tijdëns
de oogst, omdat er weinig spreiding in de inzaai had plaatsge
vonden door het natte voorjaar is dit niet bewaarheid. Er zullen
dan ook geen percelen blijven staan en als U dit leest zal de
oogst aan de kant zijn. Dit is erg prettig; want al is er dan een
goede regeling voor rijp te dorsen erwten, wil men toch graag
leveren voor het doel waarvoor men heeft geteeld. Bovendien is
het land vroeg leeg zodat men het flink kan bewerken of er een
groenbemester in kan zaaien. Voor beiden mag het dan nog wel
flink regenen! De oogst van de granen, waar we in deze tijd
vorig jaar middenin zaten, laat nog wel enkele weken op zich
wachten. Op zich een gunstig teken en me dunkt dat we de oogst
met gematigd optimisme tegemoet mogen zien. De prijs van de
vroege aardappelen is sterk gedaald en lag rond 20 juli beneden
de 40 ct. Als we bedenken dat er toch voor zo'n 5000,-/ha. aan
pootgoed in de grond is gegaan en de opbrengst gemiddeld niet
veel hoger dan 16 a 17 ton zal bedragen kunnen we niet meer
van een rendabele teelt spreken. Bij een tochtje per auto door
onze streek zagen we dat veel vroege aardappeltelers hun pro- v
dukt, door middel van een bord aan de weg, aan de vele va
kantiegangers aanbieden om zodoende ook een graantje mee te
pikken uit de recreatieruif! We zagen daarbij dat het begrip
"weekendprijs" z'n intrede heeft gedaan. Een duidelijk bewijs
dat de landbouw nog genoeg inventiviteitbezit om zich aan de
omstanddigheden aan te passen.
De gewassen in de Westhoek beginnen flink te veranderen. De
oogst staat nu toch wel voor de deur. Aan 't landschap is ook
duidelijk te zien, dat de mooiste tijd weer voorbij is. Zo hier en
daar zijn er al percelen vrij en dat geeft direkt een ander effekt in
het polderlandschap. Van bepaalde gewassen zijn er nu ook
opbrengstgegevens bekend. De vroeggezaaide conservenerwten
vielen niet mee. De latere daarentegen gaven goede tot zeer
goede opbrengsten. Ook de eerste indruk van 't graszaad is goed.
Karwij daarentegen is slecht tot zeer slecht. Toch komt er zo hier
en daar toch nog een uitschieter naar de goede kant en dat gaat
dan dubbel op want de prijzen van de karwij liegen er niet om.
Hoewel er in de Westhoek niet veel vlas staat, is met het plukken
intussen wel begonnen. Ook enkele niet te zware percelen gerst
üi
Püt;
y -
WV - i-fj
Het meeste vlas is geplukt en staat in hok of al in de schelf.
zullen7;spoedig door de maaidorser gaan. Enkele percelen met
bieten vertonen "slijtage". Meestal is dit op de lichtere gronden.
Het aantal schieters valt dit jaar erg mee. We hebben de indruk,
dat de bieten de laatste weken wel iets van de achterstand
hebben ingehaald. De eerste proefrooiingen zullen wel spoedig
plaatsvinden en dan weten we alvast wat meer. Ook de aardap
pelen doen het goed. 't Is toch wel een verschil met verleden jaar,
ondanks dat het nu toch ook wel weer droog is. Met de prijzen
gaat het niet geweldig. Ook de vooruitzichten zijn weinig opti
mistisch. Hier en daar wordt toch weer wat doorwas gesigna
leerd. We zullen hopen dat we met de doorwas geen herhaling
van '76 krijgen!
De stand van de conservenbonen is het geheel genomen niet
geweldig. De één denkt dat het in de bespuiting zit, wij houden