Uitgangspunten
D e bloei is achter de rug. De vruchtzetting vindt momenteel
plaats, hoewel de rui nog in volle gang is, of nog moet beginnen.
Vandaar, dat wij ons artikel van begin april willen herhalen.
Voor de verzekerde fruittelers wordt het ten hoogste tijd om een
beslissing te nemen wel of niet het hagelrisiko te verzekeren.
De gok, dat de fruitoogst 1977 wederom zonder hagelschade
wordt binnengehaald is een zeer slechte gok.
D e heer dr. ir. C.W.C. van Beeckom wijst in z'n inleiding op
een zeer belangrijke beleidsuitspraak in de planologische kern
beslissing uit de nota Landelijke Gebieden, welke naar zijn
mening het draaipunt vormt voor komende ontwikkelingen van
het landelijk gebied. Deze beleidsuitspraak is tweeledig en be
helst:
Provinciale raad voor de bedrijfsontwikkeling in de
landbouw in Zeeland (96e vergadering)
B ij de opening vestigt de voorzitter, de heer A J.G. Doeleman,
A angenomen moet worden, dat dewerkelijk behaalde
winst volledig door de hoge inkomstenbelasting wordt ge
troffen. In de zoéven genoemde landen worden normen op
gesteld. Normen per koe, normen per hectare akkerbouw,
per varken, kortom voor alle elementen waaruit een bedrijf
is samengesteld.
Wat kost de Fruithagelverzekering?
O p ons artikel van vorige week hebben wij nog een aanvul
ling. Uit het verslag van de Verzekeringskamer blijkt, dat de
resultaten bij een aantal automobiel-verzekeraars slecht zijn.
Overigens is Economische Zaken daar niet van onder de indruk
en derhalve niet scheutig met het toestaan van premieverho
gingen. Mede door de moordende konkurrentie of anders ge
zegd het marktbederf, dreigen er grote verliezen te komen.
Vandaar, dat een Commissie Overleg Schadeverzekeringen
(C.O.S.) opdracht kreeg'^eecst en vooral schoon te maken in
eigen huis. Deze commissie heeft een aantal uitgangspunten
opgesteld, welke wij hieronder laten volgen.
Motorrijtuigen
a) Tarief steeds over catalogusprijs inkl. B.T.W. (behalve bij
vrachtauto's)
b) Tarief steeds over aktuele catalogusprijs.
c) Objektief juiste no-claim vaststellen. Studie in gang te zetten
naar goed informatiesysteem inzake verkregen no-claim
rechten. Intussen zijn verzekeraars/gevolmachtigden ver
plicht bij elkaar te informeren naar geldende no-claim.
Antwoord verplicht binnen 14 dagen naar beste vermogen.
Indien geen antwoord binnen 14 dagen dan zal verkrijgende
verzekeraar/gevolmachtigde naar beste weten handelen.
d) Geen introduktiekortingen, streekkortingen, Start no-claims
e.d.
e) Geen verlaging van tarieven en geen uitbreiding van condi
ties.
f) t.a.v. wagenparken
1. Vanaf heden worden alleen nog echte wagenparken ge
sloten. Derhalve geen valse en geen valse valse.
2. Echte wagenparken bestaan uitsluitend uit auto's toebe
horende aan dezelfde eigenaar/werkgever met daaraan
toegevoegd die werknemers-auto's, welke geheel voor
rekening en risiko van die werkgever rijden. Deze defi
nitie zo nodig nader te bepalen door het P.C.B.
3. De premiestelling voor deze echte wagenparken is vrij.
4. Op uitstaande offertes voor wagenparken welke van bo
venstaande omschrijving afwijken kan tot uiterlijk 10 juni
a.s. nog worden geaccepteerd.
5. Lopende contracten zullen binnen ten hoogste twee jaar
door de verzekeraar/gevolmachtigde die de post in de
boeken heeft aan het vorenstaande worden aangepast.
de aandacht op de afhankelijkheid van het weer, die de boer ook
dit jaar weer treffend ervaart.
De ontwikkeling van de akkerbouwgewassen vertoont een ach
terstand, die overigens nog niet tot een belangrijke opbrengst
derving behoeft te leiden. Somberder is het beeld bij de fruit
teelt. Cox. O.P., maar ook wel Goudreinette liepen zware
vorstschade op. Aanvankelijk stagneerde de grasgroei, maar
thans heeft de veehouder hierover geen reden tot klagen.
Uiteindelijk is overeenstemming in Brussel bereikt over de
landbouwprijzen. Omdat Nederland daarbij in een ongunstige
positie verkeert heeft minister Van der Stee maatregelen toege
I n de kranten heeft men kunnen lezen dat voor 25 mei 1977
geen maatregelen zullen worden genomen om voor de Ne
derlandse agrariërs de kwalijke gevolgen van de Brusselse
prijsstellingen weg te nemen.
De allerwegen optredende prijsverhogingen worden onvol
doende gecompenseerd en dat is niet een verschijnsel van het
laatste jaar.
In één van onze vorige artikeltjes hebben wij nog cijfers
gepubliceerd waaruit bleek dat in een periode van vier jaar
de gemiddelde kostprijs van een hectare akkerbouwpro-
dukten was gestegen met een bedrag van f 1.071,—
N.B.
Rechtsbijstand- en Ongevallen-/Schadeverzekering inzittenden
kunnen, mits gekoppeld aan auto's behorende tot een echt wa
genpark, kollektief verzekerd worden bij de wagenparkverze
keraar, zowel als bij een andere verzekeraar. Derhalve is kol
lektief verzekeren van gezinsrechtsbijstandverzekeringen niet
mogelijk.
BESTAANDE AFWIJKINGEN
Afwijkingen van het voormelde dienen binnen twee jaar na
heden te zijn beëindigd, tenzij de verzekeraar/gevolmachtigde
rechtens aan een langere termijn gebonden is, in welk geval die
langere termijn zal gelden.
OVERTREDINGEN/KLACHTEN
Klagers dienen zich onder overlegging van de nodige informatie
te wenden tot het bestaande kartel/samenwerkingsverband c.q.
de Commissie Uitvoering Privaatrechtelijk Overleg, c.q. de
desbetreffende Contactcommissie c.q. het P.C.B.
GELDIGHEIDSDUUR VAN DEZE UITGANGSPUNTEN
Met inachtneming van mogelijk bestaande bindingen van lan
gere duur zullen de in dit stuk vastgelegde uitgangspunten gel
den tot 1.1.1978.
Na gemeenschappelijk overleg is een afwijking (bijvoorbeeld
vanuit de Contactcommissie) voordien mogelijk. Tijdig zal ver
lenging na 1.1.1978 met de markt worden besproken.
De bedoeling is nu, dat de maatschappijen zich akkoord ver
klaren met genoemde uitgangspunten. Met name de punten c, d
en f zijn uitermate belangrijk. Weet U wat er nu gaat gebeuren?
Verzekeraars, die op dit moment met genoemde punten c, d en f
marchanderen zullen geen akkoordverklaring afgeven.
Twee jaar achtereen geen hagelschade is volgens onze 30-jarige
statistiek nooit voorgekomen.
Nu is het verzekeren van de fruitoogst tegen hagelschade geen
goedkope aangelegenheid. Wij draaien daar niet omheen. Dat
betekent echter, dat het hagelrisiko in de fruitteelt groot is en
vandaar ons wat indringend betoog. Omdat de kosten er niét om
liegen zijn er twee verzekeringsvormen mogelijk:
Met 12% eigen risiko
De ene mogelijkheid en tevens de meest aanbevelenswaardige is
de risikodekking met 12% eigen risiko. De voorschotpremie
bedraagt dan 3 Vi met een omslagmogelijkheid (naheffing)
van 5 V2%; zodat de maximale premie in dat jaar kan bedragen
9%.
Ons wordt dan door kandidaat fruittelers tegengeworpen, dat
het schadepercentage al boven de 21% (12 9) moet liggen om
enig voordeel aan zo'n risikodekking te hebbend Daarover dan
een drietal opmerkingen:
1.) Het eigen risiko geldt per ras per perceel en dat is geheel iets
anders dan 12% eigen risiko van het totaal verzekerde bedrag.
Bij een eigen risiko per ras per perceel kan het bedrijf al voor
uitkering in aanmerking komen als er één ras op één perceel
zwaar verhagelt. (b.v. Winston laat in 't seizoen)
zegd. Daarbij denkt de minister in verlichting van sociale lasten,
struktuurverbeterende maatregelen en de R.Z.-regeling. Hoe
zeer de betekenis van dergelijke maatregelen ook erkend moet
worden, betreuren wij, aldus de voorzitter, niettemin ernstig het
standpunt van de minister niet bereid te zijn via algemene
maatregelen, zoals verhoging van de B.T.W. tot prijsaanpassing
te komen.
De deelnota Landelijke Gebieden van de derde nota over de
ruimtelijke ordening, die door de heer Van Beckom zal xorden
toegelicht vormt het belangrijkste agendapunt voor de verga
dering. Daarbij is het niet de bedoeling via de Raad een stand
puntbepaling over de toekomstige ontwikkeling van het lande
2.) De maximale premie wordt slechts gevraagd in een ernstig
schadejaar. In 1976 bleef het nl. bij de voorschotpremie van 3
x/i%. In 1975 was een gedeelte van de maximale omslag nodig.
3.) Gezien de opmerkingen onder de punten 1 en 2 gaat het
optelsommetje (12 9) dus niet op. Wat wel op gaat is, dat men
bij één hagelbui van enige betekenis wel z© boven een schade-
percentage van 30 50% zit.
Met 30% eigen risiko
Mede onder druk van een aantal fruittelers heeft de Onderlinge
Fruittelers Hagelverzekering Mij. (O.F.H.) twee jaar geleden de
mogelijkheid geopend om het hagelrisiko te verzekeren met een
eigen risiko van 30%. Men zou dit een soort rampenverzekering
kunnen noemen. Immers 30% eigen risiko is al geen kleinigheid.
Uiteraard kan deze dekking tegen een lagere premie nl. 1 Va
voorschotpremie met een naheffmgsmogelijkheid van 3 Va%\
zodat de maximale premie in dat jaar kan bedragen 5 Vi%.
Het zal U duidelijk zijn, dat verzekeren op basis van 30% eigen
risiko slechts dan enige zin heeft als het bedrijf voldoende ka
pitaalkrachtig is om deze 30% schade zelf op te vangen.
Variabele premie
Bij bovengenoemde twee verzekeringsvormen hebben wij de
premies genoemd, welke een nieuw lid dat jaar als voorschot
moet betalen en als naheffing te betalen kan krijgen. Wij kennen
bij de fruithagel echter een zgn. kortings- en toeslagregeling op
de premie.
Heeft men in enig jaar schade geclaimd dan is de voorschot
premie het daaropvolgende jaar hoger.
Omgekeerd krijgt men korting op de premie wanneer geen
schade geclaimd wordt. Zo kan bij de 12% regeling de voor
schotpremie dalen tot 1 XA% en ook stijgen tot een voorschot
premie van 4,55%, indien achtereenvolgende jaren schade is
geclaimd.
Bij de 30% regeling blijft de maximumvoorschot 1,7£% maar
kan stijgen tot 2,80%.
De eventuele naheffing (omslagpremie) daalt of stijgt naar ver
houding.
Wat is ons advies?
Ja, U raadt het meteen. Fruittelers raden wij dringend aan hun
oogst tegen hagelrisiko te verzekeren.
Slechts voor twee groepen fruittelers kan een geldig excuus
gelden nl. zij, die financieel aan de grond zitten en geen cent
kunnen missen en de groep, die zo kapitaalkrachtig is, dat één
misoogst nauwelijks een knoop van hun jas betekent. De eerste
groep heeft zo'n risikodekking juist het hardste nodig. Of die
groep groot is menen wij te moeten betwijfelen. Dat men tegen
nieuwe lasten aankijkt en daarom maar de gok waagt niet te
verzekeren lijkt ons waarschijnlijker en daarvan zeggen wij dan,
dat het onverantwoord is.
Zacht fruit
Voor zacht fruit tw. aardbeien, bessen, bramen en frambozen
geldt, in verband met de veel kortere risikoperiode, een afwij
kende premieregeling. De aanvangsvoorschotpremie bedraagt
0,90% met een naheffingsmogelijkheid van 1,8%; totaal dus
2,70% wanneer althans de maximumpremie nodig zou zijn. U
ziet, dat voor zacht fruit de premie stukken lager ligt.
Tenslotte aan U de beslissing of U Uw fruitoogst dit jaar gaat
verzekeren. Doet U het niet en zou U verhagelen dan was U
gewaarschuwd.
Doet U het wel dan voorspellen wij U nu reeds een veiliger
gevoel wanneer U zware onweerswolken in het Z.W. ziet sa
menpakken. de L
lijk gebied naar buiten te brengen. Belangrijk is het voor de
Raad aan de hand van de nota Landelijke Gebieden tegen de
achtergrond van de Landbouwverkenningen en de structuurvi
sie van het Ministerie van Landbouw van gedachten te wisselen
over de bedrijfsontwikkeling in de landbouw in Zeeland gezien
vanuit de provinciale direktie voor de bedrijfsontwikkeling en
het landbouwbedrijfsleven.
De nota Landelijke Gebieden als deelnota van de derde nota over
de ruimtelijke ordening bezien vanuit het oogpunt van de bedrij
fsontwikkeling in de landbouw
a. Het verschaffen van goede ontplooiingskansen voor diege
nen, die van de landbouw afhankelijk zijn;
vervolg op pag. 10
Dat deze stijging onvoldoende is gecompenseerd is erg en
wanneer wij dan tevens nog letten op het verschil in fiscale
behandeling van de landbouwsektor in verschillende landen
wordt vooral de konkurrentiepositie van de Nederlandse
boer steeds zwakker.
Het meest in het oog lopende verschil in belastingheffing is
de forfaitaire methode van heffing zoals deze wordt toege
past in West-Duitsland, België en Frankrijk.
In ons land wordt de werkelijk behaalde winst belast. Deze
winst wordt bepaald aan de hand van een boekhouding, die
regelmatig vanwege de fiscale autoriteiten aan controle
wordt onderworpen.
Deze normen zijn over het algemeen zeker niet te hoog
vastgesteld. Ook zit er nog een kans in dat b.v. een koe te
weinig wordt geteld op de peildatum of dat op die datum
bewust naar een lager aantal dan het gemiddelde wordt
gestreefd.
Kortom de forfaitaire heffing in de andere landen is een
voordelige situatie voor de boeren in die streken in relatie tot
de Nederlandse agrariërs.
iï et zal niet eenvoudig zijn om in al die andere landen over
te schakelen van de forfaitaire heffing naar het stelsel van
belasten van de werkelijk behaalde winst.
Hiervoor is het namelijk noodzakelijk dat over een boek
houding kan worden beschikt en zowel de Duitse, Franse als
Belgische collega 's verkeren niet in de gunstige omstandig
heid dat zij een boekhouding ter beschikking hebben. A l-
thans niet velen van hen.
Volgens een nota van de Minister van Landbouw, uitge
bracht in 1975, hadden in Duitsland slechts 6.2%, in België
5.5% en in Frankrijk 2.5% van de landbouwbedrijven een
boekhouding. Het gevolg van de verschillen in de methode
van heffing is dat aanzienlijk minder belasting wordt gehe
ven indien heffing plaats vindt volgens normatief opgestelde
bedragen en de werkelijk behaalde resultaten buiten schot
blijven.
Vooral omdat de inkomstenbelasting wordt geheven naar
een progressief tarief werkt dat zeer nadelig voor de Neder
landse landbouw en is uit dien hoofde sprake van een
strukturele achterstand in relatie met het zoëven genoemde
buitenland. A Is wij daaraan nog toevoegen dat in Frankrijk
en België geen vermogensbelasting wordt geheven is dat nog
een punt extra nadeel met betrekking tot deze landen.
Het is te hopen dat de nieuw te vormen regering er ernst mee
zal maken om recht te verschaffen aan landbouwers, ook in
vergelijking met die van andere landen.
Indien dit achterwege zou blijven zou dat tot zeer kwalijke
gevolgen aanleiding kunnen zijn. Paauwe
3