ONDERWIJS NOTITIE'S D E r valt op dit moment een enorme premiehonger te bespeu O, Een snel groeiend bedrijf D, Al\s gevolg van de steeds stijgende premietarieven doet zich het verschijnsel voor, dat verzekerden sneller van all-risks naar W.A-dekking overstappen. Voor de verzekeraar is daarvan het gevolg, dat zijn premie-inkomen afneemt. Vanwege de premie honger zoekt men dan naar hulpwegen zoals een W.A. plus dekking. De plus is dan een stukje kaskodekking bv. brand, D e onroerend goed belasting is in vele gemeenten inge voerd, echter beslist niet in alle. B ij de keuze van de grondslag is het aantal alternatieven beperkt tot de twee in gebruik zijnde grondslagen, te weten de waarde van het onroerend goed en de zgn. gecorrigeerde oppervlakte dat wil zeggen de oppervlakte vermenigvuldigd met coëfficiënten voor aard van het gebruik, kwaliteit, lig ging enz. Ten einde tot een verantwoorde keuze te kunnen komen zijn de beide grondslagen getoetst aan de hierna te noemen criteria. Een grondslag voor zakelijke belastingen als de onroerend-goedbelasting zal: Eigenaardige toestanden ie zijn er inderdaad volop. De kranten staan er dagelijks vol van. Het is overigens niet onze bedoeling te gaan schrijven over vernielzuchtige voetbalsupporters of boompjes vernielers en autoantennekrakers. Op zich zelf eigenaardig genoeg en zeker iets voor een onderzoek door êen leger psychiaters; hoewel een detachement mariniers wellicht sneller zou werken. Nee, wij zullen ons bij de eigen leest houden. In ons nationale verzekeringswereldje zijn een groot aantal verzekeraars werk zaam n.l. 390, die onder toezicht van de Verzekeringskamer vallen. Dit aantal is uit te splitsen in 241 binnenlandse verzekeraars en 149 buitenlandse. Keuze genoeg zouden we zo zeggen. Maar dat is nog niet alles. Er zijn bovendien nog 479 verzekeraars, die niet onder de kontrole van de Vèrzekeringskamer vallen. Dit zijn dus stuk voor stuk kleine maatschappijen, praktisch alle op onder linge grondslag, die gezamenlijk slechts 2% van het nationale premieinkomen voor hun rekening nemen. Welnu laten wij ons dan beperken tot eerstgenoemde 390 ver zekeraars. Deze maatschappijen zijn dagelijks druk bezig een stuk van de totale nationale premiekoek tot zich te trekken. Dit is geen eenvoudige zaak en vandaar, dat u in de loop der jaren een aantal fusies tot stand hebt zien komen, waardoor een tien tal giganten zijn ontstaan, die nu gezamenlijk 61% van de na tionale premiekoek inpikken. Het aantal binnenlandse verze keraars zien we derhalve afnemen. Van tijd tot tijd komt er wel een buitenlandse verzekeraar bij, die met behulp van kleine of grotere kunstgrepen probeert door het binnenlands premiefront heen te breken. De soep wordt overigens steeds dunner. Premiehonger ren. Dit betekent, dat men elkaar te lijf gaat met geoorloofde maar vooral ook met ongeoorloofde middelen. Vandaar, dat wij in de kop gezet hebben eigenaardige toestanden. Immers, de verzekeraars hebben zich al jaren verenigd in branche-vereni gingen. Voor de automobielverzekeraars is dit de Nederlandse Vereniging van Automobiel Assurandeuren (N.V.V.A.) In deze club zitten zowel de tien giganten als een groot aantal van de resterende 231 verzekeraars. Via deze club worden premiever hogingen aangekaart bij Economische Zaken; worden preven tiemaatregelen besproken etc. etc. Deze club kwam al jaren geleden tot de konklusie, dat het premiestelsel niet deugde. Een bijzonder duur buitenlands bureau nl. Mc. Kinsey te Londen kreeg opdracht de Nederlandse premiestelling en met name de kortingsregeling voor automobielen aan een nader onderzoek te onderwerpen. Dit bureau bracht na verloop van tijd om precies te zijn maart 1970, een dik rapport uit en waarachtig de konklusie was, dat ons bestaande stelsel volledig overboord moest. Alom dook men in dit rapport en het enthousiasme was aanvankelijk, althans bij de giganten, wel groot. Met een nieuw systeem hoopte men ook de konkurrentie vervalsende voorwaarden en tarieven uit te snijden. Het beroerde was echter, dat de Mc. Kinsey voorstellen de konkurrentievervalsing met honderden procenten deed toe nemen. Gevolg is geweest, dat tot op heden nog niets verwezenlijkt is van de Mc. Kinsey voorstellen. Wij hadden niet anders ver wacht. In 1966, na de totstandkoming van de Wet Aansprakelijkheid Motorvoertuigen (W.A.M.) richtten de verzekeraars voor geza menlijke rekening de N.V. Assurantie Mij. "Terminus" op. Om te voorkomen, dat een verzekeraar slechte risiko's in porte feuille zou moeten houden in verband met de W.A.M. zouden deze zgn. kneusjes onderdak krijgen bij "Terminus". Je zou gedacht hebben, dat Terminus binnen enkele jaren een grote maatschappij moest zijn. Immers royementen op grond van teveel schade, onder invloed rijden etc. komen er aan de lopen de band voor. Kneusjes zijn er bij duizenden. Terminus had de enige toevlucht voor de kneusjes moeten zijn maar in de praktijk bleken zij toch weer bij andere maatschap pijen binnen te komen. Dit alles vanwege de premiehonger. Honger, betekent gevaar diefstal, ruitbreuk, botsing met loslopend, wild, relletjes en stormschade. Men vraagt daar uiteraard een stukje kaskopremie voor, welke premie naar gelang de schade stijgt omhoog gaat. De laatste jaren klagen de automobielverzekeraars over afne mende resultaten, ja zelfs over aanzienlijke technische verliezen. Niettemin zijn niet name de tien giganten bezig om bij iedere premieverhoging weer wat aan de verzekeringsvoorwaarden te sleutelen. Zo is op een gegeven moment één verzekeraar be gonnen met schadeuitkering te verstrekken op nieuwwaarde- basis gedurende het eerste half jaar en daarna een vaste af schrijving tot drie jaar. Alweer door honger gedreven haastten zich de anderen om ook deze gunstige voorwaarden voor verzekerden door te voeren. Alleen gooiden de anderen er nog een schepje bovenop. Zelfs is er één grote verzekeraar, die tot drie jaar nieuwwaardebasis gaat. Gekker kan het niet. Men pikt verzekerden van elkaar af door een aanvangskorting (no-claim) te geven terwijl de brave kandidaat bij zijn vorige maatschappij juist een knots van een schade heeft geclaimd. Intussen zijn er alweer nieuwe voorwaarden op komst waarbij de verzekerde bij pech onderweg in een taxi naar huis mag en bovendien een aantal dagen een auto mag huren. Wij kunnen ons voorstellen, dat een aantal verzekerden, dit lezende, tegen elkaar zeggen, niet gek. Laat die verzekeraars maar flink tegen elkaar opboksen, daar kunnen wij als verze kerden alleen maar beter van worden. Wij zeggen dan; dat had u gedacht. Alle verbeterde polisvoor waarden, alle ontduikingen van de normale en fatsoenlijke ge dragslijn kosten geld, waarvan sommige veel geld. Dat geld moet ergens vandaan komen en neemt u maar van ons aan, dat de verzekerden dat ekstra benodigd geld op tafel moeten leggen. De premiehonger, met name bij de giganten leidt tot gekke dingen. Daar is niemand bij gebaat en wij als O.V.M. van de Z.L.M. doen aan die gekkigheid mooi niet mee. W.A. premie bedrijven ns is gebleken, dat een aantal partikuliere mijen de W.A. premietarieven voor agrarische bedrijven flink hebben ver hoogd. Wij weten, dat er een aantal leden hun W.A. verzekering elders hebben lopen en veelal op een tienjarig kontrakt. Zij krijgen binnenkort van hun verzekeraar bericht, dat per eerst volgende vervaldag de premie met x gulden omhoog gaat. Welnu, een mooie gelegenheid om dan de polis tegen die eerst volgende vervaldag op te zeggen. 't Is maar, dat u het weet en er op let. de L. Onder redaktie van L. Anderson e Scholengemeenschap "de Leeuwtjes" te Terneuzen is een snel groeiend bedrijf. Het vier jaar geleden gereedgekomen ge bouwencomplex aan de Rembrandtlaan is nu al weer te klein geworden. Werd vorig jaar reeds een lesbarak bijgeplaatst, dit jaar is er behoefte aan nog een aantal lokalen, alsmede aan een tweede gymnastieklokaal. Deze groei is met name te verklaren door de uitbreiding van het leerplan met het LEAO en de INAS nieuwe stijl, alsmede door de uitbouw van het IHNO. Overigens bleef de aanmelding voor de brugklas LBO dit jaar tot dusver beneden de prognose. Nochthans zal deze grootste ZLM school dit jaar tegen de 500 dagschoolleerlingen tellen, verdeeld over 26 klassen en 14 groepen; een groei in twee jaar tijd van ca.40%. Voor bestuur, direktie en docenten geen geringe opgave. Maar voor wie de Zeeuwse leeuw in zijn wapenschild voert, geldt het aloude devies: Luctor et Emergo.... Gaarne stelt de Scholengemeenschap "de Leeuwtjes" zich aan U voor: Wij leerlingen van het vierjarig individueel huishoud- en nij verheidsonderwijs komen uit de 5e en 6e klas van het lager onderwijs of buitengewoon lager onderwijs hier op school. In het vierde leerjaar hebben wij 15 uur school en gaan 15 uur in de week stage lopen in een bejaardentehuis, kapsalon, winkel, ziekenhuis of gezin. Wanneer we het diploma behaald hebben blijven we meestal werken op ons stageadres, maar dan voor hele dagen. Wij jongens en meisjes van het lager beroeps onderwijs komen na zes jaren lagere school naar "De Leeuwtjes". Na de brugperiode van twee jaar moeten wij met ouders en mentoren een keuze uit de twee richtingen maken welke hier op school zijn. De ene richting heet lager huishoud- en nijverheids onderwijs de andere richting heet lager ekonomisch en administratief onder wijs. Wanneer we het diploma behaald hebben kunnen we gaan werken maar de meesten gaan verder leren. Wij vormingsklas leerlingen hebben al een Mavo 4 diploma en komen op "De Leeuwtjes" om naast algemene vorming te leren hoe men een huishouding ekonomisch kan beheren. Na dit jaar gaan wij werken of verder studeren. Wij volgen hier evenals de Inas middelbaar beroeps onderwijs. Wij dames en heren van de interim algemene schakelopleiding (Inas nieuwe stijl) hebben al een diploma lager beroepsonder wijs of mavo behaald. Deze opleiding is voor het eerst in 1977 in Nederland van start gegaan. In het tweede leerjaar gaan wij ons oriënteren t.a.v. onze mogelijkheden op het gebied van de ge zondheidszorg, welzijnszorg en maatschappelijke dienstverle ning, d.m.v. praktijk. Na het behalen van het diploma kunnen wij verder leren voor het beroep van verpleegkundige, ziekenverzorgende, bejaar- denverzorgende, inrichtingswerker, cultureelwerker enz. Wij kursisten van de bejaardenhelpende opleiding komen twee jaar één middag per week naar "De Leeuwtjes" om daarna als gediplomeerd bejaardenhelpende werkzaam te zijn in bejaar dentehuizen in Zeeuwsch-Vlaanderen. Ook in Zeeland en Noord-Brabant niet. Men zou kunnen denken dat na de algemene toepassing van deze belasting, die zoals bekend door de gemeenten wordt geheven, er rust zou komen op dit deel van het belastingfront. Niets is minder waar. De dampen zijn nog nauwelijks op getrokken of nieuwe wijzigingen dienen zich aan. Zoals bekend hebben vrijwel alle gemeenten voor de waarde van het onroerend goed gekozen als maatstaf voor de hef- fi"S Er was een keuzemogelijkheid óf de waarde óf de opper vlakte zou als maatstaf gelden, maar vrijwel algemeen koos men de waarde. A Is de redering haar zin krijgt wordt dat anders. Begin van dit jaar zijn reeds voorstellen ingediend en wordt algemeen de oppervlakte als heffingsmaatstaf voorgesteld. De keus van de regering voor de oppervlakte als heffings maatstaf wordt alsvolgt toegelicht: a. zo objektief mogelijk moeten zijn; b. zo weinig mogelijk aan verandering onderhevig dienen te zijn; c. inzichtelijk moeten zijn voor de belastingplichtige; d. een redelijk-rechtvaardige-verdeling van lasten moeten bewerkstelligen. A (La. De grondslag waarde in het ekonomisch verkeer vol doet het minst aan dit criterium. Kan worden gesteld, dat voor de categorie woningen de waardeslag als regel een meer verfijnde methode is dan die van de oppervlakte, toch kun nen aanmerkelijke verschillen in waarde worden veroor zaakt door plotselinge stijging of daling van de behoefte, bij-voorbeeld door een sterke verhoging of verlaging van de hypotheekrente. De waarde in het ekonomisch verkeer voor de categorie niet-woningen wordt eveneens beïnvloed door verschillende niet objektieve externe faktoren, zoals conjunctuur en maatschappelijke opvattingen. Ad.b. De waarde van het onroerend goed zal onafhankelijk van de normale mutaties als gevolg van aan-, bij- of ver bouw, amovering, wijzigingen in bestemming en/of kwali teit met name bij voortgaande inflatie regelmatig moeten worden bijgesteld. De oppervlakte van het onroerend goed zal buiten de normale - hiervoor genoemde - mutaties niet behoeven te worden gewijzigd. Zij zal voor een reeks van jaren dienst kunnen doen. Ad.c. Voor de categorie woningen is de waarde-grondslag voor de eigenaren wel inzichtelijk. Voor de grote groep van gebruikers spreekt de waarde van het door hen bewoonde perceel niet aan. Daarentegen is de oppervlakte een door de belastingplichtigen te controleren en dus inzichtelijk gege ven. Ad.d. Zoals hiervoor reeds is opgemerkt is de waar- de-grondslag voor de categorie woningen als regel een nauwkeuriger maatstaf dan de oppervlakte. Voor de categorie niet-woningen kan de waarde-grondslag een minder redelijke verdeling van de gemeenschapslasten tot gevolg hebben, omdat de hiervoor genoemde externe faktoren een rol spelen. Voor laatstbedoelde categorie on roerend goed is de oppervlakte-grondslag objektiever, om dat ze concreet is te bepalen. De oppervlakte-grondslag heeft derhalve een eigen objektiever karakter. Tenslotte is nog in de overwegingen betrokken het feit, dat een landelijke invoering van de waarde-grondslag waarde ring door een centrale instantie noodzakelijk maakt ten einde rechtsgelijkheid voor de belastingplichtigen te bevor deren. Daarentegen maakt het gebruik van de oppervlakte als grondslag een gedecentraliseerde uitvoering mogelijk, hetgeen past in het kader van de gedachten welke ten grondslag liggen aan de voorgenomen reorganisatie bin nenlands bestuur. A lie voor- en nadelen tegen elkaar afwe gende zijn wij tot de konklusie gekomen, dat landelijke invoering van de oppervlakte-grondslag de voorkeur ver dient. De voorgestelde wijzigingen zijn eens te meer een voorbeeld van de steeds plaatsvindende veranderingen die zich op dit terrein van de belastingen voordoen. Paauwe

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1977 | | pagina 3