N og een week en dan zal de heer A. Korteweg, algemeen sekretaris van de Z.LJM. afscheid
nemen van de organisatie. Een door de tijd afgedwongen afscheid mogen we wel zeggen, want een
man die zo met hart en ziel voor de landbouworganisatie heeft geleefd stopt er niet uit zich zelf
mee. Arie Korteweg wordt namelijk vijf en zestig jaar, dat Ls nu eenmaal een leeftijd waarop velen
het werk neerleggen. Het zal wel moeten wennen, zegt hij, maar van de andere kant moet er ook
de mogelijkheid zijn voor - jongeren. Ik ben blij, dat ik er zeker van kan zijn dat mijn werk door
capabele mensen wordt voortgezet Ik denk daarbij dan met name aan de hoen Oggel en Hoiting.
Vooral Hoiting is iemand die al zeventien jaar in het Brabantse en een gedeelte van Zeeland heeft
gewerkt Hij is bekend, waardoor er een goede continuïteit geschapen wordt
A
N ou, aan werk ontbrak het niet. Er was nog niets.
Het initiatief was wel genomen, maar nergens was
verder nog iets georganiseerd. Alles moest van de
grond af worden opgebouwd. Korteweg zou dat
wel aanpakken. Maar toen hij op een dag in okto
ber 1945 thuis kwam begon hij zich niet fit te voe
len. Een keelontsteking zei de dokter, een dag of
veertien binnen blijven en je bent er vanaf. Toen hij
na veertien dagen weer aan het werk ging was dat
niet voor lang, want 't was helemaal geen keel
ontsteking, het was heel wat anders n.l. difterie.
Door de verkeerde behandeling ging het heel slecht
met de nieuwbakken sekretaris. Een verlamming
volgde, zo ernstig dat hij niets meer kon en in het
ziekenhuis terecht kwam. Pas in april 1945 kon hij
weer lopen. Zijn werk werd tijdelijk waargenomen
door de heer Molengraaff.
M
E erlijk gezegd, zie ik wel een beetje op tegen die
dag dat er dan officieel afscheid van ons zal worden
genomen. Ik ben iemand die er een hekel aan heeft
om op zo'n moment in de persoonlijke belangstel
ling te staan. Maar ik vrees dat ik er ditmaal niet
aan zal kunnen ontkomen, net zo min als mijn
vrouw. Goed, als die drukte van die dag dan voor
bij is, wat dan?... Hij moet er niet lang over na
denken. Ik heb naast mijn werk zoveel andere
dingen gedaan. Veel van die aktiviteiten staak ik
nog niet. Ik ben al vier en twintig jaar sekretaris
kerkvoogd van de N.H.Kerk, voorzitter van een
scholengemeenschap, overigens een soort erfenis
van de Noord-Brabantse maatschappij van land
bouw. Verder heb ik sinds elf jaar zitting in de
Provinciale Staten van Noord-Brabant, 't Ligt een
beetje voor de hand, zegt hij, ik ben politiek gein-
teresseerd. Het beleid wordt door de politiek ge
maakt. Ik heb in de Staten zitting voor het CDA.
Tevens heb ik zitting in de commissie voor Water
schappen, milieu-hygiëne en land- en tuinbouw.
Die commissievergaderingen zijn erg belangrijk, zo
zelfs dat ze soms belangrijker zijn dan de staten
vergaderingen. Ze vormen een belangrijke voor
bereiding van de besluitvorming. Overigens stel ik
mezelf volgend jaar niet langer meer beschikbaar
voor het Staten lidmaatschap. Ik ben van mening
datje op tijd er mee moet kunnen stoppen. Jonge
ren moeten ook taken overnemen.
D e fiets werd de eerstkomende jaren zijn onaf
scheidelijke vervoermiddel. Hiermee trok hij de
provincie in. Openbaar vervoer was nog slecht;
maar de afdelingen moesten worden heropgericht.
Op een fiets wordt de provincie Brabant ineens veel
groter. Zo groot dat er heel vaak 's nachts ter plaatse
moest worden overnacht om daarna weer verder te
trekken. In die dagen was het heel gewoon om op
reis te gaan met de pyjama in de tas.
H,
Tijdens vergadering naar de schuilkelder
rie Korteweg, de man wiens naam onverbre
kelijk verbonden zal blijven met die van de Noord
Brabantse Maatschappij van Landbouw, gaat af
scheid nemen. Je kunt het haast niet geloven, vooral
wanneer je hem hoort vertellen over het verleden.
Over hoe het allemaal weer begon na die tweede
wereldoorlog toen alles opnieuw opgebouwd moest
worden. Gedurende de oorlog, toen de land
bouworganisaties gedwongen werden om deel
uit te gaan maken van de landstand, verdween
de georganiseerde landbouw, want niemand
voelde iets voor dit voorstel van de bezetters.
De bevrijding van het Zuiden van ons land kwam
in november 1944. Er waren heel wat polders in
West-Brabant die onder water stonden of geen
ontwatering meer hadden, omdat de Duitsers de
gemalen hadden vernield. Op veel bedrijven waren
uC paarden en trekkers eeroofd. Het was overal een
chaos. Maar in die tijd werd er ook weer gedacht
aan de heroprichting van de standsorganisaties. In
Brabant was het wijlen de heer P.M. Sneep
oud-voorzitter van de Noord Brabantse Mij. van
Landbouw die hiertoe het initiatief nam. In fe
bruari 1945 werd de eerste vergadering gehouden
in hotel Tholenaar te Zevenbergen. Halverwege
deze bijeenkomst volgde er nog een beschieting
waardoor de aanwezigen naar de kelder moesten
vluchten. De Noord Brabantse Maatschappij van
Landbouw werd heropgericht. Er werd een sekre
taris gezocht. Arie Korteweg was door het werk dat
hij in de Westhoek had gedaan overal bekend,
tevens was hij door de kursussen die hij had ge
volgd ook goed onderlegd voor die taak. Zo ge
beurde het dat hij in 1945 eerst op proef kwam, en
in juli 1946 in vaste dienst kwam van de organisatie.
Van de grond af beginnen
Na de vergadering niet naar huis
Zo moest de Noord-Brabantse Maatschappij weer
worden opgericht. Gelukkig trof hij overal waar hij
kwam enthousiaste mensen aan, die er graag hun
schouders weer onder wilden zetten. De organisatie
moest opnieuw van de grond komen.
Pas in 1947 kwam er een auto, een kleine Morris,
beschikbaar, maar vóór die tijd werd er ook nog
gebruik gemaakt van een oude D.K.W. motorfiets.
Gedurende de oorlog had die ergens verborgen
voor de Duitsers onder het stro gestaan. Toch pas
toen het autootje kwam kon er aandacht worden
besteed aan de oprichting van de afdelingen in Oost
en Midden Brabant
Kantoor aan huis is veel werk thuis
2^ o begon het Voor een salaris van 4000 gulden
per jaar. Van de andere kant was het ook zo dat ik
juist door het heroprichten van die afdelingen mijn
eigen salaris moest verdienen. Immers door de af
dracht van kontributie kon ik mijn salaris weer
ontvangen en waren er middelen beschikbaar om
de administratie te voeren.
Een landbouworganisatie dient over een kantoor
ruimte te beschikken. Het voormalige kantoor dat
gevestigd was in een pand op de Zevenbergse
markt was vernield door het oorlogsgeweld. Dit
bracht tevens met zich mee dat ook de archieven
die daar waren opgeslagen werden vernield.
De sekretaris woonde in een pand aan de Noord
haven. Daar kon hij wat ruimte maken voor een
kantoor. Dat was goed bedoeld, maar het bleek al
spoedig dat er aan zo'n kantoor aan huis heel wat
meer vast zat. De organisatie groeide, zodat er meer
personeel kwam. Na een tijdje zaten er al vier per
sonen in die ene kamer waar de organisatie was
gehuisvest. Tevens woonde er het gezin Korteweg.
Je begrijpt wel zegt hij dat er van een privé-leven
vaak niet zo heel veel terecht kwam.
Het gezin Korteweg dat inmiddels drie kinderen
telde, was dan ook erg blij toen het bestuur van de
maatschappij in 1951 besloot om het pand aan de
Stationslaan aan te kopen om daar dan kantoor en
huis weer onder één dak te brengen. Het gekke was
zegt Korteweg, je begon te geloven dat het zo
moest, en dat het niet anders kon. Kantoor en huis
onafscheidelijk. Voorlopig was er weer wel even
ruimte. Een groot pand, met grote zolders, hoeken
en nissen, waar vooral de kinderen zeer prettige
herinneringen aan hebben. Het gezellige en tevens
een beetje griezelige van zo'n huis sprak hen wel
aan.
Overigens had men nog wel geprobeerd om een
kantoorruimte te vinden in Breda omdat deze
plaats centraler in de provincie lag. Maar de heer
sende woningflóüu iii CÜC Stad het
ven een geschikte ruimte onmogelijk.
Het pand aan de Stationslaan werd gekocht voor
een bedrag van 17.500 gulden. Toen we er binnen
trokken was het een ontzaglijke bende. Er moest
heel wat worden gepoetst en geschuurd en me
vrouw Korteweg die toch altijd al zo nauw betrok
ken was bij het werk van haar man kreeg handen
vol werk om alles op orde te krijgen.
Mevrouw Korteweg particulier sekretaresseü
aar ook in dit gebouw begon na een poosje de
ruimte krap te worden. Eerst greep men nog naar
noodoplossingen door aan het oorspronkelijke huis
allerlei verbouwingen uit te voeren. Het waren voor
't gezin Korteweg uiteindelijk allemaal noodop
lossingen. Steedsverde^werdenzeteruggedrong-
en. Het werk moest voorrang hebben. Ten lange
leste woonde men boven, terwijl de keuken bene
den was. Voor een kopje thee moest van boven
naar beneden gerend worden. Als je er nu op terug
kijkt dan vraag ik me wel eens af, hoe was het
allemaal mogelijk. In ieder geval zou ik toch nooit
meer kiezen voor de oplossing van kantoor aan
huis. Ik kwam nooit los van het werk. Mijn vrouw
et bestuur zag ook in dat het niet veel langer
meer zo verder kon. In de straat achter het kantoor
kwam een stuk grond vrij waarop de Maatschappij
optie kreeg om een woonhuis te bouwen. Dat ging
gelukkig door en eindelijk in 1962 woonden we in
een huis waarin geen kantoor gevestigd was. Dat
was toch een hele verandering na zeventien jaar,
anders gewend te zijn geweest Ik moet toegeven
dat ik pas toén besefte wat we al die tijd hebben
gemist aan privé-leven.
Hij kijkt eens naar zijn vrouw en steekt de waar
derende woorden niet onder stoelen of banken. In
feiteiszijhetgeweestdiegrotendeelsdedagelijkse
opvoedingszaken met de kinderen regelde. Me
vrouw Korteweg wil het ontkennen, maar hij wijst
het beslist van de hand, met de woorden, natuurlijk
was het zo!
Hij zal de dagelijkse korte wandeling van huis
naar kantoor straks wel missen.
Met één been in Brabant en met het andere in
Zeeland
Kc
Vaak blijft de vrouw op de achtergrond. Maar 't
mag wel eens gezegd zijn, zonder de steun van
de vrouwen zou de aktiviteit in het organisatie
leven danig afzakken. Niemand die dat beter
beseffen als hier de heer en mevrouw Korteweg.
was min of meer noodgedwongen mijn particuliere
sekretaresse. Zij pakte telefoontjes aan, schreef af
spraken op en was net zo goed op de hoogte met de
gang van zaken als ik zelf. 's Avonds, dan had je
toch altijd weer de drang om dat kantoor in te
duiken, want er lag altijd wel wat dat nog afgewerkt
moest worden. Je moest er niet de deur voor uit,
alles zat onder één dak. Maar ook in de week-ends
was er altijd het werk. Let wel, ik deed het ook
omdat ik het graag deed. Maar toch, het zou wel
anders zijn geweest wanneer het kantoor niet in het
zelfde huls was ondergebracht
Grote waardering voor mijn vrouw
orteweg, de opbouwer van de Noord-Bra
bantse Maatschappij van Landbouw, werd later
ook weer de man die hard werkte aan de fusie met
de Zeeuwse Landbouw Maatschappij. Ik ben altijd
voor samenwerking geweest zegt hij beslist. Dat het
nu de landbouworganisatie in de eigen provincie
betrof deed eigenlijk weinig ter zake.
Wel was het natuurlijk niet zo dat die fusie mij
helemaal onberoerd liet. Tenslotte was het een in
grijpende zaak, ook voor mezelf. Toch was het een
logisch gevolg van de ontwikkelingen. We hadden
al enige tijd gezamelijk een voorzitter in de persoon
van Ir. Prins. We waren betrokken bij de O.V.M.,
ook deden we mee met Gropatax. Na de nodige
besprekingen waren we in 1969 zo ver dat we sa
men konden gaan. Er was heel wat te reorganise
ren, maar het loste zich zelf allemaal op. Alleen de
benaming van die nieuwe organisatie was nog een
twistpunt. Maar ook daar zijn we uit gekomen,
waarbij het tenslotte alleen nog om de puntjes ging
en we voorlopig moesten leven met die hele lange
naam: Maatschappij tot bevordering van land
bouw, tuinbouw en veeteelt in Zeeland en Noord-
Brabant.
Persoonlijk was het voor mij ook een hele veran
dering. Als Brabantse sekretaris ging ik naar Zee
land. Het was echt wel wennen. Toch als ik nu terug
kijk op die periode ben ik dankbaar dat het zo is
gelopen. Ik heb er heel veel prettige kontakten aan
over gehouden. Het was boeiend, ja en ook wel
vermoeiend. Je moest er mee leren leven datje met
één been in Brabant stond en met het andere in
Zeeland. De fusie was voor de West-Brabanders
nog het gemakkelijkst. Juist voor onze leden in Oost
en Midden Brabant was het ook heel erg wennen.
Ook van hen vergde het een mentaliteitsaanpas
sing. Mijn ideaal was steeds één grote boerenbond
in Nederland, welnu dan moest ik ook iedere kans
aangrijpen aan de basis om tot meer eenheid te
komen. Bovendien hadden we nu een organisatie
die ook aan de provinciegrenzen gebonden bleef. Ik
vind provinciegrenzen de beste afbakening van het
werkterrein. Ook hadden we nu min of meer het
zelfde werkgebied als onze zusterorganisatie de
N.C.B.
Leven met een logische dagindeling
W erkzaam zijn in het landbouworganisatiele
ven eist heel wat van een mens, niet alleen geeste
lijk, maar ook lichamelijk. Vaak zijn er vergade
ringen in de avond, die in een groot werkgebied,
dikwijls ver van huis liggen, zodat men menige
avond pas laat in het bed in kan stappen. De andere
morgen is er vaak geen gelegenheid om het iets
kalmer te doen. Het is een werk datje alleen maar
kunt doen als je goed gezond bent, of zoals de heer
Korteweg zegt, je een leven leidt dat een beetje
volgens een planmatig schema loopt. Je moet een
logische dag indeling hebben. We gingen zelden
uit, daar was geen tijd voor en het paste ook niet in
het plan om fit te blijven voor het werk. Bovendien,
wanneer je een opgroeiend gezin hebt, dan komt er
financieel ook heel wat om de hoek kijken om alles
naar wens te laten verlopen.
Ik had wel het voorrecht om 's avonds voor ik ging
slapen alle zorgen en problemen van de dag geheel
van me af te kunnen zetten. Ik ging er echt niet mee
naar bed. Van de andere kant was ik wel zes dagen
per week betrokken bij het werk. Toch was het een
werk waarbij je veel initiatief en vrijheid had, een
zelfstandige baan, die tevens heel veel mogelijkhe
den bood voor kontakten met de buitenwereld.
Het was boeiend werk, zegt hij. Als je dan b.v. terug
denkt aan de watersnoodperiode. Ik was net aan
gewezen om aan een studiereis in het kader van het
Marshall plan naar Amerika deel te nemen. Na
tuurlijk kwam daar toen niets van. Er was heel wat
werk te doen met die ramp. Daar kwam nog bij dat
verbindingen verbroken waren. Om gedurende de
eerste weken in Den Haag kontakten met het mi
nisterie te onderhouden moesten we via de Betuwe
naar de residentiestad reizen.
Een man met brede belangstelling
Op mijn eigen wijze heb ik in de afgelopen jaren
mee kunnen bouwen aan de vorming van het
CDA. Eigenlijk Zijn senoemd? bezieheden al
lemaal min of meer dienstverlenende taken. Maar
ik heb ook een aantal hobbies. Zo houd ik veel van
tuinieren. Ik heb me er in het verleden vaak aan
geergerd dat ik er veel te weinig tijd voor had.
M. van Wezel
Ik lees ook graag boeken. Hij wijst naar de boe
kenkast in de woonkamer. Ik heb er nog zeker zo
veel op een kamer boven. Veel boeken zijn er bij
die ik kocht met de bedoeling ze zo spoedig moge
lijk te lezen, 't Is er door de drukke werkzaamheden
niet van gekomen, maar de kans is er nu, straks na
de zeven en twintigste mei.
Straks zal er heel wat meer gelegenheid zijn tot
tuinieren," dan nu.
Postzegels verzamelen is een andere liefhebberij
waar ik straks tijd in hoop te steken. Ik heb me
geconcentreerd op Rusland en Israel. Ik heb be
langstelling voor Rusland, nee,., niet voor hun soort
van politieke systeem. Maar wel voor de Russische
mens en zijn geschiedenis. Ik houd ook van de
Russische schrijvers. Ik zou eigenlijk ook mijn oude
voornemen, om de Russische taal te leren willen
gaan uitvoeren.
Reizen en trekken we doen het graag. Ik heb ook
altijd met bizonder veel interesse de ZLM reizen
meegemaakt Hij hoeft er niet lang over na te den
ken, wat hij allemaal wil gaan doen als hij straks
gepensioneerd is. Hij heeft het nog niet eens
uitgebreid gehad over zijn hobby de fotografie,
kun je het één ook leuk met het andere kombineren
hoor, zegt hij. Onlangs was er een afscheidsbijeen
komst voor mij en mijn vrouw van de kring Oost en
Midden-Brabant. Naast een interessant fotoboek
dat de geschiedenis van de afdeling daar in beeld
weergaf, was er ook een mooie fiets. Ik ben van
planom veel tegaan fietsen. Fietsen, fotograferen
en van de natuur genieten, dat kan allemaal in een
12