van
racp
kmwm
REVEILLE en TAPTOE
ideaal voor
grasgroenbemesting
SpOE SG/^r
Bietenareaal op lager niveau.
"Beter ten halve gekeerd dan ten hele
gedwaald!"
KAPELLE-
-tel.01102-1441
De aardappelpootgoedprijzen
Vollegronds groenteteelt in de
belangstelling
Op Noord-Beveland is de winterpauze weer achter de rug. De
periode van werkzaamheden is weer begonnen met kunstmest-
strooien. Het is moeilijk dit jaar de juiste gift te benaderen. De
stikstofadviezen lopen uiteen van nul tot normaal. Vooral op
percelen waar vorig jaar een slechte oogst aardappelen of bieten
stonden, beschikken nog over een grote voorraad stikstof. Het -
bouwplan zal wel erg gewijzigd worden, wellicht een uitbreiding
naar uien en misschien ook maanzaad. Er zullen ongeveer 100
ha minder bieten worden gezaaid. De teleurstellende resultaten
van de afgelopen jaren zijn daar wel debet aan. In het versche
nen rapport van produktieniveau en bodemvruchtbaarheid is
ook duidelijk aangetoond dat we de verkeerde richting uitgaan
met dit gewas. De werkgroep van het genoemde rapport is dan
ook erg blij dat er in Noord-Beveland proeven zullen worden
aangelegd. Dit was slechts mogelijk door medewerking van het
C.A.R. Suikerindustrie, I.R.S. en natuurlijk ook de deelnemen
de bedrijven. Het is de bedoeling dat de proeven weer enkele
jaren liggen. Daarna is het misschien mogelijk een oplossing te
geven voor de problemen in de bietenteelt. Deze resultaten
kunnen ook gebruikt worden in de rest van ons gebied, het hele
Zuid-Westen. Het is ook erg belangrijk dat we bieten kunnen
blijven telen; met goede opbrengsten is het toch nog altijd een
goede steunpilaar voor ons bedrijf. Maar alleen met hoge op
brengsten en een hoog suikergehalte blijft het interessant. Nu
het voorjaarswerk begint is het vergaderseizoen ook weer achter
de rug. Een van de laatste vergaderingen was de algemene
vergadering van onze kring. Speciale gast was de Z.L.M.voor
zitter Doeleman. We dachten dat het erg goed was dat hij in
onze kring zo spoedig na zijn benoeming een inleiding over
aktuele landbouwproblemen heeft gehouden. Onze kring staat
bekend als zeer kritisch. De kennismaking is goed verlopen. De
kringvoorzitter en algemeen voorzitter signaleerden dezelfde
problemen. Wel is er een duidelijk verschil in aanpak. Dit hoeft
helemaal niet verkeerd te zijn. Samen kunnen ze misschien
oplossingen bewerkstelligen die aanvaardbaar en bevredigend
zijn voor ons allemaal.
Als we vanuit Tholen en St.Philipsland deze bijdrage schrijven
zal menig boerenhand gaan jeuken om met de werkzaamheden
te gaan beginnen. Zaterdag lag de grond al mooi grijs, vooral
dan de zwaardere-grond. Waarschijnlijk zal het mooier lijken
dan het in werkelijkheid is. Zo was het ook vorige week met de
nachtvorst. Een morgen ging het goed maar toen was het ook
gebeuïd! Degene die z'n geplande werk toch doorzette, toen de
vorst uitbleef, zit nu met flinke sporen, zoals we dat hier en daar
zagen en dat was toch bepaald nog niet nodig. Dan geldt nog
altijd het spreekwoord: "Beter ten halve gekeerd dan ten hele
gedwaald!" Temeer daar we tegenwoordig als de grond eenmaal
goed is in zeer korte tijd toch veel werk kunnen verzetten. In
onze regio zijn deze winter heel wat N monsters genomen op
percelen wintertarwe. Het advies is inmiddels bekend gewor
den. Percelen waar vorig jaar aardappelen stonden behoeven
geen of nauwelijks stikstof bij de aanvang van het groeiseizoen.
Alleen later een overbemesting van 60 kg N. Een advies dat
nogal sterk afwijkt van de tot nu toe gevolgde praktijk. Zo zijn
we in slechts enkele jaren van alles in 't vroege voorjaar tot
helemaal niks in 't vroege voorjaar gekomen! Al is dit laatste
dan wel een gevolg van het uitzonderlijk droge jaar 1976. Toch
zullen we er rekening mee moeten houden dat de monsters
meestal in januari zijn genomen en dat de maand februari flink
wat regen heeft gebracht, waardoor nog wel wat N zal zijn
uitgespoeld. En als we ons oor goed te luisteren hebben gelegd
zal de praktijk het advies wel volgen, zij het dan dat men op
tarwe in aardappelland toch wel een lichte bemesting zal geven
in het vroege voorjaar.
Hier en daar gaan er stemmen op dat er nog al glas voorkomt in
de pootaardappelen en dan met name in de kleine maten, wat
wel begrijpelijk is. Of hier de angst de moeder van de gedachte is
weten we niet al is het niet denkbeeldig, zeker wanneer het
pootgoed afkomstig is uit streken die vorig jaar erg van de
droogte hebben geleden. Om hieromtrent zekerheid te krijgen is
echter niet zo moeilijk. Men dompelt een aantal aardappelen in
een emmer pekel en dan kan men het percentage aanwezig glas
zo ongeveer vaststellen. Hopelijk valt het allemaal nogal mee,
want anders kan het wel veel narigheid geven.
advertentie 1M
De pootgoedmarkt loopt langzamerhand teneinde. De prijzen
dalen regelmatig. De goedgekeurde oppervlakte oogst 1976 was
ca. 25.400 ha. De opbrengst per ha lagen echter beneden het
normale niveau. Alhoewel de totale export van pootgoed nog
niet bekend is lag deze volgens gegevens van de Pootaardappel
Contact Commissie per 15 februari '77 reeds op ruim 336.000
ton tegen 275.000 ton per 29/2/76 en een totale export van ruim
300.000 ton over 1975. De gemiddelde exportprijs per 15/2/77
franco grens bedroeg bijna 133,— per 100 kg tegen ca. 80,—
per 29/2/76 en 47,- per 15/2/75. Uit de gegevens blijkt
tevens het opvallend grote exportkwantum van bijna 104.000
ton per 15/2/77 naar Frankrijk tegen gemiddeld ca. 60.000 ton
in de twee voorgaande jaren. Redenen dat daar de pootgoedteelt
door een omvangrijke virusinfektie grotendeels is mislukt.
Het is een goed initiatief om op Noord-Beveland een aantal jaren
een bietenproefveld aan te leggen. Alleen door onderzoek kan
men tot betere resultaten komen. Bovendien zijn de bevindingen
voor het hele Zuid-Westen van belang.
Uit de Praktijk
Het vergaderseizoen is op Walcheren ook weer vrijwel achter de
rug. Op velerlei gebied zijn er ook deze winter weer bijeen
komsten gehouden, teneinde de aan de orde gestelde proble
matiek te bespreken, meestal voorafgegaan door een soms vrij
lange inleiding. Voor de meeste bijeenkomsten was de belang
stelling goed. Het was mogelijk op velerlei terrein, zowel tech
nisch als economisch en ook sociaal-maatschappelijk weer de
nodige kennis te vergaren. Er komen steeds nieuwe ontwikke
lingen en inzichten. Het is goed om hiervan tijdig kennis te
nemen teneinde niet teveèl achter te komen. Voor sommigen zal
de verworven kennis er toe kunnen bijdragen, dat er bij de
bedrijfsvoering de meest juiste beslissingen kunnen worden ge
nomen. Anderen zijn mogelijk nog meer aan het denken gezet
o.m. wat betreft de toekomstperspectieven van hun bedrijf. Dit
zou er toe kunnen leiden dat er nog meer informatie gewenst is
over bepaalde aspekten die de gehele bedrijfsvoering raken. Op
het veld valt er nog niet veel te beleven. We zagen enkele
collega's bezig met het doorspuiten van de drains. Een zeer
nuttige bezigheid in deze tijd van het jaar. We hebben zo de
indruk dat de beschikbare apparatuur voor dit werk in ons
gebied wel wat aan de krappe kant is. De grond begint al wat
grijze kopjes te vertonen zo af en toe. Toch is de grond kort
onder de oppervlakte nog nat. We zullen toch wel wat geduld
moeten opbrengen dit voorjaar. Het leek erop dat we nog wat
flinke nachtvorsten kregen, maar het is er bij een gebleven.
Bovendien hebben we de eerste twee maanden van dit jaar ruim
50 mm neerslag meer gehad dan vorig jaar. Het weertype is niet
erg drogend tot op heden. We zullen eerst wat "noors" weer
moeten hebben om de grond wat droger te krijgen.
Op het grasland kan nu ook de stikstofmeststof worden ge
strooid. De temperatuursom is nu zodanig hoog dat er direkt
effekt van de bemesting kan worden verwacht. Wanneer straks
de koeien weer op een redelijk tijdstip over voldoende mals gras
kunnen beschikken is dat gunstig t.a.v. de krachtvoeraankopen,
dus kostenbesparing. De wintergewassen zijn de winter goed
doorgekomen. Op vele percelen staat de wintertarwe aan de
dikke kant. De winterbloemkool begint ook al te groeien. Bin
nen niet al te lange tijd zullen we weer kunnen genieten van deze
lekkere groente. Door de nodige zorg aan het gewas te besteden
moet getracht worden een kwaliteitsprodukt te leveren.
Er is een bijeenkomst geweest om na te gaan of er mogelijkhe
den zijn en interesse is voor de tëelt van vollegrondsgroenten.
vooral op die bedrijven waar met de melkveehouderij is gestopt.
Om de teelt van vroege aardappelen, winterbloemkool en prei
eens wat nader te bekijken in groepsverband hebben zich li
personen opgegeven. Voor de teelt van winterpeen, witlofwor
tels en trek van witlof geven zich 13 personen op. Mogelijk dat
deze bijeenkomst er toe leidt dat de teelt van deze produkten
wat meer bekendheid krijgt en vooral mag leiden tot een beter
inkomen voor de telers. Wanneer er nog meer personen zijn die
interesse hebben voor de teelt van vollegrondsgroenten dan
kunnen ze zich hiervoor aanmelden bij de veiling te Middel
burg.
Zojuist bereikt ons nog een reaktie n.a.v. het artikel in de P.Z.C.
van maandag 7 maart waarin enkele voormannen van de land
bouworganisaties hun mening geven over het verschijnsel
-part-time boeren.
De reaktie was als volgt: mag een werknemer ook nog streven
naar enige bijverdienste middels een stukje land. Hij had graag
full-time boer willen worden, maar dat is hem zoals meerderen
niet gelukt. De boeren willen wel aanvulling van hun inkomen
door het toelaten van kamperen op de boerderij, maar aanvul
ling van inkomen voor een werknemer is er niet bij.
We hopen in een volgende bijdrage aan deze rubriek nog eens
terug te komen op het verschijnsel parttime boeren. Er zitten
verschillende facetten aan dit verschijnsel,. Voor enige vrijheid
in dat zouden we nu toch al bijvoorbaat willen pleiten.
In de vorige rubriek hebben wij vermeld dat het gewenst was.
dat er een duidelijke uitspraak komt wat betreft het onderhoud
van de wegsloten van het wegschap Walcheren. Ons is er door
het waterschap Walcheren op gewezen dat er een duidelijke
uitspraak is, namelijk in het reglement van politie op waterbe
heersing en waterkering in Zeeland. Het komt er dan op neer dat
de inhoud van dat reglement door vele aangelanden aange
vochten wordt. Het is dus zaak de inhoud hiervan te wijzigen
zodat dit meer in overeenstemming is met de wensen van de
aangelanden.
•- o
Op vrijdag 4 maart hebben we in onze provincie al de eerste
bieten van oogst '77 zien zaaien en de volgende dag werd op
meerdere plaatsen reeds gerst en zomertarwe ingezaaid. Deze
aktiviteiten vonden plaats op vrij gemakkelijke grond en de felle
wind met volop zonneschijn zorgde voor het welslagen van dit
vroege gebeuren. Opvallende was, datde ondergrond toch nog
vrij nat was en daardoor erg aankleefde aan de werktuigen. Een
precisie zaairnachine kan onder dergelijke omstandigheden
geen goed werk leveren en dat is bij het op eindafstand zaaien
toch wel een risiko waar we niet zonder meer aan voorbij mogen
gaan.
Over het algemeen is de struktuur van de grond heel goed en
piasvorming komt slechts sporadisch voor. Grond in deze con
ditie houdt het regenwater echter beter en langer vast en juist
daarom zullen we vooral op de zware grond wat extra voor
zichtig moeten zijn.
Afgelopen winter is er nog heel wat ploegland met de cultivator
voorbewerkt. Qua ligging was dat niet direkt noodzakelijk, maar
qua onkruidbezetting was het op veel percelen beslist urgent.
Deze ingreep is geslaagd te noemen, want de onkruidbezetting is
er vrijwel tot een minium door teruggebracht. Andere percelen
waarop geen voorbewerking is uitgevoerd zien soms groen van
het onkruid en daar zal het een hele opgave zijn om deze che
misch weer schoon te krijgen. Met een afbrandmiddel is wel heel
wat te bereiken, maar jammer genoeg hebben grote zaadon
kruiden al vroeg een goed ontwikkeld wortelgestel en daardoor
een heel goed herstellingsvermogen. Van grote duist is ook deze
nare eigenschap maar al te goed bekend.
Wanneer we thans onze tarwepercelen controleren op onkruid,
dan komen we tot de conclusie dat dc in het najaar toegepaste
bodemherbicide uitstekend heeft gewerkt. Praktisch geen zaa
donkruid is er te vinden en wat er nog staat is wat kleefkruid en
ereprijs. Eigenlijk hebben we op het moment van spuiten in
onzekerheid geleefd of er vanwege de extreme droogte nog
residuen van toegepaste middelen op de voorvrucht in de grond
waren achtergebleven. Van eventuele nawerking van deze mid
delen hebben we niets gemerkt en de vraag rijst of we thans na
de regenrijke maand van februari niet met een geruster hart wat
vrijer kunnen zijn in onze beslissingen om wat vroeger groen-
bemesters in te gaan zaaien.
Op de verpakking van de middelen staat in de gebruiksaanwij
zing duidelijk vermeld hoe en wanneer we de middelen kunnen
toepassen. Het is dus geheel volgens recept, maar de ervaring
leert, dat de omstandigheden nadien wel het meest beslissend
zijn voor het verlangde resultaat. De weersomstandigheden en
de groei spelen hierbij dikwijls een grote rol en daar hebben we
zelf weinig invloed op. Zo is het eigenlijk wonderlijk hoe goed
de chemische onkruidbestrijding tegen kweek in de stoppel vo
rig jaar is gelukt. Volgens het boekje klopte het toepassen onder
de uitzonderlijke droge omstandigheden in het geheel niet. Dc
goede werking kunnen we voor ons gevoel alleen maar toe
schrijven aan het groeizame weer nadien gedurende een heel
lange periode. Uitzonderingen zullen er wel steeds blijven, maar
het constateren daarvan is al een goede zaak. Controleren te
velde blijft daarom geboden en lóónt de moeite zeker. Straks bi j
de inzaai en de opkomst van vooral de fijnzadige gewassen is het
veelal heel moeilijk om het zaad onder de grond te vinden. Het
vooraf kleuren van deze zaden zou de controle heel wat ge
makkelijker maken. Een boer moet dikwijls in en onder dc
grond kijken en daarbij ervaart hij, dat goede grond niet gauw te
duur is en zeker niet als ze vlak onder de "klok" is gelegen, want
zo was het vroeger en zo zal het wel altijd blijven.
5