PATENTKALI KNLC KOMMENTAAR NIEUWS UIT B'RU-S.SEX Internationaal congres over EG-informatie M aandag en dinsdag 14 en 15 maart komen de ministers weer naar Brussel om er voor de tweede keer de prijzenbundel open te slaan. Spektakulaire beslissingen worden niet verwacht. In teressant is vooral de vergelijking tussen wat de heren na afloop van de eerste ronde verklaarden en wat ze nu tegenover de pers te berde gaan brengen. Van der Stee staat niet voor een lollig karweitje. Hoe moet de CDA-er "nul-voorstellen" aanvaard baar maken tegenover de massa van de boeren? Pas nadat het Europese parlement op 22 en 23 maart de schijn heeft gewekt Ook invloed te hebben, gaan de ministers spijkers met koppen slaan. Dat zou in de laatste dagen van maart moeten gebeuren. Zit Brussel fout met heffing op Iso-glucose H eel wat Europese burgers liggen niet wakker van de ge meenschappelijke landbouwpolitiek. Toch is deze politiek een zaak die alle Europeanen raakt. De burgers blijven betrokken bij het beleid als de informatie in voldoende mate gegeven- wordt. Is de kommunikatie vanuit het EG-mekka (Brussel, Lu xemburg en Straatsburg) voor verbetering vatbaar? De ideale meststof voor chloorgevoelige gewassen Beheersovereenkomsten De produktie van maissuiker (isoglucose) wordt in feite on mogelijk gemaakt. De Europese Commissie heeft namelijk voor de komende twee jaar zo'n hoge heffing voor deze nieuwe zoet stof voorgesteld dat de fabrikanten ervan in zak en as zijn. De nieuwste Brusselse plannen hebben in de pers nog maar weinig aandacht gekregen. Dat komt omdat ze zo op het eerste gezicht een weinig opmerkelijk onderdeel vormen van het grote pakket prijsvoordelen dat de Europese Commissie bij de Raad van Mi nisters heeft ingediend. In kringen van de Europese Commissie te Brussel verwacht men echter niet dat de voor de maissuikerfa- brikanten ongunstige voorstellen, die de suikerbietentelers zou den kunnen doen juichen, ongeschonden door de ministers van landbouw werden aangenomen. Maissuiker, vloeibaar produkt dat de bietsuiker ten dele kan verdringen, omdat de voedingsin dustrie er zo goed mee uit te voeten kan, is zoals bekend in de Europese landbouw omstreden. Sommigen vrezen dat deze stroop, ook te bereiden uit aardappelen, tarwe, rijst, maniok, op den duur een kwart van het Europese oppervlak suikerbieten overbodig kan maken*. Met alle gevolgen voor de werkgelegen heid van dien. De zeer veel kapitaal maar slechts weinig mensen vragende maissuikerfabrieken die ervoor in de plaats komen bieden noch samenleving noch boerenbevolking veel kompensa- tie. De konsument zou wel belang kunnen hebben bij invoering van de goedkopere isoglucose. Dat mag, mits een einde wordt gemaakt aan alle regelingen die de produktie van maissuiker bevoordelen. Cargill-truc In december aanvaarde de Raad van Ministers in Brussel een resolutie waarin de Commissie opdracht kreeg voorstellen te formuleren. Een verbod van nationale steun aan de isogluco- se-industrie ging onmiddellijk weg. De Nederlandse regering kon daar formeel zonder een kleurtje te krijgen aan meewerken. Weliswaar had minister Lubbers het Amerikaanse bedrijf Car- gill net met een investeringspremie naar het Brabantse Bergen op Zoom gelokt, maar daarbij was afgesproken dat het om glucose-produktie ging. Isoglucose kunnen we daar in Bergen op Zoom later via een relatief eenvoudige aanpassing alsnog gaan bereiden, zo zal minstens een van de partijen gedacht hebben toen het kontrakt Lubbers-Cargill getekend werd. In dit blad is al twee keer uiteengezet hoe Brussel te werk wil gaan. Dat gebeurde onder meer in een verslag van de Groningse studie dag, waar de Wageninger Rob Tazelaar, stafmedewerker van de Commissie te Brussel, onder andere aan het woord was. Kon- klusie van genoemde studiedag: "Het lijkt erop dat de Europese Commissie kiest voor de gulden middenweg. Die schijn zou echter kunnen bedriegen. Ingewijden leggen ons hier namelijk uit dat het maissuikerplan zoals het er nu uitziet al te eenzijdig ten gunste van de suikerbietenbelangen is uitgevallen. Zij kno pen daar aan vast dat het voorstel in deze vorm geen schijn van kans maakt. Waar gaat men in Brussel dan mank? De voorge stelde heffing berust op de redelijke stelling dat iedere kilo maissuiker die wordt gemaakt een even grote hoeveelheid biet suiker uit de G-markt dringt. Omdat die suiker op de wereld markt tegen lagere prijzen afgezet moet worden, waarvoor de telers opdraaien, zal de fabrikant van maissuiker ook zo'n Prijsdebat Op 1 april horen de nieuwe prijzen vast te staan. Of dat dit jaar lukt valt sterk te betwijfelen. Ongelukkig genoeg (voor de boe ren dan) hebben de Britten dit halfjaar het voorzitterschap in handen. Zij staan voor impopulaire besluiten. Het afbreken van 8 monetair-kompenserende punten maakt het leven in Groot- Brittannie nog duurder. De wankelende regering van premier Callaghan zal daarom geen haast hebben. Minister van land bouw Silkin, voorzitter van het prijsberaad dus evenmin. Nog steeds bestaat in Brussel bij waarnemers de indruk dat de ministers de voorstellen van de Europese Commissie, hoe mager die voor de veehouderij ook zijn uitgevallen, niet wezenlijk ver anderen. Wanneer het er echter op aan begint te komen zal blijken dat de Benelux alleen staat. Een bij bevriezing van de huidige melkprijs bij stijgende kosten zou dan voor de deur staan. Voor veel, vooral kleinere, ondernemers valt er uit de ontwikke lingen in Brussel tot nu toe weinig goed nieuws te bespeuren. Kans op tijdige vaststelling landbouwprijzen klein (Van onze correspondent in Brussel Iso-glucose, een magisch woord is het aan het worden. Wat gaat het ons brengen? Zal de suikerbiet steeds verder teruggedrongen worden door de zoetstoffen uit zetmeel? Het is goed om ons tijdig voor te bereiden. Toch moeten we er ook voor oppassen dat we niet aan iso-neurose gaan lijden, zoals onlangs de heer Dees op een H.B. vergadering uitdrukte. E.E.G. gebeuren doorzichtiger maken Gedurende een vierdaags kongres in Antwerpen hebben zich een 60-tal journalisten, radio- en televisiemedewerkers en voorlichters met deze vraag beziggehouden. De vertegenwoor digers van de pers hebben deelgenomen aan een bijeenkomst van het Europees Centrum voor de promotie en de vorming in de landbouw en op het platteland (CEPFAR). Het is een goede gedachte geweest om journalisten uit de negen lid-staten bij elkaar te brengen en hun mening over het Euro pees landbouwgebeuren te vernemen. Landbouwpolitiek wordt nog te veel beschouwd als technisch, onbegrijpelijk en een be leid waareenbeperktegroepzichtopheeft.Eigenlijkeenmerk- waardige zaak, omdat het landbouwbeleid gericht is opde belangen van boeren, burgers en buitenlui, dus op alle Euro peanen. De deelnemers aan het CEPFAR-congres hebben de voorlich ting en informatie over Brusselse zaken doorgelicht. Alle goede dingen ten spijt, blijven er wensen die te denken geven. De journalisten hebben deze wensen geformuleerd tijdens een congres waaraan eveneens Sir Henry Plumb, de voorzitter van de Europese boerenorganisatie (COPA), de heer A.van Hulle, voorzitter van het Europese Coöperatie Centrum (COGECA) en enkele vertegenwoordigers van de Persdienst van de Euro pese Commissie deelnamen. De organen van de EG (met name de Europese Commissie, de EG-ministerraad en het Europees Parlement) dienen zich dui delijker te presenteren aan het publiek. Pers, radio en televisie wensen een goede, duidelijke en bij de tijdse informatie. Enkele congresdeelnemers brachten naar voren, dat Brussel vaak te hooi en te gras bericht geeft of verslag doet. Het gaat om moei lijke maar toch ook belangrijke zaken; daarom is een regelmatig en intensief contact nodig met de EG-beleidsmakers. Veelal verneemt men van Brusselse beslissingen zonder enige kennis van achtergronden en van het klimaat waarin besluiten vastge steld worden. Tijdens het CEPFAR-congres bleek enig ongenoegen over het feit, dat de Europese Commissie te weinig belangstelling heeft voor de regionale en provinciale persmedia. In landelijke kran ten, radio en tv leest men over Brusselse zaken, terwijl regionale bladen veelal verstoken blijven van een goede berichtgeving. Uit onderzoekingen blijkt juist, dat de regionale pers nauwlet tend gevolgd wordt. Hoewel het EG-landbouwbeleid op het eerste oog Qp verre afstand staat van stedelijke nieuwsgaring en nieuwsverstrekking, dient de informatie vanuit Brussel meer en meer met de "stadspers" rekening te houden. De landbouwpo litiek is er niet alleen voor agrarische producenten, maar even zeer voor de burgers;.het merendeel van de Europese consu menten woont in de stedelijke gebieden. Het contact tussen de nationale pers en de EG dient niet alleen versterkt, maar ook regelmatiger plaats te vinden. Uit diverse reacties van deelnemers aan het congres te Antwerpen, bleek dat de Gemeenschap onvoldoende aandacht besteedt aan een ge decentraliseerde voorlichtingsorganisatie. De voorlichtingsbu reaus van de EG dienen effectiever en meer gespreid te werken. Afgaande op de huidige informatieopzet dreigt het gevaar dat zelfs "Brusselse correspondenten" nationalistische, accenten in hun boodschap leggen. Deze praktijken tasten een volledige en objectieve weergave van het Brusselse reilen en zeilen aan. De wens kwam naar voren, dat Brussel regelmatig de pers uit nodigt. Bij deze ontmoetingen zal men zich voortdurend dienen te bezinnen over de methodes om de informatie optimaal te maken. 28% kalium (K2O) 8% magnesium (MgO) advertentie 1M I^.eeds bij de presentatie van de Landbouwbegroting f977 in september 1976 werd een ontwerpbeschikking beheersovereen komsten aangekondigd. Daarover zou dan op zeer korte termijn overleg met het landbouwschap kunnen plaatsvinden. Inmiddels is die korte termijn uitgegroeid tot bijna een half jaar, nu pas vorige week de ontwerp-beschikking Beheersovereenkomsten door Minister Van der Stee naar de Raamweg werd verzonden. Tegelijkertijd ontving het Landbouwschap de ontwerp-beschik king betreffende onderhoudsovereenkomsten van de Staatsse- kretaris van CRM. Want om het vooral niet al te eenvoudig te maken, heeft men al in een eerder stadium besloten het totale beheer over twee mini steries te verdelen. Wanneer het zuiver om onderhoud gaat is CRM de eerst verantwoordelijke, gaat het om vergoedingen in verband met een aangepast landbouwkundig beheer, dan moe t men bij Ret Ministerie van Landbouw zijn. Dat het er nu om gaat richtlijnen, maar daarna vooral ook de konkrete vergoedingen, zo snel mogelijk vast te stellen, daar is iedereen het over eens. Ook het Landbouwschap zal zich dan ook op korte termijn een mening over de voorstellen vormen. Toch zuilen de beide Ministeries, na de vele tijd die ze zelf nodig hebben gehad enig geduld moeten qitoefenen, omdat deze zeer belangrijke zaak niet op een namiddag eventjes kan worden beoordeeld. Richtlijnen O p het eerste gezicht is met het opstellen van richtlijnen, waarop uiteindelijk beheersvergoedingen gebaseerd zullen moe ten worden, terdege rekening gehouden met de wensen en ge dachten die de afgelopen jaren door de landbouwpraktijk bij een aantal meer experimentele beheersovereenkomsten al naar voren zijn gebracht. Om tot vaststelling van de hoogte van de beheers vergoeding te komen, gaat het uiteindelijk om de opbrengsten en kostenverschillen, gewaardeerd in geld, tussen de bedrijfsuitoe fening met een aantal overeengekomen beperkingen en de be drijfsuitoefening die met deze beperkingen niet wordt gekon- fronteerd. Over deze berekeningen zal het in de komende jaren nu juist gaan. Immers een aantal ervaringen hebben al geleerd (N.W.Overijssel) dat de uitkomsten van deze (theoretische) be rekeningen nog zeer ver van wat de praktijk, als redelijk be schouwd, kunnen liggen. Het zal duidelijk zijn dat voorts de vaststelling van een beheersplan (wat mag er wel en wat niet!) en de vaststelling van een vergelijkingsgebied met de gebruikelijke bedrijfsuitoefening nog zeer veel werk en moeilijkheden zal ge ven. Alleen voor een beperkt gebied B lijft dan nog de vraag hoe een aantal ontwikkelingen, die op landbouwkundig en ook natuurwetenschappelijk gebied in de loop der jaren plaats zullen blijven hebben, het beste periodiek ingebouwd kunnen worden. Want ook met beheersovereenkom sten gaat de tijd door. Ook voor de landbouw ontstaan nieuwe (betere) werkomstandigheden. Het gaat bij ons niet alleen om geld, maar zeer zeker ook om de vraag of het sociaal wel verant woord is op zo'n grote schaal als men met name binnen CRMkringen denkt, de landbouwontwikkeling sterk af te rem men en soms zelfs stil te zetten. Tegen deze achtergrond, zijn wij van mening dat een beheersre- giem zoals nu globaal wordt voorgesteld een goede zaak kan zijn voor een beperkt aantal zeer waardevolle en kwetsbare gebieden. Maar dat voor het overgrote deel van de in de z.g. groene nota's aangegeven gebieden, de landbouw zoveel ruimte om zich te blijven ontwikkelen, moet houden, dat een beheersregiem hier helemaal niet nodig is. Luteijn. 17

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1977 | | pagina 17