N aast de rassenkeuzeberichten, zoals die in ons Rassen No. van 21 januari 1977 werden opgenomen geeft het Rassenbericht RIVRO nog de volgende bijzonderheden over de in onderzoek zijnde rassen: I n 1976 bedroeg de oppervlakte voederbieten ruim 3000 ha. De grote arbeidsbehoefte die dit gewas in het verleden kenmerkte kan aanzienlijk verminderd worden. Het gebruik van erfelijke éénkiemige rassen of precisiezaad waardoor op eindafstand gezaaid kan worden, gecombineerd met een goede chemische onkruidbestrijding, kan de voorjaarswerkzaamheden sterk verminderen; het arbeidsintensieve dunnen is dan niet meer nodig. In de Rassenlijst 1977 .zijn drie rassen met erfelijk éénkiemig zaad vermeld; ook alle in onderzoek zijnde rassen hebben monogerm zaad. vezelvlas Voederbieten 7» GEMIDDELDE STRO-, LINT- EN ZAADOPBRENGST EN GEMIDDELD LINTGEHALTE Verhoudingsgetallen over de jaren 1967-1976 Rasnaam Stro-opbrengst Lint-gehalte Lint-opbrengst Zaad- op brengst Goede omstandigheden Matige omstandigheden Goede omstandigheden Matige omstandigheden Goede omstandigheden Matige omstandigheden 100 kg/are 66,4 45,8 15,2 9.4 12,8 100 22,8 20,5 Hera 99 99 102 102 100 8 101 6 111 9 Reina 100 102 98 101 98 8 103 6 98 9 Natasja 103 94 103 98 106 8 92 5 105 9 Fibra 97 100 98 97 6 94 4 89 6 Nynke 102 109 101 98 7 110 4 98 7 In onderzoek Regina (1976) 105 102 110 108 115 3 111 2 107 3 Ropta T 224 (1975) 109 110 95 97 103 3 106 4 95 5 Ropta T 251 (1976) 106 111 103 102 3 114 3 95 4 W 494 (1976) 101 105 106 2 105 3 Regina (voorheen 7502). Kweker: Cebeco-Handelsraad, Rotterdam. Had een vrij vlotte beginontwikke- ling. Het stro was van gemiddelde lengte en vrij stevig. Gaf goede tot zeer goede stro-opbrengsten met een hoog lintgehalte. De lintopbrengst was hoog, de zaadopbrengst was zeer goed. Ropta T 224. Kweker: Friese Mij. van Landbouw, Leeuwarden. Heeft een vlotte beginontwikkeling en vormt lang, vrij stevig stro. Was resistent tegen roest en leek weinig gevoelig voor brand. De stro-opbrengst was hoog, het lintgehalte vrij goed, de lintopbrengst zeer goed en de zaadopbrengst vrij goed. Ropta T 251. Kweker: Friese Mij. van landbouw, Leeuwarden. Had een vrij vlotte beginontwikkeling en vormde tamelijk lang, middelmatig stevig stro. Heeft onder goede omstandigheden goede en onder matige omstandigheden relatief hoge stro- en Tintopbrengsten gegeven. De zaadopbrengst was vrij goed. Het onderzoek wordt beperkt voortgezet. W 494. Kweker: J.P. Wiersema Mzn., Spijk. De beginontwikkeling was matig vlot. Het stro was van gemiddelde lengte en vrij stevig. Heeft goede stro-opbrengsten en zeer goede lintopbrengsten gegeven. De zaadopbrengst was eveneens zeer goed. Verder kan bij de oogst een behoorlijke werkbesparing verkregen worden door machinaal rooien. De rooibaarheid van de rassen is afhankelijk van de vorm, de vertakking en de lengte van het onder de grond groeiende deel van de biet. Voorts spelen de neiging^tot schieten en de loofontwikkeling een rol. In verband met de houdbaarheid verdient het aanbeveling alleen het loof te verwijderen of zeer licht te koppen. Overwogen kan worden om bij loofarme rassen het loof niet te verwij deren doch met de biet in te kuilen. Een handwerkloze of bijna handwerkloze teelt van voederbieten behoort nu tot de reële mogelijkheden. In de tabel zijn van de rassenlijstrassen en de minstens 2 jaren in onderzoek zijnde rassen de resultaten samengevat van de proefvelden in de jaren 1971 t/m 1976. Het jaartal achter de in beproeving zijnde rassen geeft het eerste jaar van onderzoek aan. Tevens is in de tabel de in de Rassenlijst 1977 gebruikte rubricering aangegeven. De volgorde van de in onderzoek zijnde rassen is bepaald door het tijdstip van aanmelden, korte beschrijving in onderzoek zijnde rassen: Monoriche. Kweker: J. Joordens'Zaadhandel B.V., Venlo-Blerick. Triploïde, ovale tot kegelvormige voe dersuikerbiet met erfelijk éénkiemig zaad. Biet-drogeStófgehalte?zeer hoog. Biet-drogestofopbrengst: vrij goed. Neiging tot schieten: weinig. Neiging tot vertakking: sterk. Monoparte. Kweker: Zwaan en de Wiljes'Zaadteelt en Zaadhandel B.V., Scheemda. Diploïde, ovale groenkraag met erfelijk éénkiemig zaad. Biet-drogestofgehalte: éemiddeld. Biet-drogestofopbrengst: goed. Neiging tot schieten: vrij sterk. Neiging tot vertakking: iets. Monobontba. Kweker: J. Joordens'Zaadhandel B.V., Venlo-Blerick. Triploïde, korte ovale rode stompvoet met erfelijk éénkiemig zaad. Biet-drogestofgehalte: gemiddeld. Biet-drogestofopbrengst: goed. Neiging tot schieten: vrij sterk. Neiging tot vertakking: weinig. Majoral (voorheen Trigonal). Kweker: Zwaan en de Wiljes'Zaadteelt en Zaadhandel B.V., Scheemda. Triploïde, ovale tot cilindrische oranje barres met erfelijk éénkiemig zaad. Biet-drogestofgehalte: gemid deld. Biet-drogestofopbrengst: goed tot zeer goed. Neiging tot schieten: nogal. Neiging tot vertakking: weinig tot zeer weinig. Solange. Kweker: J. Joordens'Zaadhandel B.V., Venlo-Blerick. Diploïde, vrij lange ovale tot cilindrische oranje barres met erfelijk éénkiemig zaad. Biet-drogestofgehalte: laag. Biet-drogestofopbrengst: zeer matig. Neiging tot schieten: weinig tot zeer weinig. Neiging tot vertakking: weinig. Solobeta. Kweker: Zwaan en de Wiljes'Zaadteelt en Zaadhandel B.V., Scheemda. Triploïde, ovale tot kegelvormige voedersuikerbiet met erfelijk éénkiemig zaad. Biet-drogestofgehalte: zeer hoog. Biet-droge stofopbrengst: zeer goed. Neiging tot schieten: weinig tot zeer weinig. Neiging tot vertakking: sterk. OVERZICHT VAN RASEIGENSCHAPPEN BIJ VOEDERBIETEN Hoge cijfers betekenen gunstige •o Opbrengstgegevens 1971 t/m 1976 waardering van de betrokken M M s c O !2 u verse opbrengst drogestof- eigenschap. De letters A, B, 8 -C 'U c 4) et in verhoudings drogestof opbrengst in O, N geven de rubricering uit T3 ci U i/> iC QO es getallen gehalte biet. verhoudings de Rassenlijst 1977 weer. I «S S2 C 8 8 g M 3 g o in ge tallen in onderzoek O o 5 cc a CC xt H c2> wet') loof') biet') loof') Eenkiemig zaad Gehaltegroep 11-14% Solange (1975) 5 4 8 8* 7* 74 64 99 24 11,0 77 16 Gehaltegroep 14-16% A Monoval 84 8 7 64 6 6 7 95 36 15,1 101 27 Monoparte (1973) 6 7* 5* 7 6 6 n 88 32 16,0 99 23 Monobomba (1974) 8* 8 5' 7 7* 64 7 87 36 16,2 99 27 Majoral (vh. Trigonal) (1974) 8' 8» 6 7 8 7 74 99 35 14,8 103 23 Gehaltegroep 16-18% N Monoblanc 8* 9 7* 6* 5 5 84 78 44 17,5 96 31 N Monovert 7* 94 5 6 6 5 74 83 39 17,0 99 27 Gehaltegroep 18-20% Monoriche (1970) 8 8S 7* 5 4 4 84 71 44 19,1 95 31 Solobeta (1975) 8* 5* 8 5 4 4 8 71 38 21,1 105 30 Meerkiemig zaad Ovale en cilindrische voederbieten 7* 8 6' 84 8* 84 64 112 28 12,5 99 19 Gehaltegroep 11-14% A Barron 9 84 6» 7* 7* 7 64 109 33 12,8 99 21 A Poly-Productiva 9 7* 6 8 8* 8 54 112 33 12.4 98 22 A Polyfourra 7* 6 8' 8* 8 7 84 105 28 13,2 97 19 B Brigadier 8* 6s 8 8* 74 5 115 31 11,5 93 20 B Corona 6* 6' 7 6* 64 64 7* 115 28 12,1 98 20 Lange of paalvormige voederbieten A Polyfortuna 7 7* 6* 5* 6 7 6 114 27 12,7 102 19 O Belgro 5* 6 6* 5 6 7 64 104 24 13,4 98 17 Gehaltegroep 14-16% A Gabo A Oscar A Pajbjerg Korsroe P 8 8* 7* 8' 8 8 6* 7 8* 6' 7 7* 61 61 8 7* 7 6' 98 95 37 35 Gehaltegroep 16-18% A Poly-Groeningia Gehaltegroep 18-20% B Meka T 6' 6' 90 35 74 34 14,0 15,6 17,5 19,0 97 105 111 100 De verhoudingsgetallen van biet en loof zijn direct vergelijkbaar. 25 25 23 27 - 11

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1977 | | pagina 11