RTVRO RASSENBERICHTEN
WAGENINGEN
D e oppervlakte korrelmais in Nederland bedroeg in 1976 ongeveer 900 ha, waarvan onge
veer 500 ha in Zeeland, voornamelijk Zeeuws-Vlaanderen, 200 ha in Noord-Limburg, 100 ha
in Noord-Brabant en 100 ha op de Gelderse zandgronden. Afgezien van zeer ongunstige jaren
is de verbouw van korrelmais met redelijke kans van slagen mogelijk in het zuiden en midden
van het land.
I n de volgende tabel zijn de resultaten weergegeven van de interprovinciale proefvelden in de
jaren 1971 t/m 1976. Behalve de opbrengsten zijn waarderingscijfers vermeld voor enkele
eigenschappen. Een hoog cijfer betekent een gunstige waardering. Vooral de vroegrijpheid is
van groot belang. In verband met de machinale oogst zijn verder de stevigheid en de resistentie
tegen stengelrot belangrijk. Bij de opbrengstgetallen zijn cursief de betrouwbaarheidscijfers
gedrukt. Deze zijn afgeleid van het aantal proefvelden en het aantal beproevingsjaren. Een
hoog cijfer duidt op een goede betrouwbaarheid. Bij de in onderzoek zijnde rassen is tussen
haakjes het eerste jaar van onderzoek vermeld.
.A. Is aanvulling op de bijdrage over de rassenkeuze suikerbieten 1977 van ir. J. Jorritsma van
het J.R.S. in het Rassennummer van 21/1/1977 in het volgende nog enkele bijzonderheden uit
het RIVRO Rassenbericht in het bijzonder ter oriëntering betreffende de resultaten van de in
beproeving zijnde rassen.
korrelmais
Suikerbieten
9
Voor meer gegevens wordt verwezen naar de Beschrijvende Rassenlijst voor Landbouwgewassen
1977, verkrijgbaar bij B.V. Leiter-Nypels, Postbus 1031, Maastricht.
R.
-O-
In 1976 toonden de proefvelden een goede opkomst en vlotte beginontwikkeling. Op een
proefveld dat in het begin van de groeiperiode werd beregend en ook later een goede vocht-
voorzienirig had, ontwikkelde het gewas zich zeer goed en werden zeer hoge opbrengsten
verkregen. De overige proefvelden hadden wel van de droogte te lijden doch gaven nog vrij
goede opbrengsten De regelmatigheid was door de droogte minder goed.
LG 11 is een zeer goed opbrengend, zeer stevig ras dat weinig door stengelrot wordt aangetast.
Anjou 210 geeft vrij goede opbrengsten, is vrij stevig en weinig vatbaar voor stengelrot.
Leopard blijft in opbrengst bij de andere rassen achter en werd iets meer door stengelrot
ZAADOPBRENGST IN VERHOUDINGSGETALLEN EN WAARDERINGSCUFERS VOOR
ENKELE EIGENSCHAPPEN
Rasnaam
Korrelopbrengst
(10% vocht)
gem. 1971 t/m 1976
(100 73,1 kg/are)
Vroeg
rijpheid
Stevig
heid
Resistentie
tegen
stengelrot
LG 11
105 7
6
8*
8
Anjou 210
97 7
6
7
8
Leopard
95 6
6
T
6*
Libon
102 6
7
8»
8
In onderzoek
Buras (1975)
108 4
7
8*
V
Eta Ipho(1976)
105 3
7*
8
T
aangetast. Libon rijpt vrij vroeg, vroeger dan de genoemde rassen. Geeft goede opbrengsten, is
zeer stevig en weinig vatbaar voor stengelrot.
korte beschrijving van de in onderzoek zijnde rassen:
Buras. - Driewegkruising. Kweker: Limagrain, Soc. Coop. Agr. de Semences de Limagne, Gerzat, Frank
rijk. Geïmporteerd door Zeider B.V., Ottersum. Heeft hoge opbrengsten gegeven. Rijpt vrij vroeg. Is zeer
stevig en werd vrij weinig door stengelrot aangetast.
Eta Ipho. - Driewegkruising. Kweker: Maïs Angevin, Beaufort en Vallee, Frankrijk. Geïmporteerd door
Zeider B.V., Ottersum. Geeft een steil opgroeiend, lang, stevig gewas. Heeft zeer goede opbrengsten
gegeven. Rijpt vrij vroeg tot vroeg. Werd vrij weinig door stengelrot aangetast. Nogal vatbaar voor
builenbrand.
Evenals vorig jaar werden vrij duidelijke rasverschillen in meeldauwaantasting geconstateerd;
de volgorde van de rassen wat betreft de mate van aantasting was ongeveer gelijk aan die in
1975 en wel als volgt:
Vatbaarheid voor meeldauw
Zeer weinig tot weinig vatbaar: Buramo; Kawemegamono, Marimono; Solorave, Kawegiga
mono, Gromono.
Vrij weinig tot iets vatbaar: Faramo, Monoscope, Vigarave; Vytomo.
Nogal vatbaar: Monika; Monitor.
Zeer vatbaar: Dumono; Honohil; Donor.
IC orte beschrijving van de rassen die minstens twee jaar in onderzoek zijn, gerangschikt naar
datum van aanmelding:
Rassen met éénkiemig zaad
Monoscope. K: Zwaan en Wiljes'Zaadteelt en Zaadhandel B.V., Scheemda. Triploïd ras met éénkiemig
zaad. Lange, goed gevulde biet met een vrij kleine ronde kop, die nogal boven de grond uitsteekt.
OPBRENGSTEN EN SUIKERGEHALTE VAN DE SUIKERBIETENRASSEN Met éénkiemig zaad
Verhoudingsgetallen
1973 t/m 1976
Suikeropbrengst per jaar
in verhoudingsgetallen
Loof-
opbrengst
Wortel-
opbrengst
Suiker
gehalte
Suiker
opbrengst
1973
1974
1975
1976
Rassen voor zeer vroege
tot en met late levering
A Monohil
92
101,4
101,2
102,7
104,5
103,2
103,2
99,7
B Kawemegamono
101
96,1
100,2
96.4
91,9
95,2
98,8
99,6
N Donor
101,3
99,4
100,7
102,8
101,6
101,2
97,1
N Monika
100
96,0
104,1
99,9
99,6
98,1
100,8
101,0
N Marimono
105
100,0
99,1
99,2
98,4
99,6
95,2
103,6
Rassen voor middenvroege
en late levering
A Solorave
106
99,7
99,2
98,9
97,9
96,8
100,4
100,5
N Monitor
99
100,3
99,4
99,6
101,8
99,7
98,5
98,5
N Vigorave
102
101,6
97,6
99,1
95,0
101,0
100,9
99,6
Rassen In beproeving
Monoscope (1974)
92
96,7
102,6
99,3
99,3
101,7
96,8
Dumono (1974)
97
101,7
99,1
100,9
105,1
96,6
Vytomo (1975)
106
94.3
101,8
96,0
97,7
94,2
Kawegigamono (1975)
101
101,4
100,0
101,4
100,3
102,5
Gromono (1975)
110
98,6
102,2
100,8
99,5
102,1
Buramo (1975)
105
103,3
99,7
103,1
104,1
102,0
Faramo (1975)
97
95,5
104,4
99,7
100,6
98,7
10
Opbrengsten: matige tot vrij goede wortelopbrengst en een vrij goede suikeropbrengst. Vormt vrij weinig
loof. Gehalte: goed tot zeer goed suikergehalte. Sapzuiverheid: zeer goed. Neiging tot schieten: weinig.
Vertakking: weinig.
Dumono. K: B.V. Kon. Beetwortelzaadcultuur Kuhn en Co., Naarden. Triploïd ras met éénkiemig zaad.
Lange, goed gevulde biet met een vrij brede rondhoekige kop, die nogal boven de grond uitsteekt.
Opbrengsten: goede wortelopbrengst en een vrij goede tot goede suikeropbrengst. Vormt vrij veel loof.
Gehalte: vrij goed suikergehalte. Sapzuiverheid: goed tot zeer goed. Neiging tot schieten: vrij sterk.
Vertakking: vrij sterk.
Vytomo. K: Hilleshög Fro A.B. Landskrona, Zweden: geïmporteerd door B.V. Hollandsch-Zweedse Zaad
Mij A'dam. Diploid ras met éénkiemig zaad. Vrij lange, voornamelijk van boven goed gevulde biet met een
vrij brede rondhoekige kop, die enigszins boven de érond uitsteekt. Opbrengsten: matige wortelopbrengst
en een matige suikeropbrengst. Vormt zeer veel loof. Gehalte: goed suikergehalte. Sapzuiverheid: zeer
goed. Neiging tot Schieten: zeer weinig. Vertakking: enigszins.
Kawegigamono. K: Kleinwanzlebener Saatzucht vorm. Rabbethge und Giesecke A.G., Einbeck, Hanno
ver, West-Duitsland. Geïmporteerd door F. Goyarts en Zonen Zaadteelt B.V., Wehe-den Hoorn (Gr.).
Triploïd ras met éénkiemiê zaad. Lange, voornamelijk van boven goed gevulde biet met een vrij brede
rondhoekige kop, die enigszins boven de grond uitsteekt. Opbrengsten: goede wortelopbrengst en een
goede suikeropbrengst. Vormt veel loof. Gehalte: vrij goed tot goed suikergehalte. Sapzuiverheid: vrij goed
tot goed. Neiging tot schieten: vrij sterk. Vertakking: weinig.
Gromono. K: B.V. Kon. Beetwortelzaadcultuur Kohn en Co., Naarden. Triploïd ras met éénkiemig zaad.
Vrij lange, goed gevulde biet met een vrij brede rondhoekige kop, die weinig boven de grond uitsteekt.
Opbrengsten: vrij goede wortelopbrengst en een vrij goede tot goede suikeropbrengst. Vormt zeer veel loof.
Gehalte: goed suikergehalte. Sapzuiverheid: zeer goed. Neiging tot schieten: vrij sterk. Vertakking: weinig.
Buramo. K: Kon. Kwcekbedrijf en Zaadhandel D.J. van der Have B.V., Kapelle 3615. Triploïd ras met
éénkiemig zaad. Lange, voornamelijk van boven goed gevulde biet met een vrij kleine ronde kop, die
enigszins boven de grond uitsteekt. Opbrengsten: goede tot zeer goede wortelopbrengst en een goede tot
zeer goede suikeropbrengst. Vormt zeer veel loof. Gehalte: vrij goed tot goed suikergehalte. Sapzuiverheid:
goed. Neiging tot schieten: vrij weinig. Vertakking: nogal.
Faramo.K: Kon. Kweekbedrijf en Zaadhandel D.J. van der Have B.V., Kapelle 3615. Triploïd ras met
éénkiemig zaad. Vrij lange, voornamelijk van boven goed gevulde biet met een vrij brede rondhoekige kop,
die vrij weinig boven de grond uitsteekt. Opbrengsten: matige wortelopbrenst en een vrij goede tot goede
suikeropbrengst. Vormt vrij veel loof. Gehalte: zeer goed suikergehalte. Sapzuiverheid: zeer goed. Neiging
tot schieten: vrij sterk. Vertakking: vrij weinig.