RO- N III ETd oet meer a 0 N EETd oet het altijd CHV Cehave nv Veghel H vertegenwoordiger Globale richtlijnen voor de stikstofbemesting van granen in 1977 J.Kodde C.A.R. Goes O n, arrinDn N.euwedonk5 nederlend hu TEL. (01608) 1 33 51 BSH LCJ RO-NEET® Verjong uw land: zaai engels raaigras 'n beste groenbemester Vraag erom bij uw leverancier Z.L.M. VBRSCH'JNr /H &!)NA 3 O.OOO en Veel suikerbietentelers zijn er reeds achter gekomen De bietenteler die zeker wil zijn van zijn zaak gebruikt vanêngelenlzatlen f/BT Gzzmeu!} soort graan in 1977 eerste gift gewas geteeld in 1976 aardappelen bieten tweede gift wintertarwe zomertarwe haver zomergerst 0 0 0 0 70 50 50 50 60 50 50 0 Cf venals het vorige jaar zijn door de begeleidingscommissie "Stikstofonderzoek op Standaardbedrijven", op basis van de op 25 standaardbedrijven vastgestelde gehalten aan geminerali seerde stikstof in de grond, globale richtlijnen opgesteld voor de stikstofbemesting van granen. Dit zijn algemene richtlijnen waarbij is uitgegaan van omstandigheden zoals die gemiddeld in dit seizoen voorkomen. Na de droge zomer van vorig jaar was er in de afgelopen herfst een zeer sterke stikstoflevering uit de grond. Vooral na voor vruchten zoals aardappelen en uien werden toen zeer hoge stikstofgehaltes in de grond aangetoond. Na bieten waren de gehaltes vrij normaal. De uit de grond vrijkomende stikstof is namelijk nog voor een groot deel door dit gewas opgenomen. De in de herfst en winter gevallen totale hoeveelheid neerslag is ongeveer "normaal" geweest. Uit de resultaten van het stiksto fonderzoek op standaardbedrijven en uit de monsters van praktijkpercelen blijkt, dat de hoeveelheid gemineraliseerde stikstof in het bewortelbaar profiel gemiddeld belangrijk groter is dan vorig jaar. Op de in de herfst 1976 stikstofrijke profielen is het grootste deel van de toen aanwezige stikstof onder invloed van de neerslag naar wat diepere lagen van het profiel ver plaatst. Voor de dieper wortelende gewassen zal deze stikstof, tenzij de komende maanden extra nat zijn, nog door de wortels kunnen worden opgenomen. Op kleigrond blijkt dit voorjaar dan ook een grote invloed van de voorvrucht op de stikstofrijk dom van het profiel. Percelen waar vorig jaar aardappelen en uien hebben gestaan, zijn zeer rijk aan stikstof. Bietenpercelen hebben een belangrijk kleinere stikstofvoorraad. De percelen met voorvrucht graan hebben een stikstofvoorraad die belang rijk kleiner is dan bij voorvrucht aardappelen, maar groter dan bij voorvrucht bieten. Daarnaast kunnen er grote verschillen in stikstofbehoefte tussen percelen bestaan door verschil in zwaarte van de grond, dikte bewortelbare laag, bouwplan en de mate waarin organische mest en groenbemesting is toegepast. Uit het onderzoek op de percelen die dit voorjaar zijn bemonsterd blijkt dat er een spreiding is in de gehaltes tussen de percelen van ruim 200 kg N per ha. Voor concrete informatie per perceel en per bedrijf, waarbij met bovenstaande factoren rekening gehouden, is het noodzakelijk om zelf grondonderzoek op stikstofgehalte te laten verrichten. Uit het bovenstaande zal het reeds duidelijk zijn, dat het on mogelijk ie precies aan te geven hoeveel stikstof nodig zal zijn. Omdat uit het onderzoek duidelijk is gebleken dat bij toepassen van een gedeelte stikstofbemesting de kans op het optreden van ziekten en het gevaar van legering kleiner zijn, is er bij het opstellen van de richtlijnen van uitgegaan, dat de stikstof voor alle graangewassen behalve zomergerst - in twee keer wordt gegeven. Alleen bij zomergerst zal noodgedwongen geprobeerd moeten worden direct in het voorjaar de juiste hoeveelheid stikstof te geven, omdat een latere aanvulling voor dit gewas niet mogelijk is. Globale richtlijnen Kleigronden De getallen in de kolommen geven de gemiddelde benodigde hoeveelheid stikstof aan in kg per ha. Op de lichts klei- en de zavelgronden met een snel aflopend profiel zal de gift 10 .a 20 kg hoger moeten zijn en op de zware kleigronden -iets lager dan in de tabel is aangegeven. De kg stikstof in de tabel zijn afgestemd op profielen die tot 1 meter diepte bewortelbaar zijn. Is de bewortelingsdiepte maar 60 cm, zoals bijvoorbeeld op veel plaatsgronden, dan moet de eerste gift met ±- 30 kg N per ha worden verhoogd. Zandgronden p zandgronden is nauwelijks of geen invloed van de voor vrucht op het stikstofgehalte van het profiel. Het volgende schema is van toepassing op bouwland waar weinig of geen organische mest wordt gebruikt. Getallen geven kg stikstof in kg per ha. gewassen eerste gift tweede gift wintertarwe 80 60 zomertarwe 60 50 haver 60 60 wintergerst 60 60 zomergerst 60 0 Ro-Neet bestrijdt maar Ro-Neet doet meer: en Ro-Neet doet nog meer: Bovendien Ro-Neet doet bet altijd: perfekt de grasachtige onkruiden (duist, straatgras, wilde haver) het neemt ook een groot deel van de vroeg kiemende breedbladigen mee (muur, ganzevoetachtigen, duivekervel, paarse dovenetel, hoenderbeet, kleine brandnetel, guichelheil, ereprijs, kleefkruid, zwarte nachtschade) het maakt alle overblijvende onkruiden extra-gevoelig voor een latere bespuiting met andere middelen het hoeft niet op regen te wachten om zijn werk te doen en als het regent doet het zijn werk even goed het is praktisch ongevoelig voor de weersomstandigheden. het veelzijdige en bedrijfszekere produkt, in Nederland in de handel gebracht door Agriben Nederland bv RO-NEET® is het gedeponeerde handelsmerk van Stauffer Chemical Cy. Vraag zo nodig nadere inlichtingen bij Uw handelaar of bij QVjI I POSTBUS 209 Wordt regelmatig organische mest gebruikt voor de hakvruch- ten, dan moet de N-gift voor het daaropvolgende graangewas lager zijn dan in de tabel is aangegeven. Algemene opmerkingen Als een vlinderbloemig groenbemestingsgewas is onderge- ploegd zal de stikstofgift wat lager moeten zijn 30 kg N/ha minder). Op percelen, waar in de afgelopen herfst bietenblad is ondergeploegd kan de tweede gift vaak wat lager zijn. Aange raden wordt, de ontwikkeling van het gewas geregeld te volgen en op percelen waar de ontwikkeling duidelijk te schraal is, niet te lang te wachten met het geven van een tweede gift of nog beter tussen de eerste en tweede gift een aanvulling te geven. Bij een royale stand de tweede gift zo laat mogelijk geven of desnoods achterwege laten. Omdat er dit jaar op een groot aantal percelen extra hoge N-gehalten voorkomen, bestaat de kans dat ook zonder stikstof het gewas te geil wordt. Tot stadium 7 kan nog met succes CCC worden toegepast. Gezien de grote stikstof voorraad na aardappelen en uien kan de teelt van zomergerst na deze voorvruchten ook zonder N-bemesting al grote risico's geven. Bij de teelt van vlas zal dit jaar in veel gevallen geen Nbemesting nodig zijn. Aangezien de hoeveelheid extra stikstof dit jaar voornamelijk in de onderste lagen van het profiel zit, kunnen ondiep wortelende gewassen zoals aardappelen, uien en stambonen vrij normaal bemest worden. Ook voor het gewas bieten geldt dat dit jaar gemiddeld met een lagere N-gift kan worden volstaan. De Cehave nv, Europa's grootste mengvoederbedrijf met een jaaromzet van ruim f 1 miljard, vraagt voor haar afdeling Commerciële Zaken een die in het rayon Zeeland zal worden belast met de acquisitie van potentiële afnemers, alsmede met het onderhouden van contacten tussen de bestaande afnemers en ons bedrijf. Tevens zal hij bedrijfs- technische adviezen aan onze afnemers geven. Om deze functie goed te kunnen vervullen dient men: in het bezit te zijn van het diploma Middelbare Landbouwschool of een gelijkwaardige opleiding te hebben genoten; enige jaren verkoopervaring te hebben in een soortgelijke functie. De standplaats voor deze functie zal centraal Zuid-Beveland dienen te zijn. Leeftijd 24-30 jaar. Schriftelijke sollicitaties onder no. PZ 1086 te richten aan de afdeling Personeelszaken, Hoofdkantoor Cehave nv, Pater Van den Elsenlaan 4 te Veghel. AGRESSO Van Engelen Zaden B.V., Vlijmen, Vijfhoevenlaan 4, Tel. 04108-9004 10

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1977 | | pagina 10