z.l.m. Bij een nieuw begin Ons kommentaar K.N.L.C. zuidelijke landbouw maatschappij 1 VRIJDAG 7 JANUARI 1977 65e Jaargang No. 3363 land- en tuinbouwblad Er worden momenteel nogal wat Amerikaanse uien ingevoerd. Tot nu toe heeft dit nog geen merkbare invloed gehad op de prijsvorming van onze eigen uien. Wel is het duidelijk dat de handel nooit stil zit. Als het gevraagde produkt hier niet is dan wordt het wel elders gezocht. Vaak wordt het ook nog gevonden. Natuurlijk moeten de extra kosten wel door de konsument worden betaald. Maar zo lang er vraag is zal er aanbod blijven. De wereld is maar net zo groot als een schip er over doet om van Amerika naar Viissingen te varen, zoals U op deze foto ziet Aan het begin van het nieuwe jaar is er voor U en mij, door voorzitterswisseling een nieuwe situatie ontstaan. Via deze rubriek wil ik mij, aan het begin van deze periode graag tot de lezers van ons Z.L.M. Land- en Tuinbouwblad wenden. Voor het nieuwe jaar wil ik U allen in Uw gezin en bij Uw werk een voorspoedig 1 977 toewensen. In het Kerst en Nieuwjaars nummer hebben de heer Luteijn en de heer Oggel in de toe komst gekeker over de landbouw en onze organisatie, waar wij in de komende tijd mee te maken zullen krijgen. Dat is voor mij een reden om mij aan te sluiten bij de woorden van de vi- ce-voorzitter de heer Van Nieuwenhuyzen, aan het begin van de H.B.-vergadering van afgelopen maandag n.l.: dat wij het ko mende jaar weer eens een gewoon jaar tegemoet mogen gaan, zowel wat het weer betreft, maar ook landbouwpolitiek zonder te grote spanningen. Hij vond dat daardoor de nieuwe voorzitter gelegenheid zou krijgen zich onder normale omstandigheden in te werken. Normale omstandigheden die wij alleen bij onze bedrijfsvoering hard nodig hebben. Wat de verzorging van deze rubriek betreft, hebben wij afge sproken dat deze in hoofdzaak door sekretaris Jan Oggel ver zorgd gaat worden. De laatste jaren is dat praktisch steeds gebeurt door de heer Luteijn. U zult er hopelijk begrip voor hebben dat wij tot deze afspraak zijn gekomen, immers Uw voorzitter en bedrijfsgenoot is wat minder vaardig met de pen, dan met het landbouwgereedschap. Toch kunnen er situaties voordoen, waarbij het goed is om die in deze rubriek aan U voor te leggen. Aanleiding hiertoe is ditmaal een gesprek wat ik heb mogen voeren met de beurskommissie te Goes. In dit gesprek is o.a. aan de orde geweest de prijsnoteringen van aardappels. Een probleem. Bij het vaststellen van een juiste In dit No.: 0 Verslag Hoofdbestuurs vergadering ZLM pag. 5 0 Over Granen, Zaden en Peulvruchten pag. 6 0 Aandacht voor de preci- siezaaimachine pag. 7 0 Stikstofbemesting op granen pag. 9 0 De maand januari op het Z.W. landbouwbedrijf pag.10/11 0 Onkruidbestrijding in graszaad pag. 10/11 0 Tuinbouwklanken pag. 15 0 Mechanisatienieuws pag. 16 0 Voor de Vrouw pag. 19 beursnotering voor veldsgewas partijen aardappelen is het grote verschil in prijs tussen de maten 35-50 en 50 opwaarts. Door de grote prijsverschillen tussen deze maten kan er ge makkelijk een notering ontstaan tussen verschillende partijen met een uitloop van meer dan 10 cent per kg. De oorzaak hiervan is mede een gevolg van het feit dat door de droogte er weinig grote partijen aardappelen aanwezig zijn. Maar ook in normale jaren zien wij dikwijls verschil in prijs tussen de maatsorteringen. Immers, in de loop der jaren is de afzet en de bestemming van de aardappel duidelijk veranderd. Minder gebruik voor verse konsumptie en meer voor de industriële verwerking. Door deze gewijzigde omstandigheden is de maatsortering voor de afne mer een belangrijke zaak geworden, met als gevolg het ont staan van de prijsverschillen tussen de maten. Wij vragen ons af onder deze gewijzigde omstandigheden of het niet beter is via maatsortering de prijs vast te stellen. Deze sortering kan via monstername bepaald worden. Ook de beursnotering van Goes kan dan eveneens aan de hand van de maatsortering plaatsvinden, zoals dat in Rotterdam en Emmeloord gebeurt. Door dit aan de orde te stellen komt natuurlijk een ingeburgerd gebruik in diskussie. Een gebruik wat jarenlang goed heeft voldaan. Maar toch is het goed om hierover van gedachten te wisselen. De aardappel is voor de akkerbouw een uitermate belangrijk produkt. Een produkt dat via uitstekende afzetkana len zijn weg naar de industrie en het buitenland heeft gevonden. Maar ook als telers zullen wij er alles aan moeten doen een goede kwaliteit te telen, maar ook op de juiste wijze tot waarde te brengen. Doeleman Belangenbehartiging Mochten wij twee weken terug al een blik op de toekomst werpen voor zover het een aantal voor land- en tuinbouw be langrijke zaken betrof, in deze eerste bijdrage van 1 977 willen wij wat dieper ingaan op vooral de wijze van belangenbehar tiging binnen de land- en tuinbouw. Zoals bekend is er in onze Nederlandse maatschappij geen sektor te vinden die een zo fijn netwerk van belangenorganisa ties kent als juist de land- en tuinbouw. Er is welhaast geen onderdeel of één of meerdere organisaties houden er zich in tensief mee bezig. Overigens willen wij ons in dit kommentaar beperken tot enige opmerkingen en kanttekeningen bij de verhouding tussen de Centrale landbouworganisaties, de Voedingsbonden en de Pu bliekrechtelijke Bedrijfsorganisaties (P.B.O.'s) in land- en tuin bouw en de ontwikkelingen die zich op dit gebied kunnen voordoen. Dat hier juist in 1977 een aantal belangrijke lijnen voor de toekomst moeten worden getrokken, lijkt immers noodzakelijk. Adviesaanvrage P.B.O. Drie zaken vragen daarbij om een meningsvorming. In de eerste plaats de adviesaanvrage van Minister Boersma van Sociale Zaken aan de Sociaal Economische Raad met betrek king tot de toekomstige taak en struktuur van de P.B.O in de landbouw- en voedselvoorzieningssektor Deze adviesaanvrage hangt nauw samen met de kritiek die vorig jaar met name vanuit de voedingsbonden N.V.V. en C N V. op het funktioneren van de P.B.O. in zijn algemeenheid en van de Produktschappen in het bijzonder, is geuit. De ad viesaanvrage op zich die vooral gericht is naar de produkt schappen, bevat overigens geen al te schokkende zaken Wel is door Minister Boersma alvast een nieuw struktuursche- ma bijgevoegd, waarin voor de land- en tuinbouw wordt ge dacht aan een beperking van het aantal produktschappen tot drie, te weten een produktschap voor akkerbouwOprodukten, een produktschap voor tuinbouwprodukten en een produkt schap voor veehouderij- en zuivelprodukten. Evenwel ten aan zien van het veel belangrijker vraagpunt van de bevoegdheden der produktschappen wordt door de Minister geen standpunt ingenomen. Slechts voor zover het uitbreiding van bevoegdhe den op sociale terreinen betreft, alsmede meer invloed van consumenten-organisaties geeft de aanvrage enige aanwijzin gen. Niet evenwel ten aanzien van het belangrijke punt aangaande de .vergroting van de invloed van de P.B.O. op het investe ringsbeleid in de ondernemingen. En juist op dit laatste punt zou de discussie zich in de komende tijd wel eens kunnen toespitsen. Zeker als we kennis nemen van de brief die de voedingsbonden F N V. net voor de Kerst aan tij drie Centrale Landbouw Organisaties hebben gestuurd. Brief voedingsbonden F.N.V. Daarin wordt immers, overigens op een toon die niet erg strookt met de samenwerkingsgedachte tussen de 3 C L.O s en 3 Voedingsbonden zoals die binnen onder meer het Landbouw schap steeds is verwoord, van de C.L.O.'s een instemming met het principe van volledige medebeslissingsbevoegdheid in de investeringspolitiek verlangd. Waaronder dan in feite verstaan wordt het overhevelen van een deel der bevoegdheden van de individuele ondernemer naar de betreffende bedrijfstak. vervolg op pag. y

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1977 | | pagina 1