zuidelijke landbouw maatschappij ,r.O LE lift HOOFDBESTUUR EN LEDENRAAD DER 9Czlm VERGADERDE VRIJDAG 12 NOVEMBER 1976 64e Jaargang - No. 3356 land- en tuinbouwblad V--' ZEEL^Z z. .m In een jaar waarin voor de akkerbouw gunstige resultaten zijn behaald door goede prijzen voor di verse vrije produkten is men hier en daar wel eens geneigd om de aandacht voor struktuurverbeteren- de maatregelen wat te laten verslappen. Maar juist nu kan men er ook wat meer geld voor uittrekken. Op die bedrijven waar men dan eindelijk weer eens financieel wat ruimer zit kan dan b.v. geïnvesteerd worden in een nieuwe drainage van sommige percelen. Waar meer dan in de landbouw geldt het gezegde: „De kost gaat voor de baat"? IVE maandag 8 november j.l. gehouden ledenraadsver- gadering van de Z.L.M. in de „Prins van Óranje" te Goes is voor Ir. David Luteijn tegelijkertijd een af scheid geweest: Immers het was de laatste maal dat Ir. Luteijn de ledenraad voorzat in zijn kwaliteit als Z.L.M.-voorzitter. Aan het begin van zijn openingsrede keek de voor zitter terug op de nu achterliggende droogte-periode en de dientengevolge genomen maatregelen. Ir. Luteijn gaf daarbij als zijn mening dat, ondanks het feit dat de vraag achteraf minder is dan voorzien, de ruwvoermaatregelen op dat moment de juiste beslissing waren. „September is een 2e mei-maand geweest en dat had niemand dur ven dromen", aldus de heer Luteijn. Toch is er nog spra ke van aanzienlijke aktiviteiten op ruwvoer-gebied. In die zin kon Ir. Luteijn over een zekere solidariteit tussen akkerbouwer en veehouder spreken. Verdere droogte maatregelen waren de ondersteuning van de vleesmarkt en de op de droogte toegespitste Rijksgroepsregeling Zelfstandigen. Ir. Luteijn zei daarvan: ondanks beden kingen tegen het systeem van de R.Z. kan niet anders gezegd worden dan dat het een van de beste mogelijk heden is. Toeslagen b.v. zijn gezien de grote verschillen niet bruikbaar. „Ik zou onder de gegeven omstandig heden geen andere regeling hebben kunnen bedenken" De voorzitter was wel van mening dat niettemin de boer een deel van de gevolgen zelf moet blijven dragen, waardoor de inkomens onder zware druk komen te staan. Dit laatste zou in de melkveehouderij overigens ook al zonder de droogte het geval geweest zijn omdat in die sektor sprake is van een kosten/opbrengstensaldo van 4 negatief. Samen met de droogteschade (6 is het gat ruim 10% groter geworden. Een en ander resulteert in een bedrijfsekonomisch verlies voor de gro tere melkveebedrijven van 25 a 30 duizend gulden. Ook in de akkerbouw zijn de kosten weer fors gestegen n.l. 8 De prijzen maken hier veel goed maar blijven niet tot in de hemel groeien, aldus Ir. Luteijn. BRUSSEL IEN de ons achterliggende periode is de komen de besluitvorming in Brussel van groot belang. Dat betreft in de eerste plaats de nieuwe landbouwcom missaris. Ir. Luteijn vertelde dat het landbouwbedrijfs leven inmiddels weer een nederlandse landbouwcommis saris claimt. „En dat kan mits de regering meespeelt: en die indruk hebben wij stellig", aldus Ir. Luteijn. Zeer be langrijk is de oplossing van de monetaire problemen. De besluiten over de prijzen voor het nieuwe seizoen zullen er daardoor r.iet gemakkelijker op worden. In de derde plaats zit Brussel met de zuivelproblematiek. De heer Luteijn zei daarover dat „we onszelf geen zuivel- overschot moeten aanpraten en daar ook nog de schuld van op ons moeten nemen". Op dit moment, gezien de nawerking van de droogte, zullen wij elke heffing dan ook moeten afwijzen. Met de voorstellen voor de struk- tuursubsidies wil Lardinois terug naar de oude situa tie. De voorwaarden (80 eigen voer-voorziening, lage In dit No.: Uit de Praktijk pag. 6 en 7 Akkerbouw waarheen tot 1980? pag. 8, 9 en 10 Wintertarwe of zomergraan pag. 11 Prestatieploegen pag. 12/13 X Grondverbeter door mengwoelen pag. 12/13 Tuintips pag, 19 P.J.Z. Geluid pag. 23 vee-bezetting) brengen Nederland echter in een nadelige situatie. De omschakeling van melk naar vlees kon wel genade vinden in de ogen van voorzitter Luteijn „maar niet via een heffing". Ir. Luteijn waarschuwde er tenslot te voor niet te lichtzinnig om contingentering van de melk te roepen „hoewel dit wel een onderzoek waard is". De prijzen van de gegarandeerde produkten zullen ook in 1977 de kostenstijgingen moeten compenseren. Ir. Luteijn verwachtte, gezien de inwerkperiode van de nieuwe commissaris, geen voorstellen voor februari. Bo vendien zal het gezien de monetaire problemen niet ge makkelijk zijn tot een prijs te komen. NATIONAAL AP het nationale vlak betreurde Ir. Luteijn het dat de regering steeds minder oog krijgt voor de be hoeften van de landbouw. De toenemende aandacht voor milieu en landschap heeft de neiging de aandacht voor de landbouw in hoge mate te overtreffen. Aanwijzingen daarvoor zijn het intrekken van de pachtnota en de land inrichtingswetgeving. „De positie van de landbouw is daar fundamenteel mee gemoeid", aldus voorzitter Lu teijn: „Wij hebben daar zeer grote moeite mee". REGIONAAL IR. LUTEIJN bracht de beslissing over de Oosterschel- de in verband met de slechte zoetwatervoorzie ning in het Z.L.M.-werkgebied: „Bij de afronding van de Delta-werken zal daarmee in hoge mate rekening moe ten worden gehouden". Sprekend over de infrastruktuur (verbindingen) pleitte Ir. Luteijn met name voor een po sitieve beslissing over een vaste oeververbinding over de Westerschelde. Voor het overige moet het hoofd wegennet nu afgerond worden i.v.m. de enorme door snijdingen van het agrarisch gebied: „Verbeteringen mogen in feite alleen langs de bestaande tracé's. In dit kader noemde Ir. Luteijn het doorzetten van de weg Ter holeDriewegen „een vergissing". Ook de druk op de landbouwwegen is door de recreatie opnieuw verder toegenomen „vaak op kosten van de boer". Tot slot van zijn openingsrede wijdde Ir. Luteijn nog enkele woorden aan de Z.L.M.-organisatie. Evenals in Zeeland dat het geval is worden er nu ook goede kontakten met het pro vinciaal bestuur van Brabant opgebouwd. Als opvolger van de heer M. Boonman is er voor Zeeuws-Vlaanderen een nieuwe sociaal-ekonomisch voorlichter benoemd. Het is de heer J. P. van Wijck te Leiderdorp die op 1 januari in dienst zal treden. RUILVERKAVELINGEN ANDANKS de sombere toekomst voor het instrument ruilverkaveling zijn er momenteel ook enkele po sitieve berichten over de voortgang in het Z.L.M.-werk gebied. Zonzeel is in uitvoering. De Braakmanpolders en Willemstad wachten op stemming. Wat deze laatste be treft is niet onbelangrijk tegemoet gekomen aan de wen sen van de landbouw. Ir. Luteijn bracht daarvoor dank aan allen die zich daarvoor ingezet hebben. Wolfaarts- dijk is aangevraagd in nauw overleg met het gebied. Deze winter zal de Yerseke Moer in discussie komen. „Al bij al een aantal positieve ontwikkelingen", aldus Ir. Luteijn. (Zie verder pagina 4)

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1976 | | pagina 1