Ruilverkaveling „De Braakmanpolders" Landbouwschap kent geen richt lijnen voor beheersovereenkomst T komt nogal eens voor dat twee personen over en weer een geldvordering op elkaar hebben. Het is dan gemakkelijk en doelmatig deze twee schulden tegen elkaar weg te laten vallen. Een dergelijke manier van ver rekening heet schuldvergelijking of kompensatie. De schuldvergelijking heeft twee voordelen. Ten eerste is dat de vereenvoudiging van het betalingsverkeer en ten tweede verschaft dat een zekere waarborg dat aan de schuld wordt voldaan. De kompensatie is in de wet ge regeld (art. 1461 en 1463 BW). Daar worden ook de voorwaarden genoemd waaronder schuldvergelijking van rechtswege plaats vindt. Deze voorwaarden zijn: 1. dat 2 personen wederkerig eikaars schuldenaren zijn 2. dat het gaat om een geldsom of (vervangbare) zaken van dezelfde soort 3. dat de vorderingen opeisbaar zijn 4. dat de vorderingen voor dadelijke vereffening vatbaar zijn. D.w.z., ze moeten „liquide" zijn. onder 4 genoemde voorwaarde wil zeggen dat de geldsom exakt vast moet staan. Dus daaronder valt b.v. niet de opbrengst van een toekomstige oogst als nog niet bekend is wat de (geldelijke) opbrengst is. Ook wanneer een geldschuld betwist wordt is deze niet altijd voor kompensatie vatbaar. De grens is niet altijd scherp te trekken. Onderling kunnen partijen ook afspre ken dat kompensatie onder andere voorwaarden dan de wettelijke zal plaats hebben. VOOR schuldvergelijking is het in het algemeen on verschillig uit welke achtergrond de schulden zijn ontstaan. De wet kent echter enkele uitzonderingen. Daarvan is er eigenlijk maar één met een praktischer be lang. Dat is de bepaling die zegt dat kompensatie niet is toegestaan met een schuld terzake van levensonder houd. Daaronder vallen met name alimentatie-uitkeringen en loonvorderingen. Ook geldt dat blijkens een arrest van de Hoge Raad voor belastingschulden. Voor het ver dere liggen de beperkingen meestal opgesloten in de afspraken tussen partijen. Een eenvoudig voorbeeld van schuldvergelijking is het volgende: A heeft een vordering op B van 100 gulden, te betalen binnen 10 dagen. B heeft een vordering op A van 75 gulden^ te betalen binnen 8 dagen. Beide vorderingen bestaan uit een geldsom (voorwaarde 2). Ook aan voor waarde 1 is voldaan. Beide schulden zijn pas na 10 da gen opeisbaar. De schulden worden niet betwist. B kan nu volstaan door na 10 dagen aan A 25 gulden te beta len. In dit voorbeeld ligt er tussen het moment van op eisbaarheid van beide schulden slechts 2 dagen. Het is te begrijpen dat dat verschil niet te groot moet worden. Dan is het verstandiger om eerder tot invordering over te gaan. Stel nu dat B de vordering van A betwist. Wan neer te voorzien is dat op eenvoudige wijze (door de rechter) is vast te stellen dat de vordering terecht is dan mag A toch kompensatie toe passen. Wanneer het een twijfelachtige zaak is mag dat niet. De achtergrond hiervan is dat daarmee voorkomen wordt dat een we derpartij door een simpele ontkenning van de schuld steeds kompensatie zou kunnen ontlopen. OGGEL. (Vervolg van pag. 3) In de kosten van de kavelverbeteringswerken kan een rijksbijdrage worden verleend van 50 Het niet-gesubsi- dieerde deel van de kosten komt niet voor financiering van de ruilverkavelingsrente in aanmerking. Voor deze werken is een bedrag beschikbaar van 1.400.000,aan rijksbij drage, gebaseerd op de kosten van uitvoering van 2.800.000,—. De belanghebbenden kunnen zelf besluiten de kavelver beteringswerken al dan niet uit te voeren c.q. te laten uit voeren. De C.D. beoordeelt het plai> en de begroting en gaat tot uitbetaling van de rijksbijdrage over nadat het werk overeenkomstig het plan is gereedgekomen. In het Landschapsplan worden de doelstellingen ontvouwd om tesamen met de verbeterde agrarische produktieomstan- digheden het streekeigen karakter te behouden en zonodig te herscheppen. Als karakteristiek voor het gebied gelden de vele over het algemeen beplante dijken. Waar mogelijk en wense lijk zal dijkbeplanting worden aangebracht, aangevuld of hersteld. De uitvoering zal geschieden in overeenstemming met de betrokken eigenaren. Verder bestaat de mogelijkheid om met een rijksbijdrage van 70 een erfbeplanting. De kosten van de geplande recreatieve voorzieningen komen niet ten laste van de grondeigenaren. VERWERVING EN BESTEMMING VAN GRONDEN Voor het welslagen van de ruilverkaveling is het nood zakelijk, dat de plaatselijke commissie tijdig vóór het op maken van het plan van toedeling de beschikking krijgt over een hoeveelheid gronden, zowel voor agrarische als voor niet-agrarische doeleinden. Hieronder zijn niet begrepen de gronden, die benodigd zijn voor de verwezenlijking van het plan van wegen en waterlopen, daar deze grond ter beschik king komt krachtens artikel 10 van de Ruilverkavelingswet 1954. Ter verkrijging ervan zijn de volgende mogelijkheden aanwezig: a. aankopen door de Stichting Beheer Landbouwgronden van gebruiksvrije gronden al dan niet in kombinatie met bedrijfsbeëindiging in het kader van het Ontwikkelings- en Saneringsfonds voor de Landbouw en met afkoop toe delingsrechten op grond van artikel 12, lid 3 van de Ruilverkavelingswet 1954; b. verwerving van pachtrechten door de Stichting Beheer Landbouwgronden door middel van bedrijfsbeëindiging in het kader van voornoemd fonds, dan wel door afkoop van pachtrechten op grond van artikel 18, lid 4 van de Ruilverkavelingswet 1954. De verworven gronden zullen worden gebruikt voor: a. kleinere overbedelingen ter beperking van cul tuurtechnische werken, waarvoor financiering in de vorm van ruilverkavelingsrente mogelijk is b. realisering van de uitbreiding van het bosgebied in het Braakmanpolder c. veiligstellen van graslanden langs het Isabella- kanaal d. aanvullende beplanting in het Axelse Gat e. recreatievoorzieningen Totaal Per 1 maart 1976 had de Stichting Beheer Landbouwgron den verspreid in het gebied 8 ha aangekocht en van de Dienst der Domeinen in de Braakmanpolders van 42 ha de pachtrechten verkregen. Vooruitlopend op het plan van toe deling dient dus nog 96 ha te worden verworven. In ver band met een te verwachten bedrijfsbeëindiging en beroeps verandering wordt ervan uitgegaan dat er zich mogelijk heden zullen voordoen deze 96 ha te verwerven. De plaatselijke commissie dient, indien de verworven op pervlakte naar beneden zou afwijken van voornoemde 146 90 ha 26 ha 15 ha 5 ha 10 ha 146 ha ha, aan de C.C.C. een plan voor te leggen, dat aangeeft tot welke oppervlakte de gronden voor genoemde doeleinden zullen worden gebruikt en welke financiële gevolgen hier uit voortvloeien. Mocht de verworven oppervlakte boven de onder a t/m e genoemde oppervlakte van 146 ha uitgaan, dan is het Be stuur van de Stichting Beheer Landbouwgronden bereid met de C.C.C. en de plaatselijke commissie te overleggen over de aanwending van deze extra verworven oppervlakte. Daarbij zal de aandacht in het bijzonder uitgaan naar de vergroting van bedrijven. RAMING VAN DE KOSTEN De opgestelde begroting, gebaseerd op het loon- en prijs peil van eind 1975, geeft het volgende beeld: 8. Opnamen Ontsluiting Waterbeheersing Kavelaanvaardingswerken Verlies c.q. winst op gebouwen en grond Administratieve kosten en schade vergoedingen Landschapsplan compenserende beplanting erfbeplanting Voorzieningen openluchtrecreatie Totaal 150.000,— 9.927.000,— 10.670.000,— 4.704.000,— p.m. 1.850.000,— 20.000,— 100.000,— 877.000,— 28.298.000, In het bedrag van ƒ28.298.000,— zijn niet begrepen de kosten voor aanvullende beplanting ter grootte van 740.000,Deze kosten komen geheel ten laste van het Rijk. Hierin is begrepen een bedrag van 100.000,voor voorzieningen ten behoeve van de waterbeheersing in de terreinen met natuurwetenschappelijke waarde. Verder zal zoals in par. 3.3 is beschreven, de mogelijkheid bestaan om op basis van vrijwilligheid kavelverbeterings werken uit te voeren. De kosten hiervan zijn geraamd op 2.800.000,— waarvoor een rijksbijdrage is gereserveerd van 1.400.000,Deze bedragen zijn eveneens niet in het bedrag van ƒ28.298.000,— opgenomen. Raming van de ten laste van de eigenaren en belanghebben de instanties te brengen deel der kosten Het aandeel, dat ten laste van de eigenaren en belangheb bende instanties, zal komen, is voor de diverse onderdelen als volgt begroot: 1. voor de verbetering van de ontsluiting 2. voor de verbetering van de waterbeheer sing 3. voor de verbetering van de verkaveling 4. voor de erfbeplantingen 5. voor de compenserende beplanting 6. voor de openluchtrecreatie Totaal 3.747.700,— 4.043.500,— 2.072.000,— 30.000,— 7.000,— 263.100,— 10.163.300,— Daarvan wordt geraamd dat ten laste van belanghebbende instanties komt: voor de gemeenten voor het rijwielpad Hoek'Philippine 101.200, voor het waterschap voor de quartaire wegen 1.333.200, voor de gemeenten voor de openlucht recreatie 263.100, Totaal 1.697.500,— Zodat het ten laste van de eigenaren komende deel is 8.465.800,—. Een afronding van het overleg over voorlopige richt lijnen voor 'beheersovereenkomsten lijkt zeer voorba rig. Het Landbouwschap heeft zelfs nog geen voorstel ontvangen omtrent de inhoud van deze richtlijnen. Het bestuur van het Landbouwschap heeft enkele op merkingen gemaakt ten aanzien van de door de minister van Landbouw in de Memorie van Toelichting igedane voorstellen over inrichting en beheer van het landelijk gebied. Het Landbouwschap is verrast door de mededeling van de minister van Landbouw, dat het overleg over de richtlijnen voor beheersovereenkomsten op korte ter mijn afgerond wordt. Deze richtlijnen zijn bedoeld voor beheersvergoedingen voor landbouwbedrijven, die de bedrijfsvoering mede afstemmen op natuur- en land schapsbeheer. Het Landbouwschap heeft nog geen voor stellen voor richtlijnen ontvanlgen en stelt dan ook een spoedig overleg terzake op prijs. Ruil ver kavePngenHet bestuur van het Landbouw schap constateert met voldoening, dat de regering vast houdt aan het doel om in vier jaar tijd (tot en met 1978) 160 000 ha ruilverkaveling in uitvoering te nemen. Dat betekent, dat in de komende twee jaren een aanzienlijk aantal ruilverkavelingen uiterlijk in 1978 moet worden gestemd. Het Landbouwschap vraagt zich af of het stre ven van de relgering gerealiseerd wordt. Als het uit voeringsprogramma opgevoerd wordt, vreest het bestuur van het Landbouwschap dat de financiële middelen daarvoor tekort schieten. Het bedrag voor de uit te voe ren werken zal in de komende jaren flink moeten wor den verhoogd. Pcw-werken. Het Landbouwschap constateert, dat in de Landbouwbegroting een bedrag van 27 miljoen gul den is uitgetrokken voor particuliere cultuurtechnische werken, boerderij verplaatsing buiten ruilverkavelingen en kavelruil. Het bestuur van het Landbouwschap stemt in met de subsidieregeling voor boerderij verplaatsing buiten ruilverkavelingsverband. Het betreurt echtér in ernstige mate, dat de pluimveehouderij niet in deze re geling is opgenomen. Wat de particuliere cultuurtechni sche werken betreft, wil het Landbouwschap dat de over heid opnieuw de mogelijkheid opent voor aanvragen. Geen Pachtnotia. Het Landbouwschap betreurt het, dat de toegezegde overheidsnota over het pachtbeleid niet wordt uitgebracht. De regering wil voorstellen voor het grond- en pachtbeleid doen, rekening houdend met twee wetsontwerpen over onteigening van grond tegen ge bruikswaarde en over het gemeentelijk voorkeursrecht bij aankoop van gronden. Het bestuur van het Landbouwschap heeft jarenlang gepleit voor de herziening van het pachtbeleid. Een van de redenen voor het Landbouwschap was het financie ringsvraagstuk bij bedrijfsopvolging. Het Landbouw schap vraagt van de regeringj dat zij duidelijk aangeeft welke voorstellen er ten aanzien van het igrond- en pacht beleid komen De niet-gesubsidieerde kosten voor erfbeplanting 30.000,—) en de aanleg van toegangswegen 255.000,—) zullen worden gedragen door de direkt belanghebbenden, die daartoe zelf opdracht geven. Deze kosten zijn begrepen in het hier bovenvermelde bedrag van 8.465.000, De verdeling van het door de eigenaren te betalen aan deel in de kosten geschiedt, overeenkomstig artikel 117 van de Ruilverkavelingswet 1954, naar de mate van het nut dat de ruilverkaveling voor iedere eigenaar heeft gehad. Het nut zal worden bepaald door op grond van de in artikel 98 van genoemde wet bedoelde schatting. De bijdragen van de eige naren kunnen in de vorm van de ruilverkavelingsrente wor den voldaan. Bij de berekening van het aandeel, dat ten laste van de eigenaren zal komen is nog geen rekening gehouden met de waarde van de gronden, benodigd voor wegen en water lopen, welke bedrag te zijner tijd in mindering komt op de bijdragen van de grondeigenaren. RIJKSBIJDRAGE IN KOSTEN 64 Het totaal van de bijdragen van eigenaren, gemeenten en waterschap bedraagt 10.163.300,—. Het niet door bijdra gen gedekte deel van de kosten bedraagt dus 28.298.000, 10.163.300,— 18.134.700,— hetgeen overeenkomt met ca. 64 van de kosten. Bij1 een gunstige uitslag van de stemming zal de Cultuur technische Dienst aan de plaatselijke commissie een rijks bijdrage toezeggen op het tijdstip, dat deze commissie de uitvoering van de werken ter hand neemt. In mogelijke meerdere kosten, die het gevolg zijn van een gestegen loon- en prijsniveau, wordt naar verhouding door de belangheb bende instanties bijgedragen. Tevens zal de C.D. in de ge raamde kosten voor kavelverbeteringswerken 2.800.000, voor 50 per objekt bijdragen, terwijl de kosten van de afkoop toedelingsrechten ad 250.000,ten laste van het Rijk zullen komen. PLANWIJZIGINGEN Wijzigingen van het plan van voorzieningen kunnen wij zigingen inhouden ten aanzien van het voorlopig vast te stellen plan van wegen en waterlopen en landschapsplan. Voorts hebben wijzigingen veelal financiële konsekwenties. Voorstellen tot planwijzigingen van de te benoemen plaat selijke commissie zullen daarom door de C.C.C. worden be oordeeld op hun gevolgen voor het landelijk gebied. Daarbij zal steeds wordert nagegaan of en zo ja welke rijksbijdrage in de gewijzigde plannen kan worden verleend. Afwijkingen ten opzichte van het voorlopig vastgestelde plan van wegen en waterlopen en het daarop betrekking hebbend landschaps plan ter visie dienen te worden gelegd. Na behandeling van eventuele bezwaren kan G.S. een gewijzigd plan (onder deel) vaststellen, waarna tot uitvoering door de plaatselijke commissie kan worden overgegaan. Aldus tot besluit het Ruilverkavelingsrapport „Braakmanpolders", waarin o.m. ook uitvoerig op bedrijfsgrootte, grondgebruik, verhouding eigendom, pacht, leeftijd bedrijfshoofden en inkomenssitua tie wordt ingegaan. Belangstellenden kunnen van deze en nog verschillende andere gegevens, die voor dit ruilverka- velingsvoorstel van belang geacht kunnen worden, het rap port zelf raadplegen!

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1976 | | pagina 4