1
Brabantse land- en tuinbouw per 25 augustus
DE SNIJMAISOOGST EN DE BENUTTING VAN DE SNIJMAISSTOPPEL KSiKSJFÏÏ K^aban,
#:*BllÈiim
9
den er veel meer kwalen onder het vee voorkomen Wel
hoor je hier en daar dat door het warme weer de tochtig
heid bij de koeien wat minder is geworden
Toch is Boone een ras-optimist. Hij schildert het alle
maal nogal relativerend af. Maar ook dat is een wapen,
en een heel sterk wapen, tegen de zorgen die toch le
vensgroot ook op dit bedrijf aanwezig zijn. Niettemin is
de uitspraak die de heer De Visser, vice-voorzitter van
de Z.L.M., deed „Als een boer zichzelf niet eens kie
telt, lacht hij nooit" een duidelijke waarheid.
MELKGIFT NOG STEEDS OP PEIL
TiTE komen bij de heer Langebeeke, die met zijn be-
drijf van 18 ha in Gapinge, gemeente Veere, zit.
Hij heeft een veebedrijf. De grond bestaat uit lichte za-
veL Er zijn dertig melkkoeien en twintig stuks jongvee.
De melkgift is hier nog niet naar beneden, zegt Lange
beeke. Dat is een geluid dat je bijna nergens meer hoort.
Maar, voegt hij er onmiddellijk aan toe, vraag me niet
wat het kost om het zover te houden. De tijd en de zorg
en het extra voer dat er in gaat zitten die zijn verre van
gering. Maar het is gewoon mijn hobby om er naar te
streven dat die koeien niet achteruit gaan. Want ik ben
er van overtuigd, als ze eenmaal achteruitgaan, dat het
dan heel wat meer zal kosten om ze weer op peil te krij
gen, als wat ik er nu aan besteed om ze in konditie te
houden. Ze krijgen een dubbele gift krachtvoer en nog
maals honderd procent van mijn aandacht. Maar ook de
heer Langebeeke geeft toe, dat hij er naar omstandig
heden nog niet zo beroerd voorstaat. De snijmais, die
doet het nog redelijk, terwijl het perceel suikerbieten
ook nog wel kans van slagen belooft. Natuurlijk heb je
dan weer tegenvallers. Gras is er in de weiden natuur
lijk allang niet meer. Ook het systeem, gras onder vlas,
is hier volslagen mislukt. AI die tegenvallers, daar moet
je dan voor zorgen dat die op een andere manier worden
gekompenseerd. Er moet dan ook veel extra ruwvoer bij-
gekocht worden. Maar de heer Langebeeke is soms niet
te spreken over de prijzen die sommigen voor het bieten-
loof durven vragen. Maar nog meer is hij ontstemd over
de verhoging van de droge nulpprijs. Hoe haalt de sui
kerindustrie het in haar hoofd om daar nu juist dit jaar
mee voor de dag te komen. Ook daar zal alles wel duur
der zijn geworden, maar om de veehouder nu ook dit
jaar nog mee te belasten is toch wel een fikse tegenval
ler. En zoals zovelen in de agrarische sektor is Lange
beeke helemaal niet te spreken over de mogelijkheden
om nog eens wat financiële reserves te vormen op het
bedrijf. Er mag niet al te veel scheef zitten of je zit in
grote moeilijkheden. Je kunt nauwelijks meer iets ver
dragen. BLOEMKOol het hele jaar door!
Het vollegrondstuindersbedrijf van de gebroeders Jo
ziasse te Serooskerke is 14 ha groot. De bijzonderheid
..an dit bedrijf is dat het over voldoende regen beschikt.
Haastig voegen we er dan aan toe kunstmatige regen.
Maar dat is al een bijzonderheid in Zeeland. Daarom is
SHHKg, -j.
■WMHfep* '<m - fp
V'v
Ir {ft*
TC*»#"* 7
Geen pijltje gras meer in de wei. Toch heejt de heer
Langebeeke zijn melkkoeien in goede konditie weten
te houden.
Z.L.M. VERTEGENWOORDIGERS
Tijdens het oriënterend bezoek van de Gewestelijke
Raad van het Landbouwschap aan Zeeuwsch-Vlaanderen
en Walcheren waren van de zijde der Zuidelijke Land
bouw Maatschappij (Z.L.M.) aanwezig de heren ir D.
Luteijn, voorzitter Z.L.M.mr J. Oggel, sekretaris; C. J.
Almekinders, A. van HoeveJac. Scheele, kringvoorzit
ters en H.B.-leden Zeeuw sch-V laanderen. Voorts was te
Walcheren aanwezig de heer S. de Visser, voorzitter
Kring Walcheren, P. W. Reynierse en A. Dingemanse,
terwijl de heer M. C. J. Kosten uit Tholen o.a. de Z.L.M.
in de Gewestelijke Raad vertegenwoordigde.
dit bedrijf ook niet in het rijtje van droogtegetroffen on
dernemingen te plaatsen. Veeleer is het bedoeld om te
laten zien wat er allemaal bereikt zou kunnen worden als
Zeeland meer over zoet water zou kunnen beschikken.
En natuurlijk is het bij de gebr. Joziasse dit jaar ook niet
allemaal koek en ei. De extra kosten van de beregening,
die een volledige inzet vraagt, zijn verre van gering.
Maar met vrije produkten, en hier is dat voornamelijk
bloemkool, kan nog wel eens een meevallertje in de prijs
worden verwacht. Die prijs kan dan de arbeid verzoenen.
De hoeveelheid grondwater die men normaal nodig heeft
ken de behoefte dekken. Maar dit jaar komt men er niet
mee en moet een beroep worden gedaan op de waterlei
ding. Je kunt de regeninstallatie niet zo maar aansluiten
op de waterleiding, daar is de druk te laag voor. Dus
eerst moet het water in een bassin worden gepompt en
daarna kan het pas weer gebruikt worden voor berege
ning.
Maar de gebroeders Joziasse zijn niettemin wel heel
erg blij met hun beregeningssysteem dat ze een aantal
jaren geleden hebben laten aanleggen. Van april tot en
met de vorstperiode telen zij bloemkool. Alleen dit jaar
is er ook weer door de droogte een gat van circa 6 we
ken in de teelt gevallen. Anders was er bijna altijd een
konstante aanvoer van bloemkool in het groeiseizoen.
Het is duidelijk dat de vollegrondstuinbouw zond'er
beregeningsmogelijkheden dit jaar nog nauwelijks een
droge boterham in het vooruitz cht heeft
VAN WEZEL
(Provinciale direktie Bedrijfsontwikkeling
in Noord-Brabant)
ALGEMEEN BEELD
De aanhoudende noord-oostenwind brengt vooralsnog
geen verandering in het weertype. Het groeiseizoen voor
gras en snijmais krijgt vroegtijdig een einde. Ook de tijd
voor het inzaaien van herfstgewassen is vrijwel verstre
ken. De rundveehouders hebben elke mogelijkheid aan
gegrepen om te trachten er nog zoveel mogelijk van te
maken. Het mocht echter niet baten. De meeste weilan
den zijn al enkele maanden zonder gras; het inzaaien
van stoppelknollen is niet gelukt of achterwege moeten
blijven. De teelt van raaigrassen op de akkerbouwbedrij
ven kon vanwege de extreme droogte geen kans van sla
gen hebben. Voor de nog te oogsten bouwlandgewassen
op de zandgronden zijn de opbrengstverwachtingen
slechts tot zeer slecht.
Deze rampzalige ontwikkeling kost handen vol geld. Er
ontstaan grote zorgen in veel boerengezinnen. Ondanks
de ernst van de situatie blijven veel boeren nog vrij rus
tig. Anderen daarentegen roepen om hulp van de over
heid.
RUNDVEEHOUDERIJ
De situatie in de rundveehouderij wordt met de dag
triester. Voor bijna alle bedrijven zonder beregening is
ten aanzien van de veevoeding de stalperiode reeds be
gonnen; wat o.a. wil zeggen dat de geringe hoeveelheden
ruwvoer voor de komende winter met de dag kleiner
worden. De beregeningsbedrijven staan er wat beter
voor, hoewel de grasgroei, mogelijk als gevolg van de
hoge temperaturen en de noord-oostenwind, maar matig
is.
Ondanks de kale en verdorde graslanden wordt er nog
weinig vee opgestald. Opvallend is dat het vee rustig
blijft. De konditie gaat echter achteruit. Het aantal rund
veehouders klaagt over de zeer hoge voederrekeningen
en de verlaagde melkproduktie met een verlaagd vetge
halte. Daarnaast wordt men gekonfronteerd met een toe
name van de ruwvoedertekorten. Door deze oorzaken
komt een aantal bedrijven nu reeds in likwiditeitsmoei-
lijkheden, dat blijkt uit het oplopen van de krachtvoer-
rekeningen, ondanks de hoge rente die in rekening wordt
gebracht
Vooral de laatste weken neemt de aanvoer van vee
weer toe, waardoor de prijzen nog verder onder druk ko
men.
Naar aanleiding van uitlatingen van minister Van der
Stee over dp toepassing van de Rijksgroepsregeling Zelf
standigen in het journaal van 23 augustus j.l. wordt veel
informatie gevraagd. Verscheidene boeren hebben de in
druk gekregen dat er zonder meer een renteloze lening
verkregen kan worden voor de aankoop van ruwvoer.
Hierover is echter nog niets definitiefs bekend. Het is
nodig dat ten spoedigste konkrete richtlijnen voor de
uitvoering van hulpmaatregelen komen. De stemming
wordt meer geprikkeld en de ontevredenheid over het
uitblijven van werkelijke steunmaatregelen wordt aldoor
groter.
GRASLAND EN VOEDERGEWASSEN
Het wordt steeds duidelijker dat het groeiseizoen voor
gras en snijmais voorbij is. Van een produktie is dit jaar
weinig of niets meer te verwachten. Het bijvoeren van
stro in de weide neemt hand over hand toe.
Omdat er ook in de achter ons liggende week weer
geen neerslag is gevallen en het daarbij fel droogde is op
veel percelen de grasmat nog verder verdord of geheel
afgestorven. De oppervlakte grasland die opnieuw moet
worden ingezaaid is hierdoor aanmerkelijk vergroot. Op
diverse plaatsen wordt er op het ogenblik verse snijmais
aan het vee gevoerd.
Op de sterk verdroogde percelen is de ma is kort ge
bleven en heeft geen kolf gevormd. Op vrij grote schaal
wordt er gekneusd en ingekuild. De meeste ingezaaide
nagewas en voedergewassen zijn, op enkele percelen na
die kunnen worden beregend, mislukt of zullen misluk
ken. Al zou het gaan regenen, men verwacht geen op
brengsten meer van enige betekenis.
AKKERBOUW
Op de zandgronden staan er de meeste bieten bijzon
der slecht 'bij. De bladeren hangen slap, terwijl de biet
met de dag meer water nodig heeft. Alleen van de per
celen, die zijn gelegen op de wat zwaardere vochthou-
dende gronden of in beekdalen, verwacht men nog epn
redelijke opbrengst. Van de percelen op de hogere gron
den zijn de opbrengstverwachtingen slecht tot zeer slecht.
Hier en daar worden er zelfs suikerbieten aan de koeien
opgevoerd. Bij de aardappelen is er ook zeer veel droog-
teschade. Er is veel doorwas. Men verwacht ook hier
slechte tot zeer slechte opbrengsten. Diverse percelen
stamslabonen zijn afgekeurd en derhalve niet geoogst
kunnen worden. Op de kleigronden is de situatie ten op
zichte van vorige week niet veel gewijzigd.
INTENSIEVE VEEHOUDERIJ
Desituatie is hier vrijwel normaal. Door de extra
stroomafname door de rundveehouders voor de berege-
ningsinstallaties treedt op sommige varkenshouderijbe-
drijven een stagnatie in de stroomtoevoer op, waardoor
men tot onvoldoende luchtverversing kan komen. Daar
door treden wat meer gezondheidsstoornissen op.
WAAROP LETTEN BIJ SNIJMAISOOGST 1976?
Korte, grotendeels verdorde snijmlais waarin geen of
vrijpvel geen kolven voorkomen kan momenteel het
beste worden geoogst. Vers voederen of inkuilen op
korte termijn is aan te bevelen, omdat op dode planten
en bladeren snel schimmel en fusarium kan optreden.
OVERIGE SNIJMAIS
Met het oogsten van deze snijmais moet in elk geval
gewacht worden tot de korrels deegrijp zijn. Dan krijgt
men de hoogste voederwaardeopbrengst per ha en de
verliezen bij het inkuilen zijn belangrijk lager dan bij
nattere snijmais. De h>Aselaar moet zo laag mogelijk
worden afgesteld, zodat er zo min mogelijk stoppel op
het land achterblijft. De gewenste haksellengte is 68
mm Korter hakselen heeft misschien alleen zin in een
erg rijp gewas, waarin zeer harde korrels voorkomen.
Langer hakselen dan 8 mm geeft een minder goede pak
king in de kuil, waardoor de verliezen toenemen
(broei enz.).
De snijmais moet in dunne lagen over de kuil worden
gebracht, zodat deze goed aangedrukt kan worden. Voor-
ai wanneer met kipwagens wordt gewerkt moet aan
dacht besteed worden aan een goede verdeling over de
kuil.
HET AFDEKKEN VAN DE KUIL
Om de verliezen te beperken moet de kuil zo vlug
mogelijk worden afgedekt. Wanneer plastiek plus een
gronddek gebruikt wordt voor af te dekken, dan kan
men volstaan met een plastiekfolie van 0,15 mm dikte.
Zonder gebruik van een gronddek moeten 2 foliën van
0,15 mhi gebruikt worden. Bij sleufsilo's kan men de
kantverliezen beperken door twee foliën aan weerszij
den over de muren te hangen en na het vullen van de
silo deze foliën over de kuil brengen. Daarna wordt het
tweede plastiekfolie op de kuil gebracht. De kanten
belasten met grond en het overige gedeelte kan met
autobanden belegd worden ter bescherming van de
plastiek.
Ureum plus mineralen toevoeging. Alleen bij normale
rantsoenen van 9 a 10 kg droge-stof, waarvan 60 of
meer uit snjjmaiskuil bestaat kan het zinVol zijn om
ureum toe te voegen. De dosering bedraagt 2 ureum
en 2 mineralen. Van dit mengsel moet 10 kg per ton
snijmais toegevoegd worden, met een droge stof gehalte
van 25
BENUTTING VAN DE SNIJMAISSTOPPEL!
De snijmaisstoppel kan worden benut voor inzaai van
Italiaans raaigras of rogge of een mengsel van beiden
In verband met de droge zomer is de kans aanwezig,
dat vooral op mislukte percelen snijmais nog werkza
me atrazin in de bovengrond aanwezig is. Dat de stop
pelgewassen hiervan kunnen lijden is een risico, dat
men onder deze omstandigheden in bepaalde gevallen
toch maar moet nemen.
Geadviseerd wordt om de snijmaisstoppel bij voor
keur te benutten voor het uitrijden van drijfmest (niet
op grasland) en daarna 20 cm diep te ploegen. Met
herihzaai moet worden gewacht tot er voldoende regen
is gevallen.
Hoeveel oppervlakte inzaaien? We moeten van deze
gewassen niet meer uitzaaien dan in het volgend voor
jaar voor verse vervoedering kan worden benut.
Om in het voorjaar één maand lang per koe per dag
4 kg ds 25 a 30 kg vers produkt te kunnen voeren, is
ca. 5 are per koe nodig. Er is dan uitgegaan van 2400 kg
drogestof uit vers produkt per ha.
ZAAITIJD EN ZAAIZAADHOEVEELHEID
Wat men inzaait is vooral afhankelijk van de zaaitijd.
Bij inzaai vóór half september heeft Italiaans raaigras
de voorkeur. Ras: Lemtal 35 kg zaaizaad per ha. Bij
inzaai van half september tot half oktober kan het
beste een mengsel van rogge en Ital. raaigras of uit
sluitend winterrogge worden genomen. Het mengsel kan
worden uitgezaaid in de verhouding 40 kg raaigras en
50 kg winterrogge per ha. Van winterrogge is ca 150
kg zaaizaad per ha nodig Tot eind september kan de
snijmaisstoppel ook worden benut voor inzaai van blij
vend grasland. Het BG 3-mengsel heeft de voorkeur.