„Groenevelden" maken plaats voor herfsttinten Suikergehalte in bieten is hoog Geheel Tholen en St. Philipsland kreeg regen! De huid van de beer verkopen, voordat. Evenals de maand juli tracht ook de maand augustus op het eind nog wat goed te maken door het optreden van wat plaatselijke regenbuitjes. Ook op WALCHEREN kwamen enkele buitjes voor. Voor zover ons bekend viel de grootste bui in de stad Vlissingen. We blijven maar hopen dat er ook voor overig Walcheren nog wat komt. Tijdens de overvloedige regenval in 1974 is er dikwijls gezegd „je kunt er beter om regen verlegen zitten", dan er me verlegen"'. Wat er mee verlegen zijn betreft, hébben we ervaring, maar nu ook wat er om verlegen zijn betreft. Ook dat komt hard aan wanneer men er door getroffen wordt. We ondervinden dat nu ook dage lijks en dan in versterkte mate de veehouderijbedrij ven en de bedrijven met droogtegevoelige gronden bij de akkerbouwteelten. Dit laatste verschijnsel doet zich vooral voor in enkele polders bij Nieuw en St. Joosland en de omgeving van Vrouwenpolder. Vooral de bieten lijden daar ernstig onder de droogte. In sommige percelen bieten komt een ernstige aan tasting van meeldauw op het blad voor. Enkele telers hebben een bestrijding met spuitzwavel uitgevoerd. We wac'.ten met belangstelling de resultaten af- De bruine bonen zijn voor een groot gedeelte gedor- sen. Door het scherpe weer sprongen de peulen uit zich zelf open. Dit noopte velen tot overhaast dorsen. Ander zijds is getracht het percentage halve bonen zo laag mogelijk te houden. De kg-opbrengst lopen uiteen van 1000 tot 2400 kg per ha. In de aardappelen blijkt nogal wat schade aan de knollen voor te komen door aardrupsen. De knollen zijn gedeeltelijk uitgehold door deze rupsen. Het zijn larven van nachtvlinders, die vooral voorkomen in droge war me zomers. Ook in ons gebied zijn er enkele aardappel moordenaars aan het werk geweest. Het deed ons echter niks. Gewoon doorgaan. Je werk uitvoeren zoals je het zelf het beste voor je bedrijf ziet. De natuur heeft het nu eenmaal zo beschikt dat elk jaar de groenevelden verdwijnen en plaats moeten maken voor herfsttinten. Ondertussen worstelen de cóllega-winterbloemkooltelers ook met de droogte. Het is een hele toer om de jonge aanplant aan de praat te krijgen. Juist tijdens het droge felle wéér moest het planten plaatsvinden. De ontwik keling van de planten liet geen verder uitstel meer toe. Het lijkt er wel op dat veel telers met enorm veel krachtsinspanning en water hun gewas aan de gang heb ben gekregen. Nog een aanzienlijk aantal veehouders zal, naar het zich laat aanzien, niet overgaan tot aanschaf van een melktank. Het melkvee zal op deze bedrijven vóór Nieuwjaar droog of afgevoerd moeten zijn. Door de huidige droogte is de prijs van het melkvee zeer laag. Het moeten afstoten van de koeien zal dus een aanzien lijke financiële strop worden. Je vraagt je af, of het niet mogelijk is de melk tot het begin van de weide- periode 1977 af te blijven halen. De kans is groot dat de prijs van het melkvee dan weer heel wat aantrekkelijker is. 't Is zomaar een idee uit de praktijk. Zo hier en daar zien we nogal piekken op hoeken en kopeinden van de percelen bezet met wortelonkruiden, zoals de veenwortel of de wortelwilg We dachten dat het nu een gunstige tijd is om deze met Roundup eens een flinke opdoffer te geven In de eerste week van september moet de mechanische aardappeloogst een aanvang nemen, zeggen we in de WESTHOEK altijd! Hier en daar is men inderdaad doende, maar om te zeggen, men is massaal met de aardappeloogst bezigneen, dat kunnen we echt niet zeggen. Toch doen we er goed aan, nu toch echt alle voorbereidingen te treffen om zo gauw mogelijk te kun nen beginnen, want het weer kan ook nog eens omslaan en we weten ons 1974 wellicht nog goed te herinneren. Er zijn inderdaad percelen, vooral op de zwaardere grond, die staan nog zo groen als gras. Welke techniek we daar voor moeten toepassen is niet zo eenvoudig? Met name in deze percelen vinden we toch wel „glas"- aardappelen. De laatste weken hebben de aardappelen ondanks de droogte toch wel wat gedaan. Wij hebben de indruk dat er op verschillende percelen nogal wat ge wicht is bijgekomen. Alle zorg moeten we besteden aan onze aardappelrooiers om verlies en beschadiging tegen te gaan. De bieten in de Westhoek hebben het ook prima ge daan. De monsternemingen geven althans deze resulta ten aan. De opbrengst aan suiker is het hoogst sinds 1972 (tot zover werden de gegevens verstrekt). Niet in de Westhoek, maar elders komen gehalte's van 18 voor. Als de kampagne een aanvang gaat nemen, kan er nog wel wat veranderen. In de zandgebieden laten de bieten het ook danig zitten; wat ook wel in de lijn der verwachting lag. 't Allermooiste beeld uit de polders is wel verdwenen. Toch heeft iedere jaargetijde zijn aparte bekoring in ons landschap. Je moet het willen zien en het meest kun je hiervan genieten op de vroege zondagmorgen. Alles is dan stil en de natuur presenteert zich dan op zijn best, vooral het levend gedeelte van de natuur beweegt zich in deze rust vrijer. De groepen fazanten rennen langs de slootkanten met bescherming naast zich. De èenden zit ten in de graanvelden hun voedsel te zoeken en ook de haas doet mee. 't Is allemaal mooi, alleen wanneeer je er dagelijks inzit, moet je er voor waken, dat alles niet vanzelfsprekend wordt. Zoals met alle dingen, ook hier is enige bezinning best wel eens gewenst. Bij levering op kontrakt legt men zich vast om tegen een van te voren vastgestelde vergoeding een produkt af te leveren. Alleen de natuur gaat gewoon haar gang en laat zich nog niet kontrakteren. Eindelijk is er in ons gehele gebied THOLEN EN ST. PHILIPSLAND, zaterdagavond een bui gevallen, die zo'n 10 mm regen bracht. En al is het dan nog maar een druppel op-een gloeien de plaat, toch gaf het enige verfrissing- Met name de bieten en het grasland kunnen er nog wat aan hebben. Voor de andere gewassen is het te laat, atlhans voor wat de groei betreft. Voor het oogsten is deze regen echter van groot belang, omdat de kans op beschadiging wel heel erg groot is. Als we tenminste de laatste week de uienrooiers door de polders zagen rijden, ging dat ge paard met één grote stofwolk en dat moet onder zulke omstandigheden toch wel schade geven. Dergelijke par tijen zullen we dan bij langere bewaring ook wel goed in de gaten moeten houden. Zoals het zich nu laat aan zien zal de uienoogst praktisch geheel klaar zijn vóór de aardappelen er uit moeten en zullen degenen die door de P.Z.E.M. een piekmeter is „geschonken", danig op hun tellen moeten passen als ze aardappelen gaan rooien, (Zie verder pagina6.) Na een lange, droge, hete zomer staan we op NOORD-BEVELAND aan het begin van de herfst met als werkprogramma het rooien van uien, aardappelen en bieten. De kg-opbrengsten van de zomer-oogst zijn in het algemeen meegevallen. Weliswaar geen top- opbrengsten, maar wel boven het gemiddelde op brengstniveau. De prijzen van de granen en peul vruchten lijken vooralsnog redelijk goed. De fi nanciële resultaten van de zomer-oogst zullen mede dank zij zeer hoge stro- en hooiprijzen en het ontbreken van droogkosten wel goed zijn. Maar hoe zal het resultaat van de herfst-oogst zijn? Met zekerheid kunnen we nu reeds vaststel len dat hier de kg-op'brengsten ver onder het ge middelde zullen liggen. Ook kwaliteit zal te wen sen over laten. Daarentegen zijn de prijzen van aardappelen en uien al zeer goed en zullen door de grote vraag wel goed blijven. Daarom hoeft een slechte kg-opbrengst niet direkt een negatief fi nancieel resultaat te betekenen Maar voor-verko pen van deze oogst kunnen lelijk roet in het eten strooien. Voorverkopen doet men vanuit een gemiddelde normale oogstverwachting en men stemt daarop de te verkopen hoeveelheid en de prijs af. Voor aardappelen zal men uitgegaan zijn van een ge middeld e oogstverwachting van ca 40 ton ver koopbaar produkt per ha en rekening houdend met de pootgoedprijzen van dit voorjaar is 18 ct dan ongeveer de kostprijs van een kg aardappelen. Bij een. oogst van slechts 25 ton verkoopbaar pro dukt per ha wordt die kostprijs echter veel hoger en wel 40/25 maal 18 cent Hetgeen op ongeveer 29 cent per kg neerkomt. Bovendien is het aanvankelijk op normale oogst- verwachtingen verkochte deel van de oogst van 30 nu plotseling 40/25 maal 30 De boer die dit voqrjaar 30 van zijn te verwachten aardap peloogst verkocht voor zeg 18 cent blijkt nu ach teraf 50 van zijn oogst verkocht te hebben voor een prijs die maar liefst 11 cent per kg (2918 11) onder de kostprijs ligt. Diezelfde 11 cent sjoet hij op het resterende deel van zijn oogst (50=) zien terug te verdienen. Dit deel moet dus minimaal 29 4- 11 cent 40 cent opbrengen, opdat het financiële resultaat van zijn aardappelteelt op nul uitkomt. Een rekensommetje ter onderstreping van het aloude gezegde dat het gevaarlijk zaken doen is met de huid van de nog niet geschoten beer! Laatst schreven we, dat de graanoogst drie weken eerder was begonnen dan normaal. Wanneer we nu echter de andere gewassen bezien, dan constateren we, dat ook de lijn van drie weken vroeger oogsten zich daarin voortzet. De groei raakt op zijn eind en waar wachten we nu nog op? Bij de aardappelen gaat de loofontwikkeling met de dag achteruit en dit versnelt het uitdrogingsproces nog meer. De rijping van de doorwasknollen komt hierdoor eerder op gang en daar om is het van belang om te velde regelmatig monsters te nemen. Hierdoor krijgen we een indruk van de op brengst, de groei per week, de sortering en van de kwaliteit. Voor het nemen van beslissingen is het ma ken van een rekensommetje in zo'n extreem jaar drin gend gewenst. In de bietenteelt speelt dit ook een rol. De cijfers van de tweede en derde monsterneming geven ons een indicatie aangaande de groei en het suikerge halte. Suiker wordt betaald en stel dat door nieuwe bladgroei het suikergehalte een paar procent daalt, dan komen we met enkele tonnen aan meeropbrengst geen stap verder. Het gaat om de centen en daarom moeten we onze berekeningen aanpassen aan de omstandighe den van nu, want wie weet hoe het straks weer is. Nog steeds gaat het aardappel-rooien niet zonder problemen. De knollen zitten nog te vast aan het loof en de sortering is te fijn. Het rooiverlies is daardoor ontzettend groot en veel vernuft is er daarom nodig om deze verliezen wat te beperken Voor vernauwing van de mazen van de rooikettingen zijn al kilometers rubber slang gebruikt en momenteel is de handel in dit arti kel geheel uitverkocht. Ook dit is een nog niet eerder genoemd gevolg van het onder de huid:ge omstandig heden groenrooien van aaraappelen. Thans zitten echter vele collega's met slechts een halve opbrengst aan aardappelen. In mechanisatiekrin- gen gaan er daarom al stemmen op om de helft van de rooikettingen te blinderen. H'erdoor krijgt men een dikkere laag aardappelen over het nog open zijnde ge deelte van de rooikettingen. Dit geeft minder bescha diging en. mind°r verlies. Een ander systeem is het opvoeren van de rooisnelheid, maar ook daar kleven weer bezwaren aan. Inp'roviseren en wat „doe het zelf werk" zal aan de rooimachines voor deze oogst wel ge boden zijn. De hardheid van de grond zal ons bij het bietenrooien bepaald parten gaan spelen. Langzaam rijden zal wel nodig zijn en het monteren van lange geleide sloffen en eventueel opbreekkouters zal op sommige gronden bepaald niet gemist kunnen worden. De rooimachines zijn geconstrueerd voor normale omstandigheden en daardoor zal de reiniging van de bieten thans zeker te veel beschadiging geven. De mogelijkheid van vertra ging van de reiniging zal daarom tijdig bekeken moeten worden. Door wièseling van enkele kamwielen is dit euvel soms vrij eenvoudig op te lossen. Nu veelal de inzaai van wikken en raaigrassen door de droogte is mislukt, is alle hoop van de getroffen veehouders gericht op het bietenblad. Met de dag neemt echter de meeldau'waantasting hiervan toe. De zieke bladeren verschrompelen en verdrogen en het zal de vraag zijn of dit bietenblad wel vertrouwd is om als veevoer te dienen- Uit alles blijkt weer overduidelijk, dat een boerderij een onderneming is waarin niet alleen geïnvesteerd en gemechaniseerd wordt en dat daarmee de kous af is. De risico's waarvoor men bloot staat zijn enorm en geen centenkwestie meer zoals vroeger, maar thans loopt het in de duizenden. De droogte in Zeeland is net zo funest als in de rest van Nederland en op onze droogte gevoelige gronden nog erger. Er zijn in ons ge bied bedrijven waar het eigenlijk niet slechter kan en waar alle hoop is opgegeven. Het woord „schadevergoe ding" is voor deze bedrijven nog veel te zacht uitge drukt, want hier moet snel hulp worden geboden. Er staat te veel op 't spel.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1976 | | pagina 5