os -
zuidelijke landbouw maatschappij
DROOGTESCHADE
z.l.m
VRIJDAG 27 AUGUSTUS 1976
64e Jaargang - No. 3345
land- en
tuinbouwblad
4 f W-i:
Men kan op vele manieren kampioen ergens in worden, maar het nut van een kampioenschap wordt
bijna nergens zo duidelijk als bij het ploegen. Zowel in Noord-Brabant als in Zeeland worden weer de
provinciale ploegkampioenschappen gehouden. Wanneer u eventjes tijd heeft, loont het de moeite om er
een kijkje te gaan nemen. Er is altijd wat van te leren, en tevens kunnen de deelnemers best wat sup
porters gebruiken. Op zaterdag 28 augustus worden de ploegkampioenschappen in Noord-Brabant ge
houden op het bedrijf van de heer G. v. d. Steen, gelegen aan de Zuidlangerweg te Dinteloord. Vanaf
11.00 uur is iedereen daar van harte welkom. Volgende week zaterdag 4 september worden de Zeeuwse
kampioenschappen gehouden op een terrein van de Kon. Mij „D Wilhelminapolder", gelegen aan de
weg van Noord-Beveland naar Wilhelminadorp. Hier kunt u terecht om 12.30 uur. Het Zuid-Westen heeft
een naam op te houden. De kampioenen uit onze provincies zullen op 13 en 14 oktober in de Flevo-
polder de strijd aanbinden met de andere provinciale kampioenen!
UOG steeds blijft de aanhoudende droogte al onze
aandacht vragen. Helaas lijkt op het moment dat
we dit schrijven het einde van deze periode nog steeds
niet in zicht.
In diverse extra vergaderingen en in de vele kommen
laren zijn de gevolgen voor land- en tuinbouw al vele
malen breed uitgemeten. Evenwel steeds met de opmer
king erbij dat veel uiteindelijk zal afhangen van de ont
wikkeling van het weer. Nu we inmiddels eind augustus
leven, kunnen we meer en meer de balans gaan opma
ken, ervan uitgaande dat regen of geen regen het groei
seizoen goeddeels achter de rug is. Met andere woor
den het effekt van regenval zal nu in vele gevallen nog
maar zeer beperkt kunnen zijn. Dat geldt ten aanzien van
de grasgroei en de groei van voedergewassen als na-
teelt. Dat geldt zeker ook voor de meeste nu nog op het
veld staande akkerbouwgewassen, uitgezonderd mogelijk
de suikerbieten op niet-droogtegevoelige gronden. Ten
aanzien van de voorziening met ruwvoeder is de aan
dacht van het Landbouwschap in het overleg met het
Ministerie van Landbouw afgelopen dagen duidelijk ver
legd van produktiestimulerende maatregelen van raai-
grassen e.d. naar maatregelen die het winnen van zo
veel mogelijk reeds aanwezige bijprodukten (bietenblad)
stimuleren. Daarnaast is, rekening houdend met een
voortduren van de krappe voederpositie tot ver in het
voorjaar 1977, ook voor zowel zomer- als wintersnijgra-
nen een garantieregeling alsmede een transportregeling
vastgesteld.
ONS KOMMENTAAR
In dit No.:
Verlenging inzaai-
datum ruwvoedergewas-
sen pag. 4
Adviesprijs voor
suikerbietenblad pag. 5
^Wenken bij oogst en
opslag zaaiuien pag. 5
Chemische onkruid-
bestrijding in de
stoppel pag. 6
Ruwvoer of krachtvoer
kopen pag. 7
I.M.A.G. Opendag
voor tuinbouw pag- 8/9
Fokveedagen pag. 8/9
Gevoegd bij de nu vastgestelde transportregeling voor
bietenblad zijn de meeste mogelijkheden om nog zoveel
mogelijk ruwvoeder voor de rundveehouderij ter beschik
king te laten komen, toch wel benut.
BALANS
UELAAS zijn met het vaststellen van de reeks maatre-
gelen de problemen voor zeer vele bedrijven niet
opgelost. Immers in sommige gebieden is er met de bes
te wil en financiële garantie geen extra voerproduktie
meer te realiseren op de verdroogde akkers.
En zo er dan al ruwvoer beschikbaar is, moet de vee
houder daar ondanks alle subsidies toch nog altijd een
zeer forse prijs voor betalen. Vaak te fors tegen de ach
tergrond van zijn teruglopende melkinkomsten en lage
opbrengstprijzen van afgestoten vee.
Overigens zijn de financiële nadelen van de droogte
ook voor vele akkerbouwbedrijven op met name de
droogtegevoelige gronden zeer groot. Als basis voor het
in de komende maanden te voeren beleid lijkt daarom
een tussentijdse balans van de situatie zeer gewenst. Wij
denken daarbij aan een zo compleet mogelijk overzicht
van de werkelijke ruwvoedervooraad-situatie voor het
-tijdvak totdat de stalperiode ejndigt. Daarnaast komt het
ons gewenst voor dat zo snel mogelijk dit najaar gege
vens beschikbaar komen omtrent de werkelijke financiële
gevolgen voor de zwaarst getroffen veehouderij- en ak
kerbouwbedrijven. Mogelijk kan het LEI dergelijke gege
vens op betrekkelijk korte termijn produceren.
MAATREGELEN
HE vraag waar we ons in de komende tijd vooral in
het kader van de droogte mee bezig zullen moeten -
houden is of er zo ja, welke aanvullende maatregelen no
dig zijn om de nadelige gevolgen van de droogte ook in
het financiële vlak zoveel mogelijk te beperken.
Naast de maatregelen om het beschikbaar komen van
extra ruwvoeder te stimuleren, is daarbij tot nu toe voor
al gedacht en gewerkt aan het aanpassen van de Rijks
groepsregeling Zelfstandigen aan de huidige situatie.
Met name het toepassen van uniforme richtlijnen (o.a.
ten aanzien van het vermogencriterium) door regionale
commissies, zoals bij de wateroverlastregeling in 1974 in
het Zuid-Westen plaatsvond, krijgt nu alle aandacht. Op
korte termijn zal daartoe onder meer een gesprek tussen
Staatssekretaris Meijer, Minister v. d Stee en het Dage
lijks Bestuur van het Landbouwschap plaatsvinden.
Toch moeten we, ook bij een werkelijk soepel toege
paste R.Z.-regeling, altijd blijven beseffen dat het hier
om de uitvoering van een bijstandsregeling gaat. Met an
dere woorden: alleen bedrijven waarvan het voortbestaan
in gevaar (dreigt) te komen, kunnen hiervan gebruik ma
ken. Van een algemene schadevoergoedingsregel kan
via deze weg geen sprake zijn. Daarom zijn wij van me
ning dat een soepele toepassing van de R.Z.-regeling
zeker niet het slot van de reeks maatregelen in het ka
der van de droogte zal kunnen zijn.
Wij vinden dat zeer vele bedrijven die als gevolg van
de droogte zonder of zelfs met een negatief inkomen ko
men te zitten, aanspraak moeten kunnen maken op een
droogteschadevergoeding, ongeacht hun relatieve ver
mogenspositie. De omvang van deze droogteramp is im
mers dusdanig groot, dat het niet aangaat alleen de ge
troffen agrarische bedrijven voor de financiële gevolgen
te laten opdraaien. Zeker niet waar juist deze bedrijven
de laatste jaren èn door de magere bedrijfsresultaten èn
door de fiscale en sociale lastendruk het toch al zwaar
te verduren hebben gehad. Een aparte regeling droogte-
schade 1976 om althans de zwaarst getroffen bedrijven
voor een gedeelte schadeloos te stellen, dient er naar
onze mening dan ook te komen voor een landbouwsek-.
tor die al met al met een onvoorstelbaar grote schade
post zal blijven zitten.
Daarom kan en mag de moeilijke financiële situatie bij
de overheid zeker geen reden zijn om de lasten van de
droogteschade slechts gedeeltelijk van de boerenschou-
ders af te nemen.
ZEELAND/BRABANT
TONDER twijfel is de droogte in ons Z.L.M.-werkge-
bied over het algemeen heviger dan elders in den
lande. De regencijfers wijzen dat ook uit. Gevolg is dat
met name in de Brabantse zandgebieden, maar ook op
een aantal zeer droogtegevoelige gronden in Zeeland de
situatie bijzonder slecht is. Een zeer slechte ruwvoeder-
positie en soms tot bijna nul gereduceerde opbrengsten
van de akkerbouwgewassen. Naast de zorg hoe de win
ter door te komen, zullen heel wat bedrijven een finan
ciële tegemoetkoming hard nodig hebben gezien de ho
ge kosten aan de ene kant en de sterk teruglopende op
brengsten aan de andere kant. Ook de veehouderij en
akkerbouw op de minder droogtegevoelige kleigronden
ondervinden meer en fneer de gevolgen van de aanhou
dende droogte. In hoeverre dit voor de akkerbouw tot
gemiddeld lagere financiële resultaten zal leiden, is nog
volstrekt niet te overzien. Wel zullen hier de verschillen
bijzonder groot zijn. Dat daarbij naast de grondsoort
vooral ook de totale struktuur van de grond een belang
rijke rol speelt kan men op zeer vele percelen duidelijk
waarnemen. Deze droogteperiode onderstreept dan ook
nog eens de noodzaak om de struktuur van de grond in
een zo'n optimaal mogelijke positie te brengen. Een dui
delijk argument om zo snel mogelijk de bijdrageregeling
partikulier kultuurtechnische werken weer open te stel
len, met name gericht op mengwoelen, diepfrezen e.d
(Zie verder pag. 3)