w
ei O
zuidelijke landbouw maatschappij
ZEEUWSE LAND-ENTUINBOUWKOERSTNAAR1980
z.l.m
VRIJDAG 2 JULI 1976
64e Jaargang - No. 3338
land- en
tuinbouwblad
Er is een grote vraag naar regeninstallaties, in deze lange hete zomer: Maar de beste installatie biedt
weinig perspektief, als er geen goed of niet voldoende water in de buurt is. Met alle mogelijke middelen
wordt getracht om toch in de nood te voorzien. Hier is een fruitteler bezig, met behulp van de B.B., om
de boomgaard te bevloeien.
ONS KOMMENTAAR
WA de Brabantse struktuurnota „Doel 1980" is nu ook
de struktuurnota voor de Zeeuwse landbouw ver
schenen: „KOERS 1980". Blijkens de inleiding is deze
nieuwe nota een actualisering van zijn voorganger uit
1971 „Landbouw in Stroomversnelling". Zonder meer
kan van de nota gezegd worden dat deze duidelijk ge
schreven is en een schat van gegevens bevat over de
Zeeuwse land- en tuinbouw.
Zo kunnen wij bijvoorbeeld lezen dat onze sektor in
zijn totaliteit aan ruim 18.000 mensen in Zeeland werk
geeft of te wél 34 van de totale werkgelegenheid
(1974): voorwaar een agrarische provincie! De ontwikke
ling van de bedrijfsgrootte daarentegen geeft weinig
hoop voor de toekomst door het ernstige tekort aan
grond waar de Zeeuwse land- en tuinbouw mee te kam
pen heeft. Elke 5 jaar gaat er ruim 2500 ha cultuurgrond
verloren en ook voor de periode tot 1980 zal dat weer
het geval zijn. Terecht noemt naar onze mening de nota
dit gebrek aan grond dan ook het centrale kernprobleem
van de bedrijven met een aan de grond gebonden pro-
duktie. Wij zullen daarom zeer zuinig moeten zijn op dit
produktiemiddel bij uitstek en met name op de (agra
rische) bestemming daarvan!
MIDDEN GROEPEN
HE nota constateert dat vooral aandacht besteed zal
moeten worden aan de middengroepen die onder
In dit No.: N
25 jaar Borgstellings
fonds voor de Landbouw
pag. 2
100 jaar landbouw
onderwijs in Zeeland
pag. 4
Bestrijding knolziekten
in pootaardappelen
pag. 5
Advies inzake het te
voeren grondbeleid pag. 6
De maand juli op het
Zuid-Westelijk landbouw
bedrijf pag. 8, 9
B.B. helpt droogtenood
verlichten pag. 10
Tuinbouwklanken
pag. 11
Voorkom chloor I.P.C.-
schade bij graszaad
pag. 14
niet-optimale omstandigheden hun bedrijven moeten ex
ploiteren. Onder de middengroep verstaat de nota de
bedrijven met een omvang van 70130 standaard be-
drijfseenheden waarvan er in Zeeland 1843 zijn of wel
26 van het totale aantal bedrijven. Deze opstelling
sluit aan bij de gewijzigde inzichten dat de eens veel
geprezen ontwikkeling naar zeer grote bedrijven een
idee-fixe is. We kunnen nu wel constateren dat die
ideeën geheel van de baan zijn: Gelukkig maar! Toch.
zouden wij er voor willen pleiten de grenzen van deze
zgn. middengroep niet al te strak te hanteren. De wil
moet steeds aanwezig blijven om ook die bedrijven die
niet geheel aan de normen voldoen toch „in behandeling"
te nemen. Door een dergelijk bedrijf individueel in al zijn
facetten te bekijken kan het mogelijk zijn dit bedrijf toch
over de drempel te helpen. Een zeer belangrijk onder
deel van dit middengroepen-beleid is de financiering van
de investeringen. Wij willen er ook hier duidelijk op wij
zen dat het huidige systeem van investeringsaftrek voor
de landbouw goed funktioneert. Wanneer de regering
meent deze aftrek te moeten vervangen door een inves
teringssubsidie dan zal de land- en tuinbouw daar abso
luut geen nadeel van mogen ondervinden. Maar dat ge
vaar is wel levensgroot aanwezig omdat de investerings
subsidie met name een instrument voor de werkgelegen-
heidsvoorziening moet worden. En dan grijpt de land- en
tuinbouw naast de pot!
OPLEIDING
IVE nota geeft zeer terecht ook aandacht aan de op-
leiding van de ondernemers in land- en tuinbouw.
Een aspekt dat door de steeds hogere eisen die aan
deze ondernemers gesteld worden deze aandacht ook
ten volle verdient. In feite is een middelbare lefndbouw
school-opleiding voor elke bedrijfsgenoot een vereiste.
In dit verband willen wij opmerken er zeer verheugd over
te zijn dat de middelbare landbouwschool in Schoondijke
weer een dermate groot aantal leerlingen heeft dat het
onderwijs voortgezet kan worden. Het verlies van een
dergelijke school moet niet onderschat worden. De on
dernemer zal zich echter ook in zijn bedrijfsuitoefening
steeds op de hoogte moeten houden van de ontwikkelin
gen in zijn sektor. Aanvullende kursussen zijn daarvoor
een geschikt middel. De jonge en toekomstige onderne
mers zouden wij ook nog willen wijzen op het belang
van stages op andere bedrijven in binnen- of buitenland.
Men verbreedt daardoor zijn horizon en voorkomt daar
mee een zekere mate van bedrijfsblindheid. Helaas is
het vaak maar al te waar dat binnen de huidige bedrijfs
voering de mogelijkheden daartoe ontbreken. Maar vaak
zal daar een mouw aan te passen zijn. De persoonlijke
instelling speelt daarbij geen onbelangrijke rol.
RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEU
|YE nota gaat uiteraard ook in op de toenemende eisen
die ruimtelijke ordening en milieu met name aan
onze sektor stellen. Deze eisen vergen noodzakelijke
aanpassingen in de bedrijfsvoering. Aanpassingen die
zware financiële lasten leggen op de bedrijven. Ons
standpunt daarover is bekend: de gemeenschap zal
deze lasten moeten dragen. Wij kunnen echter het uit
gangspunt van de nota, dat de oplossingen in gemeen,
overleg gevonden zullen moeten worden, van harte on
derschrijven. Tot nu toe houden de gemeenten in Zee
land terdege rekening met de belangen van onze agra
rische sektor. Wij spreken de hoop uit dat dit ook in
de toekomst zo zal blijven. Met name voor de nieuwe
landinrichtingswet zal een optimaal overleg tussen (lage
re) overheid en landbouw van groot belang zijn. Wij zijn
daarbij van mening dat we nooit vroeg genoeg om de
tafel kunnen gaan zitten!
SEKTOREN
IVE nota geeft aan elke sektor in landr en tuinbouw
apart ruime aandacht. Door de stagnerende be
drijfsgrootte moet het beleid vooral gericht worden op
de kwaliteit van het produkt. Wij zijn het er mee eens
dat het peil van het Nederlandse agrarische produkt zo
hoog mogelijk moet zijn. Dat is zijn kracht. Maar wij wil
len daar direkt aan toevoegen dat daarvoor dan ook de
prijs betaald zal moeten worden. Voor de tuinbouw sig
naleert de nota het uitgesproken zwakke punt n.l. de af
zet. Dit is niet nieuw maar het is goed dat dit wederom
gesignaleerd wordt. Ook van deze plaats willen wij de
stelling onderschrijven dat verdergaande samenwerking
c.q. fusie van de veilingen in Zeeland een absoluut ver
eiste is voor het voortbestaan van een eigen afzetsysr.
teerfi in de provincie.
Een algemene opmerking tot slot. De nota pleit veelal
voor arbeidsbesparende maatregelen door, onder meeK
(diepte-) investeringen. Wij zijn van mening dat drt niet
mag leiden tot over-mechanisatie waardoor het arbeids
inkomen in gevaar kan komen. Er moet gezocht worden
naar het juiste evenwicht tussen machine en mens. Of
is ook in Nederland de part-time boer de boer van de
toekomst?
OGGEL.
