SPRAK Y. DE RECHTER^/ zo Ongevallenverzekering voor gelegenheidswerkers Gewestelijke Raad voor Zeeland van het Landbouwschap vergaderde 4 U7ERD de vorige week het voorkeursrecht van de pach- ter in deze rubriek behandeld, er zijn ook uitzonde ringsgevallen op dit recht. Daarvan is sprake in de vol gende gevallen: a. In geval van verkoop krachtens wetsbepaling of krach tens een bevel van de rechter, van executoriale ver koop en van verkoop krachtens een bedoeld artikel 1223 lid 2 B.W. Het betreft hier gevallen, waarin de wet slechts openbare verkoop toelaat, zodat het dan ook geen zin heeft de verpachter tot voorafgaand overleg met de pachter te verplichten; b. Wanneer de verpachter overgaat tot vervreemding aan zijn echtgenoot, aan een bloed- of aanverwant in de rechte lijn of in de zijlijn tot in de tweede graad. Wenst een verpachter het verpachte b.v. te verkopen dan is hij r. kop en zen en aan zijn kinderen, schoonzoon, z :3ter, broer of zwa ger, dan is hij dus niot verplicht hot verpachte eerst aan de pachter aan te bieden. c. Hetzelfde geldt in geval van een overeenkomst tussen medegerechtigden, waarop de regelen van boedel scheiding van toepassing zijn. Dit betreffen gevallen, waarin het te verkopen, verpachte land aan meer dan één persoon behoort, zoals dit b.v. bij een nalaten schap het geval is. Wordt dit land verkocht aan een medegerechtigde in de onverdeeldheid, dan heeft de pachter geen recht van voorkeur. AOK is er geen voorkeursrecht bij verkoop, indien de verpachter een ernstige reden heeft om hem te pas seren. Blijkens de rechtspraak wordt b.v. een ernstige reden aanwezig geacht, ingeval de verpachter het ver pachte verkoopt in ruil voor een ander perceel, dat hij nodig heeft voor een noodzakelijke uitbreiding van zijn niet-agrarisch bedrijf. Ook kunnen de relaties tussen ver pachter en koper zodanig bijzonder zijn, dat een ernstige reden aanwezig moet worden geacht. Een ander voor beeld van een ernstige reden is de inbreng van het ver pachte in een familie-N.V., ook al is het land bestemd na de inbreng te worden geruild. WORDT het verpachte bestemd voor een niet-agrarisch doel, dan heeft de pachter geen voorkeursrecht in de volgende gevallen; afc Wanneer en voorzover het verpachte is gelegen in een geldend uitbreidingsplan of wederopbouwplan, waar bij aan het verpachte een andere landbouwkundige be stemming is gegeven, b. Wanneer de verpachter het verpachte aan een derde verkoopt, die het wil gebruiken voor een niet-agrarisch doel, b.v. om er een woning op te bouwen of om zijn zaak uit te breiden. In dit geval heeft de pachter alleen dan geen voorkeursrecht, wanneer de Grondkamer, op gezamenlijk verzoek van de verpachter en die derde, heeft vastgesteld, dat de derde, dus de koper, het ver pachte voor andere dan landbouwkundige doeleinden zal gebruiken. Bij dit verzoek moet een verklaring van burgemeester en wethouders worden overgelegd, waaruit blijkt, dat het niet-agrarisch gebruik door de koper niet strijdig is met een bestemmingsvoorschrift. J. M. In het agrarisch (bedrijf kent men perioden van top drukte- In deze perioden is eir vaak behoefte aan extra arbeidskrachten. Vooral bij oogstwerkzaamheden komt het regelmatig voor dat men extra hulp moet aantrek ken. Meestal zijn dit huisvrouwen, studenten, scholie ren enz. Voor deze extra hulpen, die wij „gelegenheids- werkers" zullen noemen, gelden bijzondere regelingen bij een aantal sociale verzekeringswetten (t.w. Werk loosheidswet, Ziektewet, Wet op de Arbeidsongeschikt heid en de Ziekenfondswet). In het onderstaande zullen wij ingaan op de volgende vragen: wat is het verschil tussen een dienstbetrekking en een arbeidsverhouding? wanneer vallen de gelegenheidswerkers wèl onder de eerder genoemde sociale wetten? wanneer vallen de gelegenheidswerkers niet onder de sociale verzekeringswetten? welke dekking geeft de ongevallenverzekering? hoe kan de ongevallenverzekering worden aange vraagd? te volgen bij het verrichten van zijn persoonlijke ar beid is er sprake van een dienstbetrekking. Bij een dienstbetrekking is er sprake van verzekeringsplicht voor alle sociale verzekeringswetten en moeten alie normale inhoudingen op het loon plaatsvinden. Als de gelegenheidswerker vrij is in komen en gaan en ook vrij is om geheel niet meer op het werk te ver- Bij arbeidsintensieve teelten kan men moeilijk zonder tijdelijke hulpkrachten. VERSCHIL DIENSTBETREKKING EN ARBEIDSVERHOUDING GEEN DIENSTBETREKKING ZIJNDE Wanneer er een duidelijke afspraak (overeenkomst) wordt gemaakt over beloning, werktijd enz. en de wer ker gehouden is de aanwijzingen van de werkgever op schijnen is er sprake van een arbeidsverhouding waar op het begrip dienstbetrekking niet van toepassing is. Uit het voorgaande volgt du-s dat alleen indien er sprake is van een arbeidsverhouding, die dus niet ge lijk te stellen is met een dienstbetrekking, de vraag bezien moet worden of de gelegenheidswerker al óf niet onder de sociale verzekeringswetten valt. W ANNEER WTÈL ONDER DE SOCIALE VERZEKERINGSWETTEN? Gelegenheidswerkers vallen onder de sociale verze- ringswetten indien zij in dienstbetrekking werkzaam zijn en indien zij: a. persoonlijke arbeid verrichten op doorgaans ten minste twee dagen per week tegen een bruto-ver- goeding, die doorgaans over één week tenminste 2/5 deel van het wettelijke minimumloon bedraagt; Ib. een arbeidsverhouding aangaan voor onbepaalde tijd of langer dan 1 maand (23 werkdagen). Volgen meerdere arbeidsverhoudingen bij dezelfde werkgever elkaar met tussenpozen van korter dan 1 maand op, dan bestaat alleen dan geen verzeke- ringsplicht, indien de gezamenlijke duur van die arbeidsverhoudingen korter dan 1 maand is. WANNEER NIET ONDER DE SOCIALE VERZEKERINGSWETTEN? 1. De gelegenheidswerkers die niet in dienstbetrek king werkzaam zijn moeten in de eerste plaats vrij zijn om geheel weg te blijven wanneer zij dat wil len (Zie verschil dienstbetrekking en arbeidsver houding, geen dienstbetrekking zijnde). 2. De arbeidsverhouding dient bij afspraak (vooraf) korter dan 1 maand te duren. 3. Er wordt doorgaans o£ 1 dag per week gewerkt. 4. -Er wordt in de regel op meer dagen gewerkt, doch het bruto-weekloon is doorgaans minder dan 2/5 van het wettelijk voorgeschreven minimumloon. Bij het onder 1 en 2 gestelde is het van belang dat met de gele.genheidswerkers duidelijke afspraken wor den gemaakt (vóór het aangaan der arbeidsverhouding). De afspraken bij voorkeur schriftelijk vastleggen, waar bij desgewenst gebruik gemaakt kan worden van onder staand model. Ondergetekende: naam en voornaam geboortedatum adres verklaart ermede bekend te zijn, dat hij/zij korter dan één maand, resp. 23 werkdagen werkzaamheden kan verrichten bij: naam en adres .werkgever dat hij/zij de vrijheid' heeft om te komen, te gaan, weg te blijven enz, dat ingevolge de uitspraken van de Cen trale Raad van Beroep geen aanspraak 'bestaat op uit keringen van de sociale verzekeringswetten, datum handtekening gelegenheidswerker.. Het onder 3 en 4 gestelde is van toepassing op gele- genheid'swerkers, die b.v. elders in dienstbetrekking zijn, maar in hun vrije tijd op geheel vrijwillige basis arbeid komen verrichten op de bedrijven. Komen zij doorgaans maar één dag per week, dan zijn zij vrijgesteld van de sociale verzekeringswetten. Dat is ook het geval als zij doorgaans meer dagen in de week enkele uren komen en daarmee minder verdienen dan 2/5 van het wettelijke minimumloon. DEKKING ONGEVALLENVERZEKERING Het tewerkstellen van gelegenheidswerkers houdt met name risiko's in van ongevallen, die aan hen kunnen overkomen tijdens hun werkzaamheden- De Verenigde Onderlinge Schadeverzekeringsmaatschappij „OTOS" te Leeuwarden heeft een verzekeringsmogelijkheid opge steld, die hierin voorziet. Overigens kan men zich tot de „Onderlinge FJB.T.O. Verzekeringsmaatschappij", Lange Marktstraat 28 te Leeuwarden wenden voor het afsluiten van een. dergelijke verzekering. De verzekeringspolis bij de „OTOS" voorziet in een verzekering die van kracht is tijdens de werkzaamheden op het bedrijf, tijdens het gaan van huis naar het be drijf en omgekeerd. Eveneens voor de duur van ten hoogste één uur vóór en één uur na de werkzaamheden. De ongevallenverzekering van de „OTOS" voorziet in de volgende uitkeringen: a. 5000 ingeval van overlijden t.g.v. een ongeval; b. 10.000 ingeval van blijvende algehele invaliditeit t.g.v- een ongeval; c. 1.000 voor kosten van geneeskundige hulp t.g.v. een ongeval en voorzover niet elders verzekerd. Premie per gelegenheidswerker ƒ6. De B-uitkering kan worden verhoogd tot de navol gende verzekerde bedragen: ƒ20.000; ƒ30.000; ƒ40.000 en 50.000. Voor elke verhoging met 10.000 boven de basisdekking geldt een premieverhoging van ƒ2. De verzekeringsduur is '3 maanden- Wil men na een pe riode van 3 maanden opnieuw gelegenheidswerkers te gen ongevallen verzekeren, dan moet men weer een aanvraagformulier invullen. (Na 3 maanden loopt de verzekering dus automatisch af.) Aanvraagformulieren van de „OTOS" kunnen worden aangevraagd bij: Het Distriktskantoor „OTOS", Postbus 17, Ooudewater. In de óp 3 juni 1976 gehouden vergadering van de Gewestelijke Raad voor Zeeland van het Landbouw schap besloot de Raad, gezien de ontwikkelingen rond de niieuw aan te leggen tveg DriewegenTerhole en de grote bezwaren die er tegen deze weg bestaan, de mede werking van G. S. te vragen voor een nieuwe studie, in zake mogelijke verbeteringen van de bestaande situatie, daar de noodzaak van een volledige doorsnijding van een goed en sinds kort verkaveld landbouwgebied niet kan worden onderschreven. Dit laatste mede op grond van de verkeerscijfers over de jaren 1970—1975, waaru t blijkt dat van een toename van het verkeer on de be- staande weg geen sprake is, zodat de in 1970 'bij de vast stelling van het tracé opgestelde prognoses inmiddels door de feiten zijn achterhaald. Aan noodzakelijk inci dentele verbeteringen van de bestaande weg zal de landbouw gaarne zijn medewerking verlenen. Welstandscommissies. Be raad moest tot zijn spijt con stateren dat bepaalde gevallen opnieuw moeilijkhe den zijn ontstaan, tengevolge van de eisen' die door de Welstandscommissie worden gesteld aan de bouw van agrarische bedrijfsgebouwen, waardoor de bouwkosten een enorme stijging vertonen, zonder dat daar enig ren dement tegenover staat. De raad besloot tegen een dergelijk onverantwoorde gang van zaken krachtig stelling te nemen en in eerste instantie een bespreking aan te vragen met het 'bestuur van de afdeling Zeelaind van de Vereniging van Neder landse Gemeenten, om te trachten in goed overleg tot een redelijke oplossing te komen. Interim-nota Landinrichting Aan de interilm-nota land inrichting werd een eerste bespreking gewijd. De raad kwam daarbij tot de voorlbpige conclusie, dat deze ma terie n'let alleen bijzonder ingewikkeld is, maar in de praktijk zoveel" moeilijkheden kan opleveren, dat de vraag moet worden gesteld of op deze wijze een slag vaardig beleid kan worden gevoerd. Bestemmingsplannen. De raad nam kennis van de mededeling dat de ingestelde beroepen tegen het be stemmingsplan „Buitengebied" van de gemeente Honte- nisse door de Raad van State zullen worden behan deld op 22 juli a.s- en besloot de betrokken belangheb benden de nodige deskundige bijstand te verlenen. Met voldoening werd geconstateerd dat, inzake de destijds ingediende bezwaren tegen de bestemmingsplan nen „Gorishoek" van de gemeente Tholen en „Roompot III" van de gemeente Wissenkerke, inmiddels zodanige aanvaardbare regelingen zijn getroffen dat de bezwaren konden worden ingetrokken. Tegen het ontwerp-be- stemmingsplan „Boomweidelaan-Schore" van de ge meente Kaepelle zal bij de gemeenteraad bezwaar wor den gemaakt, daar de nieuwbouw in de onmiddellijke omgeving van enkele agrarische bedrijven is gepland. Naar aanleiding van een bespreking van het gemeen tebestuur van Middelburg, inzake de zgn bio-industrie, besloot de raad akkoord te gaan met toepassing van de voorschriften zo deze zijn opgenomen in de nota „Bou wen in het agrarisch gebied". Daarbij werd uitdrukke lijk gesteld, dat aan bestaande 'bedrijven geen 'belem- imeringvwi mogen worden öpgéloigd. Onheffing brede werktuigen. Met het oog op de a.s. bietencampagne wérd besloten bij G. S. nogmaals een verzoek in te dienen voor het verkrijgen van ontheffing van het bepaalde in het Wegeriverkeersregelement, uit sluitend voor de 6-rijige bietenrooimachines die breder zijn dan 3.50 m.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1976 | | pagina 4