Door goede bedrijfshygiëne hoger inkomen in de varkenshouderij Melkaanvoer bij zuivelfabrieken in Nederland 11 HOE REINIGEN? C.V.P. - Tilburg Ing. A. T. F. VAN ZOGGEL Bedrijfshygiëne is zowel voor de zeugenhouderij als mest- varkenshouderijbedrijven een zeer belangrijke zaak. Slechte bedrijfshygiëne is nadelig voor de gezondheid van de dieren. Immers, mest, vuil en andere onreinheden zijn ideale broed plaatsen voor microorganismen, dus ziekteverwekkers. Het is daarom zeer belangrijk de infektiedruk, d.w.z. het aantal mogelijke ziekte-verwekkers, zo laag mogelijk te houden. Het reinigen zal moeten gebeuren met water, waarbij een inweekmiddel het ver wijderen van de onreinheden gemakkelijker en de inweektijd korter maakt. Het is beslist nodig de onreinheden goed te verwijderen daar anders een goede werking van de ontsmettingsmiddelen tegengegaan wordt. Na het schoonmaken zal alles nog ontsmet moeten worden. Ontsmettingsmiddelen en inweekmididelen zijn overal ver krijgbaar. He» ontsmetten kan op twee manieren gebeuren: 1. Physisch door middel van stroom of flamberen. 2. Chemisch met bepaalde middelen. Deze laatste methode wordt het meest toegepast. Lees steeds goed de gebruiks aanwijzing, het voorkomt eventuele moeilijkheden. Het gebruik van een hogedrukspuit zal zowel bij het reinigen als bij het ontsmetten vrijwel noodzakelijk zijn. Het water met inweekmiddel of ontsmettingsmiddel zal beter in de poriën van de materialen dringen. Tevens zijn moeilijke hoeken e.d. beter be reikbaar. RATTEN- EN MUIZENBESTRIJDING Deze dieren zijn dure kostgangers op uw bedrijf. Ze kunnen tevens smetstofdragers zijn van bepaalde ziekten wat ook een gevaar inhoudt voor de varkens. Neem maat regelen om binnendringen te voorkomen en verdelg dit ongedierte bij aanwezigheid door vergif te plaatsen. De ervaring leert dat ratten en muizen op nette, verzorgde bedrijven waar o.a. wei nig voer vermorst wordt niet veel voorkomen. REINIGEN EN ONTSMETTEN WORDT GOED BETAALD! In stallen met goede hygiëne is de kans groot dat gezonde dieren ook gezond blij ven. De gezondste zeugen brengen de vitaalste biggen ter wereld en die gezondste mestvarkens hebben de beste groei en de laagste uitval. Het loont de moeite de stal len regelmatig te ontdoen van mest, vuil en andere onreinheden en daarna goed te ontsmetten. Het verwijderen van organische produkten is noodzakelijk doordat deze een goede werking van de ontsmettingsmiddelen nadelig beïnvloeden. Naast schoon maken en ontsmetten moeten ook regelmatig maatregelen genomen worden om ratten, muizen, vliegen e.d. te weren in en om de stallen en bij aanwezigheid hiervan deze bestrijden. Dat reinigen en ontsmetten een belangrijk beter bedrijfsresultaat kan geven, bewij zen de volgende tabellen afkomstig van resultaten van mestbedrijven. Men kan zon der meer aannemen dat de strekking er van ook geldt voor zeugenhouderijbedrijven! Tabel 2. Mesterijresultaten 1973/1974 Invloed reinigen en ontsmetten (C.V.P. Arnhem) Reinigen en ontsmetten na iedere mestronde Eenmaal per jaar of minder Aantal bedrijven 61 256 Grammen groei per dag 638 619 Voederconversie 3,21 3,32 uitval 1,29 1,69 Kg voer per dag 2,06 2,06 Tabel 3. Mesterijresultaten 1974/1975 Invloed reinigen en ontsmetten (C.V.P. Arnhem) Reinigen en ontsmetten Na iedere een keer minder dan mestronde per jaar een keer per jaar Aantal bedrijven 65 145 120 Grammen groei per dag 649 633 630 Voederconversie 3,17 3,23 3,24 uitval 1,70 1,70 2,00 Kg voer per dag 2,05 2,05 2,03 Uit deze drie tabellen blijkt duidelijk dat op die bedrijven die na iedere mestronde reinigen en ontsmetten de resultaten duidelijk beter zijn dan op die bedrijven die dit niet doen. Het totale vakmanschap speelt hierbij ook een rol, maar een goede bedrijfs- hygiëne-toepassing behoort tot het vakmanschap! Met hogedrukspuit grondiger en efficiënter reinigen en ontsmetten! VLIEGENBESTRLIDING Mest, gier, voedsel rottende produkten en warmte scheppen een gunstig milieu voor de insecten. Ruim alles netjes op en maak rioleringen, putten e.d. goed schoon. Hy giëne is een eerste vereiste. Bij aanwezigheid van vliegen zal men deze moeten bestrijden met een vliegen- c.q. insectenbestrijdingsmiddel, die voldoende verkrijgbaar zijn. Lees goed de gebruiks aanwijzing. TOT SLOT Als algehele maatregel geldt voor elk varkensbedrijf het goed afsluiten van de stal len ,dus een slot op de deur! Als toch iemand bij de dieren moet komen, dan dienen op het bedrijf schone laarzen en een stofjas aanwezig te zijn. Een goede ontsmettingsbak met steeds vers ontsmettingsmiddel mag niet ontbre ken. Dit laatste is erg belangrijk, daar humusachtige stoffen (mest, vuil) de werking van de ontsmettingsmiddelen tegengaan. Tabel I Mesterijresultaten november '72nov. '73 Invloed reinigen en ontsmetten (CV.P. Tilburg) Reinigen en ontsmetten Na iedere eenmaal mestronde per jaar Aantal bedrijven 159 279 Grammen groei per dag 630 613 uitval 1,63 1,75 Kg voer per dag 2,08 2,05 Rentabiliteitsindex 8,78 1,32 minder dan 1 x per jaar 180 600 2,07 2,04 ƒ6,33 Ing. J. H. LANTINGA C.A.R. - Goes De omvang van de melkaanvoer bij de zuivelfabrieken is per periode nogal ver schillend. Dit houdt nauw verband met het afkalfpatroon. Bij de zuivelindustrie is een regelmatige aanvoer van de melk over het jaar voordelig. Immers de aanvoer en verwerking moet ingesteld zijn op de hoogste top van de aanvoer. Bij een mindere variabele produktie over het jaar dalen de verwerkingskosten en is er een constanter aanbod van produkten voor de afzet. Er is dan minder buffercapaciteit nodig en de arbeidspieken zijn vlakker. Bij een regelmatiger aanbod van produkten kan een vaste re markt worden verwacht. Voor de veehouder ligt hier nog sluimerend inkomen, daar bij besparing van kosten de uitbetalingscapaciteit van de zuivelindustrie gunstiger wordt. Gedurende de laatste jaren is er evenwel reeds enige verschuiving in het afkalf patroon merkbaar. Uit onderstaande percentages die we hebben berekend uit de Statistische Jaaroverzichten van het Produktschap voor Zuivel komt dit tot uiting. Melkaanvoer aan de fabrieken in Nederland per 4-weekse perioden in procenten van het totaal. jaar 1955 1960 1965 1970 1974 1975 4-weekse periode 1 5,0 5,0 4,9 5,3 5,5 5,6 2 4,8 5,5 5,8 5,9 6,1 6,2 3 5,9 7,5 7,9 7,7 7,5 7,6 4 8,0 9,4 9,6 9,3 8,8 8,6 5 10,0 10,9 10,7 10,1 9,8 9,4 6 11,3 10,9 10,7 10,3 10,1 9,8 7 11,0 10,0 10,1 9,8 9,9 9,9 8 10,1 9,5 9,3 9,4 9,4 9,4 9 9,1 8,2 8,2 8,4 8,5 8,3 10 7,5 7,0 6,9 7,0 7,2 7,3 11 6,2 5,8 5,8 5,8 6,0 6,3 12 5,5 5,3 5,1 5,4 5,6 5,7 13 5,6 5,0 5,0 5,6 5,6 5,9 Hoogste periode 11,3 10,9 10,7 10,3 10,1 9,9 Laagste periode 4,8 5,0 4,9 5,3 5,5 5,6 Uit deze percentages blijkt dat de aanvoercurve aan het afvlakken is. Immers de percentages van de hoogste en laagste aanvoer per periode komen dichter bij elkaar. Deze ontwikkeling is gunstig. In eerste aanblik lijken de verschuivingen gering. Een verschil van 1 omvat in 1975 echter een hoeveelheid van bijna 100 miljoen kg melk.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1976 | | pagina 11