BASF
Weer zo'n uitgedokterd BASF-produkt!
Grondeigendom
in discussie
,J> V» ,4*
14
Deze week nog enkele wijzigingen die de Raad in de
tekst van het Ontwerp voorstelt:
Naar de mening van de Raad is het een illusie er van
uit te gaan dat G S. (binnen één maand tot een ver
antwoord Ibesluit over een struktuurplan, waarin
aanwijzingen voor de bestemming worden gegeven,
kunnen komen. Daarvoor zou minstens een termijn
van ca 6 maanden nodig zijn!
De regering vindt dat een aantal particulieren specu
latiewinst behaalt wanneer de gemeenten uitbreidings
plannen maken en daarvoor grond moeten aankopen. Ten
einde dit soort winsten aan de gemeenschap te brengen
is er een wetsontwerp gemaakt dat de gemeenten in een
aantal gevallen een voorkeursrecht geeft bij aankoop van
gronden en panden. Het is duidelijk dat door deze gang
van zaken niet alleen speculanten worden getroffen maar
vooral bonafide huis-/grondeigenaren. Zij zouden bij uit
breidingsplannen gedwongen zijn om grond en opstallen
tegen gebruikswaarde aan de gemeenschap af te staan.
Wat gebruikswaarde is zou nader bij de wet geregeld
moeten worden. Het is wel handig om hierbij de speculan
ten als de boosdoeners te gebruiken maar in feite gaat
het om een stuk verdere uitholling van het eigendoms
recht. Van meet af aan is gesteld dat hier een bron van
onrechtvaardigheid en tegengestelde opvattingen wordt
geschapen. Niet alleen hebben grond- en huiseigenaren
ernstige bezwaren tegen deze regeringsplannen, maar
heeft ook de Raad voor de Volkshuisvesting een aantal
bedenkingen tegen het .Wetsontwerp Voorkeursrecht
van gemeenten bij de verwerving van onroerend goed"
naar voren gebracht. De vorige week werd hierop in het
algemeen reeds ingegaan.
Als een ander bezwaar wordt genoemd dat het voor
keursrecht in werking zal treden een week nadat het
in de Staatscourant is gepubliceerd. In die week
echter kunnen er nog allerlei geldige aan- en ver
kopen plaats vinden, zodat aan eigenaren, volgens de
Raad, alle tijd wordt gelaten om de werking van het
voorkeursrecht te ontgaan.
Voetziekte in tarwe
moet u op moderne voet
bestrijden.
Met Bavistin
of Bavistin M.
Bavistin en Bavistin M zijn moderne middelen tegen
oogvlekken-voetziekte. Door BASF tot-en-met
uitgedokterd voor de omstandigheden van nu. Betrouw
baar en effectief.
De ziekte komt vooral voor op klei-, zavel- en lössgronden.
Gevolgen van oogvlekkenziekte zijn verminderd
voedseltransport, witarigheid en halmbreuk.
Vroege zaai, zachte winters en regenrijke voorjaren
bevorderen het optreden van oogvlekkenziekte. Daarom
is er alle reden om juist nu met Bavistin of Bavistin M
te werken. Daarmee voorkomt u oogstverliezen die tot
20 a 30 °/o kunnen oplopen.
Bavistin en Bavistin M bevatten BCM en worden tot
omstreeks half mei gespoten als op 15 a 20 van de
Vandaar dat de Raad van Volkshuisvesting voorstelt
deze vereiste goedkeuring vooraf door G. S. van een
struktuurplan te laten vervallen en de aanwijzing ter
stond rechtskracht te laten verkrijgen. G.S. zouden dan
wel binnen 6 maanden moeten beslissen of deze aanwij
zing gevestigd mag blijven. In dat geval heeft de ge
meente direkt de gewenste vóórhescherming, en kun
nen eigenaren na die 6 maanden weer vrij hun eigen
dom verkopen indien voor handhaving van ihet voor
keursrecht niet voldoende redenen aanwezig zijn. Deze
voorgestelde figuur is al op een andere plaats min of
meer in het ontwerp van wet ingebouwd; ook in geval
van een bestemmingsplan krijgt een aanwijzing inzake
het voorkeursrecht direkt rechtskracht; wordt dan ech
ter later aan het bestemmingsplan goedkeuring onthou
den, dan zal ook 'het voorkeursrecht weer verdwijnen,
aldus de Raad.
In het wetsontwerp wordt aangegeven dat B. W. het
voorkeursrecht doen vervallen door het plaatsen van
een aantekening op de desbetreffende stukken. Dit bete
kent, dat in de gevallen, waarin de wettelijke basis van
het voorkeursrecht is ontvallen, dit voorkeursrecht
daardoor niet ophoudt te bestaan, doch pas vervalt wan
neer B W daartoe de nodige stappen daartoe onder
nemen.
De Raad acht dit een minder wenselijke konstruktie.
Wanneer aan het voorkeursrecht de wettelijke basis is
ontvallen, moet het naar de mening van de Raad op
grond van het feit mogelijk zijn voor een eigenaar, om
inzake verkoop van zijn eigendom te onderhandelen met
wie hij wil. Op grond van dat feit heeft hij daar recht
op; 'het moet niet zo zijn, dat hij voor de verkrijging
van dat recht afhankelijk is van een handelen van
B W, of in beroep van G S. De Raad bepleit dan ook,
dat dergelijke situaties het voorkeursrecht van rechts
wege zal vervallen.
In het wetsontwerp is cok bepaald, dat de B. W.
aan de verkoper berichten het aangeboden goed niet te
willen kopen, de verkoper daarna twee jaar lang de vrij
heid heeft tot vervreemding van het goed
aan derden. Heeft hij binnen die termijn
het goed echter eenmaal verkocht, dan geldt
tegenover de nieuwe eigenaar weer direkt
het voorkeursrecht; het nog resterende deel
van de „vrije" termijn van twee jaar valt
hem niet toe.
De Raad, die ervan uitgaat dat het voor
keursrecht een nadeel voor de eigenaar kan
betekenen, acht deze regeling ten aanzien
van de nieuwe eigenaar een onnodige be
perking.
Met de genoemde „vrije termijn" van 2
jaar wordt bedoeld aan te geven, dat de
gemeente door het aangeboden goed te wei
geren gedurende 2 jaar het recht verspeeld
heeft, de eigenaar van het goed beperkin
gen op te leggen ten aanzien van de ver
koop van zijn goed. Daarbij maakt het voor
de gemeente geen enkel verschil, of deze
eigenaar de eigenaar is met wie zij heeft
onderhandeld, of een nieuwe eigenaar; in
beide gevallen kan de volle termijn van 2
jaar worden gehanteerd.
De termijn van 2 jaar is ook gekoeen met
het oog op de waarschijnlijkheid, dat de ge
meente binnen de termijn niet de behoefte
zal hebben, haar ingenomen standpunt te
herzien. Ook dit is, mede met het oog op het
voorkómen van onnodig werk, een argu
ment om het restant van de termijn van 2
jaar aan de nieuwe eigenaar te laten toe
vallen.
In de visie van het wetsontwerp is de ter
mijn van 2 jaar verbonden aan de persoon
die met de gemeente onderhandelde; in de
visie van de Raad is die termijn veeleer te
beschouwen als verbonden aan de zaak, n.l.
het ontroerend goed. Dat laatste ligt ook
voor de hand: de termijn van 2 jaaf maakt
onderdeel uit van de regeling van het voor
keursrecht, een recht dat eveneens verbon
den is met de zaak, het onroerend goed, en
niet met de persoon van de eigenaar, aldus
de Raad van Volkshuisvesting.
GEADVISEERDE AANVRAGEN EUROPESE
ORIËNTATIE- EN GARANTIEFONDS VOOR
DE LANDBOUW VOOR 1976 INGEDIEND
Voor het begrotingsjaar 1976 zijn voor de
volgende projecten een aanvrage voor bijstand
uit het Europese Oriëntatie- en Grantiefonds
voor de Landbouw (Afdeling Oriëntatie) met
gunstig advies ingediend.
PRODUKTIESTRUKTUUR
7 waterbeheersingsprojecten, tota
le investering ƒ23,1 min.
uitbreiding van een proef boerderij 0,8 min.
2 projecten voor bereiding van
compost voor de champignonteelt 23,2 min.
2 projecten omvattende de centra
lisatie van de kunstmatige insemi
natie bij rundvee 2,5 min.
bouw van een controle-instituut
voor de veevoeding 6,0 min.
MARKTSTRUKTUUR
1 project uit de akkerbouwsector
met een totale investering van rond 5,3 min.
3 projecten uit de sierteeltsector
met een totale investering van ƒ35,1 min.
6 projecten uit de vee- en vlees
sector met een totale investering
van 22,0 min.
4 projecten uit de groenten- en
fruitsector met een totale investe
ring van 12,5 min.
4 projecten uit de zuivelsector met
een totale investering van 13,3 min.
1 project uit de visserijsector 0,4 min.