T GELD EN GOtD
Algemene Arbeidsongeschikt
heidswet (A.A.W.) II
Het eenmansbedrijf
ekonomisch rendabel!
3
Vorige week hebben wij een globale uiteenzetting ge
geven van de A.A.W. Op enkele punten willen wij nader
ingaan:
UITKERINGEN:
Wie langer dan 1 jaar arbeidsongeschikt is heeft aan
spraak op uitkering A.A.W.althans de groepen die wij
vorige week genoemd hebben.
De grondslagen van de uitkeringen, die welvaartsvast
worden, zijn zodanig vastgesteld, dat 80 van de grond
slag gelijk is aan de uitkeringen A.O.W. en A.A.W. Met
andere woorden bedraagt de A.O.W. uitkering momenteel
voor gehuwden ƒ12.816,en 8.989,voor ongehuw-
den. Dan is bij volledige arbeidsongeschiktheid langer
dan 1 jaar de uitkering uit de A.A.W. pot 12.816,resp.
8.896,—.
Voor jeugdigen onder de 21 jaar is er een aftrek van
30 voor 18-jarigen, 20 voor 19-jarigen en 10 voor
20-jarigen.
Bij gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid volgt er naar
evenredigheid van het ongeschiktheidspercentage een
uitkering.
Bijvoorbeeld 25 arbeidsongeschikt geeft recht op
25 van 12.816,is ƒ3.204,per jaar.
Nogmaals gesteld de A.A.W. uitkeringen zijn welvaarts
vast .hetgeen betekent dat de uitkeringen regelmatig om
hoog gaan.
En dan niet alleen vanweqe de inflatie, maar ook wan
neer in de normale loonsektor een loonsverbetering wordt
doorgevoerd.
Behalve de A.O.W. en A.W.W. trekkers en straks ook
de A.A.W. trekkers is er slechts één groep in Nederland,
die een welvaartsvastpensioen zijn toegezegd en dat zijn
de rijksambtenaren. Op dit moment wordt daarover wel
gedokterd in het parlement.
Maar goed, laat ons bij de A.A.W. blijven. In de wet
staan nog enkele bepalingen, welke van belang zijn met
betrekking tot vrijwillige voorzieningen. Trekt men n.l. van
de A.A.W. en ligt het ongeschiktheidspercentage tussen
de 25 en 45 dan moet bij verhoging b.v. 50 of 70
voor het verschil eerst weer een wachttijd van 1 jaar wor
den doorgemaakt.
Zit men echter reeds in de A.A.W. met een ongeschikt
heidspercentage boven de 45 dan is voor het verschil
naar een verhoging van b.v. 70 of 80 slechts een wacht
tijd voorgeschreven van 4 weken I
VRIJWILLIGE ARBEIDSONGESCHIKTHEIDS
VERZEKERING (A.O.V.)
Over de wettelijke bepalingen zijn verscheidene pagi
na's van het landbouwblad te vullen. Wij doen dat niet in
de veronderstelling dat toch niemand het zou lezen. Be
langrijker is de vraag: wat moet ik als zelfstandige na 1
oktober a.s. doen met mijn vrijwillige arbeidsongeschikt
heidsverzekering?
Een bijzonder moeilijk onderwerp om te behandelen,
omdat je als adviseur over een andermans portemonnaie
schrijft. Aan de andere kant ook weer gemakkelijk, omdat
de persoon in kwestie zelf moet beslissen.
Wij zullen trachten deze kwestie eenvoudig te trakte
ren. Wij stellen vast, dat vrijwel geen enkele zelfstandige
op dit moment over een behoorlijke A.O.V. beschikt. Men
is of geheel niet verzekerd of tegen veel te lage bedra
gen. Verzekerde bedragen van b.v. 100,per dag, het
geen een redelijke dekking genoemd kan worden, komen
zelden voor. Een verzekerd bedrag van 25 tot 50 per
dag of wel op jaarbasis ƒ8.000 tot 16.000 komt alge
meen voor. Voor genoemde bedragen kan echter bij lan
ge na geen vervanger worden betaald!
IDEALE SITUATIE
Schilderen wij de ideale situatie dan moet het verzeker
de bedrag op minstens 25.000 per jaar liggen. Welnu,
daar gaan wij dan in onderstaand voorbeeld van uit.
Er komt dus voor de gehuwde man een A.A.W. dekking
na 1 jaar afgerond 13.000. Hij moet dus vrijwillig bijslui
ten een A.O.V. ter hoogte van 25.000 voor het eerste
jaarsrisiko en 12.000 voor het nè eerste jaarsrisico. Im
mers dan is hij zowel voor de korte als de lange arbeids
ongeschiktheidsperiode verzekerd van ƒ25.000 klimmen
de uitkering.
Omdat de A.A.W. welvaartsvast is moet hij de vrijwil
lige bijverzekering ook klimmend sluiten met b.v. 5 sa
mengestelde intrest.
WAT KOST HEM DAT AAN PREMIE?
Laten wij voor 1977 de A.A.W.-premie maar eens stel
len op 2 Is nog spotgoedkoop, maar dat wijzigt wel in
de loop der jaren!
De premie A.A.W. bedraagt dan 2
van ƒ35.600 712
De vrijwillige 1e jaarsdekking (polis A)
25.000 met 5 klimming 950
De vrijwillige na 1e jaarsdekking (polis B)
12.000 met 5 klimming 984
2.646
In genoemd voorbeeld hebben wij een jonge onderne
mer in de leeftijdsgroep 2630 jaar genomen en zijn eind-
leeftijd op 60 jaar gesteld. Overigens hebben wij wel de
duurste vorm gekozen, n.l. met 5 samengesteld klim
mende verhoging. Bij de berekening van de A.A.W.-pre
mie zijn wij uitgegaan van een belastbaar inkomen van
35.600,of hoger. Is het inkomen lager b.v. 20.000
dan is de A.A.W.-premie 2 slechts 400.
Voornoemde dekking van 25.000 moet eigenlijk de
minimale situatie genoemd worden. Wij noemden het de
ideale situatie omdat er op dit moment praktisch geen en
kele ondernemer aan voldoet. En nu zal die premie wel
absurd hoog genoemd worden. En er zullen mogelijk een
aantal lezers zijn, die het land- en tuinbouwblad gelijk
dichtklappen en zich afvragen of die vent in Goes
geworden is. Nou, dat is hij zelden! Als het inkomen er
niet naar is, dan moet er maar x bedrag bij de E.E.G. prij
zen, want bovenstaande dekking blijven wij minimaal noe
men. Dat neemt niet weq, dat wij volgende week met
goedkopere oplossingen zullen komen, zonder onze mini
male dekking geweld aan te doen.
Tot volgende week!
deL.
lUANlNlEER in de landbouw de bedrijven groter worden
betekent dit in de praktijk dat de produiktie plaats
gaat vinden op minder bedrijven. Ben neveneffekt van
deze ontwikkeling (heeft tot gevolg dat totale produktie
ook toeneemt. Dit is vooral het geval met niet grond ge
bonden produ'ktietakken, zoals de intensieve veehouderij
en de glastuinbouw, aldus ir E. F. Geessink, direkteur
Veehouderij en Zuivel van het ministerie van Landbouw,
tijdens een studiedag «ver (het onderwerp Bedrijfsvoe
ring en Schaalvergroting.
Maar ook bij de aan grond gelbonden bedrijven gaat de
totale produiktie omhoog. Ben voorbeeld hiervan is de
melkveehouderij. Dit (heet twee oorzaken. De bedrijfsbe
ëindigingen op de kleine 'bedrijven verloopt niet zo snel
als de schaalvergroting van de groeibedrijven. Als een
bedrijf van veertig naar honderd koeien moet groeien,
dan zullen er zes kleine bedrijven met ieder tien koeien
moeten verdwijnen.
Oim de arbeidsproduktie per man op te voefen, zal ar
beid nog imeer door kapitaal moeten worden vervangen,
waardoor dan logischerwijs het bedrijf zal groeien. Want
om dit alles weer rendabel te maken is vaak 'n sprongs
gewijze produktietoename het gevolg. We zien dat bij het
zogenaamde ligboxenstaleffekt. Hierbij neemt de pro
duktie gemiddeld toe van 184.000 kg melk naar 323.000
kg melk, wanneer de oude grupstal wordt vervangen
door de ligboxenstal.
Maar omdat er ook te weinig nieuwe grond vrijkomt,
zal op de bedrijven die reeds aan schaalvergroting en
vervanging van arbeid door kapitaal doen, tevens nog
een grotere intensivering worden nagestreefd. Bij de z.g.
ontwikkelingsbedrijven die in aanmerking komen voor
rentesubsidie stijgt de melkprodiïktie per ha van 7500 kg
melk naar 12400 kg.
IIET voordeel van de strukturele ontwikkeling in de
landbouw is dat door de verbetering van de produk-
tiemefchoden door middel van schaalvergroting het aan
deel van de gezinsuitgaven is gedaald van 36 *7- tot 27 'Af
gerekend naar het te besteden inkomen. Maar ook heeft
de stroomlijning van de produktie er toe geleid dat tot
voor de ekonomische teruggang zich openbaarde, het ge
middelde inkomen van boeren en tuinders gelijke tred
hield met de algemene welvaartsstijging, aldus ir Gees
sink. De schaalvergroting heeft zich tot nu toe bijna uit-
(Zie verder pa*. 8)
FEW mens vergist zich wel eens. Soms kan een ver
gissing worden hersteld, soms ook niet. En als het
laatste het geval is kan dat geld kosten. Dat deed het, in
een zaak die dezer dagen in de Beslissingen in Belasting
zaken werd gepubliceerd en die betrekking had op het
schenkingsrecht.
Het schenkingsrecht is, zoals men weet, geregeld in de
successiewet. In deze wet zijn voor schenkingen een aan
tal vrijstellingen opgenomen. Algemeen bekend is, dat
ouders aan kinderen ieder kalenderjaar een bedrag van
f2000,belastingvrij mogen schenken. Als 't een schen
king aan een gehuwd kind betreft en het inkomen van
de ouder over het jaar voorafgaande aan dat van het jaar
waarin de schenking gebeurt ligt boven f20.000,—, dan
is 10 van dat inkomen het belastingvrije bedrag tot
een maximum van f 5.000,In het kalenderjaar waarin
een kind in het huwelijk treedt mag f 10.000,— belasting
vrij worden geschonken. Schenkingsrecht moet alleen
worden betaald over het geschonkene boven het VRIJ
GESTELDE bedrag.
JN andere gevallen ,dus als het niet gaat om schen-
kingen door ouders aan kinderen, is de wet niet zo
vrijgevig. Dan is een schenking alleen vrij als die een be
drag van f 2.000, niet te boven gaat. Maar dat is niet
alles. Schenkingen aan anderen dan kinderen, die gedaan
worden door dezelfde schenker aan dezelfde begiftigde,
IN een TIJDSVERLOOP van twee jaren, worden voor de
berekening van het schenkingsrecht als één schenking
beschouwd.
Als dus b.v. een grootouder aan een kleinkind onbelaste
schenkingen wil doen en op 1 april 1976 dat kleinkind
f 2.000,geeft, dan kan dat kleinkind pas over twee jaar
dus in april 1978 weer een schenking van die grootouders
ontvangen.
Hier moeten wij nog opmerken dat als er meer dan het
vrijgestelde bedrag geschonken wordt, de gehele vrijstel
ling vervalt. Wel is er dan nog een bepaling waardoor
voor niet te arote overschrijdingen 't tarief wat gematigd
wordt, n.l. tot drie-vierde gedeelte van het bedrag waar
mee de schenking uitgaat boven het maximum van de
vrijstelling.
NA deze inleiding nu over naar de gevoerde proce
dure. Mevrouw Y. schonk bij een notariële schuld
bekentenis (dat moet bij schenking notarieel gebeuren)
aan 3 neven of nichten en aan 9 achterneven en achter
nichten elk f 2.000,Dat gebeurde op 21 december 1971.
Als gemachtigde van de belanghebbenden trad de notaris
°P-
Bij het verlijden van de akte werd afgesproken dat na
verloop van twee jaar, dus pas na 21 december 1973, weer
op dezelfde manier, aan dezelfde personen een bedrag
van f 2.000,geschonken zou worden. De notaris zou de
schenkster en de begiftigden waarschuwen als de tijd
voor de nieuwe schenking zou zijn gekomen. Maar wat
gebeurd? t
Een notaris kan ook niet altijd werken en begin januari
1973 was dan ook met vakantie. Door personeel van zijn
kantoor werden toen per abuis de schenkster en de he
tigden opgeroeven om naar het notariskantoor te 1:omc\
en op 5 januari 1973. dus maar gord c - :a— va e
schenking, wordt opnieuw bij notariële akte verleden
door de plaatsvervanger van de notaris aan elk van de
neven en nichten en achterneven en achternichten
f2.000,— geschonken.
DE inspecteur kreeg kennis van de tweede akte, kon-
stateerde dat volgens de wet de schenkingen moes
ten worden samengevoead tot voor elk van de neven
enz. een bedrag van f 4.000.en legde een aanslag op
van in totaal f 14.670,
Toen werd op het notariskantoor de fout ontdekt en
werd aetracht de vergissing te herstellen. Op 15 januari
1974 werd een akte ovgemnakt, waarbij de schenkster
en de begiftigdeverklaarden, dat het niet de bedoeling
was geweest BELASTE schenkingen te doen. Aan de
tweede akte moest dus volgens hen, geen waarde wor
den toegekend. In de akte van 5 januari 1973 was echter
geen bepaling opgenomen dat de schenking als te niet
gedaan zou worden beschouwd als het zou blijken dat
ze niet onbelast was. Aangenomen werd dat partijen al
leen maar gedacht hadden dat er geen belasting ver
schuldigd zou zijn. Maar denken alleen is niet voldoen
de'
Men ziet, deze begiftigden zouden er voordeel van ge
had hebben, als ze eens iets over vrijstellingen van
schenkingsrecht hadden gelezen en dat ook hadden ont
houden! Maar ia. een mens kan niet alles lezen en nog
minder onthouden! Soms is dat jammer!
PAAUWE