d<\
zuidelijke landbouw maatschappij
E.E.G.-PRIJSBESLUITEN I976: NOG VEEL ONZEKERHEDEN
z.l.m
VRIJDAG 19 MAART 1976
64e Jaargang - No. 3323
land- en
tuinbouwbla
veehouderij doorlopend onder druk staat en zeker op dit
moment geen rooskleurig beeld te zien geeft. Aan de an
dere kant is er in de E.G. onmiskenbaar al enige jaren
sprake van een verzadigde markt, met bij gunstige pro-
duktieomstandigheden de neiging tot overschotten. Enige
jaren terug die van boter, nu van magere melkpoeder.
Niet omdat het aantal koeien nu zo toeneemt (in ons land
is de rundveestapel zelfs een paar procent ingekrompen),
maar omdat de melkgift per koe nog steeds stijgt. Terwijl
vooral in de overige E.G.-landen steeds minder (onder)-
melk op de boerderij achterblijft. Naar onze mening is het
wegwerken van een melkpoedervoorraad weliswaar no
dig, maar biedt het fundamenteel geen oplossing. Dat
daarbij de nu gekozen cautieregeling (verplichte aankoop
van magere melkpoeder via een waarborgsom op invoer
en inlandse produktie van eiwitgrondstof voor veevoer)
uiterst onredelijk is, willen wij hier onderstrepen. Immers
met name een niet via Brusselse regelingen begeleide
sektor als de pluimveehouderij wordt er via hogere voer-
prijzen door getroffen. Ook groenvoederdrogerijen lijken
er nadeel van te ondervinden, hetgeen ons uitermate on
billijk voorkomt.
In feite is naar onze mening op dit moment maar één
methode beschikbaar om de melkproduktie redelijk te be
heersen en dat is een omschakelings- en/of slachtpremie-
regeling voor melkkoeien. Helaas is een besluit tot invoe
ring van een dergelijke regeling tot een later tijdstip ver
schoven, waarmee kostbare maanden verloren gaan.
Financiële medeverantwoordelijkheid van de producen
ten bij de afzet van (overtollige) zuivelproducten biedt
naar onze mening geen reële oplossing en is in het kader
van de inkomensvorming van de melkveehouder, de
schriele voorgestelde verhogingen in aanmerking nemen
de en die bovendien nog maar gedeeltelijk in de uitbeta-
lingsprijs zullen doorwerken, totaal onaanvaardbaar.
Wat het rundvleesbeleid betreft betreuren wij het dat
niet duidelijk gekozen is voor een voortzetting van de
slachtpremies. Immers weliswaar bestaat er formeel de
mogelijkheid om voor vaarzen en stieren een slachtpremie
per dier van maximaal ca 153 gulden in te voeren, maar
afgesproken schijnt te zijn hiervan (met uitzondering van
Engeland) geen gebruik te maken.
GRAAN EN SUIKER
ONS COMMENTAAR
t_I ET is dit jaar praktisch onmogelijk om enigszins kcn-
kreet aan te geven wat de invloed van de prijsbe-
sluiten op de boerenprijs voor tarwe zal zijn. Dat de Raad
ook voor dit jaar al heeft besloten een onderscheid tussen
z.g. brood- en voertarwe te maken, blijven wij onjuist vin
den. Zeker nu over de methode van kwaliteitsvaststel'inc
nog grote onduidelijkheid heerst.
Aan de andere kant is de doorvoering van een -
ventieniveau i.p.v. referentieprijs voor baktarwe. i -
het verleggen van de bewijslast of een partij o
bakwaardig is naar het interventiebureau, een c
verbetering. In elk geval is het zaak dat met narrr -
afzetorganisaties er alles aan wordt gedaan, ink
parate opslag, om zoveel mogelijk tarwe boven he'
ste interventieniveau af te kunnen zetten Overigens b
natuurlijk het eventueel te bereiken prijsniveau vc
tarweteler veel te laag om zelfs maar zi n kosten g
maken!
Met betrekking tot de suiker is nu duidelijk het wcorc
aan het bedrijfsleven. Immers voor 1 mei moet gekoze*
worden voor ofwel handhaving van het mengprijsste sn
met slechts 171/2 B-suiker per jaar. direkt overstapper,
op het kontraktenstelsel met de dubbele hoeveelheid B-
suiker of nog één jaar de mengprijs houden met 25 B-
suiker en in 1977 op het kontraktstelsel overgaan
Naar onze mening is het, mede gezien het waarschijn
lijk nog verder uitbreidende areaal sukierbieten, in het be
lang van de suikerbietentelers dat ernstig wordt overwo
gen om zo mogelijk dit jaar maar anders toch volgend
jaar, op het kontraktenstelsel over te stappen!
(Zie verder pagina 3.)
Op sommige bedrijven heeft men reeds aardappels gepoot. Maar met de huidige hoge prijzen voor
het uitgangsmateriaal, is het goed te bedenken, dat het onverstandig is om onnodig risico's te ne
men door te vroeg te beginnen. Eén zwaluw, maakt nog geen zomer!
De foto is ontleend aan het jaarverslag van de F.L.E.C.
In dit No.
Uit de praktijk pag. 5/6
Wie financiert met
verstand houdt geld in de
hand! pag. 7
De pootgoedvoor-
ziening pag. 9
Snijmais of kunst-
weide pag. 11
Nieuws uit de gewas-
beschermingsmiddelen-
sektor pag. 12
Ervaringen met rijen-
spuiten en de toepassing
van Betanal pag. 14/15
TOCH nog betrekkelijk onverwacht heeft de E.G.-
Raad van Landbouwministers op 6 maart j.l. over
eenstemming bereikt over de verhoging van de gemeen
schappelijke landbouwprijzen en de bijbehorende markt
maatregelen 1976/77. Onverwacht, omdat dit jaar de puz
zels moeilijker dan ooit oplosbaar bleken. Dat de uitein
delijke vastgelegde besluiten dan ook een zeer ingewik
keld en niet direkt duidelijk beeld geven is niet verbazing
wekkend. Heel treffend noemt Struikenkamp in zijn kom-
mentaar de besluiten dan ook een „warrig wonder". Het is
zelfs heel moeilijk om exact aan te geven hoeveel het
richtprijsniveau voor ons land is verhoogd, zo tussen de
7 en 71/2 En dat is dan nog het papieren prijsniveau.
Gezien de marktmaatregelen voor melk, tarwe en suiker
is een voorspelling over het effekt op de boerenprijs nog
veel moeilijker te konkretiseren. Eén ding is zonder meer
duidelijk. Zelfs indien de papieren prijsverhoging volledig
jn de boerenprijs tot uiting komt is er nog sprake van een
werken beneden de nullijn! Immers gezien de kostenont
wikkeling zou een omstreeks 3 hogere prijsstijging no
dig zijn om niet verder achteruit te gaan. Over achterstan
den uit het verleden, die in onder meer berekeningen van
het L.E.I. van dit najaar, toch wel duidelijk naar voren ko
men, spreken we dan nog maar niet!
GELDPOLITIEK
^AT het gemeenschappelijk landbouwbeleid blijft be
staan is meer en meer ondanks, dan dankzij het ge
meenschappelijk (wan)beleid op andere onderwerpen.
Met name het steeds weer uit elkaar drijven van de waar
den der onderscheiden munteenheden maakt het er niet
gemakkelijker op. Alle maatregelen om dit te voorkomen
zijn tot nu toe lapmiddelen gebleken, omdat de politieke
wil om tot een werkelijk gemeenschappelijk monetair
(maar ook sociaal, fiscaal etc.) beleid te komen in nogal
wat hoofdsteden ontbreekt.
Daarom zijn wij van mening dat elke afbraak van mone
tair compenserende bedragen die ten koste van 't boeren-
inkomen gaat, moet worden afgewezen. Zeker de door de
commissie voorgestelde afbraak van de volle 2 was
bij de huidige prijsaanpassingen volstrekt onaanvaard
baar. Terecht heeft minister Van der Stee op dit punt dan
ook een houding van buiqen of barsten ingenomen. De
afbraak van slechts 0,6 in relatie tot een Westduitse
afbraak van 2,5 ervaren wij dan ook als één van de
positieve punten die voor de Nederlandse landbouw in
Brussel zijn gescoord. Dat met een volledige afbraak van
de monetaire compenserende bedragen de monetaire el
lende niet uit de wereld geholpen zou zijn, ervaren we op
dit moment weer al, nu Frankrijk besloten heeft zijn Franc
te laten zweven. Een maatregel die zeker de konkurrentie-
verhouding voor onze land- en tuinbouw niet zal verbete
ren, gezien de neerwaartse richting waarin de Franc zich
reeds snel bewoog.
ZUIVEL
XAET de wijn vormt het zuivelbeleid op dit moment on
getwijfeld het moeilijkste onderdeel van het hele
E.G.-landbouwbeleid. Aan de ene kant moet iedere keer
weer gekonstateerd worden dat het inkomen in de melk-