BASF Dit is het ideaal van de bietenteler op klei-, zavel-, löss- en zandgrond. Zorg voor een vlakke, bezakte bouwvoor voorzien van een rul toplaagje. Dit is voorwaarde voor zaaien op eindafstand. Het bietenzaad kan nu gelijkmatig kiemen. Pyramin komt gemakkelijker in de wortelzone en vernietigt het gekiemde onkruid. Een brede drukrol achter de zaaipijp drukt de grond aan en drukt de kluiten fijn. De onkruidbestrijding wordt hierdoor verbeterd, vooral op zware klei en op losse humusrijke grond. - Bij een goede ervaring met Avadex tegen duist kunt U dit middel gelijktijdig met Pyramin inwerken. BASF Nederland B.V., afd. Landbouw Kadestraat 1, Postbus 1019, Arnhem, Tel.: 085 - 71 71 71. Weer zo n uitgedokterd BASF produkt! De teelt van prei Het halve werk tegen onkruid in bieten een goed zaaibed De andere helft: Pyramin direct na zaai F. VADER, Consulentsahap voor de Tuinbouw, Goes. Evenals voor andere groentegewassen is er op het ogenblik ook nogal belangstelling voor de teelt van prei op landbouwbedrijven. De aanleiding daar voor is vooral het streven om de wintertarwe beter te benutten. In dit artikel willen we daarom uitgaan van een gewas dat wordt geoogst in de winter, dus van december tot maart. GRONDSOORT EN BEMESTING Prei kan in principe op alle grondsoorten geteeld worden. In verband met de bewerkbaarheidi in de winter neemt men echter het liefst een lichte, goed ontwaterde grond. Dit is ook aantrekkelijk bij het planten. Prei, die in de winter geoogst wordt, moet 1 juli geplant worden. Dit is te vroeg om diaarvoor een stop pel van een akkerbouwgewas te kunnen gebruiken. Wel past het uitstekend na b.v. winterbloemkool. Als men dit niet geteeld heeft, is het het beste om een perceel grond voor de preiteelt te laten liggen. Hier kan men dan een aangepaste bewerking van de grond op uitvoeren. Om een goed) gewas prei te kunnen telen, moet de grond diep los gemaakt zijn. Dit werkt uitdrogen ir de hand. Men moet dat daarom zo vroeg mogelijk in het voorjaar doen. De grond heeft dan weer kans om voldoende vocht op te nemen, zodat men ook in een droge periode met succes kan planten. Een preiplant bestaat voor het grootste deel uil blad. Het is dus te begrijpen, dat de groei sterk be- invloed! kan worden door stikstof. Men geeft daarorr een ruime voorraad bemesting voor het planten var 500 600 kg kalkammonsalpeter per ha daarna tij dens de groei 2 of 3 keer een oveiibemesting van 200 kg kas per keer. De behoefte aan fosfaat is niet groot. Een gift van 80—100 kg P2O5 per ha is meestal voldoende. Wel geeft men veel kali, n.l. 250300 kg K2O per ha. Deze mag chloorhoudend zijn. RASSEN Bij prei onderscheidt men herfst- en winterrassen. De herfstrassen zijn het meest produktief, maar min der bestand tegen vorst. De herfstrassen hebben meestal de mooste vorm en hebben het langste wit Vooral ook omdat we de laatste jaren weinig of geen vorst gehad hebben worden daarom algemeen de herfstrassen gebruikt voor oogst in die winter. De echte .winterrassen worden wel gebruikt, als men wil oogsten in maart of april. In de Rassenlijst worden diverse selecties voor de late herfst- en winterteelt aanbevolen. In Zeeland zijn o.a. goede ervaringen opgedaan met de volgende ras sen: Goliath, leverancier: Rijk Zwaan, De Lier Otina, leverancier: Pannevis, Enkhuizen ZAAIEN EN PLANTEN Om in dicember t/m februari een goed uitgegroeid gewas te kunnen oogsten, moet men rond 1 juli plan ten. Als men een woord herfst krijgt, kan een gewas, dat later is geplant ook goed tot zijn recht komen. Dit weet men echter niet van te voren. In het alge meen is 't daarom aan te raden om met later dan de eerste week van juli te planten. Het beste is een plant van 46 mm dik van ±12 weken oud. Het zaad moet dus 1 april gezaaid worden. Dit kan buiten gezaaid worden. Als men in de herfst wil oogsten, moet men onder glas zaaien. Voor het plantenbed moet een goed stukje grond gekozen worden. Een goede plant is een eerste ver eiste voor een gunstige start van deze teelt. Indien mogelijk moet het bereikbaar zijn met die waterleiding om zo nodig water te kunnen geven. Voor het zaaien moet de grond ontsmet worden tegen de made van de uievlieg. Dit kan gedaan wor den met Phytosol of Birlame. Van beide kan granu laat gebruikt worden (4 gram per m2). Ook kan het zaad ontsmet worden met Phytosol. Voor het zaaien wordt wat kunstmest gegeven b.v. per are 2 kg KAS en 2 kg superfosfaat. Om een goede plant te krijgen moet men niet te dik zaaien, max. 3 gram per m2. Om een goede ver deling te krijgen kan men het zaad mengen met zand. Voor 1 ha heeft men 150.000 planten nodig. Als plantaf stand kan men het best 40 x 17 cm aanhouden of eventueel 50 x 13 cm. Van 1 gram zaad kan men ±100 goede planten krijgen. Voor 1 ha heeft men dus 1,5 kg zaad nodig. Na het zaaien kan een onkruidbestrijding worden uitgevoerd met Ramrod, 70 gram per are. Prei kan ook ter plaatse gezaaid worden met b.v. een preeisiezaaimachine. Dit doet men meest op eind- afstand, omdat dunnen moeilijk uitgevoerd kan wor den. Afgehakte planten lopen n.l. weer uit. Er moet half april gezaaid worden. De behandeling is hetzelfde als bij het zaaien van uien. Het zaaien op eindafstand heeft nogal wat risico's bij de opkomst. Het gewas staat daardoor dikwijls te dun. Het witte gedeelte blijft korter dan van ge plante prei. Het ter plaatse zaaien wordt daarom niet veel toegepast. ARBEIDSBEHOEFTE De oogst van prei is nog voor het grootste deel handwerk. Als het goed weer is, kan men op het land rooien en ddrekt schoon maken. Men komt dan tot de grootste arbeidsprestatie. Onder minder gunstige omstandigheden wordt dikwijls het schoon maken in de schuur gedaan. Gemiddeld moet men rekenen op een arbeidsbe- hoefte bij de oogst van 8001000 uren per ha. Men moet dus eerst een berekening maken van de tijd die men beschikbaar heeft, voor men die oppervlakte die men wil planten kan bepalen.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1976 | | pagina 16