©NDER ©NS
GEZEGD.
Dispuut over
rassenvoorlichting
tussen VANDERHAVE
en Cebeco-Handelsraad
w ij citeren uit het bericht dat
hieromtrent van hen mochten ontvangen:
H et is duidelijk dat VANDERHAVE, de
eiqenaar van PIROUETTE, deze typering door Cebeco
Handelsraad met weinig enthousiasme heeft gelezen. Wij
hebben daarom tegen deze karakterisering als: redelijke
opbrengst, de te wensen over te laten strostevigheid en de
gevoeligheid voor doorwas, onze bezwaren bij Cebeco-Handels
raad kenbaar gemaakt.
D e reden voor de bewering dat het ras
gevoelig is voor doorwas kan moeilijk als serieus worden
beschouwd en luidt als volgt:
0
Koninklijk Kweekbedrijf en Zaadhandel,
D. J. VAN DER HAVE B.V.,
Kapelle 3615.
wij
n december 1975 werd door
CebecoHandelsraad te Rotterdam de voorjaarseditie van
„Zaadteeltbericht" uitgegeven, waarin een „Rassenbericht
voorjaarsgewassen" wordt gepubliceerd.
Daar de gebruikers van rassen een volledige en korrekte voor
lichting op prijs zullen stellen, willen wij een gedeelte uit dit
bericht aan deze geïnteresseerde, meer brede lezerskring niet
onthouden. Onderstaand wordt daarom letterlijk en volledig
weergegeven hetgeen in deze publikatie onder het hoofd
„Brouwgerst" werd afgedrukt:
„Zoals bekend is, vindt de teelt van brouwgerst voornamelijk In
het zuidwestelijke zeekleigebied en op zeer beperkte schaal in
de Dsselmeerpoiders plaats.
Vooral door de teleurstellende resultaten van het ras Berac, dit
afgelopen seizoen, verwachten wij dat DeUsa weer meer in de
belangstelling zal komen. Als wij de interprovinciale proefveld
resultaten van het zuidwestelijke zeekleigebied bekijken, dan
zien wij dat Delisa dit jaar weer zeer goede opbrengsten heeft
gegeven (rel. 106) en dat nieuwe rassen niet of nauwelijks
produktiever zijn. Op grond hiervan is het zeker verantwoord
om DeUsa weer in uw bouwplan op te nemen.
Het ras PIROUETTE heeft dit jaar redelijke opbrengsten
gegeven, echter de strostevigheid laat te wensen over. Daarnaast
is het ras gevoelig voor doorwas. PIROUETTE wordt door de
Nederlandse brouw- en moutindustrie als brouwgerst
opgenomen.
Het ras Trumpf uit de D.D.R., dat als brouwgerst zeer goed
beoordeeld wordt, is nog slechts zeer beperkt beschikbaar."
Onze bezwaren werden door hen niet ontvankelijk verklaard.
De door hen hiervoor aangevoerde motivatie getuigt van weinig
realiteitszin en wij geven u daarom de belangrijkste punten die
door hen ter rechtvaardiging van hun publikatie werden
aangevoerd.
„1. Genoemde publikatie is bedoeld voor verspreiding binnen
de eigen organisatie."
„2. Genoemde publikatie is verschenen eind december 1975
en: de inhoud ervan is mede gebaseerd op de Rassenlijst 1975.
Noch I.V.R.O.-Rassenberichten 1976, noch de Rassenlijst 1976
waren op dat moment verschenen."
In de punten 3 en 4 wordt uitgebreid beredeneerd dat de
kwalifikatie van Delisa als een zeer goed opbrengend ras en
PIROUETTE als een redelijk opbrengend ras gerechtvaardigd
is. De eindkonklusie van deze opbrengstvergelijking door hen is
merkwaardig en geven wij daarom letterlijk weer:
„Wanneer een nieuw ras in opbrengst niet beter blijkt te zijn
dan een ras van 10 jaar oud, dan is het spreken van een redelijke
opbrengst van dit nieuwe ras te rechtvaardigen. Tegen deze
achtergrond is in de betrokken publikatie over de beide rassen
geschreven, waarbij een sterke tekstbekorting nagestreefd
moest worden."
Vervolgens wordt de strostevigheid van de I.V.R.O.publikaties
aangehaald welke in de laatste 3 jaren tussen vrij en
middelmatig stevig variëren.
Als motief voor de door hen aangevoerde typering wordt dan
onder punt 5 als volgt geconcludeerd:
„Wanneer wij dan schrijven dat de stevigheid te wensen overlaat
is dat gezegd in vergelijking met andere nieuwe gerstrassen die
duidelijk wel een grote verbetering in stevigheid hebben bereikt
(Aramir, Trumpf)."
„Iets gevoelig betekent meer gevoelig dan weinig gevoelig."
Teneinde de mogelijkheden van rassenkeuze voor de brouw-
gerstteler in een wat minder somber daglicht te stellen, wil
VANDERHAVE een wat meer verhelderend en objektief beeld
omtrent deze voorlichting geven.
Als belangrijkste eigenschap geven wij de opbrengstkarakte-
risering zoals deze door het I.V.R.O. in de Rassenlijst 1975
wordt gegeven:
Delisa:
„PIROUETTE:
GeeTt in het centrale en zuidweste
lijke zeekleigebied goede
opbrengsten".
Heeft in alle kleigebieden hoge
opbrengsten gegeven".
Dat deze typering anders is dan zeer goed en redelijk zal voor de
Nederlandssprekende bevolking duidelijk zijn. Dat irt de
publikatie geen melding wordt gemaakt van het feit dat de
aangehaalde cijfers voor Delisa de met Milstem-behandelde
Delisa betreft en voor PIROUETTE de niet behandelde, zal
voor de verbruiker een meerprijs van Hfl. 50.- per 100 kg.
zaaizaad van het ras Delisa betekenen. De meest betrouwbare
indruk van de opbrengstcapaciteiten wordt verkregen uit de
meerjarige gegevens zoals die in de I.V.R.O.-Rassenberichten
jaarlijks worden gepubliceerd.
In het onlangs verschenen Rassenbericht zomergerst 1976
worden daarin de volgende gemiddelden van 1966 t/m 1975 in
verhoudingsgetallen gegeven:
Ras
Delisa (Milstem)
PIROUETTE
Zuidwestelijke klei
97
105
Deze cijfers geven een meer objektieve verwachting omtrent de
opbrengstcapaciteit dan een vergelijking van één proefveld-
plaats in één jaar.
O m een duidelijk beeld van het totaal van de
stro-eigenschappen en de doorwas te geven, willen wij volstaan
met te citeren wat hieromtrent als beschrijving in de Rassenlijst
1975 wordt gegeven:
„Delisa:
„PIROUETTE:
Het korte stro heeft een vrij goede
stevigheid, maar is niet veerkrachtig.
Te zware gewassen kunnen een
platte legering en veel doorwas tot
gevolg hebben."
Het stro is kort, van gemiddelde
stevigheid, doch matig veerkrachtig.
Iets gevoelig voor doorwas."
Uiteraard hadden ook wij voor PIROUETTE een betere
strostevigheid gewenst en in deze zin is de publikatie dat deze
eigenschap te wensen overlaat zeer terecht. De vergelijking met
de rassen Aramir en Trumpf is hier echter volledig niet ter zake,
daar Aramir gerubriceerd is onder de voergersten en Trumpf
volgens de Nederlandse wetgeving niet als rasworden
aangemerkt.
I ndien Cebeco-Handelsraad tekstbekorting
nastreeft, lijkt het voor een betere voorlichting van de gebruiker
alleszins gewenst dat in dit geval iets meer ruimte voor het ras
Delisa werd gereserveerd. PIROUETTE had hiervoor de haar
toebedeelde ruimte in dit Zaadteeltbericht gaarne aan Delisa
willen afstaan.
Onze konklusie is in deze dan ook dat wij de leden van Cebeco-
Handelsraad in de toekomst een meer korrekte en objektieve
voorlichting toewensen, hetgeen ongetwijfeld tot verheldering
van de rassenkeuze zou leiden.
advertentie IM
SCHOOL VOOR HUISHOUD- EN NIJVERHEIDSONDERWIJS
„PRINSES JULIANA" TE ZIERIKZEE
19.
telefoon 01110—2091
telefoon 01110—3127
Alg. afdi. L.H.N.O. en M.H.N.O Jannewekken
Prot. Chr. afd. L-H.N.O. Caustraat 2a,
Aangifte van leerlingen voor de cursus 1976-1977, x
telefoniscih of schriftelijk vóór 1 april 1976.
TOELATINGSEIS:
le klas L.H.N.O. 6 klassen basisonderwijs.
2e en volgende jaren: overgangsbewijs van elke school voor voortgezet onderwijs.
Toelatingseis M.H.N.O.:
Inas (nieuwe stijl)
diploma L.H.N.O. T niveau
diploma UH.N.O. P Ned. taal en rekenen op T niveau
diploma L.B.O. (met 2 vakken op C niveau en 4 op B niveau)
diploma 3- of 4-jarige MAVO
overgangsbewijs naar 4e klas HAVO of VWO
Duur 2 jaar, waarvan /2 jaar stage.
Vormingsklas diploma 4-jarige MAVO
duur 1 jaar overgangsbewijs naar 4e klas HAVO of VWO.
Voor het L.H.N.O. is men niet sdhoolgeldpliöhtig.
Voor alle opleidingen kan een tegemoetkoming in reis- en studiekosten worden aan
gevraagd.
Cursussen (voor niet leerplichtige leerlingen)
Naaicursus voor beginners en gevorderden
Kookcursus: voor gewone en fijne keuken.
P. DE MOOR, directeur.
B. v. d. STAiDT, adj. directrice.
„OPEN DlAG" om nog beter kennis te nemen van het op vele punten veranderde
huishoudonderwijs kunt u op donderdag 11 maart 1976 de school 's middags van
24 en 's avonds van 79 bezoeken.
WAREN de weersomstandigheden ideaal in het vorige
weekeind! Het is voorjaar geworden en je ziet de mensen
er van opkikkeren. Het lijkt ineens of de winter voorbij is.
De vogels gaan fluiten; er komt ontwikkeling in bomen en
planten. De werkzaamheden op 't land zullen weldra gaan
beginnen. Het ziet er veel belovend uit, want de vorst
heeft het land goed gedaan. Op hoop van zegen gaan we
er weer tegen aan.
Er tegen aan gaan in de komende dagen ook de duizen
den carnavalsvierders. Het feest van de leut en het ple
zier staat voor de deur. De prinsen carnaval regeren in
vele steden en dorpen in ons gebied. De gewone stads
en dorpsnamen vergeten we voor verschillende dagen en
we hebben het enkel over „Krabbeaat" en „Pearehat" om
er twee als voorbeeld te noemen. Wie het carnavalvieren
niet kent of er als buitenstaander tegen aan kijkt kan niet
begrijpen wat de lol er van is. Men moet er midden in en
tussen zitten en vooral mee doen om de bevrijdende wer
king van dit leutige feest te ervaren. Het carnavalvieren
moet als het ware in het bloed zitten en misschien wel
van huis uit hebben meegekregen. Degene die het niet
kent, schudt het hoofd over zoveel onzin, maar de echte
carnavalvierdér die woensdag geen stem meer over heeft,
zal er weer tegen kunnen en er met plezier op terugzien.
Wanneer u buiten dit gebeuren staat en u wilt toch wat
van de sfeer proeven, we zouden zeggen: ga in de ko
mende dagen naar een van die plaatsen in ons gebied
waar carnavalsoptochten door de straten trekken. U zult
er waarschijnlijk heel wat levenswijsheid en -zotheid kun
nen opdoen!
ERRE van carnavalesk zijn de problemen waarmede
onze regering heeft te kampen. Op hetgeen wordt
gezegd en geschreven over steekpenningen gaan we niet
in. De Lockheed miljoenen zijn nog steeds voorpagina
nieuws en worden dagelijks veelvuldig besproken. Een
lawine van berichten komt over ons. Wanneer zullen we
weten wat er werkelijk aan de hand is?
Het Centraal Planbureau is de vorige week met nieuwe
economische vooruitzichten tot 1980 gekomen en hel
beeld dat deze plannenmakers ons 'voor houden is verre
van opgewekt. Vanzelfsprekend zijn het verwachtinoen
welke worden gepubliceerd en er is veel voorbehoud no
dig, maar het is duidelijk dat er heel wat zal moeten ge
beuren om de aanzienlijke werkloosheid tot staan te bren
gen, laat staan terug te dringen.
Voor dit jaar ziet het er allemaal redelijk uit. Er is een
opleving van de economie en de inflatie wordt minder dan
we de laatste jaren gewoon waren, maar de werkloosheid
blijft boven de 200.000. Het huidige regeringsbeleid gaat
uit van bezuinigingen in de overheidssfeer met 910 mil
jard in de periode 1977 tot en met 1980. Het Centraal
Planbureau heeft gezegd dat dit niet voldoende is. Bij de
huidige regeringsplannen zullen er in 1980 nog evenveel
werklozen zijrTals nu en zullen rond 500.000 mensen ar
beidsongeschikt zijn. Nu zijn dat er 340.000. Er wordt op
alle departementen in Den Haag hard gewerkt aan bezui
nigingsplannen, zo liet vorige week vriidag de minister
president weten na het wekelijkse ministersberaad.
We zijn bijzonder benieuwd op welke manier de rege
ring haar bezuinigingsplannen denkt uit te voeren. Dat er
meer geïnvesteerd moet worden door het bedrijfsleven en
dat hiervoor noodzakelijk is dat het bedrijfsleven meer
winst maakt, staat ook bij verschillende van onze minis
ters als een paal boven water. Hun uitspraken laten wat
dat betreft niets aan duidelijkheid te wensen over.
Het wordt steeds meer mensen duidelijk dat winst voor
het bedrijfsleven geen vies woord is, maar een absolute
voorwaarde voor het verkrijgen van meer werkgelegen
heid. De regering zal er niet onderuit kunnen wat te doen,
of beter gezegd veel te doen, om dat te bereiken. De laat
ste jaren zijn de winsten van de meeste bedrijven in ons
land veel te laag geworden. Er blijft weinig of niets over
voor investeringen en hoezeer dan de werkgelegenheid in
het gedrang komt, zien we nu.
FIND maart wordt in Utrecht een nationale zoetwa-
renbeurs gehouden. Daar brengen de snoepfabri
kanten hun produkten. In een dezer dagen gehouden pers
conferentie naar aanleiding van dit gebeuren werd ver
teld, dat de gemiddelde Nederlander per jaar 45 kg suiker
gebruikt en 5 kilo snoep en die snoep bestaat dan ook
weer voor de helft uit suiker. De vertegenwoordiger van
de snoepfabrikanten wees er op dat snoep nog steeds
negatieve gedachten oproept. Gesteld werd dat dit ver
band zou kunnen houden met het Calvinistisch denken in
ons land, dat er van uitgaat dat alles wat lekker is, ook
een beetje zondig is.
Op vragen over 't verband tussen tandbederf en snoep
werd opgemerkt dat dit optreedt bij langdurig en veelvul
dig gebruik van snel oplosbare koolhydraten zoals suiker,
glucose en lactose. De problematiek van het tandbederf is
volgens de Nederlandse snoepfabrikanten beslist niet op
te lossen door het stoppen met snoepen.
Dat er wordt gestopt met snoepen is ook niet de be
doeling van de Nederlandse appelfabrikanten (fruittelers).
Zij wijzen er bij voortduur op dat men verstandig moet
snoepen vandaar hun leuze: „Snoep verstandig, eet een
appel"!