GOED GRAS - GEZOND VEE
KIESERIET
MAGNESIUM
(Magnesiumsulfaat meststof - 2696 MgO)
Nederlands vee ook in 1975 in trek
VOORAL DE LICHTERE GRONDEN BEVATTEN DIKWIJLS EEN TE GERINGE
VOORRAAD AAN OPNEEMBAAR
HET GRAS KAN DAARVAN BLJ DE GROEI DAN TE WEINIG OPNEMEN.
DE GEZONDHEID VAN HET VEE LOOPT GEVAAR, VOORAL IN HET BEGIN
VAN DE WEIDE-PERIODE.
NEEM GEEN RISIKO! STROOI BUTUDS.
Vestiging Montedison en de landbouw
Tuinbouwjournaal van Landbouwschap
17
STIGHT1ING PROPAGANDA VOOR
NEDERLANDS VEE IN HET BUITENLAND
Ondanks heü feit, dat 1975 economisch gezien een moeilijk
jaar was, heeft de export van stamboekvee en in het bij
zonder de export van gebruiksvee tzich in gunstige zin ont
wikkeld. Dit alhoewel er aanvankelijk een forse daling van
het exportcijfer van stamboekvee voonzien werd, gezien de
bestaande subsidies die sommige andere landen toekennen
en die bijzonder concurrerend werken. Echter werd op 1
nirti 1975 in Nederland de restitutieregeling voor de export
vfcn fokdieren van zuiver ras naar derde landen van kracht,
hetgeen een duidelijke ondersteuning van de export in de
tweede helft van 1975 ten gevolge had. Dientengevolge ligt
d!e totaalexport van stamboekvee in 1975 dichtbij het totaal
van 1974. Onderstaande 'tabel geeft een verdeling per ras,
alsmede een vergelijking met de export van 1974.
bereikt van 5.674. Naar Tunesië werden er 2.534 dieren uit
gevoerd, hetgeen een verdubbeling van het aantal, bereikt
in 1974, inhoudt. Rusland vermeerderde haar import met
waarmee diit land op een totaal van 2.477 dieren kamt.
Ook Spanje toont een toenemende interesse in Nederlands
zwartbontvee. Het afgelopen jaar werd, onder auspiciën
van Veepro-Holland en op verzoek van het Spaanse stam
boek, het Nederlandse keuringsrapport in Spanje geïntro
duceerd.
1975
totaal mnL vrw.
ZB 16.797 645 16.152
MRU 810 149 661
G 3 3
1974
totaal mnL vrw.
18.929 532 18397
667 101 566
Uit bovenstaande gegevens blijkt, dat het aantal geëxpor
teerde stieren in 1975 aanzienlijk hoger ligt dan in 1974,
waaruit een zuiver foktedhndsdhe waardering voor de Ne
derlandse veerassen is af te leiden.
Ook de export van MRU-vee is in 1975 weer toegenomen
en al is deze export dn vergelijking met die van het zwart
bonte vee niet erg groot te noemen, bestaat er toch een toe
nemende belangstelling voor dit ras.
In de Verenigde Staten en Canada werden in 1975 stam
boeken voor het MRU-veeras opgericht. Naar Canada wer
den dat jaar 21 roodbonte dieren uitgevoerd, in vergelijking
met 1974 een toename van 18 dieren.
In Hongarije blijft men zich richten op zuivere MRU-fok-
kerij, terwijl ook Polen en Bulgarije zich geïnteresseerd
tonen in ons roodbonte veeras.
De belangstelling in Frankrijk voor MRU wordt steeds
groter, blijkens het groeiende aantal ileden van het stam
boek aldaar, alsmede de toename van het aantal inschrij
vingen.
De export van zwartbonte dieren lag in 1975 dichtbiji het
totaal van 1974. Libië nam ook nu weer een zeer grote plaats
in bij de totaalexport van zwartbontvee. Met. een toename
van ca. 500 dieren ten opzichte van 1974 werd een totaal
ZEER GOED JAAR VOOR GEBRUIKSVEE
Vooral voor de export van gebruiksvee bleek 1975 een
uitmuntend jaar te zijn geweest. Volgens opgave van de
Stichting ORuvex die op vrijwillige basis keuringen ver
richt werden er maar liefst 18.203 dieren geëxporteerd.
Daar hiermee bijna 8.000 dieren méér de grens overgin
gen dan in 1974 (totaal 10.670), kan men zich voorstellen
dat de cijfers van het afgelopen jaar alleszins reden tot te
vredenheid geven. Van het totaal aantal dieren werden er
1.950 koeien, 13.978 vaarzen, 1.440 pinken en 885 kalveren
uitgevoerd (zie foto). Geconstateerd kan worden, dat óók
het Nederlandse gebruiksvee in het buitenland bijzonder
hoog staat aangeschreven.
UITBREIDING PROPAGANDA-ACTIVITEIT
Gezien de enorme belangstelling, die in het buitenland
bestaat voor het Nederlandse stamboek- en gebruiksvee,
heeft Veepro-Holland Stichting Propaganda voor Neder
lands vee in het Buitenland gemeend haar activiteiten,
met name die in woord, beeld en geschrift, te moeten uit
breiden. Dit heeft in 1975 geleed tot de première van de
film „Nederlands Vee - Rendabel Vee".
Het is een 16 ran kleurenfilm met optisch geluid en een
speelduur van 27 minuten. In dit tijdsbestek wordt de ge
hele gang van zaken dn de Nederlandse veefokkerij behan
deld: stamboekwerking, productiecontrole, gezondheidszorg,
export en keuringen. Voor dit laatste onderwerp werden die
opnamen gemaakt tijdens de juibileuimkeuringen van de bei
de rundvee-stamboeken in september 1974.
De film geeft een duidelijk beeld van wat Nederland op
veehouderijgebied doet en presteert en van de waarborgen
voor het Nederlandse vee bij export.
De talenversies waarin dieze film is uitgebracht zijn: Ne
derlands, Frans, Engels, Duits, Italiaans, Spaans, Portugees
en Arabisch.
Voor deze film bestaat zeer veel belangstelling. Dankzij
de medewerking van de afdeling Exportbevordering van het
Ministerie van Landbouw heeft iedere Nederlandse land-
bouwattaché een copie in de taai van zijn ambtsgebied be
schikbaar.
Ook op het gebied van de „papieren" propaganda heeft
er in 1975 een uitbreiding plaatsgevonden. Zo is er, naast
de kileurenfolders over het Nederlandse fokvee, thans een
kleurenfolder (in 5 talen) over het Nederlandse gebruiksvee
verschenen. Aan de bestaande brochures over het Neder
landse zwartbonte en roodbonte stamboekvee, alsmede aan
de Veebro-Holland kalender, is een Arabische versie toege
voegd.
Met bovengenoemd documentaitie-materiaal, tezamen met
de overige propaganda-activiteiten, zall de Stichting Veepro-
Hoiliand een belangrijke bijdrage blijven leveren aan de ver
breiding van de reputatie van het Nederlandse vee.
De Gewestelijke Raad van het Landbouwschap heeft uiteraard met bij
zondere belangstelling kennis genomen van de publicaties inzake een even
tuele vestiging van Montedison in het Sloegebded. Aldus een schrijven van
de Raad aan de fractievoorzitters van de Provinciale Staten van Zeeland
waaraan wij het volgende ontlenen.
iDe raad heeft zich daarbij afgevraagd, waarom de georganiseerde land
bouw, middels zijn deskundige in de Technische Commissie van de Provin
ciale Raad voor de Luchtverontreiniging, niet is gekend in het overleg dat
met betrekking tot deze aangelegenheid heeft plaats gehad.
•Deze vraag is des te klemmendfer nu uit de rapportering van de Tech
nische werkgroep ad hoc van de Provinciale Waterstaat is gebleken, dat bij
de bereiding van chloor door electrolyse van keukenzout kwik als kathode
wordt gebruikt, waardoor kwikverliezen naar de buitenlucht optreden. Daar
bij worden helaas geen cijfers genoemd, zodat een berekening van de emis
sie, die dagelijks optreedt, ontbreekt. Gezien de omvang van de produktie
mag echter worden verwacht dat het niet onbelangrijke hoeveelheden be
treft.
De Gewestelijke Raadi is derhalve zeer bezorgd over deze kwikemissie,
daar met name runderen uitermate gevoelig zijn voor kwik en wel zodanig,
dat bij het vrijkomen van hoeveelheden kwik van enige betekenis zeer ern
stige schade voor de veehouderij moet worden verwacht. De raad meent
dan ook uw bijzondere aandacht te mogen vragen voor dit aspect van een
eventuele vestiging van Montedison, gezien de belangen die er in deze voor
de landbouw op het spel staan.
In dit verband wordt verwezen naar een perspublicatie van het Ministe
rie van Landbouw medio november 1974 inzake een ingesteld) onderzoek op
een groot aantal veehouderijbedrijven in Zuid-Holland en Utrecht naar de
gevolgen van het vervoeren van kwikbevattende bollepulp aan runderen.
Toen bleek uit een ingesteld onderzoek door de A.I.D. dat het ernstige ver
moeden bestand dat een zekere hoeveelheid van voor veevoederdoeleinden
'bestemde bollen een te hoog gehalte aan kwik bevatte. Hoewel de oorzaak
nog niet bekend is, kon worden aangenomen dat de besmetting voortvloeide
uit de behandeling van bepaalde soorten 'bollen, bestemd voor uitplant, met
een kwikverbinding. Blokkering heeft plaats gehad teneinde bij voorbaat
elk gevaar voor de volksgezondheid uit te sluiten alsmede moeilijkheden
bij de afzet van nindveehouderijprodukten te voorkomen. De grenswaarde
van het toelaatbare kwikgehalte bedraagt 0,03 delen per miljoen.
Zoals bekend, aldus de Gewestelijke Raai mogen kwikbevattende midde
len niet meer voor ontsmetting worden gebruikt met het oog op de daar
aan verbonden gevaren.
De Raadi verzoekt de Prov. Staten te willen 'bevorderen dat, alvorens na
dere beslissingen worden genomen met betrekking tot de vestiging van
Montedison, een rapport van deskundigen beschikbaar komt over die even
tuele gevolgen van een dergelijke vestiging voor de landbouw.
Voorlichting De Tweede Kamer is eind december akkoord gegaan met die
inkrimping van „de voorlichtingsdienst. In de verschillende afdelingen van
het Landbouwschap is hierover gesproken. De vraag is of het bedrijfsleven
zelf moet deelnemen in een uitbreiding van de voorlichting. Dat zou kunnen
in de vorm van zgn. fifty-fifty-voorlichtersDe ovenheid en het 'bedrijfsleven
betalen dan ieder de helft voor dieze voorlichters. Dat is niet nieuw, want
deze mogelijkheid bestaat al jaren. Moet de tuinbouw ook in deze richting
denken en handelen?
Bevroren gasprijs voor grootverbruikers? Volgens bepaalde berichten zou
minister Van der Stee in december j.l. in de Tweede Kamer gezegd hebben
dat de gasprijs tot 1 oktober a.s. bevroren zou worden op het huidige
niveau. Hoe zit dat nu precies? De minister heeft gezegd! dat indien de olie
prijs zou stijgen hij de gasprijs niet zou laten meestijgen boven het door de
regering toegezegde prijspeil. Dat betekent dus wel een verhoging op 1 april
a.s. tot 10,77 cent.
Kleinverbruikers aardgas. Hebben alle kleinverbruikers in de tuinbouw
(verbruik tussen 30.000 en 170.000 m3) van de Districts Bureauhouder
(D.B.H.) de betreffende verklaring ontvangen? Zo dit niet het geval is doet
men er goed aan direct een verklaring op te vragen. Als u deze verklaring
hebt, 'leg ze dan niet ergens onder in de kast. Ze moet direct naar uw gas
bedrijf gestuurd of gebracht worden.
Minimum-afnameverplichting voor grootverbruikers aardgas. De afdelin
gen Bloementeelt en Groenteteelt hebben gesproken over de minimum af
nameverplichting voor aardgas-grootverbruikers. Het toepassen hiervan
stuit op grote psychologische bezwaren in een tijd dat iedereen roept om
energiebesparing. Er wordt nogmaals getracht om tot andere regelingen te
komen.
