©NDER ©NS GEZEGD. Over geld en g°ed I Bespreking minister van Landbouw en Landbouwschap s I-JET is deze week weer niet moeilijk om een aantal on- derwerpen te vinden waarbij we stil kunnen staan in deze rubriek. Daar was allereerst de worstelpartij bin nen het kabinet Den Uyl over de nieuwe wet op de onder nemingsraden. Zelden hebben we een zo ongerijmde zaak als mogelijke basis voor een kabinetscrisis gezien als wel ke er nu aan de orde is. Uit een de vorige week bekend geworden NIPO enquete blijkt dat slechts een kwart van het Nederlandse volk verandering van de wet op de on dernemingsraden urgent vindt en dat van de bedrijfsge- noten, dus van de medewerkers in de bedrijven, 65 vindt dat de direkteur in de ondernemingsraad thuis hoort Het is ons nog niet allemaal duidelijk wat er binnen de mi nisterraad is overeengekomen en daarin staan we geluk kig niet alleen. De eerste indruk was althans dat zelfs de direkt er bij betrokken bewindslieden het niet wisten of het althans ieder op hun eigen manier uitlegden. We heb ben wel begrepen dat er voor eerst in feite niet zoveel zal veranderen. Er vindt enige uitbreiding plaats van het me debeslissingsrecht van de ondernemingsraden maar op de voor de onderneming meest belangrijke punten blijft het bij een adviseringsbevoegdheid. Het kabinet heeft zichzelf een slechte dienst bewezen door over deze zaak op de wijze als nu is gebeurd naar buiten te treden. Toch vonden we het opmerkelijk dat er allerwege een gevoel van opluchting bestond toen bekend werd dat we niet direkt een kabinetscrisis kregen. Dit ge voel van opluchting was er ook binnen de brede kring van hen die gaarne een andere regeringscombinatie zouden zien. We staan immers voor een periode waarop we niet zuilen ontkomen aan ingrepen in de verworven zekerhe den op sociaal en economisch gebied. We hebben te ma ken met werkloosheidscijfers welke nog nooit in de laat ste decennia zo hoog zijn geweest als op dit moment. Er is sprake van een diepe inzinking van de economie. Zeker, er zijn tekenen dat het de goede kant op gaat maar daarbij zal een verantwoorde politieke leiding onmisbaar zijn en een langdurige periode van politieke onzekerheid zou waarschijnlijk de chaos alleen maar groter maken. Er komt bij dat er nog verandering van mentaliteit bij sommige groeperingen zal moeten plaats vinden alvorens Neder land een andere regeermogelijkheid kan krijgen. T^AGELIJKS konden we ook in de afgelopen periode kennis nemen van de problemen rond de hoge aardappelprijzen. Het verschil tuesen een overschot met lage prijzen en een tekort met hoge ligt dicht bij elkaar, dat zien we weer eens in dit seizoen. Niet alleen in de aardappelsektor zijn er echter tekorten, er dreigen ook te korten op ander terrein, zoals bijvoorbeeld op dat van de whiskyvoorziening, iets waar we als land- en tuinbouw niet bij betrokken zijn, maar dat wel tekenend is voor de situatie in het algemeen. We lazen n.l. dat bij alle econo mische problemen waarvoor Groot Brittanië zich ziet ge plaatst, er zich een nieuwe dreigt toe te voegen en wel de schaarste aan Schotse whisky met ingang van het jaar 1980. Eén van de belangrijkste voormannen van de ver eniging van producenten van Schotse whisky heeft de re gering ervan beschuldigd de kip met de gouden eieren te slachten door één van de weinige industrieën van het land welke voortdurend deviezen oplevert, meedogenloos te belasten. In 1975 is de produktie van Schotse whisky met 17 verminderd, terwijl de wereldvraag blijft groeien. Omdat whisky eerst 5—6 jaar na de fabrikatie op de markt wordt gebracht en omdat over zes jaar de wereldvraag met ongeveer 60 zal zijn toegenomen, valt te verwach ten dat er in het begin van de tachtiger jaren een schaar ste zal optreden aan dit produkt. De produktievermindering wordt toegeschreven aan het feit dat de producenten accijns moeten betalen op het moment dat het produkt de kelders verlaat zonder de ver koop aan de klanten af te wachten. Hierdoor zijn tal van whiskyproducenten in financiële moeilijkheden gekomen die in 1974 en 1975 nog zijn toegenomen door de hoge rentetarieven! EEN tekort maar overschotten zijn er nog steeds in de Europese melkpoedersektor. Er is in Europa een melkpoederberg ontstaan van 1,14 miljoen ton. Alleen al in Nederland is hiervan 145 miljoen kilo opgeslagen! Een deel van dit overtollige melkpoeder is van vóór 1973 en vrijwel niet meer geschikt voor menselijke consumptie. Volgens de plannen van de E.E.G.-diensten in Brussel wil men de helft van deze enorme voorraad buiten de E.E.G. afzetten voor veevoeder en de andere helft binnen de E.E.G. Om de melkpoeder buiten Europa af te zetten wordt ge dacht aan uitvoerrestitutie om te kunnen concurreren met de wereldmarktprijs. De moeilijkheid welke men thans nog moet oplossen bij de afzet van dit overtollige produkt ligt in het voorkomen dat de melkpoeder na export weer in de menselijke consumptiesfeer terecht komt. De expor teurs moeten garanderen dat het produkt uitsluitend een bestemming als veevoer krijgt. Maar daarvoor zullen naar het zich laat aanzien grotere zekerheden gevonden moe ten worden dan men nu heeft. IA/ANNEER dit blad verschijnt staan we voor Valen- tijndag. Op 14 februari wordt in vele landen het feit herdacht dat „broeder Valentijn" jarig was. Deze broeder was volgens de overlevering altijd in de weer om met goe de zorgen de problemen van anderen te verlichten. Als blijk van zijn vriendschap gaf hij uit de kloostertuin een bloemetje mee aan hen die dat volgens hem hadden verdiend. Naar aanleiding hiervan is de laatste jaren de gewoonte ontstaan mensen die zich om de een of andere reden erg verdienstelijk hebben gemaakt, een bloemetje toe te sturen of op andere wijze te huldigen. De Nederlandse bloemicten hebben daarop ingehaakt en kiezen elk jaar een groep van mensen uit die zich ver dienstelijk hebben gemaakt. Deze groep krijgt dan namens de Vereniging de Nederlandse Bloemisterij een bloem- stukje aangeboden. Dit jaar heeft deze vereniging de Ne derlandse Wegenwacht uitgekozen met als motivering dat deze mensen altijd in weer en wind klaar staan om ande ren te helpen! Reeds op 12 februari krijgen de wegenwachters hun bloemenhulde. Valentijndag is echter zoals gezegd eerst op 14 februari. Wat dat betreft hebt u op de valreep nog de kans uw bloemenhulde te brengen aan hem of haar die dat volgens u verdient! Via de reklamemedia hebben de Nederlandse bloementelers de laatste tijd bij herhaling gewezen op de betekenis van bloemen op Valentijndag, zodat het er wel inzit dat we er op den duur een dag bij- krijgen waarop we door de commercie geleide weldoe ners zullen worden of we willen of niet! TUDENiS de op 4 februari j.l. gehouden maandelijkse bespreking tussen de Minister van Landbouw en Landbouwschap, heeft het Landbouwschap bij de minis ter het reeds eerdere uitgesproken standpunt over de prijsvoorstellen van de Europese Commissie nogmaals benadrukt en daarbij speciaal gewezen op het markt beleid voor de rundvleessector en het referentieprijsstel- sel voor de tuinbouw. Minister Van der Stee achtte de mogelijkheid van na tionale compensatiemaatregelen, welke in Frankrijk overwogen worden en waarover het Landbouwschap be zorgd is, onaanvaardbaar. Hij heeft het Landbouwschap uitgebreid geinformeerd over de tweede ronde die de E.G.-ministers van Landbouw gewijd hebben aan de prijsvoorstellen. Wat het rundvleesbeleid betreft heeft de minister daarbij gepleit voor een studie van een premiesysteem voor slachtvee, zoals dat in het Verenigd Koninkrijk wordt toegepast. Een voordeel van dit systeem is naar zijn mening dat lagere consumptieprijzen het verbruik van rundvlees bevorderen en het herstel van een even wichtige markt positief beïnvloed wordt. De referentieprijzen voor enkele tuinbouwprodukten worden bepaald op basis van de werkelijke marktprijzen gedurende de laatste drie jaren. Deze prijzen worden vastgesteld door de Europes Commissie Volgens de minister zijn de referentieprijzen voor komkommers voor 1976 op basis van de berekeningsmethode al ongeveer 25 hoger dan de marktprijzen, terwijl daarboven nog een stijging van 5 komt voor de eerste twee maanden. De bewindsman is van mening dat deze referentieprij zen niet onbillijk zijn. Het Landbouwschap meent niet temin dat de sterke kostenstijging in de glastuinbouw een extra verhoging van de referentieprijzen voor to maten en komkommers rechtvaardigt. Het blijft op het standpunt dat de referentieprijzen voor tomaten een maand eerder van kracht moeten zijn. In het algemeen onderschrijft de minister van Land bouw kritiek van het Landbouwschap op de prijsvoor stellen. Naar zijn mening is het echter niet mogelijk dat de kostenstijging in de landbouw zondermeer goedge maakt kan worden door en prijsverhoging. Het Land bouwschap meent dat dit wel geldt voor de gemiddelde prijsverfliioging maar dat per produkt bezien rekening gehouden moet worden met de marktontwikkelingen. Overigens heeft de Nederlandse regering, volgens mi nister Van der Stee, nog geen standpunt over de Brus selse prijsvoorstellen ingenomen. EG-ROOIREGELING ifET Landbouwschap heeft bij de minister aangedron- gen op enkele verbeteringen in de door de Euro pese Commissie voorgestelde rooiregeling voor de fruit teelt. Het betreft een algehele inplaats van een beperk te rooimogelijkheid, omdat dit beter aansluit bij de be- drijfsopbouw. Voorts dient de datum van aanvrage (1 april 1976) verschoven te worden naar een later tijdstip en is de premie van 1100 RE per ha te gering om het te verwachten effect te bereiken. Minister Van der 'Stee wees erop dat de rooiregeling thans in EG-verband volop in discussie is. Hij wilde de resultaten van deze discussie afwachten om een beeld (Zie verder pag. 4.) JN december van vorig jaar schreven toy in deze rur briek een artikel over huwelijksvoorwaarden en wel over „De gemeenschap van vruchten en inkomsten". Dit stelsel van huwelijksgoederenrecht komt erop neer, ietwat ruw gezegd, dat wat de echtgenoten bij de voltrek king van het huwelijk bezitten en wat ze later door erfe nis of schenking verkrijgen, hun privé-eigendom blijft terwijl wat ze gedurende het huwelijk door koop of an derszins verwerven gemeenschappelijk eigendom wordt. Aan het stelsel, zoals dat in het Burgerlijk Wetboek in enkele artikelen is omschreven, kleven ook wel bezwaren. Die bezwaren kan men in de akte van huwelijksvoor waarden proberen weg te nemen. Dat gebeurt ook wel, maar nietemin zijn er toch nogal wat mensen die tegen woordig aan een ander stelsel de voorkeur geven en die zelfs de gemeenschap van vruchten en inkomsten totaal verouderd achten. Professor Luyten in zijn boek .Jluwelijksgoederen- recht" deelt die opvatting niet. Hij noemt de gemeenschap van vruchten en inkomsten een waardevol keuzestelsel voor welks behoud hij blijft pleiten. (Klaassen - Eggens - Luyten: Huwelijksgoederenrecht, blz. 276). JN de praktijk is in de laatste jaren een ander stelsel 1 naar voren gekomen., dat meer en meer toepassing vindt. Dat is 't stelsel waarbij alle gemeenschap van goederen wordt uitgesloten, met daarbij het beding dat hetgeen de echtgenoten uit hun inkomen besparen tussen hen ver deeld zal worden bij helfte. leder krijgt daarvan dus 50 Wie in de wet naar dit systeem zoekt, zoekt vergeefs! Het is daar niet in geregeld. Dat betekent echter niet, dat het geen rechtskracht heeft. Het huwelijksgoederenrecht is n.L voor een zeer groot deel aanvullend recht, hetgeen toil zeggen dat de wettelijke bepalingen alleen gelden als de partijen niets anders zijn overeengekomen. Wordt dus wel iets anders overeengekomen dan is dit dus rechts geldig. Dat men bij huwelijksvoorwaarden overeenkwam dat alle gemeenschap van goederen zou zijn uitgesloten kwam ook vroeger al vrij veel voor. Het verrekenbeding kwam men dan echter niet tegen. Dit betekende dat de besparingen, die ieder van de echtgenoten tijdens het hu welijk behaalden ook ieders privé-eigendom bleven. JN de praktijk was dit stelsel vooral nadelig voor de 1 vrouw. Het is toch in onze samenleving over het al gemeen de man die het inkomen verwerft. Dat is nu zo en dat was, zoals wij allemaal weten, vroeger in nog veel sterkere mate het geval! Onder het stelsel van uitsluiting van alle goederenge meenschap zonder verrekenbeding werden als gevolg daarvan, de besparingen uit 't inkomen ook alleen eigen dom van de man. Er zijn weinig mensen, die dit een rechtvaardige zaak vinden. Zonder het werk, zonder de medewerking van de vrouw zou de man niet de besparingen behalen die hij met haar werk en haar medewerking behaalt. Het is, zo als met zoveel andere dingen, een zaak van team-work! T^iOOR het verrekenbeding wordt aan deze toestand een einde gemaakt. Daardoor wordt een rechtvaar dige verdeling tot stand gebracht van besparingen, die tot stand plegen te komen door gezamenlijke inspanning, van man en vrouw, ieder op hun specifieke terrein, dat voor de vrouw tegenwoordig vaak groter is dan alleen de huis houding. In een acte van huwelijksvoorwaarden met het genoem de beding leest men dan dat de echtgenoten na het einde van een kalenderjaar van hun inkomen hebben bespaard tussen hen bij helfte verdeeld zal worden. Vaak treft men ook nog een omschrijving aan van wat onder inkomen verstaan zal worden. Het inkomensbegrip en speciaal het winstbegrip kan echter niet anders dan in algemene ter men, en dus vaag, omschreven worden. N veel acten leest men dat de verdeling binnen een bepaalde termijn moet plaats vinden. Dikwijls lezen wij dat die termijn één jaar is en dat als na afloop van die termijn verrekening niet gevorderd is, het recht om de te vragen vervalt. Dat er een vervaltermijn genoemd wordt, is, o.i. juist, want anders blijft het recht om verrekenirig te vragen bestaan; zelfs na 30 jaar, een termijn waarin rechten verjaren. Verjaring vindt echter niet plaats tussen echtgenoten. Zonder vervaltermijn zouden er eindeloze geschillen over tc verrekenen bedragen kunnen ontstaan. Naar onze mening dient men echter, gezien alle onzekerheden, met name over belastingschulden, die na een jaar nog kunnen bestaan de termijn wat langer te nemen. Wij denken dan aan een jaar of drie. Vooral voor mensen die een bedrijf uitoefenen, is de ontwikkeling die zich na 1957 op dit terrein heeft doorgezet, gunstig. Uitsluiting van gemeen schap van goederen met verrekenbeding is dus eveneens een goed, voor een aantal, een beter stel sel dan andere! PAAUWE

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1976 | | pagina 3