zuidelijke landbouw maatschappij
KANTTEKENINGEN BIJ HOGE AARDAPPELPRIJZEN ons commem-aar
voorziening niet in gevaar
terwijl vanuit consumentenkringen en vakbonden
sterk wordt aangedrongen op een maximumprijs en
een exportverbod voor aardappelen, worden vanuit de
landbouw dergelijke maatregelen volstrekt afgewezen.
Toch is men ook in landbouwkringen van mening dat èn de
binnenlandse voorziening gewaarborgd dient te zijn èn
een verdere prijsstijging ongewenst is. Wij dachten dat
consumentencontactorgaan en vakbonden er verstandi
ger aan hadden gedaan zich eerst op de hoogte te stellen
van de werkelijke situatie op de aardappelmarkt alvorens
met toch wel erg doordachte voorstellen voor prijs- en
exportstop te komen I
aardappel regeling
VRIJDAG 13 FEBRUARI 1976
64e Jaargang - No. 3318
land- en
tuinbouwblad
Het O. en S.-Fonds en het Fonds Hinderpreventie van het Produktschap voor Veevoeders hebben besloten
een gezamenlijke bijdrage te verlenen voor de praktische beproeving van 100 grondputten voor de opslag
van dunne mest op akkerbouwbedrijven en van 100 lu chtwassers voor de zuivering van de ventilatielucht uit
stallen. De bijdrage is vastgesteld op 50 van de goed te keuren investeringskosten. Aanvragen kun
nen worden ingediend bij de H.I.D. Bedrijfsontwikkeling in de betreffende provincie. Alle noodzakelijke
gegevens ter beoordeling van de urgentie van de aan vrage en de voorgenomen investeringen met kosten
raming, moeten daarbij worden overgelegd.
^E ontwikkeling van de prijzen der consumptieaard
appelen gedurende de laatste maanden zijn de
laatste tijd zonder twijfel zowel binnen als buiten de land
bouw regelmatig onderwerp van gesprek. Het is duidelijk
dat daarbij de producent wel wat anders tegen de huidige
prijsontwikkeling aankijkt dan de consument.
Toch is het aantal producenten, telers dus, dat voor 'de
volle honderd procent vaa de huidige prijshoogte profi
teert zeer beperkt. Immers er zijn maar weinig telers meer
die nu nog zelf over hun aardappelen vrij kunnen beschik
ken, alhoewel natuurlijk nog we! heel wat telers in niet on
belangrijke mate van de hogere prijzen meeprofiteren via
de diverse aardappelpools. Eén ding is in elk geval duide
lijk, de inkomensverschillen zullen binnen de akkerbouw
dit jaar bijzonder groot zijn, afhankelijk van de aanwezig
heid van aardappelen en uien in het bouwplan en het tijd
stip dan wel de methode van verkoop. Daarbij hebben wij
de indruk dat het toenemend areaal aardappelen dat in
poolverband of kontraktueel is vastgelegd de schomme
lingen op de „vrije markt" door de jaren heen groter
maakt. De prijsuitschieter van dit jaar lijkt dit weer te be
vestigen.
Naar onze mening versterkt het prijzenbeeld van de
laatste tijd dan ook nog eens de noodzaak om tot een
meer gereguleerd afzetsysteem te komen. De uitschieter
naar boven van dit jaar mag zeker geen aanleiding geven
om zich meer en meer op de vrije verkoop te richten. Im
mers goede en kwade kansen wisselen elkaar op dit ge
bied vaak volstrekt onvoorspelbaar af. En bij het huidige
kostenniveau van de aardappelteelt (met de huidige hoge
poterprijs zal de kostprijs niet ver van de 20 cent per kilo
liggen) zijn er maar weinig bedrijven die zich deze gok van
goede en kwade kansen in feite kunnen permiteren!
Dan had men immers kunnen konstateren dat er op dit
moment geen enkele reden is om te veronderstellen dat
de binnenlandse voorziening in gevaar kan komen. Welis
waar is de produktie van consumptieaardappelen dit sei
zoen ook in ons land lager dan normaal geweest, maar
daar staat tegenover dat er in het voorseizoen zo'n 50.000
ton meer uit derde landen is ingevoerd, terwijl in de loop
van het najaar omstreeks 175.000 ton fabrieksaardappelen
voor consumptie (export) zijn bestemd.
Houden we bovendien rekening met een dit jaar zeer
laag uitvalpercentage dan lijkt er in totaal voor export èn
binnenlandse consumptie een vrij normaal kwantum be
schikbaar te zijn. Daarom geven de nu bekende export
cijfers ook geen reden om voor een tekort op de binnen
landse markt te vrezen. Zeker indien men bedenkt dat het
maandelijks te verwerken kwantum aardappelen nu een
maal zijn grenzen kent in verband met onder meer de sor-
teercapaciteit der bedrijven. Dat niettemin het produkt
schap alle export naar de derde landen aan een vergun
ningenstelsel heeft onderworpen achten wij een verstan-
In dit No. o.m.:
De voorjaarsgrondbewerking
pag. 5
Wat mag ik aftrekken voor de
inkomstenbelasting pag. 7
Akkerbouw nu.Overdracht
van een pachtbedrijf pag. 9
Ruwvoederonderzoek in Zeeland
pag.11
Oude boerderijen in Zeeland
XXXVI pag. 14/15
Tarieven loonwerk 1976 Zeeland
en Brabant pag. 19/21
dig besluit, evenals het volledig stopzetten van de export
naar Zweden. Immers voorkomen moet worden dat onze
regelmatige afnemers in het buitenland zonder aanvoer
zouden komen te zitten als gevolg van grote extra aanko
pen van normaal niet in de markt zijnde landen. Want ook
voor het komend jaar moeten we toch weer een export
markt hebben voor onze aardappelen. In dat kader is
uiteraard een exportverbod volstrekt onverantwoord en
bovendien in strijd met de E.G.-gedachte.
Overigens hebben wij de indruk dat de laatste twee we
ken niet van een verdere prijsstijging meer gesproken kan
worden. Daarom èn ook tegen de achtergrond van de
Belgische ervaringen zien wij een maximumprijs voor
aardappelen niet zitten. Nog afgezien van de vraag of het
principieel aanvaardbaar is dat in een vrije sektor wordt
ingegrepen!
LERING TREKKEN
T^E huidige hoge aardappelprijzen drukken ons voorts
nog eens duidelijk met de neus op een paar andere
feiten. In de eerste plaats wordt nog eens duidelijk aange
toond hoe sterk de prijzen voor de consument kunnen
gaan schommelen onder invloed van met name de op-
brengstverschillen, indien er sprake is van een vrij pro-
dukt. Het ware goed hier wat meer aan te denken wanneer
men vanuit consumentenkringen zich afzet tegen Brussel
se prijsverhogingen, dan wel voorraadvorming op kosten
van de gemeenschap. Zonder E.G. landbouwbeleid was
men immers als consument een jaar geleden met dezelfde
en mogelijk nog sterkere prijsexplosie geconfronteerd
voor bijvoorbeeld de suiker!
In de tweede plaats moeten we ons ook ervan bewust
zijn dat de huidige prijsuitschieter voor de aardappelen
niet alleen veroorzaakt wordt door sterk tegenvallende ha-
opbrengsten. Ook het in Europees verband belangrijk te
ruggelopen areaal consumptieaardappelen heeft daarop
ongetwijfeld invloed. De gevolgen die we nu voor één pro-
dukt zien, zullen niet veel anders voor de totale westerse
voedsel produktie liggen als we jaar in jaar uit door gaan
met grote hoeveelheden landbouwgrond aan de produktie
te onttrekken of de produktie op deze gronden te bevrie
zen op het huidige opbrengstpeil. Wij dachten dat de hui
dige schaarste van aardappelen in Europees verband ge
zien te meer een aanwijzing behoort te zijn dat we heel
zuinig op onze voedselproduktie moeten zijn en dus op de
grond en de bedrijven die dit voedsel moeten voortbren
gen!
T}E Europese Commissie heeft voorstellen uitgewerkt
om ook de aardappel op te nemen in het markt- en
prijsbeleidregiem voor landbouwprodukten. Over een der
gelijke aardappelregeling wordt al jaren gepraat en gestu
deerd. Het gaat daarbij in feite om de kernvraag of er een
z.g. „lichte regeling" moet komen, waarbij er voorname
lijk een en ander ten aanzien van de kwaliteit en het vrije
verkeer tussen de lidstaten onderling wordt geregeld, of
dat er een volledige prijsgarantieregeling moet komen.
Het laatste dan ongeveer in de geest zoals in Engeland al
jaren bestaat onder het regiem van de Potato Marketing
Board. Terecht wordt vanuit Nederland sterk aangedron
gen op een z.g. lichte kwaliteitsregeling en wordt elke
vorm van gegarandeerde prijs, uiteraard dan gekoppeld
aan één of andere vorm van teeltquotering, afgewezen.
Wij zijn van mening dat vooral via een nog beter funktio-
nerend afzetsysteem gestreefd dient te worden naar een
gelijkmatiger prijsontwikkeling. Zeker voor de teler zien
wij tegen de achtergrond van de ervaringen met de ande
re akkerbouwprodukten gedurende de laatste paar jaar in
een Brussels markt- en prijsregiem voor aardappelen wei
nig positiefs!
Overigens is het wel zaak vanuit Nederland over deze
zaak doorlopend mee te blijven praten. Immers de menin
gen en verhoudingen, ook binnen landbouwkringen, liggen
in sommige andere, grote, E.G.-landen heel anders.
Het zou ons dan ook niet verbazen indien de druk om
ook de aardappel volledig onder het E.G.-markt- en prijs
beleid te brengen in de komende tijd zal toenemen.
LUTEIJN