HOOFDBESTUUR VERGADERDE
Ir. D. LUTEIJN kandidaat voorzitter K.N.L.C
zuidelijke landbouw maatschappij
V, 7rQ VRIJDAG 6 FEBRUARI 1976
—'- 64e Jaargang - No. 3317
land- en
tuinbouwblad
z.l.m
Alhoewel het Zuid-Westen minder te lijden had van sneeuwval en gladde wegen dan veelal elders in ons land het
geval was, leverde de eerste maand van het nieuwe jaar onze O.V.M. toch nog 518 schadegevallen op, 88 meer
dan in dezelfde periode in het vorig jaar. In onze rubriek O.V.M. Verzekeringen op pag. 3 wordt er nog weer eens
op gewezen dat het aanpassen van de rijstijl aan de wisselvallige weers- en wegomstandigheden een eerste ver
eiste is om ongelukken zoveel mogelijk te voorkomen!
OOEWEL de vorst van de laatste dagen ook proble
men met zich meebrengt zijn de lusten, uit land-
bouwoogpunt gezien, toch groter dan de lasten". Met de
ze woorden opende voorzitter ir D. Luteijn de maandag
j.l. te Bergen op Zoom gehouden (besloten) vergadering
van het Hoofdbestuur van de Z.L.M.de Zuidelijke Land
bouw Maatschappij.
In zijn openingswoord konstateerde de heer Luteijn dat
het ministeroverleg over de Brusselse prijsvoorstellen
maar moeilijk op gang komt: „Voor medio maart hoeven
we geen uitsluitsel te verwachten".
De Z.L.M.-vooriitter zei de indruk te hebben dat het
Europees parlement naar de middenweg tendeert, d.w.z.
9 91/2 gemiddelde prijsverhoging, afgezien van de
monetaire compensatie. Als positieve faktor noemde de
heer Luteijn in dit verband de opstelling van minister v. d.
Stee die fel gekant is tegen een aftrekken van de mone
taire compensatie (2 Hij sprak daarbij de hoop uit dat
de minister deze stelling tot het laatste moment zal blij
ven verdedigen.
Wat het nationaal beleid aangaat heeft de onlangs af
gekondigde z.g. versoepelde rijksgroepsregeling zelfstan
digen (R.Z.) nogal tot wat misverstanden aanleiding gege
ven. „Deze misverstanden zijn niet in het minst in het le
ven geroepen door de elkaar niet dekkende persberichten
van de ministeries van C.R.M. en Landbouw", zo was de
mening, van de heer Luteijn. Hij voegde daaraan toe van
mening te zijn dat de R.Z. in de eerste plaats gezien moet
worden als een instrument ingeval van calamiteiten en
dat „we niet de illusie moeten hebben dat via de R.Z. we
zenlijk wordt bijgedragen aan de inkomensvorming". De
Z.L.M.-voorzitter betreurde het dan ook dat de regeling
wel in die zin is gepresenteerd.
Verheugend noemde de Z.L.M.-voorzitter het dat
Provinciale Staten van Zeeland de argumenten van
landbouwzijde tegen een snel(rond)weg op Walche
ren hebben gehonoreerd. Hij zei te hopen dat het land-
bouwstandpunt ook bij de behandeling van een dergelijk
geval voor de westhoek van Schouwen-Duiveland zijn
plaats zal krijgen.
Tot slot van zijn openingswoord zei de heer Luteijn al
de indruk te hebben dat bij de achterban weer wat meer
vertrouwen bestaat in de toekomst van de landbouw. „Dit
kan afgeleid worden uit een toeneming van de bedrijfs
opvolging en het weer gaan investeren". De heer Luteijn
waarschuwde echter tegen het trekken van de conclusie
uit de omzet van de landbouw-RAI dat er weer voldoende
geld is. „Bovendien zijn we struktureel niet zover vooruit
QP 1 maart a.s. houdt het K.N.L.C. een buitengewone
algemene vergadering ter verkiezing van een voor
zitter. Het gaat om de opvolging van ir C. S. Knottnerus,
de voornemens is het voorzitterschap per 1 mei a.s. neer
te leggen.
Bij de kandidaatstelling voor de benoeming van een op
volger is tot dusver door leden-organisaties slechts één
naam naar voren gekomen, n.l. die van de heer ir D. Lu
teijn te Kortgene.
De K.N.L.C.-statuten schrijven voor dat indien door de
leden slechts één kandidaat wordt voorgedragen deze ge
acht wordt te zijn benoemd. Onvoorziene omstandigheden
In dit no. o.m.:
Verzekeringsplicht en
beloning inwonende thuis-
meewerkende kinderen
pag. 4/5
Uit de praktijk pag. 7/8
Studiedag Bodem
vruchtbaarheid pag. 9/11
Doe het zelf -
Mechanisatienieuws
pag. 10/14/15
Z.-VI. Studiedag
Rundveehouderij
pag. 12/13
Bedrijfsoverdracht door
eigenaar-gebruiker
pag. 19
Bedrijfsbeëindiging op
termijn voor glastuinders
pag. 21
Voor de vrouw pag. 27
dat we weer vertrouwen in de toekomst kunnen hebben",
zo besloot de Z.L.M.-voorzitter zijn openingswoord.
NIEUWE NAAM ZUIDELIJKE LANDBOUW MIJ
GOEDGEKEURD
"^AN het ministerie van Justitie werd bericht ontvan
gen dat de statuten, zoals die op 1 december 1975
op de algemene vergadering waren gewijzigd, zijn goed
gekeurd. Dat houdt tevens in dat nu ook de nieuwe naam
officieel is: Zuidelijke Landbouw Maatschappij.
PROVINCIALE TAKEN Z.L.M.-VOORZITTER
TJOOR de te verwachten benoeming van ir Luteijn per
1 mei a.s. als voorzitter van he K.N.L.C. zullen een
aantal regionale taken vrijkomen. Met name het voorzit
terschap van de Gewestelijke Raad is niet met de nieuwe
funktie van de heer Luteijn te verenigen. Het Hoofdbe
stuur zag als meest praktische oplossing dat het „roule
ren" van deze funktie een jaar zou worden vervroegd. Ook
kan de heer Luteijn als voorzitter van het K.N.L.C. de
Z.L.M. niet meer vertegenwoordigen als lid van het Hoofd
bestuur van die organisatie. Als het zover is zal vice-voor-
zitter S. de Visser zijn plaats moeten innemen, aldus het
Hoofdbestuur. Hoewel de opvolging van ir Luteijn als
voorzitter van de Z.L.M. niet een direkt dringend karakter
heeft werd besloten zich de komende tijd intern te bera
den over mogelijke kandidaten voor deze funktie.
CONCURRENTIEVERVALSING
I-IET Hoofdbestuur stemde in met het verzoek van de
kring Noord-Beveland om een inventarisatie te ma
ken van mogelijke concurrentievervalsende maatregelen
in de verschillende E.E.G.-landen. Besloten werd een en
ander via het K.N.L.C. aanhangig te maken. In eerste in
stantie moet het er daarbij om gaan een overzicht te ver
krijgen voor intern gebruik.
(Zie verder pagina6.)
daargelaten zal de heer Luteijn dus per 1 mei als K.N.L.C.-
voorzitter in funktie treden, waarbij hij overigens ook nog
enkele jaren het voorzitterschap van de ZLM zal blijven
vervullen.
David Luteijn is 11 juli 1943 geboren in Zuidzande. Hij
kreeg zijn opleiding aan de HBS-B te Oostburg en stu
deerde van 1961juni 1968 aan de Landbouwhogeschool
le Wageningen, richting landhuishoudkunde met inge
nieursvakken algemene en bijzondere landhuishoudkun
de, staathuishoudkunde en agrarisch recht.
Na beëindiging van zijn studie ging ir Luteijn in militaire
dienst; hij is reserve-officier. Vanaf maart 1970 tot februa
ri 1972 was ir Luteijn hoofd van de Marketing-sectie van
de kunstmestfabriek Windmill Holland te Vlaardingen. Op
1 februari 1972 trad hij als secretaris in dienst van de ZLM,
waarvan hij op 1 januari 1975 tot algemeen voorzitter werd
benoemd. Hij is ook voorzitter van de Provinciale Raad
voor de Bedrijfsontwikkeling in Zeeland en van de Ge
westelijke Raad van het Landbouwschap.
Ir Luteijn is gehuwd en heeft 2 kinderen. Hij onder
houdt dank zij het ouderlijk landbouwbedrijf in Zeeuws
Vlaanderen nauw kontakt mat de praktijk en wil t.z.t. de
leiding van het bedrijf van zijn vader overnemen.