Zaaizaadsituatie voorjaarszaai
granen komende zaaiseizoen
Maïs
(Ontleend aan "Uitleg")
.JSL.
De Rassenlijst voor
landbouwgewassen I976
t
Kon. Kweekbedrijf en Zaadhandel
D. J. van der Have b.v.
Kapelle
TN vergelijking met vorig jaar is er de afgelopen
herfst in Nederland een veel groter areaal met win
tertarwe ingezaaid. Mits er geen tegenvallers met abnor
male weersomstandigheden meer komen, zal er in ons
land slechts een geringe plaats zijn voor de inzaai van
zomertarwe.
Tevens kan de oppervlakte zomergerst, welke in ons
land afgelopen jaar tot 77.000 ha was gestegen, voor het
komend seizoen wel eens enige teruggang te zien geven.
Jaarlijks wordt er in ons land door de Nederlandse gra-
nenkwekers en de V.H.Z. (handel) het benodigde zaai-
granenareaal gepland van herfst- en voorjaarsgranen
welke op kontraktbasis worden geteeld.
Hiermede wordt er getracht om in eerste instantie vol
doende zaaigranen van de verschillende rassen, voor de
Nederlandse landbouw, per seizoen voor ons land veilig
te stellen, zoveel mogelijk rekening houdende met even-^
tuele nieuwe opkomende rassen en de aflopende rassen,
Ook voor de lichtere gronden is er door de landbouw
een goede keuze te maken o.a. uit de rassen Kaspar en
Selpek. Conclusie is: voor de huidige omstandigheden
is er thans ruim voldoende zaaizaad van zomertawerassen.
beschikbaar in prima kwaliteiten van diverse rassen.
ZOMERGERST
"TOTAAL na aftrek van de in onderzoek zijnde zomer-
gerstrassen is er een oppervlakte te velde goed
gekeurd van ca 3388 ha bestaande uit de volgende ras-
sen:
Aramir
526 ha
Ofir
12 ha
Belfor
257 ha
Pauline
25 ha
Berac
380 ha
Pirouette
574 ha
Delisa
67 ha
Ramona
142 ha
Diva
28 ha
Vada
9 ha
Drossel
11 ha
Valeta
11 ha
Effendi
80 ha
Varunda
28 ha
Gerkra
48 ha
Vatonga
2 ha
Julia
12 ha
Zephyr
165 ha
Mazurka
658 ha
Miranda
353 ha
Totaal
3388 ha
In zijn totaliteit zal er voldoende zaaigerst beschikbaar
zijn voor de Nederlandse landbouwer. Evenals vorig jaar
zullen er dit seizoen hoeveelheden van bepaalde gerst
rassen voor export worden bestemd. Speciaal bij de
brouwgerstrassen is er dit seizoen een rassenverschui-
rassen dus die jaarlijks minder worden gevraagd. In een
samenspel tussen kwekers en handel is het de taak van
de Nederlandse zaaizaadhandel om voor de landbouw de
gevraagde rassen van de verschillende zaaigranen in vol
doende mate te produceren.
VOORLOPIG VOLDOENDE ZAAIGRANEN
OOGSTJAAR 1975 BESCHIKBAAR
VOOR KOMENDE UITZAAI
WOLGENS het N.A.K. Veldkeuringsoverzicht zijn de
definitieve aangifte-cijfers voorjaarsgranen oogst
1975 als volgt:
Zomertarwe totaal 1887 ha
Rassenindeling:
Adonis 22 ha
Bastion 329 ha
Fundus 7 ha
Kaspar 475 ha
Kolibri 5 ha
Melchior 355 ha
ving te verwachten van het ras Berac naar het nieuwe
brouwgerstras Pirouette. Hier en daar wordt het ras Ze
phyr voor de brouwgerstteelt nog zeer gewaardeerd.
Bij de voergerstrassen neemt de oppervlakte Mazurka
nog steeds de grootste plaats in beslag direkt op de voef
gevolgd door Aramir.
HAVER
'OTAAL is 1476 h aangegeven voor de veldkeuring,
bestaande uit de volgende rassen:
Selpek
Sicco
Toro
Diverse rassen
In onderzoek
146 ha
21 ha
494 ha
23 ha
10 ha
Astor
Bento
Condor
Leanda
Marino
148 ha
84 ha
59 ha
694 ha
13 ha
Pendek
Selma
Tarpan
In onderzoek
ha
ha
6
241
114 ha
117 ha
Totaal 1476 ha
Totaal 1887 ha
Wanneer wij dit overzicht bestuderen in vergelijking
met enkele jaren geleden, hebben wij in Nederland thans
de beschikking over een breder sortiment van zomertar-
werassen. Naast het bekende ras Toro hebben thans de
nieuwe rassen Melchior en Bastion een groter aandeel in
de zaaizaadproduktie.
In het verleden is de verbouw van haver speciaal op
de lichtere gronden van groot belang geweest. In 1958
hadden wij in ons land zelfs een oppervlakte van 137.500
ha met haver beteeld. Dit graangewas heeft zijn plaats
voor een groot deel af moeten staan aan verschillende
voedergewassen zoals mais en gras.
De haverteelt is in ons land de laatste jaren op een to
taal areaal van 32.000 ha terecht gekomen. Zaaihaver
is in ons land een produkt geworden van beperkte om
vang. Een deel van de Nederlandse zaaihaver vond de
laatste jaren zijn weg in het buitenland.
In dit rassenno. o.m.
Pag. 4. De hoeveel
heid zaaizaad bij
granen.
Pag. 9. Groeiende
belangstelling voor
blauwmaanzaad.
Pag. 9. De brouw-
gerst in 1975 en wat
in 1976?
LANDBOUWHOGESCHOOL
,bc:
Pag. 10/12/19. De
verwerkingswaarde
in Nederland ver
bouwde tarwerassen.
Pag. 13. Investeren
in bodemvruchtbaar
heid.
Pag. 17. Snijmais
voor veehouderij
belangrijk gewas.
Pag. 21. Ons Com
mentaar/ Rijksstudie
toelagen.
Pag. 25. Uit de
praktijk.
Pag. 27. Bouwplan en
groenbemestlngs-
gewas.
Pag. 28/29. Akker
bouw nu.De B.V.
Pag. 28/29. Het 30
ha akkerbouwbedrijf
In Z.-V1.
Pag. 31. Nieuwe be
drijfsgebouwen in
Zeeland.
DE ZAAIZAADVERWISSELING
J)AT de Nederlandse boer ieder jaar prijs stelt op
nieuw zaaizaad dat hij voor zijn bedrijf aankoopt
moge blijken uit de onderstaande percentages. De laatste
jaren was de zaaizaadverwisseling volgens N.A.K. ge
gevens uitgedrukt in percentages als volgt:
Gewas Zaaizaadverwisselingspercentages
1973 1974
Wintertarwe 69 75
Wintergerst 82 73
Winterrogge 69 60
Zomertarwe 87 86
Zomergerst 92 84
Haver 85 76
In bepaalde jaren wordt het percentage zaaizaadver
versing beïnvloed door de introduktie van nieuwe rassen.
(Zie verder pag:. 4)
Na de vijftigste goudenRassenlijst is onlangs
alweer de één-en-vijftigste Beschrijvende Rassen
lijst voor Landbouwgewassen verschenen als gids
voor allen, die belang hebben bij de rassenkeuze.
Het is in de afgelopen jaren steeds duidelijker
gebleken dat rassenspreidingd.w.z. het verbouwen
van meer dan één ras van een gewas per bedrijf,
om diverse redenen aanbeveling verdient. Ook
hierom is het kopen van de nieuwste Rassenlijst
verstandig. Bovendien wordt het ten gevolge van
de invoering van de Gemeenschappelijke rassenlijst
van de EEG, waarbij in principe ruim 2000 rassen
in het verkeer kunnen komen, steeds belangrijker
tot een goed overwogen rassenkeuze te komen.
RASSENSPREIDING. Voor rassenspreiding kun
nen een aantal voordelen genoemd worden. Ras
sen met verschillende rijpingstijden geven een
goede oogstspreiding. Ook met verschillen in
schotgevoeligheid en/of korreluitval kan bij de
rassenkeuze in verband met de oogst rekening
worden gehouden. Prijsverschillen en afzetmoge
lijkheden, soms beinvloed door EEG-maatregelen,
kunnen een rol spelen.
Een sterke uitbreiding van één ras kan grote
risico's met zich meebrengen wat betreft uitwin-
tering en het optreden van ziekten. Vooral de laat
ste jaren is weer duidelijk gebleken dat, door het
optreden van nieuwe fysio's van bijvoorbeeld gele
roest in tarwe, éénzijdige rassenkeuze grote bezwa
ren heeft. Ook bij bijvoorbeeld meeldauw in gra
nen vindt regelmatig doorbreking van resistenties
plaats.
WIJZIGINGEN IN DE NIEUWE RASSENLIJST.
De één-en-vijftigste Rassenlijst telt ten opzichte
van de vorige weer een groot aantal wijzigingen,
waarvan hierna een aantal voorbeelden worden ge
geven. Op grond van het onderzoek, aangevuld met
praktische ervaringen, werden vijftien rassen voor
het eerst in de Beschrijvende Rassenlijst opgeno
men. Afhankelijk van hun kwaliteiten zijn ze in
verschillende rubrieken geplaatst.
Nieuwe rassen worden opgenomen als ze een ver
betering zijn van het bestaande sortiment. Zulk
een verbetering kan blijken uit een hogere econo
mische) opbrengst, maar ook uit bijvoorbeeld een
grotere resistentie tegen bepaalde ziekten, een be
tere kwaliteit, een betere persistentie enz. Ook an
dere faktoren spelen een rol, zoals verbreding van
ht sortiment in verband met noodzakelijke rassen-
spreidingen EEG-maatregelen ten aanzien van
interventieprijzen. Door de opname van vier graan-
rassen wordt de keuzemogelijkheid bij wintertarwe,
zomertarwe. winterrogge en haven vergroot.
Van de twee opgenomen koolzaadrassen heeft er
één een zeer laag gehalte aan erucazuur. In ver
band met de EEG-maatregelen ten aanzien van
erucazuurhoudende koolzaadrassen is dit ras, hoe
wel het nog slechts kort beproefd was, op de Ras
senlijst geplaatst.
Ook werd een ras van snijmais opgenomen. De
snelle uitbreiding van de snijmaisteelt heeft geleid
tot de aanmelding voor onderzoek van een groot
aantal nieuwe rassen.
Het rassensortiment van aardappelen werd ver
sterkt met vier rassen, drie voor consumptie en
één voor fabrieksteelt.
De overige opnamen betreffen een bruine bonen
ras en verder drie grasrassen, twee voor grasland en
één voor grasvelden.
Op grond van de nieuwste gegevens is van een
aantal rassen de rubricering en/of beschrijving ge
wijzigd en bij verschillende gewassen is de volgor
de van de rassen anders geworden.
De opbrengst- en eigenschappentabellen zijn bij
vrijwel alle gewassen aangepast. Voor de aanwij
zingen betreffende de stikstofbemesting van gra
nen is een gewijzigde opzet toegepast, waarbij de
tabellen zijn vereenvoudigd. Ook de mogelijkheden
voor toepassing van CCC zijn in dit gedeelte ver
werkt. Bij voederbieten is, zoals bij suikerbieten
reeds het geval was, een onderverdeling gemaakt
in éénkiemige en meerkiemige rassen.
Bij de landenvermeldingen achter de rasnaam is
thans ook opname in de Gemeenschappelijke ras
senlijst (EEG) vermeld.
WAAR IS DE RASSENLIJST VERKRIJGBAAR?
De één-en-vijftigste Rassenlijst is tegen vooruitbe
taling verkrijgbaar bij B.V. Leiter-Nypels, Postbus
1031, Maastricht, gironummer 1037754. De prijs is
f 7,25 per stuk. Voor bestellingen van meer dan
5 exemplaren gelden gereduceerde prijzen. Er is
oo kgelegenheid zich te abonneren op de Rassen
lijst a f5,Abonnees ontvangen bovendien gratis
de Rassenberichten die voor verschillende gewas
sen regelmatig door het Instituut voor Rassenon-
derzoek van Landbouwgewassen (IVRO) worden
uitgegeven. Het verdient aanbeveling de Rassenlijst
zo spoedig mogelijk te bestellen! De 50e was namelijk
al vrij snel uitverkocht!