REINA BLUFT
Kavelruil
op
vrijwillige
basis
Produktschap voor Granen, Zad
;n en Peulvruchten
21
Ing M. A MULDERS
C.A.R.-Zevenbergen
UET is ongelooflijk hoeveel agrariërs sinds jaar en dag
op een onnodig veel tijd vragende manier moeten
werken om alles rond te krijgen. Te kleine, veelal ver
spreid liggende percelen, dikwijls met een onregelmatige
vorm en alleen bereikbaar via een overpad zijn hiervan
de oorzaak. In een tijd van toenemende automatisering
en mechanisatie zijn dergelijke toestanden niet aksepta-
bel.
Het is algemeen bekend dat in gebieden waar een wet
telijke ruilverkaveling heeft plaats gehad, een groot aan
tal van de genoemde problemen zijn opgelost. Het is daar
om te betreuren dat door allerlei omstandigheden de uit
voering van wettelijke ruilverkavelingen dreigt te stagne
ren. Tevens zijn er nog diverse gebieden waar het nog
een aantal jaren zal duren vooraleer een wettelijke ruil
verkaveling in stemming zal komen.
Hierop wachten is vanuit de bedrijfsvoering gezien de
klok stil zetten. Een groot aantal bedrijven hebben zelfs
een dermate slechte verkaveling dat deze oplossing wel
eens te laat zou kunnen komen.
GRONDRUIL KAN OOK OP ANDERE WIJZE TOT
STAND KOMEN
AM tot betere bedrijfsomstandigheden te komen, is er
vanaf 1 januari 1971 een kavelruilregeling inge
voerd. Hierbij is het mogelijk om op vrijwillige basis
percelen geheel of gedeeltelijk te ruilen-
Het aantal eigenaren dat aan de ruiling deelneemt,
moet minimaal drie zijn. Om tot een goede ruil te komen,
is een aantal deelnemers van 6 tot 12 sterk aan te beve
len. Het mogen er ook meer zijn. De praktijk heeft ech
ter wel geleerd, dat het 'bij een vrijwillige kavelruil met
zeer veel deelnemers moeilijker wordt om met alle be
langhebbenden vlot tot een akkoord te komen.
Het is ook mogelijk dat een eigenaar grond inbrengt
tegen een geldbedrag per ha, zonder dat hij grond terug
neemt. Over- en onderbedeling, kwaliteitsverschillen in
grond en dergelijke kunnen eveneens in geld worden
verrekend.
DE PROCEDURE EN DE KOSTEN VAN EEN VRIJ
WILLIGE KAVELRUIL
IN het algemeen kost elke grondtransaktie bij wette-
lijke vastlegging een behoorlijk geldbedrag. Bij een
kavelruil op vrijwillige basis is de gehele administratie
ve procdure echter gratis. Met andere woorden het kost
de deelnemers geen cent!
Om de procedure op gang te krijtgen, moeten de be
trokkenen dit kenbaar maken aan de bedrijfsvoorlichter
in het gebied. De afwikkeling van de kavelruil begint
dan als het ware vanzelf te draaien. Alle kosten zoals
■het overbrengen van hypotheken van de oude op de
nieuwe kavels en het inmeten van nieuwe kavelgrenzen
zijn göheel gratis. De kosten van het notariële werk en
de registratie worden geheel door het Rijk vergoed. Wan
neer er aanpassingswerken nodig zijn, geschiedt het ma
ken van begrotingen eveneens kosteloos.
Werken die voortvloeien uit de kavelruil zoals het
dempen en graven van nieuwe sloten, verleggen van
dammen en dergelijke, worden voor 50 gesubsidieerd
tot «een bedrag van 500 per ha. Er kunnen dus tot 1.000
per ha aanpassingswerken worden verricht waarvoor dan
per ha 500 subsidie kan worden verkregen.
WORDT ER VAN VRIJWILLIGE KAVELRUIL IN
NOORD-BRABANT VEEL GEBRUIK GEMAAKT EN
WAT ZIJN DE VOORDELEN?
TOT 1 november 1975 zijn in Noord-Brabant zo'n 170
reële vrijwillige kavelruilkombinaties aangevraagd
met in totaal 2370 ha grond- De oppervlakte per deelne
mer bedroeg in het C.R.A. Eindhoven gemiddeld 3.20 (ha,
C.R.A. Tilburg 2.29 ha en in C.A.R. Zevenbergen 1,97 ha.
Uit deze cijfers zou men de konklusie kunnen trekken
dat zowel de totaal geruilde oppervlakte als de inbreng
per deelnemer weinig treeft bijgedragen tot een betere
bedrijfsvoering van de betrokkenen. Om hierover te oor
delen zal men toch iets meer de problematiek moeten
kenen waarmee vele van deze bedrijven voor de ruil
hadden te kampen.
In diverse gevallen was niet voldoende grond rondom
de bedrijfsgebouwen aanwezig voor opslag van ruwvoer
en organische mest. Sommige ondernemers konden hun
varkensstallen niet uitbreiden of een warenhuis vergro
ten om dezelfde reden. In een aantai gevallen moest
overpad worden gegeven over een erf of tussen twee los
staande gebouwen, toebehorend aan een eigenaar- Dik
wijls lagen een of meer percelen aan de overzijde van een
Advertentie IM
Grotere doelmatig gevormde percelen met een rechte
sloot is het resultaat van vrijwillige kavelruil!
drukke publieke weg, welke met een koppel koeien al
leen met levensgevaar te bereiken waren. De meeste
bedrijven hadden een huiskavel variërend van 3 tot 6 ha
en wat verder van huis enige van e.kaar liggende perce
len. Door uitruil van tussenliggende percelen van andere
deelnemers is het meermalen gelukt om aaneengesloten
kavels te vormen van 10 a 12 ha. In bijna alle gevallen
kon vergroting, een betere perceelsvorm en verkorting
van afstand t.o.v. de bedrijfsgebouwen worden verkre
gen.
Wanneer alle voordelen van kavelruil op een rijtje
worden gezet, is het bijna onbegrijpelijk dat niet veel
meer eigenaren van deze regeling gebruik maken!
REDENEN WAAROM NIET VEEL MEER KAVELRUI
LINGEN TOT STAND KOMEN
WANNEER men enkele jaren medewerking verleent
bij het tot stand komen van kavelruil op vrijwilli
ge basis zijn er wel een aantal oorzaken aan te wijzen,
waarom tiet aantal aanvragen niet veel groter is.
Een van de volgende punten is dikwijls het struikel
blok voor het tot stand komen van een kavelruil:
a.) Een eigenaarverpachter is niet altijd bereid om ten
gunste van zijn pachter deel te nemen.
b.)Van sommige percelen wil men geen afstand doen,
omdat ze meerdere generaties tot het familiebezit
behoren.
c.) Bij onderbedeling met enkele aren grond wil men
niet altijd genoegen nemen met ge.d, maar moet men
precies dezelfde oppervlakte terug hebben.
d.) Wanneer het eigen voordeel kleiner is dan van een
collega kan dat soms een reden zijn om niet mee te
doen.
eVelen menen dat hun inbrengpercelen beter van
kwaliteit zijn dan de percelen die ze terugkrijgen.
f.) Er zijn deelnemers die er sterk op vooruit gaan, wat
de ligging t.o.v. de bedrijfsgebouwen betreft, maar
willen nauwelijks iets extra betalen aan een andere
deelnemer die betrekkelijk weinig voordeel heeft.
g.) Er zijn een aantal gevallen waarbij het moeilijk wer
ken minder sterk wordt gevoeld, daar men er aan
gewend is geraakt.
TOCH MOET ER OP KORTE TERMIJN AAN KAVEL
VERGROTING WAT WORDEN GEDAAN
VOOR een rendabele bedrijfsvoering zullen de ge-
noemde bezwaren moeten worden opgelost. De ma
chines worden igroter en de arbeid elk jaar duurder.
Extra slijtage aan machines en het nodeloos afleggen van
afstanden met vee moet worden voorkomen.
Een werkgroep onder leiding van tiet Consulentschap
voor Landbouwwerktuigen en Arbeid te Wageningen
heeft berekend dat stalvoedering voor €0 melkkoeien op
een slecht verkaveld bedrijf gedurende het weidesei-
zoen ruim 470 manuren meer vraagt dan bij weidegang
op een goed verkaveld bedrijf. Hier moet nog bij gere
kend worden de extra kosten voor transportapparatuur
voor gras haien en het uitrijden van meer menjgmest.
Zelfs als er in uw gebied een wettelijke ruilverkave
ling in voorbereiding is, kan een vrijwillige kavelruil
die tot stand komt voor de stemming voordeel opleveren.
Dit is zeker het geval wanneer het bedrijf uit vele ver
spreid liggende percelen bestaat. Is het aantal percelen
door vrijwillige kavelruil tot de helft teruggebracht, dan
is de inbrengwaarde van de grond in een wettelijke
ruilverkaveling hoger.
Bedrijven met veel ver uiteenliggende kleine percelen
maken 't voor de landmeter onmogelijk om deze terug te
brengen tot enkele kavels van voldoende oppervlakte op
niet al te grote afstand van de bedrijfsgebouwen Er zijn
dus redenen genoeg om moeite te doen om tot vrijwillige
kavelruil te komen!
Wanneer u meent dat er in uw omgeving pond kan
worden geruild, waarbij alle betrokken partijen min of
meer gebaat zijn, praat hier dan eens over met de be
treffende grondeigenaren. Bekijk hierbij ook de moge
lijkheden van driehoeksruil. Het kan zijn dat eigenaar A
een perceel op afstand heeft, dat voor u gunstig ligt,
maar dat uw perceel voor hem niet aantrekkelijk is. Uw
perceel is echter wel goed gelegen voor eigenaar B wiens
perceel gunstig ligt voor eigenaar A. In dit geval krijgt
u bij ruiling het perceel van A, eigenaar B. krijgt uw per
ceel en eigenaar A krijgt het perceel van B. In dit
geval is voor alle drie de partijen door driehoeksruil een
gunstige verkaveling tot stand te breengen.
Er zijn diverse mogelijkheden om via kavelruil tot
een doelmatiger grondgebruik te komen. Het verdient
dan ook sterk aanbeveling om van de mogelijkheden van
vrijwillige kavelruil gebruik te maken.
GEEN TOENAME VAN DE GRAANVOORRADEN
In zijn Nieuwjaarstoespraak voor het Bestuur van het
Produktschap voor Granen, Zaden en Peulvruchten, her
innerde de voorzitter aan de misoogst in Rusland. De
produktie wordt nu geraamd op 135 miljoen ton, dit is
80 miljoen ton minder dan de hoeveelheid waarnaar ge
streefd werd!
Om dit tekort te dekken is inmiddels 25 miljoen ton
op de wereldmarkt aangekocht; verdere aankopen zullen
van beperkte omvang zijn in verband met de loscapad-
teit in de Russische havens en de afvoermogelijkheid
naar het binnenland.
De Amerikaanse oogst is wel gunstig; er zal 29 mil
joen ton mais en 9,5 miljoen ton tarwe meer geoogst
worden dan vorig jaar. De graanvoorraden zullen aart
het einde van het oogstjaar 1975/76 nauwelijks groter
zijn dan vorig jaar; in totaal ongeveer 50 miljoen ton,
waarvan 26 miljoen ton tarwe.
SITUATIE BINNEN DE EEG
Ondanks dat begin januari 1975 de wereldmarktprij
zen daalden beneden het EEG-prijsniveau, is de Europe
se Commissie een restrictief afzetbeleid blijven voeren,
aldus de voorzitter.
De uitvoer naar Derde Landen werd mondjesmaat toe
gestaan. terwijl de Europese Commissie niet geneigd
bleek de afzet 'van zachte tarwe naar de veevoeder-sec
tor te stimuleren. Het gevolg daarvan was dat er grote
hoeveelheden moesten worden geïntervenieerd, terwijl
de telers voor oogst 1974 voor tarwe eep. prijs hebben
gekregen die 0,70 boven de interventieprijs lag. Ook
voor oogst 1975 handhaaft de Europese Commissie nog
steeds het systeem van inschrijving op de uitvoerrestitu
tie. Dit systeem belemmert de uitvoer. De voorzitter
vreesde dan ook, rekening houdende met de 120.000 ton
tarwe die nog in de interventie-B zit, dat er dit seizoen
nog relatief grote hoeveelheden inlandse tarwe ter in
terventie zullen worden aangeboden. In dat geval zal de
gemiddelde telersprijs van tarwe wederom teleurstel
lend zijn en nauwelijks het niveau van de afgeleide in
terventieprijs overschrijden- Voor andere granen is de
prijszetting meer bevredigend, al worden de drempel-
prijzen in tegenstelling tot vorig jaar tot nu toe niet
overschreden.
De voorzitter vond het jammer dat het overleg met
het Centraal Brouwerij Kantoor over de voortzetting van
het teeltcontract voor brouwgerst zo moeilijk verloopt.
Over de peulvruchten zei hij, dat het prijsniveau over
het algemeen belangrijk lager is dan vorig jaar. De fi
nanciële opbrengst per hectare is echter in vergelijking
met de graangewassen toch nog wel bevredigend.
PRIJSVOORSTELLEN
Met betrekking tot de prijsvoorstellen voor het sei
zoen 1976/77, merkte de voorzitter op dat daaraan twee
bezwaarlijke kanten zitten. Ten eerste zullen de Neder
landse tarwetelers, als de voorstellen worden aanvaard,
voor het komende seizoen geen prijs krijgen diie is aan
gepast aan de inmiddels plaatsgevonden kostenstijgin
gen. Waarschijnlijk zal de afzet van tarwe kunnen plaats
vinden tegen een prijs, die de huidige interventieprijs
in geringe mate overschrijdt. Ten tweede werkt de aan
zienlijke prijsverhoging voor mais in het nadeel van de
dierlijke veredeling en de importhandel van granen.
UITERMATE TRIEST
Aan de hand van een nota van het secretariaat heeft
het Bestuur van het Produktschap de prijsvoorstellen be
sproken. Zoals bekend wijkt het voorgestelde systeem
voor de tarwe nogal af van het tot nu toe gehanteerde.
Er zal een, voor de gehele EEG gelijke interventieprijs
komen, in plaats van de nu geldende afgeleide interven
tieprijzen, die onderling verschillen, door de verschillen
in vrachtkosten. De voorgestelde interventieprijs komt
3,— per 100 kg lager uit dan de nu geldende afgeleide
interventieprijs voor Rotterdam.
Voor bakwaardige tarwe, wat dit mag zijn, komt er
een referentieprijs. Wat de bedoeling van deze prijs is,
is nog onduidelijk. Wellicht is het de bedoeling dat, als
de marktprijs lager wordt dan de referentieprijs, de mo
gelijkheid opengesteld zal worden om bij inschrijving
bakwaardige tarwe aan te bieden- Zekerheid daarover
bestaat echter nog allerminst. In de nota wordt ook wat
gefilosofeerd over de mogelijkheden voor de prijsvor
ming van Nederlandse tarwe. Door de sterke verhoging
van de drempelprijs van mais dit is dus de prijs waar
op geimporteerd graan zo nodig middels heffingen wordt
gebracht ligt deze 5,60 hoger dan de interventieprijs
voor tarwe. De geringere voederwaarde van tarwe t.o.v.
mais wordt gesteld op 2,— Hieruit zou een meerprijs
t.o.v. de nieuwe interventieprijs resulteren van 3,60.
Vergeleken met de huidige interventieprijs is het ver
schil echter maar ƒ0,60.
Een andere benadering is uit te gaan van de referen
tieprijs voor baktarwe, onder de veronderstelling dat er
toch meer inlandse tarwe voor menselijke consumptie
zal worden gebruikt. Dan komt men tot een grotere uit
loop, al is de omvang daarvan moeilijker te bepalen. De
landbouwvertegenwoordiging in het Bestuur noemde de
voorstellen uitermate triest voor de telers. Temeer om
dat het instrumentarium dat bijna even belangrijk is als
de vaststelling van de prijzen, nu prijsdrukkend werkt.
Van de kant van de handel werd verondersteld dat dit
ook zo zal zijn bij het voorgestelde systeem. Het zal b v.
nodig zijn dat al in een vroeg stadium partijen geschei
den worden in bakwaardige en niet-bakwaardige tarwe.
Nog afgezien van het feit dat nog steeds niet is be
paald wat onder bakkwaliteit moet worden verstaan
de Europese Commissie schijnt er aan te denken daar
voor ook het eiwitgehalte in aanmerking te nemen
bestaat er ook geen methode om de bakwaarde te bepa
len. Het Bestuur heeft wel een crediet beschikbaar ge
stel om door het I.G.M.B. te laten onderzoeken of er een
standaard voor de bakwaarde kan worden gevonden die
dan voor de gehele EEG zou moeten gelden.
OSKAM