- r jBttKÜ-*»? SUpA zlm 3N. J&*. A ,i0}rvW/^, Am V V/ H .5§« EUROPESE PRIJSVOORSTELLEN VER ONDER DE MAAT Commentaren Landbouwschap en KNLC op prijsvoorstellen Europese Commissie WOENSDAG 24 DECEMBER 1975 63e Jaargang - No. 3311 I.- Het Landbouwschap is van mening, dat het voor stel van de Europese Commissie van een prijsverho ging voor het volgend seizoen van gemiddeld zoge naamd 7,5 (volgens het Landbouwschap slechts circa 6 in sterke mate tekort schiet. Een gemiddel de prijsverhoging van minstens 10 is noodzakelijk. Volgens het voorstel zal bovendien de prijsverho ging voor Nederland met 2 punten worden verminderd door het geheel vervallen van de monetaire compen satie aan de grens. Voor Duitsland wordt de compen satie aan de grens, welke daar op het ogenblik 10 bedraagt, slechts ten dele afgebroken. Op deze wijze wordt de Nederlandse landbouw onevenredig zwaar belast. De verlaging van de interventieprijs voor tarwe brengt de Nederlandse tarweproducenten in een on aanvaardbare situatie. Wel is er voor de zoge naamde broodtarwe een hogere interventieprijs, maar er is geen enkele technisch objectieve methode om het verschil tussen broodtarwe en voedertarwe te be palen. De handel loopt daardoor steeds het risico dat de tarwe niet als broodtarwe wordt erkend, waardoor de marktpositie voor inlandse tarwe naar het laagste interventieniveau wordt gedrukt. Hierdoor worden de akkerbouwproducenten in htm inkomen zelfs gekort. De verhoging van de melkprijs in twee etappen (2 en 4,5 betekent een toename op jaarbasis van 3,5 Dit staat in geen verhouding tot de kostentoer name in de veehouderij, terwijl er bovendien door het vervallen van de mone aire grenscompensatie voor ons land van deze verhogng 2 punten af zouden gaan, volgens het Commissievoorstel. Het Landbouwschap is van mening dat het meng- gebod van melkpoeder in veevoer vooral voor de pluimveehouderij een extra last zal betekenen, die in combinatie met de voorgestelde verhoging van de maisprijs een te zware druk op deze sector legt. Het KONINKLIJK NEDERLANDS LANDBOUW- COMITÉ heeft met teleurstelling en ontstemming ken nis genomen van de jongste E.E.G.-voorstellen over landbouwprijzen en begeleidende maatregelen. De door het C.O.P.A. voorgestelde prijsverhoging van 10 was ook voor de Nederlandse landbouw noodzakelijk. De Commissieplannen betekenen in feite maar gemiddeld 5V& verhoging van de Neder landse landbouwprijzen. Ons land wordt immers on evenredig getroffen door het schrappen van de mone taire grensbescherming. Met name voor de melkveehouderij werken de plan nen nog slechter uit Er is op die manier geen sprake meer van een inkomensbeleid via Brussel. Ernstig be zwaar heeft het K.N.L.C. tegen de extra lasten, die de verplichte bijmenging van mager melkpoeder in mengvoeder vooral op de pluimvee- en varkenshou derij legt. Gevreesd moet ook worden dat de voornemens voor een ander graanbeleid met een geforceerd onderscheid tussen bak- en voertarwe speciaal de Nederlandse tarwetelers zullen benadelen. Het K.N.L.C. besloot de Tweede Kamer op de hoog te te doen stellen van zijn ontevredenheid over de voorstellen van de Europese Commissie. (Zie ook pag. 29/33) ONS COMMENTAAR T"\E voorstellen over de E.G.-prijzen 1976/77 en de daarbij behorende aanvullende maatregelen zoals die op 11 december door de Europese Commissie zijn be kend gemaakt, houden voor boer en tuinder weinig posi tiefs is. In feite zijn deze voorstellen in hoge mate onaan vaardbaar, zoals ook terecht in diverse commentaren van landbouwzijde al is aangediend. Dat geldt dan in eerste instantie voor het gemiddeld niveau der voorgestelde ver hogingen. De Commissie komt op V/2 Bekijken we evenwel de voorstellen wat nader dan blijft er voor Neder land nauwelijks de helft van deze „papieren" verhoging over. Immers de monetaire compensatie van 2 zou he lemaal komen te vervallen, waardoor de gegarandeerde boerenprijzen met dit percentage dalen. Voorts houden de voorstellen voor melk in feite alleen een verhoging in op het moment dat meer dan twee/derde van de melk al is geproduceerd. En volgens het door de Commissie voor gestelde tarwebeleid lijkt een aanpassing van de tarwe- prijs helemaal in de lucht komen te hangen. Hoewel land bouwcommissaris Lardinois allerlei berekeningen ten to nele voert die moeten aangeven dat de prijsvoorstellen wel degelijk volgens een objektieve methode van kosten- doorberekening tot stand zijn gekomen, missen naar onze mening deze voorstellen elke rekenkundige basis. Waar om moet nu zonodig de verhoging weer op de kostenont wikkeling van de laatste 3 jaar worden gebaseerd? En waarom nu ineens als basis het betere bedrijf genomen en niet zoals vorig jaar het meer gemiddelde bedrijf? En waarom al dat gegoochel met monetaire aftrekken en bij tellingen? Het was wel eerlijker van de Commissie ge weest om er rond voor uit te komen dat de kostenontwik keling weliswaar een belangrijke verhoging van de prijs niveau's rechtvaardigt, maar dat Brussel daar geen geld voor over heeft en men bovendien de kosten voor de con sument zo laag mogelijk wil houden! Want als er iets als een rode draad door deze voorstellen heenloopt dan is het wel het volledig ontbreken van enig begrip voor de moeilijke inkomenspositie waarin boeren en tuinders nu al enige jaren verkeren. TARWE EN MELK JsJAAR wij in de komende tijd ongetwijfeld nog meer dere malen wat gedetailleerder op deze prijsvoor stellen terugkomen, willen wij hier volstaan met enige kanttekeningen bij de voorstellen voor tarwe en melk. Im mers juist deze produkten komen er wel zeer bekaaid af! Zo heeft de Commissie gemeend toch met een voorstel van twee prijsniveau's voor tarwe te moeten komen. En wel een met ca 6 verlaagde interventieprijs voor al die tarwe waarvan de producent (in feite handel en coöpera tie) niet kan aantonen dat ze geschikt is als baktarwe. Daarnaast een nieuw soort interventieprijs (referentie- prijs genoemd) voor wel bakwaardige tarwe die ongeveer 15 boven het laagste niveau ligt. Voorts wordt de richt prijs voor tarwe met 9,5 tot bijna 51,verhoogd. Hoe het kwaliteitsverschil tussen z.g. baktarwe en voertarwe konkreet moet worden vastgesteld weet overigens de Commissie ook niet. Al met al weet de tarweteler nu hele maal niet meer waar hij aan toe isl Het zou er in eerste in stantie wel eens op neer kunnen komen dat de tarwe glo baal op hetzelfde prijsniveau als dit jaar blijft hangen en dat naar afgewacht moet worden of er te zijner tijd nog wat bijkomt op grond van bakwaardigheid. Wij zijn dan ook van mening dat dit tarwebeleid zoals het nu door Lardinois gepresenteerd wordt onverteerbaar is èn dat zolang er van een duidelijke aanvaardbare me thode om kwaliteitsverschillen te bepalen geen sprake is, elke vorm van twee prijzenstelsel moet worden afgewe zen! Zeer bekaaid komt ook de melkveehouderij eraf. Im mers de totale verhoging van de richtprijs in 2 étappes be tekent voor het melkprijsjaar 1976 als geheel conform de Commissievoorstellen slechts een verhoging van nauwe lijks 2 In feite is er tot 16 september 1976 van een ver hoging helemaal geen sprake. ONEVENWICHTIG HET totaal der Commissie-voorstellen overziende vin den wij dat ze op zeer veel onderdelen rijp zijn om zo snel mogelijk door de ministerraad van tafel geveegd te worden. Wij vinden dan ook dat èn het COPA èn de Natio nale Landbouworganisaties in de komende tijd op de meest krachtige wijze de ministers van landbouw onder druk dienen te zetten om tot een besluitvorming te komen die meer bij de COPA-voorstellen en dus het belang van boer en tuinder aansluit. Wat onze Nederlandse situatie betreft zijn wij daarbij van mening dat in het licht van de recente LEI-berekeningen over de inkomensontwikkeling in akkerbouw en veehouderij onze minister van landbouw met deze voorstellen nooit akkoord kan gaan. Dat geldt zo wel voor de hoogte der prijsaanpassingen als voor het voorgestelde tarwebeleid en de afbraak der monetair compenserende bedragen. Als Minister Van der Stee ooit de kans heeft gehad om zijn uitspraken dat het boereninkomen in de eerste plaats via het markt- en prijsbeleid gestalte dient te krijgen, waar te maken, dan is het hier wel. Wij verwachten dan ook zon der meer van de minister dat hij zich ten scherpste tegen deze ondermaatse Brusselse prijsvoorstellen zal verzet ten! LUTEIJN VOORGESTELDE PRIJZEN 1976/77 De verhogingspercentages overeenkomstig de Com missievoorstellen voor de E.E.G.-prijzen 1976/77 in aanmerking nemende en rekening houdend met het voor Nederland daarop in mindering brengen van 2 punt wegens afbraak van de monetaire grenscompen- saties, resulteert e.e.a. bij benadering de volgende prij zen: Tarwe Richtprijs Basisinterventieprijs (Duisburg) Referentieprijs baktarv Ene interventieprijs Rogge Richtprijs Ene interventieprijs Gerst Richtprijs Ene interventieprijs Mais Richtprijs Ene interventieprijs Suiker Minimumprijs bieten Richtprijs witte suiker Interventieprijs Koolzaad Richtprijs Basisinterventieprijs Melk Richtprijs (franco fabriek) 53,30 2,0 4,5 Interventieprijs boter 716,50 1,3 4,1 Interventieprijs magere melkpoeder 303,20 2,1 Oriëntatieprijs magere melkpoeder Toeslag mager poeder Toeslag vol poeder Slachtrunderen Oriëntatieprijs 3,76 8 Geslachte varkens Basisprijs 3,63 8,5 Prijs 1975/76 EEG- verhoging Nieuwe Prijs 47,70 9,5 50,80 43,- e 44,80 39,30 47,40 41,— 7,5 7,5 49,70 42,90 43,40 38,— 9,0 5,5 44,50 39,— 43,20 35,40 9,5 9,5 49,70 37,80 77,80 109,60 104,10 8 8 8 82,— 116,30 110,60 87,30 8 84,80 8 per per per 1/3 16/9 1/3 92,— 89,— per 16/9 53,30 707,10 303,20 tussen 1,01 en 1,35 ƒ50,— 56,10 747,— 317,— 3,95 3,73

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1975 | | pagina 21