Risiko bij herfstvoedering
van rundvee
Vrouw van varkenshouder
schreef brief
aan St. Nikolaas
Bouwplan
en organische stof-
voorziening
14
GEZONDHEIDSDIENST VOOR DIEREN
IN NOORD-BRABANT TE BOXTEL
Het is algemeen bekend dat snel groeien^ grassen en
gewassen een hoog nitraatgehalte kunnen bevatten. Wat
doet een hoog_riitr^tgehalte in de pens van het rund?
Nitraat wordt itj de pens omgezet in nitriet (hetgeen nog
giftiger is dan nitraat. Nitriet geeft een omzetting van
de rode kleurstof in de bloedcellen waardoor in bet
bloed een zzurstof-tekort ontstaat; dit kan zo ernstig
zijn dat de dieren sterven. Er kan een ernsige gisting in
de pens onstaan met als gevolg een acute trommelzucht.
Nitraatvergiftiging is te voorkomen door per voedering
kleinere hoeveelheden knolgroen te verstrekken. Alvo
rens grotere hoeveelheden knolgroen gevoederd gaan
worden, is een gewas-analyse noodzakelijk.
Sterfte bij runderen is ook opgetreden bij voedering
van suikerbietenkoppen met als aanvulling kleinere sui
kerbieten die na het rooien op het bietenland waren ach
tergebleven. Bij plotselinge sterke eenzijdige voeding
gaat de P'H in de pens zich wijzigen en worden de een
cellige organismen, die nodig zijn voor een goede verte
ring. verdrongen. Het eevolg is dat het suikergehalte en
ca- en mg-gehalte- in het bloed dalen. De dieren worden
traag en suf en verliezen veel vocht.
Identieke ziekteverschijnselen ziet men ook optreden
als runderen vrije toegang hebben tot gemaaide mais-
velden waar nog grote hoeveelheden restanten van mais-
kolven zijn achtergebleven. Herhaaldelijk wordt acute
trommelzucht geconstateerd na het eten van grote hoe
veelheden aardappelen. Trommelzucht kan men in de
regel voorkomen door eerst gras, hooi of voordroog aan
de runderen te verstrekken en daarna pas aardappelen.
Het 15 gewenst alvorens men overgaat tot het verstrek
ken van grote hoeveelheden ruwvoeders hiermee voor
zichtig te beginnen met kleine hoeveelheden en de gif
ten geleidelijk op te voeren. De maximale hoeveelheden
van de verschillende voedermiddelen die men per dag
per rund mag geven zijn: suikerbietenkoppen 25 kg, sui
kerbietenstaartjes 10 kg, aardappelen 10 kg en knolgroen
50 kg.
GEZONDHEIDSDIENST VOOR DIEREN
IN NOORD-BRABANT, BOXTEL
Beste Sint,
IK loop er al dagen over te denken, maar nu moet het
dan toch maar gebeuren de brief aan U.
U heeft het natuurlijk erg druk in deze tijd, maar ik
zou toch even Uw aandacht willen vragen.
Mijn man en ik waren laatst op een voorlichtingsavond.
Het ging over varkensziekten en vooral over de verprei-
ding daarvan. Nu vertelde een dierenarts van de Ge
zondheidsdienst dat het zo gevaarlijk is om iedereen in
de stal te laten.
„Het is het beste om voor bezoekers laarzen klaar te
zetten", zei hij.
„En de ontsmettingsbak dan??" riep ik.
„Nou ja, dat is al zo wat. U moet niet denken dat die
bakteriën of virussen in zo'n korte tijd gedood worden
door /.et ontsmettingsmiddel. Bovendien zit er in die
bakken meestal meer modder en regenwater dan ont
smettingsmiddel".
IEMAND anders in de zaal zei: „Laatst vroeg ik mijn
dierenarts om een paar laarzen van ons aan te trek
ken. Hij keek er eerst in en zei toen: die strontlaarzen
trek ik niet aan! Dus ook al heb je laarzen, ze trekken
ze toch niet aan"!
„Die dierenarts heeft groot gelijk", zei een ander.
„Tenslotte moet hij ook nog op andere bedrijven ko
men en zijn vrouw zal er ook niet blij mee zijn als hij
jouw halve mesthoop mee naar huis brengt".
„Zo is 't", zei de man die de lezing had gehouden.
„Als U zorgt voor schone laarzen, dan zal niemand wei
geren die aan te trekken, zeker als U het vriendelijk
vraagt en zorgt voor een flinke maat."
Later heb ik over dat gesprek nog eens na lopen den
ken. Eigenlijk hebben ze groot gelijk!
WE horen de laatste tijd zoveel over besmettelijke var-
kensziekten. Die brengen zoveel schade toe, dat we
toch zoveel mogelijk moeten doen om die te voorkomen.
Het is trouwens ook best de moeite waard als je bedenkt
wie er zo al in de stal moeten zijn: de mensen die var
kens laden (als je tenminste geen afleverhokjes hebt),
de dierenarts, mensen van de voorlichtingsdienst, Ge
zondheidsdienst, inspekteurs van het stamboek of van
andere fokkerij groeperingen, kommissionairs en zaak
voeders en misschien nog wel meer.
Lieve Sinterklaas, als ik dit nu zo allemaal op een
rijtje zet, heb ik toch een vraag aan U.
Het is morgen 6 december! Kunt U niet zorgen voor
twee of drie paar laarzen, dan zal ik ze in het washok
netjes in de kast zetten en ze alleen gebruiken voor be
zoekers. Als U 't echt doet, dan hang ik er ook nog een
paar schone stofjassen bij en dan zal ik heel hard roepen:
„Dank U wel Sinterklaas!"
Ing. J. MULDER in
„Aspekten van de Landbouw in de
IJSSELMEEIRFOLDERS", december 1975.
Effekt. bijdrage
Gewas in kg p ha
Teeltfre- Effekt. bij-
X kwentie drage p.
Konsumptie-
aardappelen
Wintertarwe
(exkl. stro)
Ital. raaigras
(onder w.tarwe)
Suikerbieten
(inkl. loof kop)
Zaaiuien
Haver (exkl. stro)
Ital. raaigras
(onder haver)
875
1640
1220
1275
150
1570
1220
in
ha p. jaar
X
25
219
X
25
410
X
25
305
X
25
319
X
12 V2
19
X
12%
196
X
12%
153
per jaar
1621
Bouwplan: 1 op 3 met pootaardappelen
Pootaardappelen
875
X 33.33
292
Ital. raaigras
(na pootaardappelen)
1125
X 33.33
375
Suikerbieten
(inkl. loof kop)
1275
X 33.33
425
Zaaiuien
150
X 16.665
25
Wintertarwe (exkl. stro)
1640
X 16.665
273
Ital. raaigras
(onder wintertarwe)
1220
X 16.665
203
Totaal aanvoer
per ha per jaai
1593
Tabel 3. Jaarlijkse afbraak van „effektieve" organische
stof in kg per ha bij verschillende bouwvoordikten
en organische stof-gehalten.
Bouwvoordikte organische stof
Tabel 4. Overzicht van de aanvoer en de afbraak van
organische stof bij verschillende bouwplannen en
een bouwvoordikte van 22 cm met 2% organi
sche stof.
V
20 cm
22 cm
25 cm
3
1560
1716
1950
2
1300
1430
1625
2%
1040
1144
1300
Aanvoer en afbraak in kg per hia per jaar
Bouwplan Aanvoer Afbraak Overschot
1 op 4 konsumptie-
1621 1430 191
1593 1430 163
(Vervolg van pag. 7.)
1. Bouwplan 1 op 4 met konsumptie-aardappelen;
2. Bouwplan 1 op 3 met pootaardappelen, en
3. Bouwplan 1 op 3 met konsumptie-aardappelen.
Tabel 2 geeft een overzicht van de hoeveelheid effek
tieve organische stof per ha per jaar bij deze drie bouw
plannen.
Tabel 2. De hoeveelheid effektieve organische stof per
ha per jaar bij drie verschillende bouwplannen
Bouwplan: 1 op 4 met konsumptie-aardappelen
Bouwplan 1 op 3 met konsumptie-aardappelen
Konsumptie-
aardappelen f 875 X 33.33 292
Suikerbieten
(inkl. loof kop) 1275 X 33.33 425
Zaaiuien 150 X 16.665 25
Wintertarwe (exkl. stro) 1640 X 16.665 273
Ital raaigras
(onder wintertarwe) 1220 X 16.665 203
Totaal aanvoer per ha per jaar 1218
AFBRAAK VAN ORGANISCHE STOF IN DE GROND
Volgens de huidige onderzoekresultaten wordt aange
nomen, dat gemiddeld 2 van de organische stof-voor-
raad in de bouwvoor wordt afgebroken. Om het organi
sche stof-gehalte op peil te houden, zou dus jaarl'jks via
de ..effektieve" bijdrage dit verlies aangevuld moeten
worden In tabel 3 is een overzicht gegeven van de jaar
lijkse afbraak aan organische stof bij verschillende bouw
voordikten en organische stof-gehalten.
aardappelen
1 op 3 pootaardappelen
1 op 3 konsumptie-
aardappelen
1218
'1430
—212
■-**
m
Organische stof-aanvulling met dierlijke organische mest?
Uit de gegevens in tabel 3 blijkt onder andere, dat
wanneer een bouwvoor 25 cm dik is met een organische
stof-gehalte van 2^ jaarlijks circa 1625 kg organische
stof per ha toegevoegd moet worden om dit niveau onge
veer te handhaven. Naarmate men dieper ploegt, zal
meer organische staf nodig zijn om een bepaald gehalte
in stand te houden.
In tabel 4 is de aanvoer min de afbraak weergegeven
bij de drie eerder uitgewerkte bouwplannen met een
bouwvoordikte van 22 cm en een organisch stof-gehalte
van 2%
Uit deze resultaten blijkt, dat bij een bouwplan 1 op 3
met konsumptie-aardappelen de afbraak groter is dan
de aanvoer De hoeveelheid organische stof in de grond
zal in dat geval gaan dalen.
Met behulp van de uitgangspunten zoals die in dit
artikel beschreven zijn, kan voor ieder bedrijf gelet op
het bouwplan, de aan- en afvoer van organische stof be
rekend worden. Bij een tekort aan organische stof zijn
er verschillende mogelijkheden onder andere dierlijke
organische mest, stro en dergelijke, om deze tekorten op
te heffen.
LANDBOUWSCHAP WERKT MEE AAN STIMULEREN
Het bestuur van het Landbouwschap besloot in de op
woensdag 19 november gehouden openbare vergadering
alle medewerking te verlenen aan ihet stimuleren van
consumptieaardappelen. De kwaliteit vormt de laatste
jaren een groter wordend probleem. Nederland loopt de
kans zijn voorsprong op het buitenland langzamerhand
te verliezen. Een werkgroep, waarin zitting hebben ver
tegenwoordigers van het ministerie van Landbouw, het
Produktschap voor Aardappelen, de hoofdafdeling Ak
kerbouw van het Landbouwschap, de groot- en kleinhan
del en de verwerkende industrie en enkele Wageningse
instellingen, heeft een plan opgesteld om het „kwaliteits
bewust zijn" bij teelt, opslag, aflevering en verwerking
te stimuleren. Gedacht wordt aan een systeem waarbij
KWALITEITSVERBETERING AARDAPPELEN
de aardappelen in kwaliteitsklassen worden ingedeeld
waarop de uitbetaling naar kwaliteit is gebaseerd.
Bij het gehele project wordt ervan uitgegaan, dat dit
systeem op basis van vrijwilligheid levensvatbaar moet
zijn. Met ingang van de oogst 1956 zou men van start
moeten gaan. De praktische bruikbaarheid zal aan de
hand van oogst 1975 worden getoetst. Een paar collec
teurs en verwerkende industrieën hebben inmiddels toe
gezegd (vrijblijvend) uit te voeren. Voor de financiering
van een en ander wordt gedacht aan het Algemeen
Aardappelfonds van bet Produktschap voor Aardappelen,
dat o.a. door bestemmingsheffingen van het Landbouw
schap wordt gevoed
ONTWERPBEGROTING PRODUKTSCHAP
VOOR VEE EN VLEES
De ontwerp-begroting van het Produktschap van Vee
en Vlees 1976, die in de op 2 december a.s. te houden
bestuursvergadering behandeld zal worden, is voor een
ieder verkrijgbaar gesteld. Aan te vragen bij het Produkt
schap, Churchilllaan 275, Ryswyk (Z H.) tel. 070907762.
IN OKTOBER 1975 4i/2 DUIZEND MEER ZEUGEN
GEDEKT DAN IN OKTOBER 1974
Op basis van de uitkomsten steekproef „Dekkingen
van zeugen" over de maand oktober van dit jaar van
het C.B.S., bedroeg het aantal dekkingen van zeugen
in oktober 1975 1975 bijna 137 duizend stuks tegen ruim
132 duizend in oktober 1974 3,5 Mede op grond
van deze uitkomst wordt in augustus 1976 een aanbod
van slachtvarkens verwacht van ca 1020 duizend.
Het gerealiseerde aanbod van .slachtvarkens in augus
tus 1975 bedroeg 930 duizend stuks. Voorlopige uitkom
sten tonen aan dat" er in oktober 1975 ca 1070 duizend
varkens voor de slacht werden aangeboden.
MINDER RUNDVEE EN IETS MINDER VARKENS
DAN VORIG JAAR
De totale rundveestapel liep terug van 4.798.000 stuks
op 1 oktober 1974 tot 4.651.000 op 1 oktober 1975 3
Dit blijkt uit de betreffende C.B.S. steekproef per 1
oktober 1975. Het aantal melk- en kalfkoeien werd per
1 oktober 1975 berekend op 2.170.000 stuks. Dit is bijna
30.000 stuks of ruim 1 minder dan vorig jaar op dezelf
de datum. Het gedekte jongvee was op 1 oktober 1975,
in aantal, vrijwel gelijk aan dat van vorig jaar (circa
655.000 stuks). Het overige jongvee, bestemd voor de
fokkerij, liep terug vn 1.287 000 op 1 oktober 1974 tot
1.198.000 stuks op 1 oktober 1975 (—7 't Aantal die
ren, bestemd voor de mesterij, was op 1 oktober 1975
bijna 30.000 stuks of 4 kleiner dan vorig jaar.
De totale varkensstapel was op 1 oktober 1975 iets klei
ner dan op 1 okt. 1974 (7.180.000 resp. 7.228.000 stuks).
Een toeneming van 2 t.o.v. vorig jaar valt te constate-
en o\j efc joitge t>g niet gedekte, zeugen. De an-
ren bij mestvarkens 50 kg en zwaarder, bij de gedekte
dere categorieën varkens laten op 1 oktober 1975 wat
kleinere aantallen zien dan vorig jaar. De verschillen
zijn echter relatief gering.