Tarwe zaaien in de kluiten
UIT DE
PRAKTIJK
We kunnen nog steeds opschieten Nog drukker dan anders.
Wel of geen Temik toepassen volgend jaar
Commissie moet meerjarenvisie Landbouwkundig
Onderzoek 1977-1981 samenstellen
KONTE WENKEN CjlJ,
6
De laat op zaaivoor geploegde percelen, zoals o.a. bie-
tenland, hebben een zodanig kluiterig zaaibed, dat de
praktijk gemiddeld genomen per ha vrijwel niet tot een
lagere zaaizaadhoeveelheid is kunnen overgaan. Dit was
bij deaneeste tarwetelers in WEST ZEEUWSCH-VLAAN
DEREN wel de bedoeling- Het overgrote deel van het
tarwe-areaal wordt, of is, reeds gespoten met een bo
demherbicide. Het resultaat op een erg kluiterig per
ceel kan onmogelijk goed zijn. Het middel Tribunil wordt
het meest toegepast. Verder ook nog Igran 50 en Tok-
Ultra. Daar waar de rassen dit toelaten wordt veel Dicu-
range bruikt.
Wat de tarwerassen betreft, geloven we dat een flinke
verschuiving heeft plaatsgevonden naar het ras Lely.
Verder worden veel gezaaid: Caribo, Norda en Anous-
ka. Clement wordt er nog slechts weinig aan de grond
toevertrouwd. Dit zeer goed opbrengend ras van 1973 en
1974 is maar een korte glorietijd beschoren geweest. Het
zag er even naar uit dat we binnen enkele jaren 10 ton
zaadopbrengst per ha zouden kunnen oogsten. Het is
weer eens anders uitgekomen. Dergelijke rassen zijn te
gevoelig voor ziekten die door allerlei klimaatsfactoren
worden beïnvloed.
De aardappelen zijn zo ongeveer gerooid. De kg-op-
Het gaat er nu ook in de WESTHOEK op lijken, dat de
zomer 1975 definitief tot een einde is gekomen. De herfst
kunnen we haast overslaan: zeker tot nu toe. We maken
graag wel eens vergelijkingen met voorgaande jaren en
wanneer we dan zeggen: „De herfst van 1975 is beter dan
de herfst van 1974 slecht was", en een ander: „Wanneer
1975 wat minder was geweest en 1974 wat beter, dan had
den we twee redelijke herfsten gehad", dan hebben we
beiden gelijk!
Al met al verlopen de werkzaam' eden prima Er lig
gen veel "bieten aan de hopen en op dit moment schatten
we, dat er nog ongeveer 20 procent in de grond zit. Mis
schien taxeren we zelfs wel aan de hoge kant. Ook het
ploegwerk is ver gevorderd en onder wat voor omstandig
heden! Velen hebben ook van de gelegenheid gebruik
gemaakt om de moorijzers goed door de grond te laten
gaan. „Vele narigheden, die toch nog wel waren achter
gebleven in de grond van 1974, zijn nu bovengehaald en
de blauwe kleur, die deze grond heeft, wijst er wel op,
dat er met deze grond iets aan de hand is. Gelukkig dat
we nu reeds de kans krijgen om dit zo slechte najaar, al
zo vlug in het „vergeetboek" kunnen oobergen!
De tarwe, die gezaaid is, heeft het op sommige plaat
sen wel kwaad vanwege de droogte. Op dit moment is
er nog niet zoveel tarwe gezaaid. De droogte van de
grond is de grootste oorzaak. Tarwe in november gezaaid
kan echter ook nog goed terechtkomen. Wanneer alle om
standigheden meewerken, kunnen we op een flink tarwe-
areaal rekenen. De meesten 'houden er wel rekening mee,
dat er tarwe met goede bakkwaliteit gezaaid moet wor
den.
De knolselderie, een gewas dat de laatste jaren in W.
Brabant sterk is uitgebreid, is ook gereed om te oogsten.
De opbrengsten vallen in 't algemeen niet mee en ook
de kwaliteit laat hier en daar te wensen over. Voor de
knolselderie gaat de tijd om te oogsten dringen. Ee-
beetje risico kunnen we wel eens nemen, maar met
knolselderie kim je met het oog op vorstschade, weinig
wagen!
Gedurende de laatste helft van oktober is er op ZUID-
BEVELAND zeer veel wintertarwe ingezaaid. Het gaat
er op lijken dat we een vrijwel gelijke of nog iets grote
re oppervlakte met wintertarwe gaan krijgen als in 'het
najaar van 1973. Een aantal percelen kon nog niet inge
zaaid worden omdat deze percelen, al vroeg geploegd, nu
zo hard worden, niet behoorlijk zaaiklaar te maken wa
ren. Wat regen zou voor zulke percelen zeer welkom
zijn. Dit geldt ook Voor de al vroeg gezaaide percelen,
waar het zaad wel voldoende vocht heeft gehad om te
kiemen, maar waar nu onvoldoende vocht is om zich
goed vast te zetten. De suikerbietenoogst verloopt goed.
Vele malen is al gesteld dat er zo rond 1 november nog
hoogstens 10 a 15 van de oppervlakte in de grond mag
zitten. Op dit moment van schrijven lijkt dit bij ons toch
nog wel meer te zijn. De opbrengsten blijven matig.
Gelukkig is het suikergehalte aanmerkelijk beter ge
worden en gestegen tot een aanvaardbaar niveau van
ongeveer 16 De afvoer van de suikerbieten naar de
fabrieken gaat redelijk goed. In het najaar van 1974 wa
ren de toen met Temik behandelde percelen aanmerke
lijk beter van opbrengst als de onbehandelde percelen.
Afgelopen voorjaar zijn een veel groter aantal percelen
met Temik behandeld. Thans wordt vrijwel nergens de
mening gehoord dat de met Temik behandelde percelen
betere opbrengst zouden hebben dan de niet behandel
de. De Temik heeft zonder meer goed gewerkt tegen de
bladluizen maar of we dit middel op deze wijze moeten
blijven gebruiken, en dan ook gezien tegenover de nog
brengsten lopen nogal uiteen: gemiddeld rond de 38 ton
per ha. Er is dit jaar vrij weinig uitval. De gunstige prijs
ontwikkeling is hiermede debet aan Een probleem voor
de aardappelteler is momenteel weer de zeer hoge poot-
goedprijzen. Er wordt hier en daar gedacht, planters uit
een consumptiepartij tehalen. De mogelijke opbrengst-
verlaging door virusziekten is in geld omgerekend ze
ker niet meer dan de meerkosten nu bij aanschaf van
duur pootgoed. We moeten echter niet vergeten dat van
zo'n uitgezochte partij „pootgoed" een monster moet
worden onderzocht op phoma. Dit onderzoek vraagt on
geveer tien weken.
De oogst van de suikerbieten is ook weer haast voor
bij. Het gehalte is de laatste weken flink gestegen, zodat
verschillende telers een gemiddelde van 16 wel zullen
halen. De laat gerooide percelen, vnl. die waar weinig
vergelingsziekte in voorkwam, hebben eveneens nog veel
gedaan aan het wortelgewiCht. Wij verwachten de kg-
opbrengst voor ons gewest toch wel wat boven de 45 ton
per ha te zien uitkomen. De oogst van dit gewas en ook
van de andere rooivruchten, aardappelen en uien, heeft
dit jaar geen enkel probleem gegeven. Dit is ten op
zichte van vorig jaar wel van het ene uiterste naar het
andere. Daar heeft niemand echter iets op tegen!
De werkzaamheden op het veld zijn ook in WALCHE
REN bijzonder vlot verlopen in de afgelopen maand.
Dank zij de gunstige weersomstandigheden kon een ach
terstand in de werkzaamheden aan het begin van okto-
vrij hoge kosten, is zeer zeker een nadere discussie in
de a.s winter waard!
Het wintervoor ploegen vordert zeer goed. Hier en
daar gaat het door de droogte wel extra kracht kosten
om de grond voldoende gekeerd te krijgen. Met dit dro;
ge weer krijgt de struktuur in ieder geval weer de kans
zich van de problemen van 1974 te herstellen. Het ziet er
echter naar uit dat vele bedrijven vroeg met de veld-
werkzaamheden klaar zullen zijn. Er kan dan de nodige
aandacht worden besteed aan de verzorging van eind-
drainage, sloten, werktuigen, gebouwen en erf. Verder
worden ook de kansen op een beter vergaderbezoek
daardoor vergroot.
ber worden omgezet in een voorsprong aan het eind van
die maand. Wanneer we de weersomstandigheden van
oktober op schoolse wijze zouden beoordelen, dan is het
zeker een tien met een griffel De regen'hoeveelheid be
droeg in onze omgeving 21V* mm. Bovendien was het vele
dagen zeer aangenaam herfstweer.
De oogst van de produkten is, op de suikerbieten na,
weer vrijwel klaargekomen. Op veel bedrijven worden
deze week de laatste bieten gerooid, terwijl anderen het
rooien van het laatste k .vantum nog wel wat zullen
uitstellen. Het afleveren of afhalen van de bieten zal
toch duren tot omstreeks half december. Bij het optreden
van vorst zal onze eerste zorg zijn het vorst-vrij-bewaren
van de bieten. We hebben wel begrepen dat de bieten-
verwerkende industrie geen bevroren bietn meer zal
accepteren.
Naast de oogstwerkzaamheden is er ook veel werk
verzet wat betreft de grondbewerking en de inzaai van
wintertarwe. Eind oktober is zeker al ruim de helft van
de oppervlakte bouwland op wintervoor gelegd en 80
van de te rooien oppervlakte wintertarwe gezaaid. Dit
allemaal onder gunstige omstandigheden. Vermoedelijk
zal wel een gedeelte van de wintertarwe onvoldoende
vocht hebben om te kiemen. Mogelijk zal dit op diverse
percelen tot een onregelmatige opkomst leiden.
Het ploegen kost veel energie. De ondergrond blijkt op
veel percelen bijzonder taai te zijn. Het kost wel een
flinke slok dieselolie meer, maar dat is toch minder be
zwaarlijk dan met veel slippende wielen te moeten wer
ken!
Naast het gewone werk, kan ook nog veel andere
werk worden uitgevoerd. In het kader van de subsidie
regeling worden op verschillende bedrijven kavelaanpas-
singswerkzaamheden en nieuwe drainage-aanleg uitge
voerd. Het is van grote waarde wanneer dit onder droge
omstandigheden kan plaats vinden
Ook het strooien van schuimaarde en kalimeststoffen
vindt op diverse bedrijven nog plaats.
,Jk heb het nog drukker dan anders, want je kunt
verschillende werkzaamheden waar je normaal niet
aan toekomt, nu ook uitvoeren", zei dezer dagen een
collega.
Al met al hebben we goede hoop dat het veldwerk
vroeg klaar zal zijn, zodat er een flinke portie tijd be
schikbaar is voor werk op en rond het bedrijf, zoals
onderhoudswerkzaamheden. Daarnaast zal men mogelijk
ook wat gemakkelijker tot vergaderbezoek komen. Zowel
regionale als plaatselijke instanties zijn bezig zich te be
zinnen op het winterprogramma. Hopelijk komen er zo
weinig mogelijk doublures voor, wat vergaderdata en on
derwerpen betreft. De vereniging voor bedrijfsvoorlich
ting „Walcheren" wil in december a.s. een avondverga
dering wijden aan de aardappelteelt en alles wat er mee
samenhangt. In januari zal men dit doen voor de uien-
teelt, eveneens op een avond. De jaarvergadering is weer,
zoals gewoonlijk, gepland in februari.
De minister van Landbouw heeft een „Commissie voor
de herziening van het Meerjarenplan 19721976 voor
het Landbouwkundig Onderzoek" ingesteld. Als voorzit
ter, tevens lid, van de uit 28 leden bestaande commissie
zal fungeren dr. ir. G. de Bakker, direkteur Landbouw
kundig Onderzoek van het ministerie van landbouw en
visserij..
De Commissie heeft tot taak al het nodige te verrich
ten voor samenstelling van „Meerjarenvisie 1977—1981
voor het Landbouwkundig- en Visserij onderzoek, ressor
terende onder het ministerie van landbouw en visserij"
Hierbij zal rekening worden gehouden met bestaande
en zich ontwikkelende visies in de landbouw, de bos
bouw, de landinrichting enz, alsmede in het wetenschaps
beleid. Ook zal de Commissie daarbij acht geven op on
derwerpen en ontwikkelingen, die met deze terreinen in
relatie staan, en op algemeen-maatschappelijke verande
ringen die van invloed kunnen zijn. Het rapport zal vóór
eind 1976 gereed moeten zijn.
AKKERBOUW
EEN GOEDE VADER geeft zijn zoon tijdig een kans om
zelfstandig boer te worden. Door steeds maar uit te stel
len, gaan de jaren voorbij en krijgt de zoon zijn kans niet
om zelfstandig te worden. Stel deze belangrijke zaak niet
uit, maar sta uw zoon met RAAD en DAAD ter zijde.
MECHANISATIE voor het bereiken van kwaliteitsver
betering en arbeidsverlichting is een kous apart. Door de
aanschaf van grote machines en onvoldoende benutte ka-
paciteit kan de mechanisatie een nadeel worden door de
vaak veel te hoge kosten per hectare. Vooral machine-
liefhebbers lopen gemakkelijk in deze val.
ER ZIJN NOG STEEDS AKKERBOUWERS met een
heel goede auto en soms een schandalig slechte ploeg. Dit
is onbegrijpelijk, want de ploeg moet de autokosten ver
dienen en de beste ploeg is nog maar net goed genoeg voor
uw bedrijf. Bezuinigen op uw ploeg is wel heel verkeerd.
DOOR WINTERTARWERASSEN, die vatbaar zijn voor
gele roest, laat te zaaien b.v. in december, wordt de kans
op opbrengstderving beslist kleiner. Vooral de vroeg ge
zaaide percelen ondervinden de meeste schade van de
gele roest.
VEEHOUDERIJ
HET AFKALVEN VAN KOEIEN is een belangrijke ge
beurtenis i.v.m. de gezondheid van de dieren. Moeilijk
heden met nageboorten en witvuilen zijn dikwijls een ge
volg van fouten gemaakt bij het afkalven. Deze hebben
veel invloed op het wel of niet opnieuw drachtig kunnen
krijgen van de koe.
ONTSMET VOOR HET AFKALVEN de achterstellen
van de dieren met een 2 %-citopogeem oplossing. Alle
voorwerpen gebruikt bij het afkalven ontsmetten met
DE BESTE BEWAARTEMPERATUUR voor knolselde
rij is 1 h 2 gr. C. Deze temperatuur is niet eenvoudig te
bereiken. Zeker niet zonder mechanische koeling. Voor
partijen die lang bewaard moeten worden, is mechanische
koeling de enige manier om de verliezen laag te houden.
halamld. Pas hulp bieden bij het kalven als het snuitje
zichtbaar wordt. Moeilijk afkalven is dikwijls een gevolg
van te goede konditie. Houdt de dieren tot 23 dagen na
het afkalven apart om besmetting door witvuilen te voor
komen.
ALS WE DE VERSLAGEN van de melkkontrole bekij
ken, komen zeer grote verschillen voor. Op de ene stal tot
de andere komen verschillen voor tot 1.000,melkgeld
per koe. Dit is een gevolg van produktie-aanleg én van
de voeding. Als de produktie bij u onder de 5.000 kg per
koe blijft, is het hoog tyd dat u zich afvraagt waar dit aan
ligt.