Xzhi HOOFDBESTUUR EN LEDENRAAD VERGADERDE
maatschappij tot bevordering
van landbouw, tuinbouw èn veeteelt in zeeland en noord-brabant
In dit nummer o.m.:
Uit de praktijk
pag. 5-6
Fusarium-droogrot in
pootaardappelen pag. 7
Franse bietenrooi-
demonstratie pag. 9
Produktschap Granen,
Zaden en Peulvruchten
pag. 10-12-13
De betekenis van de
L.E.I. Cijfers en de
vergelijking L.E.I.-ZLM-
prognose pag. 11
(r Op bezoek bij:
P. van Loon,
Sprang-Capelle
pag. 12 -13
Dingen van de week
pag. 17
Marktberichten
pag. 21
ingehaald en een buitje regen zou niet onwelkom zijn".
Hoewel de heer Luteijn over de akkerbouwsector wat op
timistischer kon zijn was dit niet het geval voor wat be
treft de veehouderij en de fruitteelt. Met name de klein-
fruitsector noemde de heer Luteijn „hoogst zorgelijk".
Sprekend over de inkomensontwikkeling ging voorzitter
Luteijn diep in op het markt- en prijsbeleid en de invoering
van een minimum inkomensgarantie. Hij konstateerde nog
steeds een enorm (voor de boer negatief) verschil in de
kosten/opbrengsten verhouding. Daarnaast blijft de prijs
vorming achter bij de inflatie en geeft geen wezenlijke
verbetering. „Het gaat niet aan om papierenprijzen vast
te stellen in Brussel: het gaat om de boerenprijzen", aldus
de ZLM-voorzitter. De konklusie van de heer Luteijn was
dan ook dat een zeer drastische prijsverhoging in Brus
sel een keiharde noodzaak is. „En ik denk daarbij zeer
zeker niet in enkele procenten. De minimumiwkomensga-
rantie was voor de voorzitter slechts aanvaardbaar als
zuivere sociale maatregel. „En dan nog alleen als alle
reeds bestaande regelingen volledig benut zijn". De heer
Luteijn wees daarbij op de versoepelde rijksgroepsrege
ling zelfstandigen, waarmee in Zeeland zeer goede erva
ringen zijn opgedaan.
De heer Luteijn voorzag bij de invoering'van een mini
muminkomen een stagnatie van de bedrijfsbeëindiging.
„Zeker gezien tegen de achtergrond van de huidige slech
te economische situatie". Veel beter zou het zijn om de
ontwikkeling van midden-bedrijven (het z.g. middenbe-
leid) nu eens krachtig aan te pakken. Het daarbij beho
rende knelpuntenbeleid, de subsidie op melkkoeltanks en
een bijdrageregeling voor groen(voeder)bemesting kan
veel problemen oplossen en de bedrijfsgenoten buiten
een minimuminkomensregeling houden, aldus de ZLM-
voorzitter. Het sociale en fiscale beleid van onze nationa
le regering blijft in de ogen van de heer Luteijn „volstrekt
onvoldoende". Hij ging daar verder niet op in, omdat „ons
standpunt genoegzaam bekend is".
Veel aandacht ook wijdde de voorzitter van de Leden
raad aan het onderwerp planologie en milieu. Hij bespeur
de daarin een tendens naar steeds verdergaande beper
king van de landbouwbelangen, vooral wat betreft de (in
tensieve) veehouderij en de glastuinbouw. „We hebben
hier een duidelijke opstelling, n.l. geen belemmering van
de bestaande bedrijven in hun ontwikkeling", aldus de
heer Luteijn. In dat kader zag hij grote mogelijkheden
voor de beheersovereenkomsten zoals die in Zeeland in
een zeer vergevorderd stadium zijn. De voordelen daar
van zijn dat er redelijke voorwaarden worden geschapen
om toch als boer te kunnen blijven bestaan en dat de in
stelling van de nationale (landschaps)parken daarmee
overbodig wordt. Ook de ontwikkeling van de massa-re
creatie vervulde de heer Luteijn met grote zorg. „De druk
op het landschap, ook op het agrarisch gebied, wordt
langzamerhand ondragelijk". Van landbojwzijde zal hier
stelling tegen moeten worden genomen. „Desnoods tot
de Kroon", aldus de ZLM-voorzitter.
Tot slot van zijn openingsrede wijdde de heer Luteijn
nog enige aandacht aan de ZLM-organisatie zelf: „Om de
belangen van de leden nu en in de toekomst zo goed mo
gelijk te behartigen moeten wij ook kritisch naar ons zelf
kijken".
(Zie verder pag. 4)
zlm
De ledenraad van de ZLM vergaderde maandagmiddag te Goes. Achter de bestuurstafel het D.B. met
van links naar rechts: A. Korteweg, algemeen secretaris; Ir. D. Luteijn, algemeen voorzitter; Mr. J. Oggel,
secretaris; G. P. A. van Nieuwenhuijzen en S. de Visser, vice-voorzitters.
^E hoofdbestuursléden van de ZLM hebben maandag
3 november j.l. een drukke vergadering gehad,
's Morgens kwamen zij bijeen voor een vergadering van
het Hoofdbestuur en 's middags woonden zij de vergade
ring van de Ledenraad van de ZLM bij. Omwille van de
tijd moest ZLM-voorzitter ir D. Luteijn in de ochtend-ver-
gade^ng met een zeer kort openingswoord volstaan. De
heer Luteijn stipte daarbij een aantal punten aan die hij
's middags in de Ledenraadsvergadering nader zou uit
werken. Het Hoofdbestuur wijdde een uitvoerige bespre
king aan een aantal voorstellen die door de Grote Vee
houderijcommissie der ZLM ter tafel waren gebracht. Het
betrof hier de instelling van een werkgroep ter nadere be
studering van de kosten van rundvleesproduktie, de her
structurering van het slachthuiswezen (tenminste hand
having van één noodslachtplaats per district) en een bij
drageregeling ter stimulering van de omschakeling op
tankmelken. Wat dit laatste betreft werd door de Commis
sie met klem aangedrongen op een regeling met terug
werkende kracht tot 1 januari 1975. Bovendien zou de
subsidie ook open tanks moeten gelden. Met al deze
voorstellen kon het Hoofdbestuur zich verenigen.
Het Hoofdbestuur van de ZLM boog zich ook over het
rapport „De jonge agrariër". Algemeen was men van me
ning dat voor de jonge (toekomstige) boer een zo goed
mogelijk startpunt geschapen moet worden. Met name de
z.g. geblokkeerde spaarregeling kreeg daarbij veel kri
tiek. Het Hoofdbestuur zag meer heil in een geleidelijke
overname van het bedrijf door de zoon/bedrijfsopvolger.
Voor het overige drong de vergadering aan op een snelle
invoering van de in het rapport neergelegde voorstellen.
Wat het jongerenwerk betreft nam het Hoofdbestuur ken
nis van de werkwijze en structuur van de Provinciale
Agrarische Kommissie (P.A.K.) als onderdeel van de
Plattelands Jongeren Zuid (P.J.Z.).
LEDENRAAD
E Ledenraad van de ZLM begon zijn vergadering
met de herdenking van het recentelijk overleden
erelid van de ZLM, de heer C. Philipse. Voorzitter ir Lu
teijn memoreerde de grote verdienste die de heer Philipse
gehad heeft voor de samenleving, met name ook voor het
landbouwbedrijfsleven. De voorzitter heette bij zijn ope
ningswoord de aanwezigen hartelijk welkom en in het bij
zonder de leden van de ZLM Controle Commissie die er in
zo korte tijd in geslaagd waren vergelijkingsmateriaal aan
te dragen voor de onlangs verschenen geactualiseerde
LEI-cijfers. De heer Luteijn konstateerde tevreden dat in
vergelijking met het natte najaar van 1974 de situatie op
het land nu heel wat beter is. „De achterstand is vrijwel
tuinbouwblad
VRIJDAG 7 NOVEMBER 1975
63e Jaargang - No. 3305
1