De k.i.-vereniging „De Westhoek" in nieuwe vorm Algemene vergadering B.V.A.B./B.P.L. Jaarverslag 1974 Bedrijfspensioenfonds voor de Landbouw DE k.i.-vereniging „Combinatie RoosendaalOud Gas tel" is ingaande 1 november 1975 beëindigd. Op 9 oktober j.l. werd in de ledenraad van de combinatie een stemming tot ontbinding besloten. Dit besluit betekent dat de k.i.-verenigingen „Roosendaal" en de „De West hoek" (Oud-Gastel) weer twee aparte verenigingen zijn geworden met ieder een zelfstandige positie en een eigen bestuur. De leden van „De Westhoek" te Oud Gastel gaan ge bruik maken van de stieren van de k.i.-vereniging „Zuid West^Nederland" Er is volledige overeenstemming be reikt over de samenwerking tussen „Zuid West-Neder land" en „De Westhoek". Met ingang van 1 november '75 kan door de veehouders worden gekozen uit alle stieren van „Zupid West-Nederland", aldus meldt ons de k.i.-ver eniging „De Westhoek". Op de melkvaarzen (eerste kalfskoeien) zullen proef- stieren (eenjarigen) moeten worden gebruikt. Voor alle pinken en oudere melkgevende dieren staan desgewenst de goedverervende fokstieren ter beschikking. „Zuid West-Nederland" beschikt over sperma van zwartbonte (Nederlands, Canadees, Amerikaans)-, rood bonte MRY-, vleesras- (Limousin, Oharolais, Piemonte- se), blaarkop- en dikbilstieren. Nog belangrijker dan ëen groot aantal stieren weegt het feit, dat de bevruchtingscijfers van de Zuid West-Ne derlandse stieren boven het landelijk gemiddelde liggen. Van de stieren met een bekende vererving behoort een aantal tot de beste verevers in Nederland (z.g. 3-plussen stieren). FOKSTIERENLIJ ST |\E volgende vaderdieren staan onder meer op de fok- stierenlijst en kunnen door alle leden worden ge vraagd. De cijfers zijn ontleend aan de dochterbedrijven (D/B) methode en geven aan de mate waarin de doch ters van de betreffende stier beter of minder zijn dan die van alle andere onderzochte stieren. kg melk vet eiwit vet eiwit- igrammen Pan 134 836 0,13 0,04 175+ Herovina K.A. -f 676 0,04 0,04 161+ Melkbron A. -f 484 0,13 0,08 127+ Frans Y374 495 0,00 0,02 112+ Adema 19 v.d.D 362 0,00 0,09 74+ Frans 385 195 0,12 0,02 57+ Blits.Sendy 271 0,00 0,10 53+ Mister (Am.) 877 0,3 (cijfers uit Duitsland) Met bovenvermeld lijstje houdt uiteraard de keus niet op, maar het geeft een indruk over het streven van de k.i.-vereniging: goed ontwikkelde en bruikbare koeien, die een hoge produktie vele jaren vol kunnen houden. Het exterieur van de dochters van genoemde stieren is dusdanig goed, dat het gehele Verervingsbeeld van exterieur en produktie 3-plussen waardig is. De stieren, die via uitwisselingsafspraken beschikbaar zijn staan niet in het lijstje. VERTROUWEN IN DE TOEKOMST AOK „Z,W.-Nederland" weet, dat ze er nog niet is en dat ze voortdurend de inspanningen moet vergroten om in het voorste gelid te blijven meelopen. Van een aantal stieren lijken de 100-dagen lijsten echter zodanig, dat in 1976 nieuwe fokstieren verwacht mogen worden. De grotere keus van goede verervers komt de veehou ders ten goede. Tenslotte gaat het om betere koeien die een grotere bijdrage leveren tot het bedrijfsinkomem „Zuid West-Ne derland" met 100 stieren op 100.000 koeien zet zich in voor het boerenbelang. Samen met „De Westhoek" en alle veehouders die liever beste fokstieren gebruiken dan „zo maar een stier" wordt de toekomst vol vertrouwen tegemoet gezien. De keus van „De Westhoek" is een bewuste keus ge weest, in de zekere veronderstelling op deze wijze de veehouders meer te kunnen bieden dan in het verleden het geval is geweest, aldus deze mededeling. In zijn rede bij de opening van de op 28 oktober j.l, gehouden algemene vergadering van de Bedrijfsvereni ging voor het Agrarisch Bedrijf en het Bedrijfspensioen fonds voor de Landbouw, waarin de verslagen over 1974 werden uitgebracht, bracht de voorzitter van de besturen van deze organen, de heer Ligtenberg, een aantal zaken ter sprake, waarvan de volgende tot de belangrijkste ge rekend kunnen worden. EÉN BEDRIJFSVERENIGING VOOR DE GEHELE VOEDINGSSECTOR? Sprekend over de toenemende premiedruk van de sociale verzekering, merkte de heer ^gtenberg op, dat sommigen denken, dat een andere uitvoeringsorganisa tie tot een daling van kosten zal leiden. Hij betwijfelt dit sterk. Een temporisering van die kostenstijging zou daardoor mogelijk bereikt kunnen worden, maar méér toch niet. Wel is hij van oordeel, dat nagegaan zou kun nen worden of, en zo ja, in hoeverre het thans bestaande aantal van 26 bedrijfsverenigingen kan worden inge krompen. Hij zou zich daarbij één bedrijfsvereniging voor de gehele voedingssector kunnen voorstellen. VERLAGING PREMIE VOOR DE WACHTGELDVERZEKERING Behalve de toenemende premiedruk baart in het alge meen ook de toenemende werkloosheid ernstige zorgen. De agrarische bedrijfstak bevindt zich hier evenwel in een gunstige uitzonderingspositie In deze bedrijfstak nam het aantal werklozen slechts in uiterst geringe ma te toe. Ten opzichte van het jaar 1973 steeg het aantal uitkeringsdagen ten laste van het wachtgeldfonds in 1974 met slechts 700. Gezien de financiële uit komsten van de afgelopen jaren heeft het bestuur kun nen besluiten de premie voor de wachtgeldverzekering van de werknemers op een vast jaarcontract voor 1976 te verlagen van 0,5 naar 0,4 Voor de losse werkne mers blijft die premie gehandhaafd op 7,6 DE WJV.O.-VERZEKERING Bij de steeds zwaarder worden premiedruk speelt de arbeidsongeschiktheidsverzekering een belangrijke rol. De premie voor deze verzekering bedraagt thans voor 1975 9,2 Verwacht moet worden, dat die premie voor het 'jaar 1976 tot boven de 10 zal stijgen. Ook in de agrarische bedrijfstak neemt het aantal uitke ringsgerechtigden WA.O nog steeds toe. Naar verwach- tinf zal het dor de B.V.A B.. in 1976 uit te keren bedrag boven de 100 miljoen komen te liggen. Toch kan ook wat deze verzekering betreft de ontwikkeling in de agra rische bedrijfstak nog gunstig worden genoemd. In 1974 steeg het totale aantal W.A-O.-gevallen met ongeveer 10 terwijl deze stijging bij de BVAB. 7,4 bedroeg. DE ZIEKENGELDVERZEKERING Vanaf 1972 steeg het aantal tot uitkering gekomen ziektegevallen jaarlijks met 5 In 1974 deed zich een gelijke stijging voor, en aan de hand van de voorlopige cijfers over 1975 kan worden vastgesteld, dat die stijging zich onafgebroken voortzet. Er dient dan ook ernstig re kening mee te worden gehouden, dat het ziekterisico ook in de agrarische bedrijfstak zal toenemen, al steekt het nog steeds bijzonder gunstig af tegen het gemiddelde ziekterisico in ons land. Dit jaar nam het bestuur van de B.V A.B. het belang rijke besluit de wachtdagenregeling te wijzigen. Thans worden nog 2 wachtdagen gerekend. Die wachtdagen vervallen na resp-. één week en 2 weken arbeidsonge schiktheid. Vanaf 1 januari 1976 zal slechts één wechtdag worden gerekend en die zal vervallen nadat de werk nemer één week arbeidsongeschikt is geweest. De premiestijging, die uit deze gunstiger regeling volgt, kan geschat worden op ongeveer 0,2 van de verzekerde loonsom. Gelet op de financiële uitkomsten van het jaar 1974 zou niet tot premieverhoging behoeven te worden overgegaan. Aangezien echter, zoals uit de voorlopige cijfers van 1975 duidelijk blijkt, het ziekterisico toeneemt, heeft het bestuur van de B.V.A.B. besloten de premie voor 1976 met 0,1 te verhogen en te stellen op 6%. HET AANTAL VERZEKERDEN IN DE AGRARISCHE BEDRIJFSTAK Een zeer belangrijk punt is het verloop van het verze kerdenbestand. Tot voor enkele jaren daalde dat bestand jaarlijks met enkele procenten. Vanaf 1972 is dat even wel niet langer het geval en ook 1974 laat geen vermin dering zien. Integendeel, het aantal werknemers steeg van 41.315 in 1973 tot 42 577 in 1974. Ook uit het verze kerde loonbedrag 1 miljard 28 miljoen in 1973 en 1 miljard 165 miljoen in 1974 blijkt duidelijk, dat van een teruggang in het verzekerdenbestand in 1974 beslist geen sprake is geweest. VROUWEN, WERKZAAM IN DE AGRARISCHE BEDRIJFSTAK Het aantal van deze vrouwen neemt jaarlijks toe. Dat blijkt uit "de verstrekte uitkeringen alsook uit de cijfers van het aantal gewerkte dagen. Dat aantal bedroeg in 1974 IV2 miljoen of wel 9 van het totaal. Ook daarop lettend heeft het bestuur van het B.P.L. besloten na te gaan of, en zo ja, op welke wijze de vrouwelijke werk nemers in de agrarische bedrijfstak onder de werkings sfeer van het Bedrijfspensioenfonds voor de Landbouw kunnen worden gebracht. DE ALGEMENNE ARBEIDS ONGESCHIKTHEIDSVERZEKERING Deze voor de zelfstandigen in de agrarische bedrijfstak zo belangrijke wet zal op 1 oktober 1976 in werking tre den. Door middel van een enquête is de mogelijkheid geopend tot het doen van een voorlopige melding van arbeidsongesciktCveid. Het aantal tot dusver binnengeko men meldingen bedraagt thans ruim 4000. De bedrijfsvereniging is thans in staat de nodige voor bereidende werkzaamheden te verrichten teneinde te be reiken dat in oktober 1976 uitkeringen aan zelfstandigen kunnen worden verstrekt. EXTRA MAAND PENSIOEN B. P. L 1 Gelet op de beleggingsuitkomsten over 1974 heeft het bestuur van het B.P.L. kunnen besluiten in 1975 een extra maand pensioen uit te keren. Dat zal gebeuren in de maand december. Voorts is besloten in 1975 zowel over de lopende als over de uitgestelde pensioenen een toeslag te verlenen van 3 JAARVERSLAGEN B. V. A. B./B. P. L. 1974 Deze verslagen werden goedgekeurd. Blijkens deze verslagen daalde het aantal aangesloten werkgevers van 33.050 per 1 januari 1974 naar 32.263 per 31 december 1974. Het aantal afgesloten vrijwillige verzekeringen steeg tot 430 voor de ziekengeldverzekering en tot 463 voor de arbeidsongeschiktheidsverzekering. Het aantal ziekte-aangiften met recht op uitkering steeg van 45.667 in 1973 naar 48.045 in 1974, terwijl het aantal uitkeringsdagen met ruim 50.000 toenam tot 1.004 374. Het uitgekeerde bedrag steeg van 48'miljoen in 1973 naar 57 miljoen in 1974. Het aantal W.A.O.-gevallen steeg van 4.972 per ultimo december 1973 naar 5.341 per 31 december 1974 en het uitgekeerde bedrag van 50 miljoen naar 63V2 miljoen. Het uitgekeerde bedrag aan wachtgeld steeg vanaf 13,7 miljoen naar 16 miljoen en aan werkloosheids uitkering werd in 1974 27+2 miljoen betaald (in 1973 ƒ22,1 miljoen). Aan pensioenuitkeringen werd in 1973 bijna 16 mil joen betaalbaar gesteld en in 1974 werd ruim 18 mil joen uitgekeerd. Het aantal pensioentrekxers bedroeg eind 1974 42.000. Uit de rekening van baten en lasten over 1974 van het Bedrijfspensioenfonds voor de Landbouw blijkt dat 14 mil joen gulden kon worden overgeboekt naar de reserve extra pensioenuitkering nadat bijna 1,2 miljoen gulden gereser veerd is voor tegenvallers bij de nieuwbouw onroerende goederen en bijna 4,8 miljoen gulden bij de algemene reser ve kon worden geboekt. De algemene reserve is op de balans nu gebracht op ruim 25 miljoen en de premiereser ve op ruim 434 miljoen! Het jaarverslag vermeldt dat dank zij de gemaakte over- rente (de premiereserveberekening is gebaseerd op een ren te van 4 terwijl gemiddeld 8,32 js behaald) per 1 januari 1975 zowel de ingegane als de uitgestelde pensioenaanspra ken opnieuw met 3 konden worden verhoogd. Ter gele genheid van het 25jjarig jubileum op 1 mei 1974 werd ook nog één maand extra pensioen uitgekeerd. Waaruit blijkt dat 1974 voor het Fonds en de pensioengerechtigden gun stig is verlopen. Interessant is het overzicht van het rendementsverloop van de beleggingen in de afgelopen 10 jaar dat het B.P.L. heeft behaald). Leningen op schuldbekentenis blijken in ver gelijking met het behaalde rendement op de overige beleg gingen geen onverdeeld succes te zijn geweest! Overigens werden in 1974 voor bijna 12/2 miljoen 12 langlopende leningen op schuldbekentenis afgesloten tegen rente varië rend tussen 9% en 12 zodat op den duur, ais de bijna 56 miljoen tegen 35 leningen zijn afgelost, het gemid deld rendement beter zal worden! Rendement op beleggingen Jaar Vaste eigen dommen Hypo theken Obli gaties Aan delen Leningen op schuld bekentenis Alle beleg gingen 1965 6,47 4,67 4,72 7,11 4,56 5,30 1966 6,87 5,43 4,99 6,38 4,70 5,37 1967 7, lil 5,70 5,29 6,60 4,70 5,63 1968 7,32 5,84 5,42 7,04 4,65 5,92 1969 7,36 6,02 5,59 8,01 4,65 6,08 1970 7,66 6,22 6,17 8,04 4,74 6,41 1971 8,14 6,40 6,64 7,37 4,74 6,79 1972 9,34 6,66 6,96 7,43 4,83 7,57 1973 10,12 8,68 7,06 7,39 4,97 8,10 1974 10,22 7,38 7,72 6,44 5,33 8,32 De rente op de kapitaalmarkt bedroeg in het begin van het jaar 1974 circa 9V6 trok door tot 11 terwijl het jaar 1974 weer werd afgesloten op circa 9+>

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1975 | | pagina 15