Mobil Viner in de lift bij oogst stambonen Goede aardappel- en uienprijzen versluieren bezwaren tegen EEG-Landbouwbeleid Wintertarweinzaai staat alweer voor de deur! Tegenvaller door stormschade op korrelmaispercelen Rond de Schelde UIT DE PRAKTIJK m Élp In WEST ZEEUWS-VLAANDEREN, m.n. Biervliet e.o. heeft men al een paar jaren gunstige ervaringen opge daan met de zgn. Mobil Viners bij de oogst van stambo nen. Bij voorkeur blijven de bonen wat langer op stam staan als 'bij de traditionele oogstmethode, waarbij uit de ruiter wordt gedorsen. Na het zwadmaaien wordt dan zo snel mogelijk de zelfrijdende, zelfoprapende, dorsma chine ingezet; een machine die de beschadiging tot min der dan 1 kan terugbrengen. Bovendien heeft men geen arbeidskosten voor ruiteren. De oppervlakte bonen kan daardoor ook stijgen per bedrijf. De oogstkosten met deze machines zijn wat hoger. Dit alles gebeurt via de telergroepering „Bruine bonen" te Biervliet die dit jaar 180 ha stambonen hebben gecon tracteerd bij de firma HAK De benodigde 3 a 4 Mobil Viners worden eerder in het jaar gebruikt bij de conser- venerwtenoogst. Het blijkt mogelijk te zijn deze machines nog verder aan te passen voor het dorsen van bruine bo nen. De dorsresultaten, alsmede de capaciteit worden dan nog interessanter. Er blijkt ook bij loonwerkers belang stelling te komen voor deze oogstmethodiek. Vanwege de late ontwikkeling van de aardappelen heeft men in het algemeen lang gewacht met het dood- De werkzaamheden op de bedrijven op THOLEN en ST. PHILIPSLAND schieten lekker op. Zelfs in een be trekkelijk klein gebied als het onze zijn er bijzonder grote vertsctiillen in de neerslaghoeveelheden die de laatste 14 dagen zijn geregistreerd (tot 30 mm toe). Deze verschillen hebben vanzelfsprekend invloed op de oogst- werkzaamheden bij aardappelen en uien en in veel min dere mate bij bieten. Iln de oostelijke (drogare) helft zijn vrijwel alle aardappels en uien gerooid en in de koelcellen opgebor gen, voor zover men dat verkoos boven het verkopen van het produkt voor, voor de tijd van het jaar, ongekend hoge prijzen (tot ruim 0,30 per kg veldgewas produkt). In 'het westelijk gedeelte is men nog niet zo ver; een globale schatting brengt ons op 80 gerooide „petaoten en juin". Doordat er vooral op Tholen zo'n 30 a 40 aardappe len en uien worden geteeld en de kg-opbrengsten door gaans redelijk tot goed zijn, mag gesteld worden dat de bedrijfsresultaten door deze ontwikkeling voor vele boe ren goed zullen zijn. Gelukkig zijn er dan ook weinig ontevreden boeren! Deze ontwikkeling versluiert in ons gebied beslist de opstelling tegenover een landbouwbeleid van de EEG en Den Haag, waartegen terecht grote bezwaren zijn in te brengen. Wij zijn dan ook blij met de opstelling van ons Hoofdbestuur die een en ander juist op een rij heeft ge zet en daartegen een krachtig protest laat horen De prijs van aardappelen en uien als vrije produkten mogen in de beoordeling van het landbouwbeleid t.o.v. de andere gewassen geen rol spelen. Als de prijzen goed zijn, zoals nu, dan is dat een heel prettige bijkomstigheid, als ze slecht zijn, zoals vorig jaar, dan moeten we dat ook zonder morren accepteren. De ups en downs in de inkomens zijn groot en de Nederlandse belastingdruk is vooral voor deze sterk wisselende inkomens onevenredig zwaar! Het systeem van de voortschrijdende middeling van inkomens zoals de heer Doeleman voorstelde op de Hoofdbestuursvergadering is dan ook het enig juiste gang van zaken om tot een eerlijke belastingheffing te komen, waarbij dan tevens het begrenzingspercentage geheel dient te vervallen. De bieten vallen doorgaans op Tholen en St. Philips- De bieten tijdig op de hoop, en afdekmateriaal beschik baar! land niet mee. Vooral het suikergehalte valt erg tegen. Het gemiddelde gehalte beweegt zich slechts rond de 14,1 procent. De rooicombinaties in ons gebied werken goed. Aanvankelijk waren er wat leveringsproblemen wat het materiaal betreft, en ook alle rooiers werken nog niet helemaal optimaal, maar wij hopen dat dit euvel spoedig zal zijn opgelost. De fabriek Roosendaal had eveneens aanloopmoeilijk heden hetgeen een nadelige invloed 'had op het voldoen de mogen leveren van het termijnkwantum. Wij willen toch graag enigszins op tijd klaar zijn met de bieten zo dat wij hopen dat alles verder een vlot verloop mag heb ben. „Als het effe kan" zonder vorst! Ondanks het enigszins (en plaatselijk) ongunstige weer, zijn de oogst werkzaamheden op SCHOUWEN en DUIVE- LAND de laatste weken toch nog wel gevorderd. Dit geldt met name t.a.v. aardappelen en suikerbieten, hoe wel grondsoort een bepalende faktor was Van het areaal aardappelen is meer dan 80 gerooid. De omstandighe den waaronder gerooid werd, waren niet altijd even gun stig. Struktuurproblemen (erfenis van het vorig jaar) vinden we terug op de rooimachine! Het produkt was over 't algemeen vrij uniform van stuk, ook weinig groeischeuren. Wij hadden wel te maken met doorwas. Maar eigenlijk kunnen we hier dit jaar niet van proble men spreken. De grote vraag van uit het buitenland zorgde voor een vlotte afzet. De opbrengst viel over het geheel tegen, maar de kg-prijs was zeer goed. Toch pro fiteren velen niet van deze gunstige ontwikkeling. Het oogsten van de suikerbieten gaat gestadig door. Momenteel is ongeveer 20 van het areaal gerooid. Er was veel belangstelling voor de premie-levering. De op brengst (gemiddeld) zal vermoedelijk wel beneden de 45 ton per ha blijven. De her groei (blad) zal ten koste gaan van het suikergehalte. De eerste gehalten lagen rond de 15 De oogst van de uien vlot minder. Verschillende perce len staan nog vast of liggen gerooid op het land. De ge middelde kg-opbren-gst ligt bij de 40 ton per 'ha. Veelal klein van stuk en kg-prijs zeer goed. Ook de bruine bonen zijn nog niet allemaal gedorsen. De kg-opbrengst zal liggen tussen de 22,5 ton per ha. Bij alle genoemde gewassen is er een grote variatie in kg-opbrengst per ha. De oogst van snijmais is al ver gevorderd. Goede kg-op brengst. Wanneer aan de verzorging van de kuil voldoen de aandacht is en wordt 'besteed, dan mag een goede kwaliteit veevoer voor de a.s. stalperiode worden ver wacht. De afrij ping van de korrelmais verloopt traag. (Zie verder pag. 6) spuiten. Nog zijn niet alle percelen in hun groei stilgezet, nierdoor is het tijdstip van oogsten weer sterk verlaat Nu men zou kunnen beginnen met het rooien, werkt het weer niet mee. Op 4 oktober staat zeker nog 75 a 80 van de aardappelen in de grond. De risico's zijn dus weer bijzonder groot genomen. Hopelijk loopt het niet zoals in 1974. Het is ons deze zomer weer opgevallen dat opslag van aardappelen slechts sporadisch voorkomt, indien na het rooien zonder een cultivatorbewerking, flink diep wordt geploegd. Het rooiverlies komt dan op een diepte van 2025 cm en zal veel gemakkelijker verstikken en ver rotten. De stand van de bieten is nu zodanig, dat zelfs op de betere percelen de kg-opbrengst er een heel eind uit is. Bij koude nachten kan het gehalte nog wel stijgen. Het zal weer wel het beste zijn te zorgen dat over drie we ken de bieten van de akker zijn. We zijn ook weer toe aan de inzaai van wintertarwe Wc hadden gehoopt op duidelijk ten aanzien van de slechte bakeigenschappen van enkele reeds genoemde tarweras- sen Die is er nog steeds niet, zodat dit de rassenkeuze extra bemoeilijkt. Het rooien van de aardappelen op ZUID-BEVELAND is al een heel eind gevórderd. Naar schatting zat bij het begin van deze week er nog ongeveer 30 in de grond. Daarbij is het wel zo, dat erin West Zuid-Beveland maar vooral in de Zak er nogal wat meer gerooid moesten wor den als in Oost Zuid-Beveland. In West zijn de afgelo pen weken aanmerkelijk meer regenbuien gevallen. De opbrengsten -vallen wat tegen, hoewel bij de laatst ge rooide en nog te rooien percelen er toch ook wel weer zijn die een zeer goede opbrengst te zien geven. In een aantal gevallen is de opbrengst min of meer terug te brengen op het tijdstip en de wijze van het op winter- voor ploegen in het najaar van 1974. Hoewel het nog maar begin oktober is, zijn er al wat suikerbieten gerooid. De afvoer verliep de eerste dagen minder vlot als gewenst was. Enkele hopen bleven wel eens wat te lang liggen. Een zeer onplezierige zaak voor gewicht en suikergehalte, vooral bij droog en warm weer. Veel van 't suikergehalte mag op deze manier toch niet voor de boer verloren gaan. Het suikergehalte be vindt zich toch al op een laag niveau. Uit de eerste gege vens blijkt het overgrote deel zich tussen 13,7 en 14,5 te bevinden. Er moeten nog heel wat uien naar binnen gebracht worden. De opbrengst is vrij redelijk, echter lang niet zo hoog als het vorige jaar. Het aantal percelen dat op zaaivoor is geploegd is nog gering Algemeen wordt toch wei aangenomen dat men een grote tot zeer gróte oppervlakte met wintertarwe uit wil zaaien. De rassenkeuze blijkt voor velen niet zo ge makkelijk te zijn. Het idee is dat in 1976 Lely wel eens het voornaamste ras zou kunnen worden, met daarnaast Manella, Caribo en in mindere mate Clement, Norda en Okapi. Verder individueel wat nieuwe rassen als Anous- ka en Arminda. De oogst van de snijmais is in volle gang. De opbrengst is zeer goed. Veelal blijkt het transport de grootste pro blemen en dan tevens ook de grootste kosten met zich mee te brengen. Grote afstanden tussen de percelen en de opslagplaats zijn dan ook minder aantrekkelija. De korrelmais begint eveneens snel in een stadium te komen om geplukdorst te worden. Ook hiervan lijkt de opbrengst goed te zijn. Jammer is dat de mais door de storm op donderdag 25 en zaterdag 27 september op een aantal percelen vrij sterk doorgeknikt, geheel gebroken of gelegerd, is. Dat kan bij het hakselen of plukdorsen aanleiding geven tot (vrij) grote verliezen. Het blijkt wel dat er duidelijke rasverschillen zijn. Op het rassenproefveld te Yerseke was dit duidelijk te constateren. Op een aantal bedrijven zijn de laatste maanden zeer radicale beslissingen genomen. Men moest kiezen voor het plaatsen van een melktank of het beëindigen van de melkleveranties met als gevolg het afstoten van de melk veestapel. Toch nog een betrekkelijk groot aantal heeft voor het laatste gekozen Laten we hopen dat het een juiste beslissing is geweest! Voor de kleinere bedrijven zal het toch moeilijk worden om nu via andere onderde len in hun bedrijf toch nog een redelijk arbeidsinkomen te gaan behalen. De laatste weken is het weer erg wisselvallig geweest. Late onweersbuien hebben soms plaatselijk nogal wat schade veroorzaakt. Zo lag er heel wat fruit op de grond en in diverse maispercelen had de wind een grote ravage aangericht. Ook aan de beplantingen langs de dijken en op de erven was nogal wat windschade In onze provin cie is het al moeilijk om aan de westenkant van de bomen voldoende hout te krijgen en dan is het wel extra jammer als aan die kant er weer takken sneuvelen. De aankle ding van het landschap vraagt zodoende heel wait tijd en zorg en het loopt wel eens anders uit dan we eerst gewild hadden. Met de uienoogst loogt het ook niet vlot. Vooral de laat gezaaide percelen rijpten traag af en deze zijn moeilijk droog te krijgen. Wanneer dit wat lang duurt gaat het ook nog ten koste van de kleur van het produkt. Vorig jaar hebben we echter geleerd, dat een natte partij ook in de sc uur nog goed droog is te krijgen, maar dat geeft wel veel extra kosten. Met een te velde goed afgestorven partij lopen we in de regel maar weinig gevaar. Voor de echte liefhebbers is het een mooie teelt en als men een maal in de juin zit, moet men in de juin bluven, is een oud gezegde, waarin een grote mate van waarheid schuil gaat. Aan een recent spreekwoord uit de tijd van de zakken- rooiers moesten we deze v>eek toch weer even terugden ken bij het rooien van aardappelen in de zware grond. „Een kluit in de rug vindt men in de zak terug", was toentertijd de slagzin om de telers er op te wijzen, dat de basis voor het machinaal rooien bij het klaar maken van de grond in het voorjaar gelegd moest worden. Er wer den zelfs kluiten in nylon kousen ingepakt en in de ruggen verstopt om zo te bewijzen, dat wat eenmaal een kluit was ook later een kluit bleef. Afgelopen voorjaar was de grond zo dermaite slecht, dat een kluitloze op bouw van de ruggen onmogelijk was. We hadden op de zware grond geen keus en moesten er wel op ouderwet se manier nog iets van zien te maken. Tijdens de poot- goedoogst zaten we met een geweldig kluiten-probleem en veel grond is zo met het pootgoed de bewaarcellen ingegaan. Nu het echter regelmatig veel heeft geregend, is er als het ware toch een wonder gebeurd, want de kluiten vallen bij het rooien goed uit elkaar en deze los se grond geeft een goede bescherming aan het produkt. We hebben weer wat geleerd, want gedurende het droge voorjaar zijn de kluiten nog eens extra gekrompen en nu na de regen hebben ze zich weer volgezogen met water. Dit is voor de pootgoedboeren misschien wel de oplos sing om straks bij het sorteren van het pootgoed de klui ten kwijt te raken. De samenhang van de grond wordt minder wanneer het vochtgehalte er van toeneemt en door te veel te beluchten in de cellen neemt het v°<mt- gehalt juist maar af. Boeren is niet zo eenvoudig als het soms wel lijkt! Ieder jaar is weer anders en daarom soms ook zo moeilijk! uQ,;* Nu we weer aan de laatste loodjes van oogst 1975 bezig zijn, is het toch wel eens goed om per gewas een samen vatting van de kosten op te stellen Door de betref fend e opbrengsten er naast te zetten kunnen we vlot uitreke nen wat onze kostprijs is. Hierdoor krijgen we voor ons zelf een beeld hoe we er voor staan en bij welke markt prijs een bepaald gewas nog het meest interessant is. Het is een spiegel die we ons zelf voor moeten houden en die we beslist niet alleen aan de boekhouder moeten overlaten. Nog beter is het om deze winter in werkgroep verband hierin wat dieper in te duiken. Onze besturen verwachten dat wij als leden in het a.s vergaderseizoen ook goed beslagen ten ijs komen. Vergelijken van cijfers doen we in de regel nog veel te weinig.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1975 | | pagina 5