Veel onkruid in r[jpende gewassen
Geen genoegen nemen met uitstelbeleid
Het valt toch nog weer wat mee
d
1
Rond de
Schelde
5
Op NOORD-BEVELAND is de vakantietijd aangebro
ken. Het is er erg druk met de toeristen. Als we dit
allemaal aanzien, denken we bij ons zelf, wat een wel
vaart is er toch! Het is natuurlijk erg gelukkig dat zo
veel mensen kunnen profiteren van enige weken vakan
tie, vakantietoeslag enz. Als boeren zouden we daar toch
ook wel eens van mee willen genieten. En dat blijkt
nog steeds niet mogelijk, het wordt ons niet gegund.
Daarom moeten we maar blij zijn met de belangstelling
die toch vele van deze toeristen voor onze bedrijven
hebben.
Probeer ze dan inzicht te geven in de problemen die
we als agrariër allemaal hebben. Misschien komt het
ons nog wel eens van pas dat een deel van onze bevol
king wat van deze moeilijkheden begrip heeft. Vorig jaar
om deze tijd hadden we de wegblokkades. In het jaar
hieropvolgend zijn we echter niet veel verder gekomen.
In feite helemaal niets! Het enige voordeel is misschien
dat de drie C.L.O.'s wat dichter bij elkaar lijken te zijn
gekomen. Als leden van deze organisaties moeten we
goed bedenken, dat we achter hoofdbesturen moeten
staan. Want zonder druk van onder af, kunnen die ook
erg weinig beginnen. Zorg dat de afgevaardigden naar
De opbrengst van de groene erwten blijkt in de West
hoek toch nog mee te vallen.
De eerste oogsten in de WESTHOEK zijn reeds ge
schiedt. In 't algemeen lijkt het niet tegen te vallen.
Het graszaad schijnt heel aardig uit de bus te komen
en ook de karwijoogst valt gezien onze vroegere ver
wachtingen, niet tegen. De conservenerwten komen zelfs
heel goed uit de bus. Eer de gerstoogst er nu is kan de
boer nog eens weer op adem komen. «H^ij kan in de bie
ten zo hier en daar nog eens een groot onkruid pikken
en hetzelfde geldt voor de aardappelen. Dan moet het
echter toch maar voor goed gebeurd zijn en hangen we
de hak voor 1975 aan de wilgen.
In WEST ZEEUWS-VLAANDEREN kunnen we gevoeglijk
stellen dat de bedrijven steeds meer aan het veronkruiden
zijn. Momenteel is dit het best te zien in gewassen als mais,
erwten en bonen, bieten en vlas. Dit alhoewel we moeten
bekennen dat er naast onkruidbestrijding in de stoppel voor
vrijwel alle gewassen voldoende goéde chemische middelen
beschikbaar zijn om onkruiden de baas te blijven. Ze worden
echter maar ten dele benut. We zagen een groot perceel
kamille alsof dit als kultuurgewas geteeldi werd, doch het
bleken erwten te zijn! Hier en daar worden erwten over
woekerd door varkensgras; vlas door kamille en mais door
allerlei wortelonkruiden. Zo ikunnen we nog wel even door
gaan! Wat is er nu aan de hand? Volgens uw rubriekschrij
ver is hierin slechts geringe mate sprake van onvoldoende
kennis van de toepassingsmogelijkheden en de wil om te
spuiten. Vrijwel elke boer wil zijn gewassen schoon hebben
en zowel loonwerkers als zelf spuitende boeren hebben vol
doende kennis opgedaan via cursussen en praktijk. De
grootste oorzaak ligt dan ook meer in de steeds maar stij
gende kosten van de herbioiden. De oppervlakten per man
worden groter, waardoor meerdere middelen moeten wor
den gebruikt die daarbij dan ook nog steeds duurder wor
den. Het is helemaal niet moeilijk een gewas vrij van on
kruid te houden maar wat kost het dan niet allemaal! Nu
het hoofdbestuur goed weten hoe er gedacht wordt in
de afdelingen. Misschien wel eens heel anders dan de
hoofdbestuurder zelf die de mening van z'n gebied naar
voren moet brengen en beslist niet de nadruk moet leg
gen op z'n persoonlijke mening.
Deze kan weieens totaal afwijkend zijn van wat in
zijn kring leeft! Misschien wel door heel andere omstan
digheden waarin hij persoonlijk verkeert. We moeten er
geen genoegen mee nemen dat we nog zo een jaar tege
moet gaan. Het is erg jammer dat het zo moet gaan,
maar we zullen een voorbeeld aan de vakbonden moe
ten nemen. Die geven nooit op, treden veel harder op,
en boeken gewoon betere resultaten.
In deze huidige maatschappij krijgen we nu eenmaal
steeds meer de indruk dat vooral de grootste schreeu
wers het gelijk aan hun kant en hun zin krijgen. We
moet er als landbouw geen genoegen mee nemen dat de
minister van landbouw en het kabinet steeds maar weer
meent beslissingen, om in de agrarische inkomenspositie
enige verbetering te brengen, uit te kunnen stellen, want
het is overbekend: van uitstel komt afst'el!" Misschien
is dat juist wel de bedoeling!
De boer kan er meestal niet zo geweldig veel af of
toedoen of het een jaar van goed beschot zal zijn. 1975
maakt daar in zoverre nog een uitzondering op, dat ge
zien de slechte toestand van de grond, gunstige weers
omstandigheden van uitermate groot belang waren wil
de er tenminste nog iets van terechtkomen. We moeten
tevreden zijn, want tot op heden zijn die weersomstan
digheden zo geweest, dat er in de meeste gevallen echt
nog wat van terecht lijkt te komen. Eerlijk gezegd meer
dan we hadden verwacht! Wanneer we de laatgezaaide
gerst zo' week of vier geleden zagen staan, nu dan moest
je wel een reuze optimist zijn om daar nog wat van te
verwachten.
Alhoewel we wat dat betreft bepaald nog niet in de
top zitten, is wat de laatgezaaide gerst betreft toch nog
veel ten goede verkeert. De oogst ervan zal niet vroeg
zijn en dat zal wel naar de 20 augustus lopen. Ook de
groene erwten hebben het goed gedaan. Onze indruk, die
we in de loop der jaren hebben opgedaan is, dat wan
neer er meer dan 35 erwten aan een sprant zitten, de
opbrengst goed kan worden. Nu ontdekken we spranten
met soms 50 en meer erwten erin. Dat Temik „kwam,
zag en overwon", geldt zeker voor dit bestrijdingsmid
del. Bietenpercelen met dit middel behandelt, steken er
met kop en schouders boven de niet ermee behandelde
uit. Zelfs zij die zonder Temik te gebruiken 2 of 3 maal
tegen de luis hebben gespoten zien toch vergelingsziekte
optreden. We zijn benieuwd wat de eerste monsters voor
resultaten te zien zullen geven. In 't algemeen vinden
we toch, dat de bieten het de laatste 4 weken heel goed
hebben gedaan.
Ook de aardappelen hebben veel schade ingehaald en
wanneer de maand augustus dezelfde groei geeft voor
de aardappelen als vorig jaar dan komt daar ook nog
veel van terecht.
Het weer kan aan ons optimisme dat we nu hebben
echter nog veel af of toedoen en we hopen eerlijk ge
zegd, maar op niet al te felle zonneschijn, want dat kan
diverse produkten in noodrijpe toestand brengen en dat
is niet gunstig. Laat het weer maar net eender blijven
als de afgelopen weken, dan zal het oogstjaar 1975 wel
licht op redelijke wijze voltooid kunnen worden!
is het gezegde: die kost gaat voor de baat, wel mooi maar
als na een paar financieel slechte jaren zoals nu, de finan
ciën ontbreken ben je al gauw uitgepraat. Vroeger was er
na de oogst van verschillende gewassen volop tijd om me
chanisch wortelonkruiden te lijf te gaan. Nu is er haast geen
tijd meer voor te vinden en bovendien worden ook dit soort
handelingen steeds maar duurder (machinekosten). Via sa
menwerking zijn hier en daar de kosten wel wat te drukken,
maar willen we dit volhouden dan zullen toch de prijzen
van de produkten werkelijk omhoog moeten. De laatste jaren
gaan ze eerder in neerwaartse richting! Kranten worden er
over vol geschreven, maar er gebeurt te weinig en zfe gaan
niet omhoog. Wat doe je dan als boer? Je gaat bezuinigen bij
de teelt van de gewassen. Gevolg veronkruidering en ver
slechtering van de struktuur doordat ook aan de organische
stofvoorziening onvoldoende aandacht wordt geschonken!
Een subsidie op dit laatste zou zeer welkom zijn!
WILDE HAVER PLUK ZE WEG
Wilde haver is een van de lastigste en moeilijk te bestrij
den onkruiden in de graanteelt. Niettegenstaande het op
schonen en vernietigen van planten blijkt het wilde-haver
kwaad nog steeds niet verdwenen te zijn. Vandaar dat in
bepaalde gebieden, waaronder Zeeland, de verordening
wilde-haverbestrijding van kracht en de bestrijding ervan
verplicht gesteld is. De administratieve uitvoering van de
verordening berust bij de Gewestelijke Raad voor Zeeland,
die omtrent de ontheffingsaanvragen mede adviseert. In
1974 werden er overigens nog maar 3 ontheffingen verleend
en dit jaar kwam niemand ervoor meer in aanmerking. De
controle op de uitvoering berust bij de A.I.D. Dat niet ieder
een zich aan de verordening houdt blijkt uit de opgemaakte
processen-verbaal n.l. 58 over 1974!
r t—f iii -
n
ca. 3 cm lange geknikte kafnaald.
Daarvan vielen er 5 op Schouwen-Duiveland, 8 op Wal
cheren, 10 op Zuid-Beveland en 35 in Zeeuws-Vlaanderen.
Tevens werden een aantal waarschuwingen gegeven n.l. 14
op Schouwen-Duiveland en 2 in Zeeuws-Vlaanderen.
Gerubriceerd naar het aantal geschatte wilde haverplan-
ten per proces-verbaal waren dit:
beneden de 100 planten per ha 19 p.v.'s
100500 planten per ha 25 p.v.'s
5001000 planten per ha 9 p.v.'s
meer dan 1000 planten per ha 5 p.v.'s
Alhoewel er, voor wat Zeeland betreft, van enige verbete
ring in het aantal gekonstateerde wilde havergevallen spra
ke is, (1973 - .79 p.v.'s) is het kwaad bepaald nog niet uit
geroeid. De A.I.D. is of gaat binnenkort weer op pad om te
controleren of de wilde haverbestrijding naar behoren is
uitgevoerd. Neem dus tijdig uw maatregelen!
GEEF DE WILDE HAVER GEEN KANS!
O
Samen met de buren zijn we vorige week op „zakenreis"
naar Duitsland geweest. Uit de landbouwpers hadden we
daar vernomen, dat ook drijfmest zich met een centrifugaal-
strooier prima over de stoppel 'laat verdelen. De gehele in
vestering was slechts een oude kunstmeststrooier met een
vergrote bak en een degelijke afsluiter. Het was kostelijk
om te zien hoe goed en hoe vlug de drijfmest over het land
werd verdeeld. Snel onderploegen is echter wel gewenst,
want de ammoniakvervluChtiging is bij deze methode erg
groot. Heel deze affaire was eigenlijk ontstaan in het brein
van twee boeren en van een hotelhouder van een rustplaats
langs de grote autobaan. Alle resten aan etenswaren van het
hoteJ_ worden verzameld, gemalen, gedroogd en daarna ge
mengd met meel. Hiervan worden jaarlijks twee honderd)
varkens gemest. Het voeren van de dieren gebeurt geheel
automatisch, maar de bestemming van de drijfmest was juist
het grootste probleem. Daarom werd na onderling beraad
een vennootschap gesticht en werden afspraken gemaakt en
zo is een moderne varkensmesterij ontstaan. De beide boe
ren houden toezicht op de varkens en tevens dragen zij
zorg voor de afvoer van de drijfmest welke slechts eenmaal
per jaar moet worden verwerkt. Tevens leveren zij aard
appelen, groenten en fruit aan het hotel en zo is een ge
zonde samenwerking ontstaan waar beide partijen zeer mee
gediend zijn, want van tussenhandel is in dit geval nauwe
lijks sprake. Ook de afstand tussen producent en consu
ment is op deze wijze zo kort mogelijk geworden en dat
alles strekt beiden zeer tot voordeel.
Ook onze medewerksters hebben we mee over de grens
genomen. Jaarlijks staan ze voor ongeveer 1500,op de
balans en een paar snipperdagen moeten er daarom wel op
over kunnen schieten. Ze hebben zich de taart met slagroom
heel goedi laten smaken. Het kontakt met boerinnen uit een
naburig E.E.G.-land is beslist ook de moeite waard, want
misschien gaan de ministers eerder voor de vrouwen door
de knieën dan voor de mannen!
Twee andere bedrijven hebben we ook nog bezocht en
hiervan hadden de betreffende boeren een baan op een
fabriek. Zeer extensief deden ze er hun boerderij op hun
vrije dagen nog bij. De afstandi van fabriek naar boerderij
moet hierbij echter niet al te groot ïijn, want anders komt
er niet veel van terecht en dit was op één bedrijf aan de ver
zorging ook heel goed te zien. Overal was al veel winter-
gerst gedorsen en ook reeds heel wat stro geperst. De op
brengsten van het graan en het stro waren tegengevallen
en dit werd toegeschreven aan het late en koude voorjaar.
Verder waren de aardappelen over het algemeen nog erg
jong, maar de bieten stonden er schitterend bij en waren een
lust voor het oog. De hoogste economische opbrengst wordt
in de bieten behaald bij een gift van 100 kg zuivere stik
stof, maar bij hogere giften krijgen we op het oog toch een
mooier gewas en veel jong onkruid) smoort daaronder dan
ook vroegtijdig. Verder is het boeren op de hellingen voor
ons wel een heel vreemde gewaarwording. Duidelijke spo
ren van de regen van de onweersbuien van de laatste dagen
waren in de dalen te zien en daar was plaatselijk al water
schade aan de gewassen. Ook daar belooft de landbouw van
vandaag geen gouden bergen en ook diaarvan weten wij als
boeren uit het lage landje aan de zee van mee te praten. Als
men zo onderweg is, dan lijkt het wel of heel Europa met
vakantie is, want men komt auto's van alle nationaliteiten
tegen. Van de Hollander wordt verwacht, dat hij een ieder
in zijn eigen taal te woord kan staan en dat juist is mis
schien wel onze kracht!