Richtlijnen ter vast stelling van de beheersvergoeding in het heggenlandschap van De Poel 9 b. de strook sub-optimaal gewas langs de heg (randschade). Hier zijn wel alle teeltkosten te maken, maar de opbrengst blijft achter. Om rekenen tot een strook van 100 opbrengst- derving en te waarderen tegen de gemiddelde bruto produktiewaarde. 3. Vergoeding voor slechtere bewerkbaarheid. Onderscheid moet worden gemaakt tussen heggen langs kavelgrenzen/kavelsloten en heggen mid den op de kavel. Van deze laatste kan worden verondersteld dat de heg een beletsel vormt voor perceelsvergroting en/of vormverbetering. De eventuele voordelen die bij vergroting en vorm verbetering van de gebruikspercelen zijn te be halen moeten als kosten van de heg op de kavel worden berekend. Deze bewerkbaarheid (man uren, machine-uren) van een perceel kan wor den berekend via: a. basistijd per ha, vermeerderd met: b. toeslag voor de perceelsbreedte. c. toeslag voor het aantal hoeken. d. toeslag per perceel, in verband met per per ceel optredende aan- en aflooptijden. Het effect van de perceelsvorm wordt vooral door de componenten sub b en sub c ingecalculeerd. Als op de kavel een heg wordt verwijderd kan dit tot gevolg hebben dat er één gebruiksperceel min der is en bijgevolg minder hoeken en minder wendtijden en aan- en aflooptijden. Een vergroting van de percelering behoeft niet ongelimiteerd baten af te werpen. In de akker bouw is afhankelijk van de bedrijfsgrootte en bouwplan een dergelijke kritische perceelsgroot te te bepalen; in de veehouderij is dit afhankelijk van de omvang van de veestapel. strook aan weerszijden daarvan tot een to taal van 4 m2 per m1 heg. De omvang van de randschade moest worden geschat; onderzoeksgegevens stonden hier voor niet ter beschikking. Aangenomen is dat de schade gelijk zal zijn aan die van een strook van 1.75 m breedte met 100 opbrengstderving. Deze strook moet aan weerszijden van de heg in rekening worden gebracht, ongeacht richting van de heg ten opzichte van de zon, windrichting etc. bij zowel grasland als bouwland. Zowel de brutoproduktiewaarde per ha als het saldo, opbrengst minus toegerekende kos ten, werden bepaald met behulp van de L.E.I.-gegevens inzake akkerbouwbedrijven in Z.W.-Nederland. Voor oogstjaar 1975 is met een gemiddelde bruto produktiewaarde voor akkerbouw van 4.400,per ha gerekend. Voor de graslandproduktie (plantaardige pro- duktie) is uitgegaan 'van een bruto produktie ad. 3.000,per ha. Na aftrek van toegerekende kosten voor werk door derden, bestrijdingsmiddelen, zaaizaad en pootgoed .meststoffen en „overige toege rekende kosten" ontstond hieruit het saldo „opbrengst minus toegerekende kosten" ad 2.860,per ha voor bouwland en 2.400, per ha voor grasland. ad. 3. Bewerkbaarheid. Uit nog niet gepubliceerde onderzoekresulta ten van het Instituut voor Cultuurtechniek en Waterhuishouding inzake de verkavelings situatie kon na enige bewerking worden af geleid dat bij moderne teelttechniek in Z.W. Nederland de volgende besparingen op ar- RECAPITULATIECIJFERS VOOR 1975 (PER 100 M1 HEG) bouwland grasland 26,40 f 26,40 ad. 1. Onderhoud: 2 uur/100 m 13,20/uur ad. 2. Opbrengstschade Onbeteeld 400 m2/100 ml heg 4 x 28,60 144,—; 4 x 24,— 96,— beteeld (2 x 175) m2/100 m1 heg 3.5 x 44 f 154,—; 3.5 x f 30,— 105,— ad. 3. Voordelen voor de bewerkbaarheid bij opheffing heggen in de kavel afhankelijk van de situatie, t.W. a. Afname aantal percelen/kavel b. afname totale max. perceelsbreedte per 100 m per kavel c. afname aantal hoeken/kavel ad. 4. Jaarlijkse kosten voor het rooien etc. f 70, voor bouwland en f 70,— voor grasland. Toepassing van bovengenoemde benaderingswijze voor uiteenlopende situaties leidt tot de volgende gemiddel den voor te vergoeden kosten van de heg: op graslandkavels:: heggen langs kavelsloten ƒ1,/strekkende m heg heggen binnen de kavel f 2,20/strekkende m heg op bouwlandkavels: heggen langs kavelsloten 1,50 strekkende m heg heggen binnen de kavel f 3,50, strekkende m heg (Zie verder pag. 10) A. De vergoeding is opgebouwd uit de volgende compo nenten: 1. Dit onderhoud bestaat uit het jaarlijks afzagen van te sterk uitgroeiende takken, een en ander in overleg met Staatsbosbeheer. Inspectie en on derhoud van evt. extra draadrastering zijn mede hieronder begrepen. Éénmalig, b.v. bij de aanvang van de overeen komst, zal §ventueel achterstallig onderhoud die nen te worden uitgevoerd (kappen van bomen, verwijderen van te zware takken van struiken 'etc.). Dit laatste wordt geregeld buiten deze over eenkomst om! 2. Vergoeding voor opbrengstderving. a. de niet-beteelde oppervlakte onder de heg landverliesHier wordt geen gewasop brengst verkregen maar hier behoeven ook geen teeltkosten te worden gemaakt. Te waar deren met het saldo: „opbrengst minus toege rekende kosten". Zou het gesprek over beheersovereenkomsten gaan? beids- en machinekosten konden worden be rekend bij perceelsvergroting, toegeschreven aan de volgende aspecten: afname van aantal gebruikspercelen/kavel f 70,resp. 26,per perceel (bouwland resp. grasland); afname van totale max. perceelsbreedte kavel 35,— resp. ƒ31,— per 100 m1 (bouwland resp. grasland); afname van aantal hoeken/kavel 10, resp. 4,per hoek (bouwland resp. gras land). Als basis voor kosten van manuren is hierin verwerkt f 10,— per uur! (Noot redactie: Naar Manleiding van opmerkingen uit de praktijk zullen deze normen nog nader kritisch ge toetst en zonodig aangepast worden.) ad. 4. De aan het opruimen van heggen verbonden kosten. Rooikosten 100 m heg 600, Dempen 100 m sloot 1.500, Minder kosten t.g.v. het opruimen van heggen b.v. na te laten slootonderhoud zijn niet ge waardeerd. Voor in opdracht van een Plaatselijke Com missie uit te voeren werk moet de liquidatie van 100 m heg op ƒ2.100,worden begroot. Voor werk in eigen uitvoering door de boer geldt een kostenniveau ad f 1.050,Hiervan wordt 33% P.C.W.-subsidie 350,afge trokken. Blijft door de boer te financieren 700,per 100 m1 heg a 10 jaarlijkse las ten 70,per 100 m1 per jaar. 4. Te vervallen kosten van kavelinrichting. Het handhaven van heggen brengt een aantal be drijfseconomische nadelen (sub 2 en 3 genoemd) met zich mee, welke door kavelverbeteringswer- ken kunnen worden opgeheven. Aagenomen wordt dat de werkzaamheden die moeten worden uitgevoerd bij liquidatie van een heg (kappen, stobben rooien, sloot dempen etc.), (in alle gevallen gaat een heg gepaard met een (deels verlande) sloot) door de boer zelf kunnen worden uitgevoerd. De kosten zullen daarbij de helft bedragen van de kosten die voor soortgelijk werk in ruilverkavelingsbegrotingen worden op gevoerd (geen directiekosten en B.T.W.; eigen ar beid en eventueel machines van de boer). Het wordt billijk geacht te rekenen alsof op dit rooien van heggen de gangbare P.C.W.-subsidie (33 van toepassing zou zijn. Over het resteren de niet-gesubsidieerde deel van de aldus bereken de kosten wordt 19 als jaarlijkse kosten opge voerd. Deze besparing op jaarbasis zal in mindering wor den gebracht op de bovengenoemde vergoedin gen. B. De basis van de berekeningen. ad. 1. Onderhoudswerk. Geschat wordt dat het tweezijdig onderhoud van 106 m1 heg 2 manuren vraagt. Als uur loon zal gelden de brutoloonkosten voorde werkgever op basis van C.A.O. loon voor vak arbeider A. Per 1 februari 1975 bedraagt dit 13,20 per gewerkt uur. ad. 2. Opbrengstschade. De tijd staat niet stil en regelmatig moeten oude geoouwen worden vervangen door nieuwe. De onbeteelde oppervlakte wordt gefixeerd op 3.50 m1 hegbreedte (breedte tussen lood lijnen) vermeerderd met 0.25 m onbeteelde

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1975 | | pagina 9