PROEFSTATION
VOOR DE AKKERBOUW
GEOPEND
KORTE WENKEN
13
(van een onzer medewerkers)
J)INSDAG 17 juni is het proefstation voor de akker
bouw te Lelystad officieel geopend, 's Middags
verrichte minister Van der Stee de officiële openings
handeling door het onthullen van een voorstelling die de
plaats van het proefstation tussen wetenschap en prak
tijk uitbeeld.
Vóór de openingsplechtigheid gaf de direkteur van het
proefstation, de heer dr. ir. G. P. Termohlen, een over
zicht betreffende het ontstaan, de taak, werkwijze en or
ganisatie van het P.A. Hieraan ontlenen we het volgende:
AKKER- EN WEIDEBOUW APART
FN het voormalige Proefstation voor de Akker- en
1 Weidebouw waren tot eind 1970 de bedrijfstakken
akkerbouw en rundveehouderij verenigd. Door de toe
nemende problematiek binnen deze bedrijfstakken en
de hiertoe behorende bedrijfstypen bleek het wenselijk
het praktijkgerichte onderzoek op deze terreinen te in
tensiveren. Daarbij kwam dat de afstand tussen praktijk
en wetenschappelijk vakspecialisme eerder groter dan
kleiner werd. In de in 1970 verschenen nota inzake het
praktijkonderzoek wordt dan ook gesproken over een
tweetal duidelijk op één bedrijfstak gerichte proefsta
tions, namelijk het Proefstation voor de Rundveehoude
rij (P.R.) en het Proefstation voor de Akkerbouw (P.A.).
Het was tevens de bedoeling om beide Proefstations in
Oostelijk-Flevoland te situeren.
De besluitvorming werd in 1970 afgerond. Toen kon
een aanvang worden gemaakt met het in cultuur nemen
van het proefbedrijf, de bouw van 'bedrijfsgebouwen en
kantoor, de overplaatsing van de medewerkers.
Het was duidelijk geworden dat het proefstation een
bijdrage kon leveren aan het oplossen van knelpunten
in de samenhangende schakels van produktie, toeleve
ring, verwerking en afzet van produkten. De knelpunten
zijn vooral van technische en economische aard. Ik denk
hierbij aan vraagstukken die de rentabiliteit van de be
drijven betreffen, vraagstukken die voortvloeien uit de
ontwikkelingen in de techniek en in samenhang daar
mee de arbeidsproduktiviteit, vraagstukken betreffen
de de teelt van een gewas en vraagstukken die gericht
zijn op de bedrijfsverbanden.
TAKEN
UET onderzoekpatroon van het proefstation staat in
tussen dat van de instituten en de problemen die
zich in de praktijk voordoen. Het afstemmen van deel-
onderzoekingen op elkaar en op de praktijkgerichte on-
derzoekproblematiek is derhalve een eerste taak van het
proefstation. Een tweede taak is het functioneel leiding
geven aan de regionale instellingen van praktijkonder
zoek, opdat, landelijk gezien, een duidelijke samenhang
ontstaat.
De derde taak is het aan bedrijfstakdeskundigen door
geven van kennis die op proefstation en instituten ver
kregen is. De bedrijfstakdeskundigen zorgen er op hun
beurt weer voor dat de onderzoekresultaten via de voor
lichtingskanalen bij de praktijk terecht komen.
Tenslotte kan het proefstation desgevraagd de beleids-
instanties van overheid en bedrijfsleven adviseren inzake
de technische en economische ontwikkelingen in de be
drijfstak.
ORGANISATIE
jYE organisatie van het proefstation is gebaseerd op
genoemde taakstellingen.
De onderzoekafdelingen zijn: teelt, technisch onderzoek
in bedrijfsverband, bedrijfssynthese, onderzoek in de re
gio's. Voor de afdelingen teelt en technisch onderzoek
in bedrijfsverband staat voor de proefnemingen de af
deling proefbedrijf ter beschikking.
Voorts beschikt het P.A. over een afdeling Wiskunde,
die tot taak heeft de proefopzet en de verwerking van
de resultaten wiskundig verantwoord te laten verlopen,
en een afdeling Algemene Zaken, die zorg draagt voor
personeel, materieel en financiën.
De afdeling Teeltonderzoek is ingedeeld in secties naar
gewas of gewassengroep.
Bij het onderzoek staan opbrengst, rationalisatie van
de teelt en de kwaliteit van het eindprodukt centraal.
Het technisch onderzoek in bedrijfsverband heeft te
maken met opbrengst- en kwaliteitsbepalende factoren,
die veelal hun oorsprong hebben in de wisselwerking
tussen gewassen onderling, dan wel tussen gewassen en
teelt- en beschermingsmaatregelen.
De afdeling probeert hierbij de factoren die de finan
ciële opbrengst en kosten bepalen binnen het totale be
drijfsverband voortdurend in gunstige zin te beïnvloe
den. Dergelijke factoren zijn bijv. bouwplan, vruchtwis
seling, mechanisatie, bemesting en ziekten. Voor het toe
passen van onderzoekresultaten onderhoudt ook deze af
deling contacten met de bedrijfstakdeskundigen. De re
sultaten van deze afdeling vormen med'e een basis voor
het werk van de afdeling Bedrijfssynthese.
Deze afdeling richt zich op het verkrijgen van een op
timaal bedrijfsresultaat, en is daarom nauw betrokken
bij de bedrijfsontwikkelingsvoorlichting, waarbij zowel
aan kwalitatieve als aan kwantitatieve aspecten aandacht
wordt geschonken.
PROEFBOERDERIJEN
TEN behoeve van het praktijkgerichte onderzoek in
de akkerbouwsector bestaan er 11 zelfstandige
proefboerderijen, verspreid over heel Nederland in 9 re-
enerzijds proeven uit die voortvloeien uit technisch-eco-
nomische problemen die in de diverse regio's geconsta
teerd zijn, terwijl er anderzijds onderzoek wordt ver-
richt in opdracht van derden, zoals diverse instituten en
proefstations.
De afdeling Onderzoek in de Regio's nu onderhoudt in
tensieve contacten met deze proefboerderijen. Tot de be
langrijkste taken van deze afdeling kan zondermeer wor
den gerekend het opsporen van knelpunten in de akker
bouw. Een andere belangrijke taak is de coördinatie en
integratie van het onderzoek .zowel op regionale als op
landelijke schaal.
In totaal zijn 8 medewerkers van de afdeling op de
proefbedrijven gestationeerd. Zij zijn primair verant
woordelijk voor een onderzoektechnisch goede planning
en uitvoering van de proeven.
PUBLIKATIES PROEFSTATION VOOR DE AKKERBOUW
Met ingang van 1 januari 1976 wordt het mogelijk zich
te abonneren op de publikaties van het Proefstation voor
de Akkerbouw (PA), tegen f 25,per jaar.
Belangstellenden kunnen al, vrijblijvend, hun naam en
adres opsturen naar het PA:
Proefstation voor de Akkerbouw,
Edelhertweg 1,
Lelystad.
Telefoon 03200—22714.
Tegen het einde van dit jaar zal het PA kontakt met
hen opnemen.
BEDRIJF IS 195 HA GROOT
IYE afdeling Proefboerderij organiseert de veld- en la-
boratoriumwerkzaamheden en voert deze ook uit;
bij het beoordelen van de uitvoeringsmogelijkheden zijn
proefveldtechniek en arbeidsorganisatie belangrijke cri
teria.
De exploitatie van het bedrijf, groot 195 ha, is voor
jaar 1971 begonnen als een.ncrmaal landbouwbedrijf. In
dat jaar zijn gegevens vastgelegd ten behoeve van de
belangrijkste taak, het aanleggen van proeven. Najaar
1971 kon een bouwplan worden vastgelegd.
De 195 ha zijn verdeeld in 4 zes-jarige rotaties, door
deze verdeling kon de proefveldrotatie 4-jarig gemaakt
worden.
Door eern vast bouwplan kan van de oppervlakte met
proeven worden bezet; wordt als normaal landbouw
bedrijf geëxploiteerd.
De overige accomodatie bestaat uit een bedrijfsgebouw,
waarin droog-, bewaar- en koelruimte en een laborato
rium ongenomcn zijn: en uit enkele loodsen voor werk
tuigberging. Ten aanzien van de machines wordt veel
aandacht geschonken aan de mechanisatie van proefveld
werkzaamheden.
Dames en heren, ik heb u in vogelvlucht iets verteld
over wat het PA was, is en doet.
Thans wil ik gaarne het woord verlenen aan onze heer
minister, om hem de gelegenheid te bieden het proefsta
tion officieel te openen.
Tot zover de heer Termohlen. Evenals voor de pers
's morgen was er 's middags voor de talrijke genodigden
een korte rondrit over het proefstation. Daarbij werd
toelichting gegeven bij de verschillende proefvelden en
de daarop plaats vindende proeven.
C.A.R. - Zevenbergen
Akkerbou
w
WE HEBBEN WEER GOED kunnen zien hoe de afstel
ling van de kunstmeststrooiers is geweest. Hoe beter de
banen zichtbaar waren, hoe slechter de strooier was af
gesteld. Was de strooier wel goed afgesteld, dan zijn de
strooibanen aan overlapping toe te schrijven.
ER ZIJN NOG STEEDS aardappelopslaghopen. Dit zijn
de phythophthora-sporen leveranciers voor dit seizoen.
Maak direkt een einde aan deze infektiebronnen door alle
groei op deze hopen te verdelgen.
NAPOLEON NAM VOOR spion alleen mensen die veel
geluk hadden in hun leven. Zo is het ook met stamsla-
bonen gezaaid na 5 juli. Zonder veel geluk brengen deze
stamslabonen de gemaakte kosten niet op. Alleen telers
met veel geluk kunnen dit proberen.
NA EEN VROEG GEWAS is er altijd een mogelijkheid
om de struktuur van de grond te verbeteren. Wilt U dit
mechanisch doen, doe het dan onder droge omstandighe
den. Probeer ook te profiteren van een groenbemestings-
gewas want daarvan is het effekt vaak beter dan van
grondbewerking.
GRONDONDERZOEK is de enigste betrouwbare me
thode om te weten hoe het staat met kaligehalte, fosfaat-
cijfer en kalkgehalte. Maak tijdig een afspraak met de
monsternemer zodat U weet op wat voor grond U boert.
Veehouder ij
OP HEEL WAT BEDRIJVEN heeft men nog te kampen
met een minder goede kwaliteit van de melk. Bij warm
weer wordt er dat veelal niet beter op. De bakteriën die
de kwaliteit van de melk aantasten ontwikkelen zich zeer
snel bij temperaturen boven 15° C. Daarom is, vooral in
de zomer, snel koelen noodzakelijk.
OP VERSCHILLENDE BEDRIJVEN speelt de vraag:
„Als straks de melk niet meer in bussen wordt opge
haald, moet ik dan de koeien nog handhaven". Een koe
geeft een saldo van f l.OOO.a 1.500,afhankelijk van
de produktie. Voor 20 koeien is dat b.v. f 24.000,Kan
een vervangende tak dit ook voor U opbrengen?
WANNEER U HOOIVENTILATIE toepast moet U lang
doorgaan met ventileren. Ook nadat de hooiberg vol is
moet van tijd tot tijd worden geventileerd. Dc tempera
tuur kan gemakkelijk nog hoog oplopen. Kontrole met
een thermometer is noodzakelijk.
-
