Richtlijnen voor de bepaling van de beheersvergoeding in het Ganzengebied UITGANGSPUNTEN TEN BEHOEVE VAN GRASLAND; 1. Vóór de ruilverkaveling was in de Poel sprake van een extensief gr-aslandgebruik. Een complex van factoren, grondwaterstand, perceelsgrootte, maaiveldsligging, zo- dekwaliteit en N niveau veroorzaken een gemiddeld pro ductieniveau van ca. 3000 kg ZW per ha bij een gemid deld stikstofgebruik vart ca. 200 kg N/ha. 2. Na herinrichting kan een z.g. „perspectief biedend) weide- bedrijf" in de Poel bij een N gebruik van een 400 kg/ha een productieniveau van ca. 5000 kg ZW/ha realiseren. In het ganzengebied worden geen werken uitgevoerd (alleen de zomer-slootwaterstand kan omlaag). De be drijfsvoering moet hier dus op de oude voet verder en blijft steken op het 3000 ZW niveau. rekening worden gebracht vanwege het wegvallen van mar ges, toezicht, B.T.W. etc. en vanwege de inbreng van deels eigen arbeid en materieel door de boer. Hoewel thans voor verbeteringswerken in het ganzengebied niet de voor P.C.W.- subsidie noodzakelijk N6 beschikking zou worden verleend, wordt het, geziep de voorgeschiedenis billijk geacht te reke nen met de buiten het gebied toegekende P.C.W.-subsidies. Na aftrek van subsidie wordt van het restant 10 als jaar- li j-kse lasten gerekend. DE BASIS VAN DE BEREKENINGEN Meerkosten: De waarde van het gederfde ruwvoer wordt uitgedrukt in ZW eenheden en bedraagt jaarlijks 5000 3000 2000 ZW eenheden. De eiwit-bestanddelen mede in beschouwing genomen wordt aangenomen dat voor oogst 1975 0,60 ct per ZW onder normale omstandigheden vervangend ruwvoer kan worden aangekocht. Minderkosten: De herinrichting omvat allerlei grondwerken plus het aanbrengen van een nieuwe detadlontwatering (drainage). De uitvoeringskosten voor de boer bedragen de helft van de basiskosten annex 53 toeslagen, zijnde ca. 75 van de basiskosten. Na aftrek van 33 P.C.W.-subsidie blijft ter eigen financiering over: 50 van de basiskos ten. Jaarlijkse kosten (ad 10 bedragen dan 5 van de basiskosten per jaar. De kosten van het aanbrengen van een nieuwe percelring, het verwerken van de grond en het egaliseren van de nieuwe kavel moet voor 1975 in de Poel worden geraamd op 5.000,per ha; per jaar dus 250,per ha. In tegenstelling tot kavelinrichting vindt op drainage wèl afschrijving plaats. Van een investering ad 1.500,per ha voor drainage blijft na aftrek P.C.W.-subsidie ca. 1.000,per ha over Deze wordt in 30 jaar afgeschreven. Bij een gemiddeld^ rente van 5 over het gehele bedrag en een jaarlijkse afschrijving ad 3 zijn de jaarkosten in 1975: (5 3) van 1.000,80, AKKERBOUW: Nadeel t.g.v. waterhuishoudingsgebreken in ganzenge bied. Voor de meeste gronden geldt dat eerst optimale produc tie-omstandigheden zijn bereikt bij een wintergrond- waterstand van gemiddeld 1 meter diep. Voor de in het ganzengebied gelegen bouwlanden zal de gemiddelde wintergrondwaterstand 2040 cm maaiveld bedra gen. Hierbij is slechts 80 van de bij het optimum be horende opbrengst voor een gemiddeld bouwplan moge lijk. 1 Na peilverlaging en een voldoende diepe drainage 1 meter) zal de gemiddelde wintergrondwaterstand ca. 7090 cm maaiveld bedragen waarbij 95 van de optimale opbrengst te verwachten is. De productie stijgt bij drainage dan 15 Bij een drainafstand van 12 m' (gemiddeld) ofwel ca. 800 m' per ha k 2,32 per m' komt dit op 1.856,per ha. Jaarlijkse financieringslasten (5 3) van (1856 - 33 P.C.W.) ofwel ca. 100,per ha per jaar. Voor een drainage wordt verlaging van het slootwater- peil middels onderbemaling noodzakelijk geacht. De jaar- kosten hiervoor zijn te stellen op 110, Als de wintergrondwaterstand voldoende ver zou dalen in de sloten is een drainage mogelijk, welke tegenover een jaarlijkse meeropbrengst ad 15% van ƒ4.400,óf ƒ660,en bij meerkosten ad ƒ,210,een voordeel op levert van ca. 450,per ha per jaar. 2. Consequenties van een andere perceelsindeling die mo gelijk zou ontstaan bij verkaveling van ook het bouw landgedeelte binnen het ganzengebied zijn niet berekend. 3. Ganzenschade op bouwland (wintergraan!) als gevolg van verslemping bovengrond bij veelvuldig betreden. Uitkering door Staatsbosbeheer van een schade-taxatie rapport van de Wildschadecommissie. 4. Evt. beheersmaatregelen t.b.v. ganzen (voeren, bietenkop pen op het land laten liggen etc., etc.) te repelen in indi viduele overeenkomsten. Zwaakseweel in de vroege ochtend. De agrariërs hebben steeds voor de aankleding van het landschap gezorgd. 3. Gesteld wordt dat na het afsluiten van de ruilverkave ling (of eventueel reeds in een eerder stadium) de grond gebruiker in het ganzengebied voor eigen rekening alsnog kan trachten een herinnering tot stand te brengen ten einde ook voor zijn bedrijf het 5000 ZW niveau bereik baar te maken. Bij een aldus verkregen goedei inrichting zal de hoge win tergrondwaterstand niettemin een blijvende handicap vormen waardoor het potentieel productieniveau onder de 5000 ZW/ha zal blijven. 4. 'Door het aangaan van een beheersovereenkomst ziet de grondgebruiker in het ganzengebied af van het aanbren gen van verbeteringen sub 3. Als uitgangspunt wordit ge hanteerd dat de boer in het ganzengebied een arbeidsin komen moet houden dat vergelijkbaar is met dat van zijn buurman in de verkavelde Poel. De toe te kennen vergoeding moet dan (op korte termijn) worden gebaseerd op de „meerkosten" en de „minder kosten" in het ganzengebied ten opzichte van daarbuiten. 5. Meerkosten: Aankoop van veevoer ter compensatie van de verminderde ruwvoerproductie op basis van ZW een heden. Minderkosten: De jaarlijkse lasten van de herinrichting zoals bedoeld sub 3 en de kosten welke moeten worden gemaakt om het hoge productieniveau te realiseren (handhaving zodekwaliteit meer N gebruik meerde re oogstkosten e.d.) vervallen in het ganzengebied. Ten aanzien van de na te laten herinrichting moet worden gerekend dat de vereiste cultuurtechnische werken in „eigen uitvoering" door die boer zullen worden aangepakt. De in vesteringen zullen daarbij de helft bedragen van de kosten die in ruilverkavelingen aan de Plaatselijke Commissie in (drainage: kosten per meter materiaal (met inbegrip van 16 B.T.W.) 1,28 legkosten etc. (met inbegrip van 4 B.T.W.) 1,04 2,32 Bij een drainafstand van gemiddeld 15 m komt dit op 666 m per ha a 2,32 per m 1.545,per ha). Lagere exploitatiekosten: minder N: (400—200) kg N k 1,10 per kg N 220. kosten graslandonderhoud/zodevernieuwing p.m. minder loonwerk voor oogst en afvoer ruwvoer. Voor ankuilen en/of hooien/persen wordt algemeen de loonwerker ingeschakeld bij een intensieve grasland exploitatie. In de bestaande situatie zal dit nauwelijks voorkomen. Voor 1975 besparing gesteld op 170, RECAPITULATIE: grasland (niveau 1975) Meerkosten: Voeraankopen: 2000 kg ZWI ha a 0,60/kg 1.200,per ha Minderkosten: jaarlijkse lasten cultuurtechnische werken f 250,per ha jaarkosten drainage 80,per ha exploitatiekosten: minder N 220, minder oogstkosten 170, Te vergoeden per jia f 1.200,- per ha. 700 f700,— f500,- ALGEMEEN 1. iDe vertrouwenscommissie past de richtlijn toe. Zij kan indien voor een perceel een uitgangstoestarid wordt aan getroffen welke ver afwijkt van de gemiddelde uitgangs toestand (grasland: 3000 ZW, bouwland) bepalen óf en in welke mate de toe te kennen vergoeding hierop moet worden afgestemd. 2. Deze „richtlijn" geeft benadering van de totale nadelen van zowel het niet uitvoeren van ruilverkavelingswerken als van het vrijwillig afzien van bepaalde particuliere maatregelen/verbeteringen. Zij geeft niet aan krachtens welke regeling de vergoeding wordt toegekend (onder- houdsvergoeding, beheersovereenkomst, compenserende vergoeding bergboerenregeling etc.). De eigenaar/gebruiker zal gebruik moeten maken van de E.E.G.-bergboerenregeling zodra deze van toepassing is verklaard. Het bedrag' van die vergoeding uit hoofde van de beheersovereenkomst zal dan worden gekort met het bedrag van de compenserende vergoeding van de berg boerenregeling. 3. De vergoeding zal jaarlijks worden aangepast aan de wijzigende koopkracht van de gulden, zoals deze o.a. in de jaarlijks verschijnende uitgave „Landbouwcijfers" van het L.E.I. wordt gepubliceerd. Doordat deze index eerst achteraf kan worden vastge steld zal jaarlijks worden gerekend met het jongst be schikbare cijfer, als volgt: In 1975: is koopkracht index voor 1972 de basis. index 1972 Voor 1976: bedrag 1976 x vergoeding 1975 index 1973 index 1972 Voor 1977: bedrag 1977 index 1974 x vergoeding 1975 etc. 4. Aan de eigenaar zal een nader te bepalen vergoeding worden betaald voor de medewerking. LI

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1975 | | pagina 11