VEEL GEPRAAT, WEINIG RESULTAAT
maatschappij tot bevordering van landbouw, tuinbouw en veeteelt in zeeland en noord-brabant
zlm
land- en
tuinbouwblad
VRIJDAG 20 JUNI 1975
63e Jaargang - No. 3286
„Met Joop aan het roer, gebeurt er voor ons geen moer" en „Moet de landbouw pakezel zijn" waren enkele van
de leuzen waarmee de land- en tuinbouw op het Haagse Binnenhof afgelopen maandag demonstreerde tegen het
door de regering gevoerde landbouwbeleid. „Op tijd met Uw wensen echter te vroeg voor de antwoorden" was
voorlopig het enige antwoord dat de georganiseerde landbouw krijgt te horen
In dit nummer o.m.:
De V.O.V. een te
verwaarlozen verzekering
Pagina 4
Aspekten van de
gewasstruktuur bij
wintertarwe Pagina 5
Mechanisatienieuws
Pagina 8
Jfr Hce koop ik een
melkmachine Pagina 9
Het voorontwerp
kampeerwet ter discussie
Pagina 10-11
Winterbloemkoolteelt
- vergrote belangstelling
Pagina 13
Tuinbouwklanken
Pagina 15
Voor de vrouw
Pagina 19
AFGELOPEN maandag 16 juni, heeft de vaste kamer
commissie voor landbouw een hele dag in het
openbaar vergaderd over de inkomenssituatie in de land
en tuinbouw. Uitgangspunt daarbij vormde de brief, die
de minister daarover kortgeleden aan de tweede kamer
zond en waarop wij vorige week al in een open brief aan
de minister van landbouw betreffende de op het zuidwes
ten betrekking hebbende gegevens, reageerde.
Tevens werden bij de discussie betrokken de land-
bouwschapsvoorstellen op fiscaal en sociaal gebied zo
als die alweer twee maanden geleden aan de regering
en na het zeer teleurstellend verlopen gesprek van 3 juni
met een kabinetsdelegatie, vorige week ook aan de twee
de kamer zijn voorgelegd. Elders in dit blad zijn deze wen
sen nog eens samengevat. De zeer goed bezette tribunes,
alsmede de beperkte maar toch wel goed aan zijn doel
beantwoordende demonstratie met Zeeuwse trekpaarden,
heeft wel duidelijk gemaakt dat de land- en tuinbouwen-
de bevolking met grote belangstelling dit landbouwdebat
hebben gevolgd.
Geen wonder. Immers alle gegevens van de laatste tijd
wijzen uitdrukkelijk in de richting van een zeer sterk ver
slechterde inkomenspositie in de land- en tuinbouw en
bijna iedere boer en tuinder begint dat steeds nijpender
aan de lijve te ervaren. Bovendien zijn de vooruitzichten
voor de komende oogst in vele streken zeker niet roos
kleurig, terwijl ook t.a.v. de prijzen voor de meeste pro-
dukten niet te veel reden tot optimisme aanwezig is.
In zo'n situatie is toch wel het minste wat verwacht mag
worden van overheid en parlement, dat de fiscale en so
ciale achterstelling nu snel en effektief bij de kop wordt
gevat, zoaat althans op dit gebied een belangrijke lasten
verlichting voor '75/76 mogelijk wordt. Dit was in feite
ook wat door het georganiseerd bedrijfsleven was ge
vraagd.
Wat heeft zo'n hele dag praten nu voor konkrete re
sultaten opgeleverd. Naar onze mening bitter weinig.
MOOIE WOORDEN
"\A71J kunnen ons niet aan de indruk onttrekken, en
velen die de debatten hebben gevolgd zullen dat
zeker beamen, dat onze parlenfentariërs en zeker ook de
minister volstrekt onvoldoende doordrongen zijn van de
nood die er bij zeer velen in land- en tuinbouw heerst.
Wel konstateerden zowat alle woordvoerders dat de
inkomensontwikkeling zeer zorgelijk is voor land- en tuin
bouw en dat maatregelen om hierin verbetering te bren
gen noodzakelijk zijn. Tot konkrete eisen aan de minister
kwam het evenwel niet. Het zestal moties dat werd in
gediend bevatte stuk voor stuk een reeks mooie vol
zinnen van hoe moeilijk de land- en tuinbouw het toch
wel heeft etc. Ook als deze moties komende week wor
den aangenomen zal de boer of tuinder er op korte ter
mijn nog totaal niets mee opschieten.
Was de reaktie van de parlementariërs dus al weinig
hoopgevend? Datgene wat de regering bij monde van
minister Van der Stee en de staatssecretarissen Mertens
en Van Rooyen in de discusie naar voren bracht, was
zonder meer vaag, nietszeggend en van weinig inzicht in
en begrip voor de reële situatie getuigend.
Verschillende onderdelen van het antwoord van minis
ter Van der Stee komt nog wel. Wij vinden het eigenlijk
een belediging voor de land- en tuinbouw. Wat immers
te denken van de opmerking van de minister dat hij in
zijn brief aan de kamer wel de L.E.I.-cijfers over de in
komensverwachting heeft weergegeven, maar ook niet
meer dan dat en dat het dus niet persé zijn eigen mening
behoeft te zijn.
En wat van het standpunt van de minister dat de ont
wikkeling van kosten en prijzen, alsmede van het verloop
van de oogst tot medio september eerst moet worden
afgewacht om te kunnen beoordelen of aanvullende
maatregelen nodig zijn.
Net alsof niet een groot deel van de kosten al gemaakt
zijn of voor de komende tijd (lonen) vastliggen. Terwijl
ten aanzien van de prijzen er voor zeer vele produkten
in september zeker nog niet veel meer te zeggen zal zijn
dan nu het geval is. Dat de stand van vele gewassen,
niet alleen in het Zuid-Westen, weinig reden tot optimis
me geeft is de minister blijkbaar ook niet bekend.
(Zie verder pagina 3.)
3 CENTRALE LANDBOUW ORGANISATIES
WAT IS ER AAN DE HAND IN LAND
EN TUINBOUW?
De Nederlandse boeren en tuinders zijn sinds
1972 geen 34% MEER, maar 34% MINDER
gaan verdienen.
In de land- en tuinbouw wordt de laatste jaren
EEN DERDE DEEL van de kosten NIET gedekt
door de opbrengsten.
Jaarlijks moet iedere boer en tuinder bovendien
tenminste f7.500,— van zijn inkomen in zijn be
drijf steken om het in stand te houden.
BOEREN EN TUINDERS VRAGEN DAAROM NU
VAN DE REGERING
BELASTINGVERLICHTING, ZOALS
verhoging zelfstandigenaftrek
verbeterde fiscale oudedagsvoorziening
verlaging vermogensbelasting
soepeler regeling bij middeling van inkomens
verbetering fiscale positie meewerkende ge
huwde vrouw.
SOCIALE MAATREGELEN, ZOALS
verlichting premiedruk sociale verzekeringen
voor degene die minder verdient dan het mini
mumloon
iverruiming grenzen voor kinderbijslag kleine
zelfstandigen en ziekenfondsverzekering.