Om inkomen,
nu en straks
Markt- en prijsverloop
Beleidsdebat landbouw in Eerste Kamer
9
JUNI-VERGADERING LANDBOUW-COMITÉ
Op 2 juni j.l. kwam het hoofdbestuur van het Konink
lijk Nederlands Landbouw-Comité voor zijn tweemaande
lijkse vergadering bijeen in Winterswijk. Op uitnodiging
van de Geldersche Maatschappij van Landbouw was het
daar n.l. om er de volgende dag zijn jaarlijkse excursie
te maken.
Een van de agendapunten was de interim-nota inko
mensbeleid, belangrijk voor het inkomen straks. En om
het inkomen nu ging het toen het punt van het actuele
markt- en prijsbeleid aan de orde was.
Een belangrijk organisatorisch agendapunt was uiter
aard de begroting van inkomsten en uitgaven voor 1976.
Zoals gebruikelijk, werd ook nu de begroting behandeld
en voorlopig vastgesteld. De algemene vergadering, dit
najaar te houden, op 14 november a.s., zal haar definitief
moeten goedkeuren.
Het hoofdbestuur stemde er mee in om na een paar
jaar pas op de plaats weer een verhoging van de con
tributie toe te passen; de afdracht van de aangesloten
provinciale maatschappijen zal ruim een kwart omhoog
gaan!
Voor de eerste keer was aanwezig mr. Oggel, nieuw
plaatsvervangend hoofdbestuurslid namens de ZLM.
INTERIMNOTA INKOMENSBELEID
Het hoofdbestuur stond geruime tijd stil bij de discus
sienota, die het kabinet het licht deed zien over haar in
komenspolitiek. Ook voor zelfstandigen bevat de inko
mensnota belangwekkende passages, die door de publi
citeit over de vermogensaanwasdeling minder in de be
richtgeving naar voren kwamen. Het had de instemming
van het hoofdbestuur dat het kabinet in de nota duidelijk
laat blijken te erkennen dat het inkomen van een zelf
standige ondernemer meerdere functies heeft die het niet
zonder meer vergelijkbaar doen zijn met dat van loon-
trekkenden.
Er moeten nog sociale voorzieningen van worden be
kostigd en er moet van geïnvesteerd worden in het be
drijf om dat voort te zetten en aan te passen. Hieruit zou
de hoop mogen worden geput, dat het kabinet gunstig
reageert op de bekende verlangens van het Landbouw
schap.
De nota geeft de landbouworganisaties aanknopings
punten voor spoedige bezinning op verdere voorzienin
gen. Zo b.v. waar het kabinet zegt te willen bevorderen
via de bedrijfsverzorgingsdiensten dat ook boeren meer
in het genot kunnen komen van vrije tijd e.d. Het kabinet
wil overwegen om in overleg met het bedrijfsleven en
onder speciale voorwaarden een minimuminkomensga
rantie voor zelfstandigen te verwezenlijken. Het hoofd
bestuur wil aan deze studie meewerken; het realiseert
zich wel dat die voorwaarden sterk bepalend zijn bij de
beoordeling (maatschappelijke nuttigheid, begeleiding
van hogerhand). Voorlopig hecht het hoofdbestuur zeer
aan de uitspraak van het kabinet dat in afwachting van
dat jaren durende beraad het bereid is om alvast het no
dige te doen in het kader van bestaande voorzieningen
(fiscaal en sociaal beleid, landbouwstructuurbeleid) tot
verbetering van de positie van zelfstandigen.
MARKT- EN PRIJSBELEID
Na de prijsvaststelling 1975/76 hebben de landbouw
organisaties, nationaal en als COPA, gezegd dat in juni
nader beraad aan de hand van kosten- en inkomens
verloop plaats moest hebben over een tussentijdse prijs
aanpassing, ja of neen.
Het hoofdbestuur stelde vast ,dat inmiddels in het
COPA een meerderheid dat beraad pas in september a.s.
wil houden. Dat komt mede hierdoor dat de gemiddelde
kostenstijging ondertussen wat minder is geworden (ver
laging van de nogal zwaar wegende vervoerskosten) ter
wijl over het prijsverloop nog weinig te zeggen is. Het
hoofdbestuur heeft toch aangedrongen op een spoedig
onderzoek van de situatie in COPA-verband.
In elk geval vindt het hoofdbestuur het noodzakelijk
dot de gestelde richtprijzen eerst ook eens daadwerke
lijk worden gehaald. Daartoe zullen de nodige middelen
onverkort moeten worden ingezet. Graag wordt het voor
stel gesteund om een bijzondere verwerkingspremie"
voor tarwe in te voeren. De consumentenprijs van suiker
moet onverkort worden aangepast. De zuivelmarkt be
hoeft dringend versterking; de magere-melkpoedervoor-
raad moet weggewerkt worden, o.a. door verhoging van
de veevoedertoeslag; een nationale consumentensubsi
die op boter moet ernstig overwogen worden. Tegen net
versoepelen van het aankoopstelsel van slachtrunderen
moet ernstig bezwaar worden gemaakt.
DIVERSEN
De zomertijd kwam ook ter sprake. Voor en tegen af
wegende, meende het hoofdbestuur dat de landbouwor
ganisaties zullen hebben te proberen de zomertijd af te
houden. Het betreurde, dat het Landbouwschap geen
aanleiding heeft kunnen vinden om terzake zich duidelijk
afwijzend op te stellen.
Het hoofdbestuur had weinig moeite om het rapport
over de .problemen van de jonge agrariër in grote lijnen
te aanvaarden. Het drong erop aan sommige punten snel
aan de regering kenbaar te maken.
Andere punten en bijzonderheden zullen nog nader
moeten worden bekeken, ook door allerlei advies-orga
nen en met name door de jongerenorganisaties. Noteren
we tenslotte nog de bezorgdheid, die het hoofdbestuur
uitsprak naaf aanleiding van de opschuivingen die aan
gebracht zijn in het volgordeschema ruilverkavelingen in
voorbereiding 19751979. Gevreesd wordt dat het uit
voeringstempo (160.000 ha in vier jaar) zodoende toch
gevaar gaan lopen!
PRODUKTSCHAP VOOR GRANEN
ZADEN EN PEULVRUCHTEN
BINNENLANDSE GRANEN
ALS gevolg van het ontbreken van afzetmogelijkheden
van enige betekenis konden de prijzen van tarwe
zich in de verslagperiode in verhouding tot de geldende
interventieprijs, niet noemenswaardig verbeteren, aldus
de Mededelingen" van het Produktschap voor Granen,
Zaden en Peulvruchten voor de vergadering van 12 juni
a.s. Bij een klein aanbod en een eveneens kleine vraag
was de stemming ook voor rogge, rekening houdende
met de maandelijkse verhogingen, nauwelijks prijshou
dend.
De prijzen van brouwgerst ondergingen een gevoelige
daling, hetgeen toegeschreven kan worden aan scherp
concurrerende offertes van gerst van Franse origine. In
de laatste week herstelde de prijs zich. Het Centraal
Brouwerij Kantoor nam beperkte hoeveelheden brouw
gerst uit de markt. De afzetmogelijkheden buiten Ne
derland waren vrijwel nihil.
De prijzen van inlandse voergerst liepen, met een
tussentijdse daling, vrij sterk op. De prijs wordt in ster
ke mate beïnvloed door offertes van Franse gerst.
De plaatsingsmogelijkheden voor haver waren in de
betreffende maanden beperkt. Bij een matig aanbod was
de stemming goed prijshoudend.
TELERSPRIJZEN VOOR GRANEN
MAART EN APRIL 1975
Blijkens een voorlopige berekening hebben de telers in
februari, maart en april 1975 voor de granen, bij levering af
boerderij, met een vochtgehalte van 16 de navolgende
prijzen gemaakt. Voor de vergelijking van de telersprijzen
af boerderij met de zgn. afgeleide interventie- en drempel-
prijzen is als landelijk gemiddelde een forfaitair verschil aan
gehouden van 2,50 resp. 2,20 per 100 kg. Bij de bepaling
van deze bedragen is rekening gehouden met de in de afge
lopen jaren gestegen kosten.
In gld. per 100 kg (excl. BTW)
maart 1975 april 1975
produkt afgeleide telers- afgeleide telers-
prijs van prijs van
gerea- gerea- 1
liseer
inter
drem
liseer
inter
drem-
de
ventie
pel-
de
ventie
pel-
pnjs
pnjs
prijs
pnjs
prijs
pnjs
tarwe
38,90
39,65
43,50
39,80
40,05
43,85
rogge
37,90
36,95
42,45
38,25
37,30
42,85
haver
34,60
37,05
35,55
37,45
gerst
36,70
35,05
39,40
37,55
35,40
39,80
voergerst
36,35
37,35
brouwgerst
37,70
37,95
De telersprijzen van tarwe lagen wederom onder het
niveau van de afgeleide interventieprijs. Alle prijzen lagen in
meer of mindere mate beneden het niveau van de afgeleide
drempelprijs.
Ook gedurende de periode maart t/m mei 1975 nam de
maalindustrie slechts geringe hoeveelheden inlandse tarwe
uit de markt. Tot nu toe is ongeveer 90.000 ton inlandse
tarwe voor consumptie aangekocht, tegen circa 65.000 ton
in het vorige seizoen. De vraag naar tarwe voor verwerking
in mengvoeders was wederom beperkt. Afzetmogelijkheden
deden zich voor naar het Verenigd Koninkrijk en West-
•Duitsland is afgezet, werd een belangrijk gedeelte aldaar ter
interventie aangeboden. Tot 27 mei j.l. werd 149.000 ton
tarwe naar Lid-Staten afgezet, tegenover 214.000 ton in de
overeenkomstige periode van het vorige seizoen. Aan het
Voedselvoorzieningsin- en verkoopbureau (VIB) werd tot nu
toe circa 82.000 ton tarwe ter interventie aangeboden. De
aanbiedingen hadden voornamelijk in april en mei plaats.
Indien geen interventie-<B-maatregelen zouden zijn getroffen
zoü van de oogst 1974, groot 724.000 ton, 250.000 ton ter
interventie zijn aangeboden, of te wel 34,5 waarvan
50.000 ton in West-Duitsland. Uit deze gegevens blijkt
overduidelijk, dat de prijszetting van inlandse tarwe erg
teleurstellend is geweest.
INTERVENTIE VAN GRANEN IN DE EEG EN
ONTWIKKELING VAN DE VOORRADEN
Vanaf 1 augustus 1974 t/m 20 mei 1975 werden de navol
gende hoeveelheden graan door de interventiebureaus over
genomen'
zachte tarwe 1.337.000 ton, waarvan in Duitsland 937.000
ton; België 127.000 ton;
Frankrijk 217.000 ton; Lu
xemburg 6.000 ton; Neder
land 40.000 ton en Denemar
ken 10.000 ton.
rogge
gerst
1.503.000 ton
2.695.000 ton
7.4.75
21.4.75
12.5.75
26.5.75
71,
76,—
76,—
80,—
62,50
72,50
80,—
77,50
62,50
72,50
75,—
70,—
110,
110,
117,50
119,
33,50
36,
36,—
37,50
160,—
165,
165,—
165,—
285,—
305,—
300,—
315,—
90
90,—
100,—
100,
65,—
70.—
70,—
72,50
100.000 ton, waarvan in Duitsland 85.000
ton en Denemarken 15.000 t.
66.000 ton, waarvan in Duitsland 65.000
ton en Denemarken 1.000 ton.
In de periode 10 februari t/m 20 mei j.l. werden aanzien
lijke hoeveelheden ter interventie aangeboden, n.l. in totaal
ruim 1,13 miljoen ton; administratieve achterstand geeft
echter aanleiding tot het vermoeden dat de totale hoeveel
heid nog groter zal blijken te zijn!
De totale interventievoorraden bedroegen per 10 februari
1975:
zachte tarwe 1.856.000 ton, waarvan in Duitsland
I.344.000 ton; België 207.000
ton; Frankrijk 217.000 ton;
Italië 27.000 ton; Luxemburg
II.000 ton; Nederland 40.000
ton en Denemarken 10.000 t.
rogge 256.000 ton, waarvan in Duitsland 241.000
ton en Denemarken 15.000 t.
gerst 583.000 ton, waarvan in Duitsland 582.000
ton en Denemarken 1.000 ton.
MARKTVERLOOP EN BEURSPRIJZEN
VAN PEULVRUCHTEN EN ZADEN
Op de beurs te Rotterdam werden in april en mei 1975 de
volgende prijzen genoteerd franco Rotterdam in gld. per 100
kg-
produkt
groene erwten 6
schokkers .5
kapucijners
bruine bonen
voererwten
karwijzaad
blauwmaanzaad
koolzaad
lijnzaad (slag)
Als gevolg van klein aanbod liepen de noteringen voor
peulvruchten vrij sterk op. Ook hierop van invloed was het
aanhoudende slechte weer, waardoor de inzaai van groene
erwten, sohokkers en kapucijners sterk vertraagde. De vraag
naar de diverse soorten peulvruchten was overigens beperkt
tot matig. Het laat zich aanzien, dat de voorraden bij de
overgang van het oude naar het nieuwe seizoen klein zullen
zijn.
De stemming op de zadenmarkt was over het algemeen
goed prijshoudend. Over de gehele linie waren de orpzetten
echter van geringe omvang.
TELERSPRIJZEN VAN PEULVRUCHTEN EN ZADEN
IN JANUARI, FEBRUARI EN MAART 1975
Volgens de door de LEI-gegevens, hebben de telers in
februari en maart 1975 voor peulvruchten en zaden gemid
deld de navolgende prijzen kunnen maken voor boerenscho-
ne partijen, bij levering af boerderij. Ter vergelijking tevens
de prijzen die in dezelfde maanden in 1974 gemiddeld werden
gemaakt.
In gld. per 100 kg.
produkt
februari
maart
groene erwten
schokkers
kapucijners
bruine bonen
karwijzaad
blauwmaanzaad
1974
1975
1974
1975
203,65
67,75
197,30
65,05
109,35
60,60
96,75
52,90
117,30
56,85
88,95
51,70
190,60
104,75
181,80
96,10
346,85
144,90
266,30
136,40
287,35
259,50
De totale voorraad is ruim 0,7 miljoen ton groter dan per
1 augustus 1974.
Alhoewel de telersprijzen over het algemeen toch wel op
een redelijk niveau lagen, waren deze belangrijk lager dan
het vorige jaar.
Van de punten die de Minister van Landbouw tijdens
het op 4 juni gehouden beleidsdebat over landbouwon-
derwerpen in de Eerste Kamer naar voren bracht ont
lenen we het volgende:
het markt- en prijsbeleid blijft het belangrijkste in
strument om b'innen de E.E.G. een redelijk inkomen
na te streven;
via het structuurbeleid zal de landbouw globaal zo
wel als gericht op individuele bedrijven hulp moe
ten worden geboden;
voorzover bepaalde bedrijfstakken of groepen van be
drijven incidenteel getroffen worden door ongunstige
factoren kunnen ad hoe bijzondere voorzieningen
worden getroffen;
binnen het kader van het „inkomensbeleid" zullen
regelingen moeten worden getroffen om zeer lage in
komens voor zelfstandigen (ook in de landbouw) aan
te vullen tot een sociaal verantwoord minimum;
het gemeenschappe ijk landbouwbeleid verkeert in
een moeilijke fase. De verhoging van de prijzen met
'15 t.o.v. het vorig jaar ,wil niet zeggen dat ze
over de gehele linie bevredigend zouden zijn;
het beheer van de Europese Commissie van de tarwe-
markten is weinig gelukkig geweest;
de aanpassing van de Voorlichtingsdienst beoogt een
inkrimping van 60 plaatsen over 4 jaar.
Het aantal aanvragen voor particuliere cultuurtech
nische werken bedraagt ca. 35.000. Met zeer veel inzet
wordt gewerkt om deze aanvragen in eerste termijn voor
oktober a.s. te behandelen.